** VAN HOUTVUUR TOT (O)LEDVERLICHTING ** Van lijn- of ...
** VAN HOUTVUUR TOT (O)LEDVERLICHTING ** Van lijn- of ...
** VAN HOUTVUUR TOT (O)LEDVERLICHTING ** Van lijn- of ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Kienhout<br />
Kienhout is een bijzondere houtsoort. Het is een overblijfsel van oude bossen en<br />
bestaat uit gefossiliseerd hout dat bewaard is gebleven in veenlagen. Als gauw<br />
ontdekte de mens dat dit hout, bij verbranding, veel licht afgaf. Verwerkt tot spanen<br />
werd brandend kienhout als verlichting gebruikt.<br />
Olielampjes<br />
Hoewel de mens zich in vroeger tijden met betrekking tot het waak- en slaapritme<br />
meer naar de natuur richtte dan tegenwoordig, waren er in oude tijden momenten<br />
dat de duisternis moest worden verdreven. Die eerste lampjes, eenvoudige uit klei<br />
gevormde bakjes gevuld met plantaardige olie <strong>of</strong> dierlijk vet, al dan niet voorzien van<br />
een tuitje, met daarin een pit. Deze gaven weinig licht en waren eigenlijk uitsluitend<br />
binnen te gebruiken. Als de duisternis eenmaal was ingevallen waagde men zich, om<br />
meerdere redenen, anders dan in uiterste noodzaak, niet meer buiten tent <strong>of</strong> woning.<br />
Bij duisternis was buiten gevaarlijk: er zwierf gespuis rond; men kon zomaar ergens<br />
tegenaan lopen en zich verwonden; water en land waren niet van elkaar te<br />
onderscheiden waardoor menig persoon die zich in het duister buiten waagde in<br />
sloot, gracht <strong>of</strong> rivier viel en, in het ergste geval, verdronk. Degenen die om welke<br />
reden dan ook toch na het laatste daglicht naar buiten moesten, waren al blij als er<br />
maanlicht was. Maar ja, als die achter een wolk scho<strong>of</strong>, zag men opnieuw geen<br />
hand voor ogen. Zo ontstond de noodzaak aan een verlichtingsmiddel dat men ook<br />
buiten kon gebruiken: een draagbare lantaarn.<br />
Probleem bij de binnenshuis gebuikte lampjes was dat ze bij gebruik buiten, reeds bij<br />
weinig wind, ook veroorzaakt door het lopen van de drager van de lamp, do<strong>of</strong>den.<br />
Men morste natuurlijk gemakkelijk olie, waardoor de lamp kon doven, doch<br />
evengoed helemaal in brand kon vliegen.<br />
De kaars<br />
Een kaars kan worden omschreven als een cilindrische staaf tamelijk zachte, vaste<br />
brandst<strong>of</strong> met, over de gehele lengte en er iets bovenuitstekend, een in de kern<br />
aanwezig koord <strong>of</strong> pit van getwijnde en later gevlochten katoen.<br />
In de Romeinse tijd waren kaarsen algemeen in gebruik, doch er zijn aanwijzingen<br />
dat de kaars reeds daarvoor bestond (Egypte). Hoogtepunt voor de kaars ligt<br />
gedurende de middeleeuwen. Door de loop van de geschiedenis hebben zich<br />
wijzigingen en verbeteringen voorgedaan in onder andere productiemethode,<br />
gebruikte grondst<strong>of</strong>fen en de pit.<br />
Kijken we naar de gebruikte grondst<strong>of</strong>fen dan onderscheiden we:<br />
- bieskaars. Gemaakt van biezen die zijn ontdaan van de schors. Daarna worden ze<br />
gedroogd en vervolgens ingesmeerd <strong>of</strong> doordrenkt met (heet) vet.<br />
- talgkaars (ook wel smeer- <strong>of</strong> vetkaars) gemaakt van dierlijk vet van<br />
bijvoorbeeld schapen <strong>of</strong> runderen. <strong>Van</strong>af einde 18e eeuw ook vet van potvissen.<br />
Dit zijn de oudste materialen voor het maken van kaarsen<br />
- Waskaars. Deze is vervaardigd van bijenwas. Ze brandt beter (meer licht) dan<br />
de talgkaars, doch is duurder en vormde en vormt nog een luxeproduct. Ze<br />
werd in grote aantallen gebruikt bij rooms-katholieke missen en door welgestelden.<br />
- Stearinekaars. Stearine werd in 1823 door Fransman Eugène Chevreul ontdekt.<br />
Stearine is een mengsel van verzadigde vetzuren: stearinezuur en palmitinezuur<br />
en werd vervaardigd van dierlijke en plantaardige vetten.<br />
- Paraffinekaars. In 1830 werd paraffine ontdekt door wetenschapper baron Karl<br />
7