Gemeente Leidschendam-Voorburg
Gemeente Leidschendam-Voorburg
Gemeente Leidschendam-Voorburg
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Maatregelen voor een evaluatie van de beoogde herinrichting.<br />
Ook voor deze aanbeveling geldt, dat hier geen sprake is van een vraagstuk dat een nadere<br />
planologische afweging behoeft. Een concretisering van het evaluatiemaatregelen kan worden<br />
voorbereid zodra de bestemmingsplannen voor de herinrichting een definitieve status hebben<br />
verkregen. Pas dan is er sprake van enige rechtszekerheid t.a.v. de beoogde herinrichting en<br />
kunnen de hiervoor gewenste monitoringsmaatregelen worden opgezet. Daarbij kan worden<br />
gedacht aan flora- en faunastudies maar ook aan civieltechnische - of hydrologische<br />
onderzoeken bijvoorbeeld voor vraagstukken als:<br />
• de veronderstelde afname van kwel in het waterbergingsgebied<br />
• de analyse van kwelprocessen in de laag gelegen lintbebouwing van Wilsveen<br />
• stoffenbalansen m.b.t. de kwaliteit van het oppervlaktewater en<br />
• het ecologisch functioneren van de brede waterzoom langs de Landscheiding.<br />
9.3 Vervolg van de planprocedure<br />
Onder het regime van de (thans) oude Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO), zoals dat goldt<br />
tot 1 juli 2008, zag de voorgeschreven bestuurlijke procedure met betrekking tot het tot stand<br />
brengen van een bestemmingsplan er globaal als volgt uit:<br />
1. vaststelling van het voorontwerpbestemmingsplan door het gemeentebestuur;<br />
2. overleg- en inspraakprocedure;<br />
3. vaststelling van het ontwerpbestemmingsplan door het gemeentebestuur;<br />
4. zienswijzenprocedure;<br />
5. vaststelling van het definitieve bestemmingsplan door de gemeenteraad;<br />
6. bedenkingenprocedure;<br />
7. goedkeuring van het bestemmingsplan door gedeputeerde staten.<br />
Met ingang van 1 juli 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) in werking getreden. De<br />
invoering van de Wro heeft ingrijpende gevolgen gehad voor de bestuurlijke procedure ten<br />
aanzien van bestemmingsplannen. Thans is de voorgeschreven bestuurlijke procedure als volgt<br />
ingericht:<br />
1. vaststelling van het ontwerpbestemmingsplan door het gemeentebestuur;<br />
2. zienswijzenprocedure;<br />
3. vaststelling van het definitieve bestemmingsplan door de gemeenteraad.<br />
Voor meer concrete details omtrent de wettelijk voorgeschreven procedure, in acht te nemen<br />
termijnen, etc. wordt hier kortheidshalve verwezen naar de tekst van de Wet ruimtelijke<br />
ordening zelf.<br />
De zienswijzenprocedure naar aanleiding van de ter inzagelegging van het<br />
ontwerpbestemmingsplan heeft geresulteerd in het indienen van 61 ontvankelijke zienswijzen.<br />
De ingediende zienswijzen zijn samengevat en beantwoord in een aparte, van dit<br />
bestemmingsplan deel uitmakende, bijlage. Op onderdelen hebben deze zienswijzen geleid tot<br />
aanpassing van de planstukken. Daarnaast zijn -ondergeschikte- onderdelen van het<br />
bestemmingsplan na afronding van de ter inzagelegging nog ambtshalve aangepast en/of<br />
gecorrigeerd, waarmee het plan gereed is voor vaststelling door de gemeenteraad.<br />
82<br />
Bestemmingsplan Nieuwe Driemanspolder 2009