Gemeente Leidschendam-Voorburg
Gemeente Leidschendam-Voorburg
Gemeente Leidschendam-Voorburg
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Polder of de Zoetermeerse Meerpolder. Tegelijkertijd zal de omvang van de<br />
watervogelpopulatie vermoedelijk sterk toenemen. De voorgestelde biotoopontwikkeling komt<br />
daarbij vooral ten gunste aan watervogels en moerasvogels van de Slobeendgroep en de<br />
Kuifeendgroep. Als representatieve vogelsoorten respectievelijk doelsoorten gelden daarbij de<br />
roerdomp, snor en blauwborst en moerasvogels als de kleine karekiet en de rietzanger. Verder<br />
is de kans groot dat ook vogels uit nabij gelegen biotopen (zoals de Aalscholvers bij de Plas van<br />
Wiegel) het projectgebied zullen gaan opzoeken en hier nieuwe kolonies gaan stichten.<br />
Voor genoemde faunagroepen geldt, dat de inrichting dient te worden afgestemd op de<br />
behoefte aan broed- en rustplaatsen enerzijds en aan foerageermogelijkheden anderzijds. De<br />
eilanden, oeverzones en watergangen in het biotoopstelsel dienen derhalve zodanig te zijn<br />
bemeten, dat zij goede habitatvoorwaarden bieden voor de hiervoor genoemde doelsoorten.<br />
Met het thans voorliggende inrichtingsvoorstel kan hieraan worden voldaan.<br />
Amfibieën<br />
De herinrichting van de Nieuwe Driemanspolder heeft naar verwachting tevens effecten op de<br />
amfibieën in en rond het waterbergingsgebied. De belangrijkste redenen hiervoor zijn het<br />
grondverzet en de graafwerkzaamheden tijdens de aanleg van de waterberging. Hierdoor zal<br />
het fijnmazige slotenstelsel veranderen in een plassengebied met biotopen van een grotere<br />
maat. Op grond van de beoogde inrichtingskenmerken (flauwe taluds, plas-dras biotopen en<br />
delen met ondiep water) wordt echter verondersteld dat het amfibieënbestand zich kan<br />
handhaven of dat het zich op termijn weet te herstellen.<br />
Vissen<br />
Met de herinrichting zullen de kwelverschijnselen in de Nieuwe Driemanspolder naar<br />
verwachting sterk afnemen, omdat het permanente oppervlaktewater van de seizoensberging<br />
“tegendruk” biedt aan kwelwater uit de diepere bodemlagen. Dit resulteert over het algemeen in<br />
een betere waterkwaliteit met meer ruimte voor onderwaterplanten. Deze planten brengen<br />
zuurstof in het water waardoor de kans op een gezond aquatisch ecosysteem wordt vergroot.<br />
Op basis van ervaringgegevens mag worden verwacht, dat de herinrichting dus positieve<br />
effecten heeft op de visfauna in het plangebied. Een fauna-inventarisatie aan het begin van de<br />
planvorming heeft hieromtrent al enkel jaren geleden laten zien, dat onder de vissoorten van de<br />
Nieuwe Driemanspolder ook onverwachte soorten voorkomen zoals bittervoorn, kleine<br />
modderkruiper en het vetje. Met de toekomstige inrichting wordt getracht het soortenspectrum<br />
vooral te richten op soorten van de snoek en -blankvoorngemeenschap.<br />
Zoogdieren<br />
Behalve op de hiervoor genoemde soorten zal de nieuwe inrichting ook effecten hebben op de<br />
zoogdieren in het plangebied en hier in het bijzonder op de vleermuizenpopulatie. De<br />
verwachting bestaat dat er vooral betere habitatvoorwaarden zullen ontstaan voor de<br />
meervleermuis, die veel baat heeft bij de lange oeverlijnen in het bergingsgebied, die na de<br />
herinrichting een vergelijkbare oriëntatiefunctie zullen vervullen als de (hoofd)weteringen van<br />
het huidige slotenstelsel.<br />
Bestemmingsplan Nieuwe Driemanspolder 2009 49