5 leeftijd van 25 tot 70 jaar; 8 studies hebben alleen betrekk<strong>in</strong>g op mannen, <strong>in</strong> de leeftijd van 20 tot 85 jaar. 6 studies hebben betrekk<strong>in</strong>g op de algemene bevolk<strong>in</strong>g; <strong>in</strong> de overige studies betreft het specifieke groepen (artsen, verpleegkundigen, paramedici, of mensen die <strong>in</strong> een bedrijf werkzaam waren). De resultaten van de meta-analyse worden <strong>in</strong> bijgaande tabel sa- mengevat. 10 15 20 25 Tabel: Relatieve risico’s (op basis van multivariate analyse) voor het ontstaan van type 2 diabetes bij verschillende niveaus van alcoholconsumptie; referentiegroep zijn geheelonthouders (RR=1) Alcoholconsumptie <strong>in</strong> gram per dag < 6 6-12 12-24 24-48 >48 Allen 0,88 (0,80–0,95)* 0,73 (0,62–0,86) 0,66 (0,59–0,75) 0,74 (0,63–0,88) 0,93 (0,74–1,18) mannen 0,93 (0,82–1,04) 0,80 (0,71–0,90) 0,75 (0,60–0,95) 0,71 (0,60–0,83) 1,06 (0,86–1,32) vrouwen 0,81 0,59 0,55 0,78 - (0,75–0,88) (0,54–0,64) (0,47–0,65) (0,49–1,23)** BMI-relatief laag 0,76 (0,65–0,88) 0,64 (0,44–0,92) 0,73 (0,53–1,01) 0,85 (0,49–1,46) 1,28 (0,37–4,40) BMI-relatief hoog 0,85 (0,79–0,92) 0,75 (0,63–0,90) 0,67 (0,57–0,78) 0,71 (0,55–0,91) *: tussen haakjes is een 95%-betrouwbaarheids<strong>in</strong>terval vermeld **:betreft het relatief risico van twee categorieën (24-48 en >48 gram alcohol per dag) 0,92 (0,73–1,16) Bij matig alcoholgebruik, gedef<strong>in</strong>ieerd <strong>in</strong> deze meta-analyse als een gemiddelde dagelijkse hoeveelheid van meer dan 6 en m<strong>in</strong>der dan 48 gram alcohol, is er sprake van een risicore- ductie van circa 30%, aldus Koppes (2005). Over het geheel genomen lijkt de risicoreductie, geassocieerd met matig alcoholgebruik, iets groter voor vrouwen dan voor mannen; de ver- schillen zijn echter niet statistisch significant. Tussen <strong>in</strong>dividuen met een relatief hoge of een relatief lage BMI zijn geen verschillen aantoonbaar. Bij een consumptie van meer dan 48 gram alcohol per dag, is het risico vergelijkbaar met dat van geheelonthouders. Koppes (2005) meent dat het beschermend effect van matig dr<strong>in</strong>ken niet verklaard kan worden doordat <strong>in</strong> de referentiegroep van geheelonthouders voormalige zware dr<strong>in</strong>kers zijn opgenomen met pre-existente ziekte: ‘de twee <strong>in</strong> deze meta-analyse opgenomen studies waarvoor de resultaten apart werden gerapporteerd voor vroegere dr<strong>in</strong>kers en levenslange geheelonthouders, tonen geen uitkomsten die deze veronderstell<strong>in</strong>g ondersteunen’. Conclusie Niveau 2 Een gemiddelde dagelijkse consumptie van 6-48 gram alcohol reduceert het risico op type 2 diabetes met 30%. Dit geldt waarschijnlijk voor mannen en vrouwen. In geval van overmatig drankgebruik kan geen conclusie met betrek- k<strong>in</strong>g tot het risico op type 2 diabetes worden getrokken. A2 Carlsson 2005; Koppes 2005 30 Het lichaam is <strong>in</strong> staat de bloedsuikerspiegel op peil te houden ook zonder aanvoer van suikers uit de voed<strong>in</strong>g. Dit gebeurt enerzijds door afbraak van de glycogeenvoorraad <strong>in</strong> de lever (glycogenolyse) en anderzijds door aanmaak van glucose uit vetten en eiwitten (gluconeogenese). Omdat alcohol de gluconeogenese remt, kan bij een afwezige glycogeenvoorraad 202 <strong>Concept</strong> multidiscipl<strong>in</strong>iare <strong>richtlijn</strong> stoornissen <strong>in</strong> het gebruik van alcohol, 2007
5 10 15 20 (b.v. na vasten) een te lage bloedsuikerspiegel, hypoglycemie, dreigen. In de praktijk lijkt dit alleen voor te komen bij patiënten met diabetes mellitus, die niet eten, wel alcohol consumeren en hun bloedsuikerverlagende medicatie cont<strong>in</strong>ueren. Of een dergelijke hypoglycemie ook voorkomt bij personen, die geen diabetes mellitus hebben dan wel geen bloedsuikerverlagende medicijnen gebruiken, is slechts op kle<strong>in</strong>e schaal onderzocht Menecier 1998; Sporer 1992). Menecier et al. verrichtten een grote case control studie met 6145 patiënten <strong>in</strong> een Frans algemeen ziekenhuis. Alle patiënten, bij wie zowel een bloedglucose als een alcoholspiegel waren bepaald, werden geïncludeerd. Uitkomst: een hypoglycemie
- Page 1 and 2:
5 Concept Multidisciplinaire richtl
- Page 3:
De in het glossarium vermelde trefw
- Page 6 and 7:
5 10 15 20 25 30 35 40 45 4.2. Wat
- Page 11 and 12:
SAMENSTELLING VAN DE WERKGROEP 5 10
- Page 13 and 14:
Concept multidiscipliniare richtlij
- Page 15 and 16:
Welke instrumenten in de eerste en
- Page 17 and 18:
5 10 Eenmalige en kortdurende inter
- Page 19 and 20:
5 10 Aangezien het er op lijkt dat
- Page 21 and 22:
5 Alcohol en de lever Patiënten me
- Page 23 and 24:
5 10 Het verdient aanbeveling om bi
- Page 25 and 26:
Concept multidiscipliniare richtlij
- Page 27 and 28:
5 richtlijn is een document waarin
- Page 29 and 30:
5 10 15 20 25 30 35 40 45 Werkwijze
- Page 31 and 32:
* Deze classificatie is alleen van
- Page 33 and 34:
Concept multidiscipliniare richtlij
- Page 35 and 36:
5 10 15 20 25 30 35 40 45 slaafde e
- Page 37 and 38:
5 10 15 20 25 30 35 40 45 - Gematig
- Page 39 and 40:
Tabel 1: DSM-IV en ICD-10 diagnosti
- Page 41 and 42:
Aanbeveling De DSM-IV classificatie
- Page 43 and 44:
5 10 15 20 25 30 35 40 45 3.5. Wat
- Page 45 and 46:
5 10 15 20 25 30 35 40 45 Rol van d
- Page 47 and 48:
5 10 15 20 25 30 35 40 Aanbevelinge
- Page 49 and 50:
5 10 • Finney JW, Hahn AC, Moos R
- Page 51 and 52:
5 10 15 1998). Daarom zou het beter
- Page 53 and 54:
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat d
- Page 55 and 56:
5 10 • Skipsey K, Burleson J, Kra
- Page 57 and 58:
5 10 derlandse huisartsenduopraktij
- Page 59 and 60:
5 10 15 20 25 30 35 - Bij mensen di
- Page 61 and 62:
Tabel 1: Screeningskenmerken voor a
- Page 63 and 64:
5 van benzodiazepines. Onder de 60
- Page 65 and 66:
HOOFDSTUK 5: MEDICAMENTEUZE BEHANDE
- Page 68 and 69:
Niveau 1 Niveau 2 Carbamazepine is
- Page 70 and 71:
5 6.6 (betrouwbaarheidsinterval 1.2
- Page 72 and 73:
5 10 15 20 25 30 35 40 • Duncan D
- Page 75 and 76:
Auteur Mate van bewijs Jaartal Ther
- Page 77 and 78:
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat a
- Page 79 and 80:
Auteur Mate van bewijs Jaartal van
- Page 81 and 82:
Conclusies Naltrexone is een effect
- Page 83 and 84:
5 10 peld aan de veronderstelde far
- Page 85 and 86:
5 10 In een gerandomiseerde dubbelb
- Page 87 and 88:
5 10 15 20 25 • Chick J, Gough K,
- Page 89 and 90:
farmacotherapeutische) in combinati
- Page 91 and 92:
5 10 15 20 25 30 35 De effectivitei
- Page 93 and 94:
Conclusie Niveau 3 Er zijn aanwijzi
- Page 95 and 96:
5 10 re afname van 51 gr alcohol pe
- Page 97 and 98:
Conclusie Niveau 1 Cognitieve gedra
- Page 99 and 100:
Conclusies Niveau 1 Het aanleren va
- Page 101 and 102:
5 Een vaker onderzochte variant (Ro
- Page 103 and 104:
5 10 15 20 Aanbeveling Alleen in ge
- Page 105 and 106:
5 10 15 20 In een later artikel tek
- Page 107 and 108:
5 10 15 20 25 30 35 40 • Miller,
- Page 109 and 110:
5 10 15 20 25 30 Overzicht van de e
- Page 111 and 112:
5 Literatuur • Miller, William R.
- Page 113 and 114:
Concept multidiscipliniare richtlij
- Page 115 and 116:
5 10 15 20 25 30 deze studie geen e
- Page 117 and 118:
het totale behandelpakket . Er zijn
- Page 119 and 120:
5 10 15 20 25 depressie met antidep
- Page 121 and 122:
5 10 placebo. De PTSS patiënten ve
- Page 123 and 124:
Conclusie Niveau 3 Het lijkt erop d
- Page 125 and 126:
5 204 dossiers van bipolaire patië
- Page 127 and 128:
5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 • Jo
- Page 129 and 130:
5 10 15 20 25 30 35 40 45 reden was
- Page 131 and 132:
5 10 15 20 het CBR bestuurders die
- Page 133 and 134:
Conclusie Niveau 3 Justitieel opgel
- Page 135 and 136:
Concept multidiscipliniare richtlij
- Page 137 and 138:
wordt ook in de studie van Richmond
- Page 140 and 141:
Evidence tabel: effectiviteit van i
- Page 142 and 143:
HOOFDSTUK 11: COMPLEMENTAIRE EN ALT
- Page 144 and 145:
5 10 15 20 25 30 dies bestaan scoor
- Page 146 and 147:
HOOFDSTUK 12: OORZAKEN VAN EN RISIC
- Page 148 and 149:
5 10 15 20 25 30 ingrepen. Hetgeen
- Page 150 and 151:
1. Directe effecten van alcoholmisb
- Page 152 and 153:
5 10 Het glutaminerge systeem draag
- Page 154 and 155:
5 10 ducties. Bij gemiddeld 1-2% va
- Page 156 and 157:
5 10 15 over de optimale dosering e
- Page 158 and 159:
1980 ovpat clonidine methysergide p
- Page 160 and 161:
op vier grotere onderzoeken, uitgev
- Page 162 and 163: 5 10 Bij alcoholverslaafden ontwikk
- Page 164 and 165: 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 • No
- Page 166 and 167: 5 10 15 20 vergrote milt en ascites
- Page 168 and 169: 5 10 15 20 25 30 nen bij meer dan 8
- Page 170 and 171: Conclusie Niveau 2 Genetische facto
- Page 172 and 173: 5 10 15 Cochrane analyse van 15 ger
- Page 174 and 175: Tverdal 2003 Cohort studie, doodsoo
- Page 176 and 177: 5 10 15 20 25 van >= 32 was de mort
- Page 178 and 179: Eiwitrijke, energierijke voeding wo
- Page 180: 5 verzadiging waren in de groep die
- Page 202 and 203: (Functionele)Teratogeniciteit: Bloo
- Page 204 and 205: 5 10 15 meisjes, in Nederland, waar
- Page 206 and 207: 5 10 15 20 25 30 35 40 • Het verb
- Page 208: Door middel van een meta-analyse he
- Page 211: 5 10 15 20 25 30 35 40 45 • Rehm
- Page 216 and 217: 5 10 15 20 25 Friedländer-pneumoni
- Page 218 and 219: Tabel: Relatieve risico’s voor ve
- Page 220 and 221: 5 10 15 20 25 optreden aspiratie pn
- Page 222 and 223: HOOFDSTUK 13: DE ROL VAN DE HUISART
- Page 224 and 225: Conclusies Korte interventies bij m
- Page 226: 5 10 15 20 25 30 35 40 45 Aanbeveli
- Page 229 and 230: Concept multidiscipliniare richtlij
- Page 231 and 232: 5 10 15 20 25 behandeling hiervan,
- Page 233 and 234: Conclusies Niveau 3 Een richtlijn w
- Page 235 and 236: 5 10 15 20 25 15.2 Kernaanbevelinge
- Page 237 and 238: 5 10 15 20 25 30 Kernaanbeveling 11
- Page 240 and 241: (overeenkomend met ca. 10 gram pure
- Page 242 and 243: 5 10 15 20 25 30 biopsychosociale (