06.05.2015 Views

Angststoornissen - Vereniging EMDR Nederland

Angststoornissen - Vereniging EMDR Nederland

Angststoornissen - Vereniging EMDR Nederland

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

PANIEKSTOORNIS MET OF ZONDER AGORAFOBIE<br />

Aanbeveling<br />

Exposure in vivo is een uiterst effectieve interventie bij paniekstoornis<br />

met agorafobie. Zeker daar waar vermijding een belangrijk element is in<br />

het ziektebeeld, bestaat geen reden om a priori een andere psychologische<br />

interventie toe te passen dan exposure in vivo.<br />

4.2.3.2 Wijze en duur van toepassing<br />

Wetenschappelijke onderbouwing<br />

Exposure in vivo kan volgens verschillende procedures worden toegepast. Met betrekking<br />

tot een aantal procedureverschillen zijn vergelijkende studies verricht. Langdurige<br />

exposure is effectiever dan kortdurende; in vivo exposure is effectiever dan imaginaire;<br />

exposure in een groep is ongeveer even effectief als individueel toegepaste<br />

exposure; verschillen in individuele responspatronen hebben geen invloed op de effectiviteit<br />

van exposure; zelfgecontroleerde exposure is even effectief als exposure onder<br />

begeleiding van een therapeut; Ook wanneer exposure door de patiënt zelf wordt uitgevoerd,<br />

bevordert een actieve opstelling van de therapeut op het gebied van motivering<br />

uitleg en feedback de effectiviteit van exposure (Emmelkamp, 1994).<br />

Er is geen onderzoek gedaan naar de optimale ‘dosering’ van exposure in vivo. Wetenschappelijk<br />

onderzoek naar de effectiviteit van psychologische interventies is doorgaans<br />

gericht op het vaststellen van minimale werkzaamheid en niet op dat van optimale<br />

werkzaamheid. Het wetenschappelijk onderzoek gaat meestal over exposure<br />

behandelingen die tien tot vijftien wekelijkse sessies duren waarbij tussen de zittingen<br />

in dagelijks door de patiënt zelfstandig exposure in vivo moet worden uitgevoerd.<br />

Daarbij wordt ernaar gestreefd dat deze exposure oefeningen telkens ongeveer een<br />

uur tot anderhalf uur duren (Edelmann, 1992; Emmelkamp & van Balkom, 1996). Het<br />

is onduidelijk in hoeverre de ‘gouden regel’ dat men gedurende exposure de situatie<br />

niet mag verlaten totdat de angst is gezakt inderdaad opgaat (Mathews et al., 1977).<br />

Uit verschillende onderzoeken komt naar voren dat angstreductie niet wordt aangetast<br />

wanneer aan de patiënt expliciet de mogelijkheid wordt geboden om de situatie<br />

te verlaten wanneer de angst te zeer oploopt (De Silva & Rachman, 1984; Rachman<br />

et al., 1986; Emmelkamp, 1994). Het is wel belangrijk dat de patiënt zich later alsnog<br />

aan de betreffende, door hem verlaten situatie blootstelt (Emmelkamp & van Balkom,<br />

1996).<br />

Conclusie<br />

Niveau 1<br />

Exposure in vivo moet worden toegepast als een betrekkelijk<br />

intensieve behandeling. Zij moet minimaal twee tot drie<br />

maanden duren en er moet dagelijks minimaal een uur<br />

(zelf)exposure worden toegepast. Met specifieke situaties<br />

moet net zo lang worden geoefend totdat de situatie geen<br />

angst meer oproept. De therapeut moet duidelijke instructies<br />

en feedback geven over de wijze waarop exposure in<br />

vivo werkt en dient te worden uitgevoerd.<br />

A2 Rachman et al, 1986; De Silva & Rachman, 1984; Edelmann,<br />

1992; Emmelkamp & van Balkom, 1996; Emmelkamp,<br />

1994<br />

50

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!