Angststoornissen - Vereniging EMDR Nederland
Angststoornissen - Vereniging EMDR Nederland
Angststoornissen - Vereniging EMDR Nederland
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
AANBEVELINGEN VANUIT HET CLIËNTENPERSPECTIEF<br />
13 Aanbevelingen vanuit het<br />
cliëntenperspectief<br />
Hieronder vindt u een overzicht van aanbevelingen vanuit het cliëntenperspectief.<br />
Deze aanbevelingen zijn ondermeer gebaseerd op het rapport ‘Het perspectief van<br />
cliënten op de hulpverlening bij angststoornissen’ (C. van der Veen, A. Eland en A.<br />
Wiemand), dat bewerkt is door mw. drs. M. Taams en mw. M. Ulrich.<br />
13.1 Diagnostiek<br />
13.1.1 Cliëntkenmerken<br />
Mensen met een angststoornis zijn meester in het verhullen van het eigenlijke probleem<br />
achter een façade van diverse lichamelijke klachten. Omdat de cliënt in eerste<br />
instantie vaak niet rechtstreeks aangeeft waar het om gaat, is het belangrijk dat de<br />
hulpverlener zich inspant om de hulpvraag van de cliënt boven tafel te krijgen. Dat<br />
kan hij doen als hij vermoedt dat er sprake is van een angststoornis. Hieronder staat<br />
een aantal veelvoorkomende kenmerken van de cliënt waarbij de hulpverlener kan<br />
denken in de richting van een angststoornis:<br />
• extreme angst/onzekerheid (in de acute fase);<br />
• verstoord evenwicht van draaglast - draagkracht (dit kan zich uiten in zowel overdreven<br />
actief als passief gedrag);<br />
• façadegedrag, bedoeld om schaamte- en schuldgevoelens te verbloemen. De cliënt<br />
doet extreme pogingen om zich staande te houden;<br />
• een hoge mate van perfectionisme;<br />
• geen grenzen kunnen stellen/geen maat kunnen houden;<br />
• denken in termen van alles–niets/zwart–wit/goed-slecht;<br />
• overgevoeligheid voor de omgeving;<br />
• neiging tot afstand nemen en teruggetrokken leven; Mensen met angststoornissen<br />
kunnen overgaan tot totale vermijding en terugtrekgedrag. Wat weer leidt tot eenzaamheid;<br />
• cliënten ontbreekt het soms aan een divers en geïnformeerd netwerk, waaronder<br />
de familie. Vaak is de familie/directe omgeving ook niet goed op de hoogte van de<br />
problematiek;<br />
• cliënten kunnen problemen hebben met het vinden en aangaan van intieme relaties;<br />
• vaak is er sprak van lichamelijke problemen zoals extreme vermoeidheid, motorische<br />
problemen (zoals door de benen zakken), hyperventilatie, braken en eetproblemen;<br />
• er kan sprake zijn van een verstoord dag- en nachtritme, zoals slaapproblemen, ’s<br />
nachts actief worden, ‘s ochtends niet uit bed kunnen komen;<br />
• belemmeringen vanuit de omgeving. Cliënten worden in hun normale functioneren<br />
vaak belemmerd door de reacties van de omgeving op de problematiek. De omgeving<br />
kan cliënten het gevoel geven dat ze niet meer als gezond of volwaardig worden<br />
gezien. Ook kan de omgeving overbezorgd reageren en de mogelijkheden en<br />
capaciteiten van de cliënt onderschatten;<br />
• ervaren van afhankelijkheid en onveiligheid in de relaties met hulpverleners maakt<br />
dat cliënten kwetsbaar kunnen reageren, vooral in acute fases;<br />
• het handhaven van een optimale mate van zelfbeschikking is vaak problematisch.<br />
Dit probleem speelt op meerdere niveaus. In de relatie met hulpverleners voelen<br />
cliënten zich vaak onmachtig om hun eigen hulpvraag te formuleren en van daaruit<br />
eigen keuzes te maken. Maar ook daarbuiten, in de rest van hun leven, heeft men<br />
vaak het gevoel het eigen leven niet meer te kunnen sturen en in te richten volgens<br />
de individuele waarden en ideeën;<br />
207