Landelijk Basisprogramma Angststoornissen - GGZ-richtlijnen
Landelijk Basisprogramma Angststoornissen - GGZ-richtlijnen
Landelijk Basisprogramma Angststoornissen - GGZ-richtlijnen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Onderstaand een korte introductie van de genoemde thema’s:<br />
Doelgroep (H2)<br />
In deel A wordt beschreven wat onder doelgroep in een zorgprogramma verstaan wordt. Deel B beschrijft de<br />
doelgroep cliënten met een angststoornis. Het basisprogramma beschrijft en richt zich op cliënten met de<br />
volgende typen angststoornissen:<br />
■ paniekstoornis met en zonder agorafobie<br />
■ sociale fobie<br />
■ enkelvoudige fobie<br />
■ obsessieve-compulsieve stoornis (dwangstoornis)<br />
■ gegeneraliseerde angststoornis<br />
■ posttraumatische stressstoornis<br />
■ hypochondrie (in navolging van de NHG-Standaard angststoornissen is deze stoornis aan het rijtje toegevoegd).<br />
Daarna komen aan bod: de omvang van de doelgroep (prevalentie), risicogroepen en -factoren en luxerendeen<br />
onderhoudende factoren. In deel C worden aspecten rond co-morbiditeit, seksespecifieke aspecten en allochtonen/asielzoekers<br />
kort besproken.<br />
Hulpvraag (H3)<br />
Deel A beschrijft wat onder het begrip hulpvraag in een zorgprogramma verstaan wordt. In deel B worden de<br />
hulpvragen omschreven waarmee cliënten met een angststoornis zich in de eerste en de tweede lijn veelal<br />
aanmelden. De hulpvragen op verschillende levensgebieden (psychisch functioneren, sociaal functioneren,<br />
lichamelijk functioneren en seksualiteit, dagstructurering, werk en opleiding, woonomgeving en betekenisgeving)<br />
worden nader omschreven.<br />
In deel C komen de hulpvragen van specifieke doelgroepen aan bod, namelijk vrouwen, allochtonen en cliënten<br />
zonder een specifieke hulpvraag.<br />
Doelen (H4)<br />
In deel A komt ter sprake wat de doelen van een zorgprogramma in het algemeen dienen te zijn. In deel B<br />
wordt dit gespecificeerd naar doelen waarnaar gestreefd wordt in het contact met een cliënt met een angststoornis,<br />
d.w.z. de verschillende behandeldoelen. Hierbij is ook aandacht voor doelen van preventie.<br />
GZZ-preventie en gezondheidsbevordering (H5)<br />
Preventie heeft in het basisprogramma een grotere plaats gekregen dan in de meeste bestaande zorgprogramma’s<br />
het geval is. Hiermee wordt een begin gemaakt met het overschrijden van de grenzen tussen preventie,<br />
eerstelijns- en tweedelijns <strong>GGZ</strong>.<br />
In deel A wordt beknopt beschreven welke vier vormen van <strong>GGZ</strong> preventie er te onderscheiden zijn: universele,<br />
selectieve, geïndiceerde en zorggerichte preventie. Ook wordt het verschil tussen <strong>GGZ</strong> preventie en<br />
gezondheidsbevordering uitgelegd.<br />
In deel B wordt de plaats van preventie in het basisprogramma angststoornissen verduidelijkt en worden de<br />
vier preventievormen voor angststoornissen beschreven. Daarna komen specifieke risico en beschermende<br />
factoren aan bod.<br />
Deel C behandelt de mogelijke aanbieders van <strong>GGZ</strong> preventie in een regio en geeft een overzicht van interventie<br />
mogelijkheden m.b.t. angststoornissen.<br />
Indicatiestelling en zorgtoewijzing (H6)<br />
Dit hoofdstuk heeft tot doel om een helder overzicht te geven van de verschillende stappen die in het proces<br />
van indicatiestelling en zorgtoewijzing genomen moeten worden. Waar mogelijk zijn aan deze stappen de<br />
instrumenten toegevoegd die daarbij te gebruiken zijn. Als er van een richtlijnadvies over deze instrumenten<br />
is uitgegaan, wordt dat erbij vermeld.<br />
8 <strong>Landelijk</strong> <strong>Basisprogramma</strong> <strong>Angststoornissen</strong>