06.05.2015 Views

Landelijk Basisprogramma Angststoornissen - GGZ-richtlijnen

Landelijk Basisprogramma Angststoornissen - GGZ-richtlijnen

Landelijk Basisprogramma Angststoornissen - GGZ-richtlijnen

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Verheldering en beïnvloeding van de hulpvraag<br />

Als de huisarts of een andere behandelaar het vermoeden heeft dat er sprake is van een angststoornis, kan<br />

meer zekerheid gekregen worden door te vragen naar buitensporige angst. Hierbij kan gebruik gemaakt worden<br />

van de volgende vragen:<br />

■ Voelt u zich angstig; heeft u onbestemde angstgevoelens; maakt u zich veel zorgen?<br />

■ Vindt u de angsten of bezorgdheden reëel; kunt u ze begrijpen?<br />

■ Belemmeren deze gevoelens u in het dagelijks functioneren thuis, op het werk of in uw vrije tijd?<br />

Cliënten hebben meestal een persoonlijke visie op hun angststoornis(sen) ontwikkeld. Dit beeld heeft voornamelijk<br />

betrekking op het ontstaan van de ziekte en zingeving ervan voor het eigen leven. Deze persoonlijke<br />

visie kan de voorkeuren voor behandeling en het overleg met hulpverleners beïnvloeden.<br />

Het is voor de samenwerking tussen cliënt en hulpverlener van belang dat beide partijen hun visie op de<br />

problematiek uiten en nagaan of men verschillend over de problemen en hun oorzaken denkt. Mensen met<br />

angststoornissen hebben de neiging hun klachten lichamelijk te verklaren en het kan moeilijk zijn voor<br />

hulpverleners om dat somatisch denkkader van de cliënt te vertalen naar een psychologisch denkkader. Door<br />

de veelal aanwezige comobiditeit kunnen hulpverleners naar een zijspoor geleid worden. Consultatie vanuit<br />

de tweedelijns <strong>GGZ</strong> kan hier hulp bieden. (63)<br />

Er zijn de afgelopen jaren verschillende projecten gestart waarbij de tweedelijns <strong>GGZ</strong> de eerste lijn ondersteunt,<br />

in eerste instantie door middel van het bieden van consultatie. Een van de meest voorkomende vormen<br />

hiervan is een sociaal psychiatrisch verpleegkundige die een aantal uren werkzaam is in de eerste lijn.<br />

Uit onderzoek van het NIVEL (66) bleek dat de meeste consultaties door de huisarts aangevraagd worden. De<br />

reden voor de aanvraag is in bijna de helft van de gevallen onduidelijkheid over de diagnose. In ongeveer<br />

17% van de gevallen gaat het dan om patiënten met angst- en spanningsklachten.<br />

De hulpvraag zal over het algemeen afkomstig zijn van de betrokkene zelf, omdat deze de meeste lijdendruk<br />

ervaart. De hulpvraag kan ook uit de omgeving van de cliënt komen. Het functioneren van mensen met<br />

angststoornissen is vaak sterk belastend voor hun systeem, dat als geheel sterk kan worden beperkt in het<br />

normale functioneren of sterk compenserend moet optreden. (61, 63)<br />

Paniekstoornissen en de gegeneraliseerde angststoornis zijn in de eerste lijn goed te behandelen. Personen<br />

met een sociale fobie, OCS of PTSS kunnen beter direct naar de tweede lijn doorgestuurd worden, omdat<br />

medicatie alleen bij deze aandoeningen niet afdoende is.<br />

Verwijzing naar de tweede lijn vindt voor alle angststoornissen plaats wanneer de angststoornis ernstig interfereert<br />

met het functioneren van de betrokkene op belangrijke levensgebieden als werk, relatie en sociale<br />

contacten. De hulpvraag ontstaat meestal als de tot dusver gehanteerde copingstrategieën tekort blijken te<br />

schieten waardoor functieverlies en een sterke invalidering optreden. Vaak heeft de hulpvraag bij aanmelding<br />

betrekking op reeds lang bestaande angstverschijnselen, omdat angststoornissen nogal eens schuilgaan<br />

achter tal van lichamelijke klachten en in de eerste instantie niet altijd als zodanig worden herkend.<br />

Regelmatig bestaat er bij mensen met angststoornissen een sterke somatisering en gebruiken zij al langere<br />

tijd door de huisarts voorgeschreven medicatie (m.n. benzodiazepines en anti-depressiva). (61,63)<br />

Na een check op de diagnose door de huisarts, richt de analyse in de tweede lijn zich vooral op het in kaart<br />

brengen van factoren die de angstklachten veroorzaken en in stand houden, alsook de consequenties van de<br />

klachten. Daarnaast worden ook factoren uit andere levensgebieden in kaart gebracht. De nadere classificatie<br />

van de angststoornis in de tweede lijn vindt (over het algemeen) met behulp van de DSM-IV plaats.<br />

26 <strong>Landelijk</strong> <strong>Basisprogramma</strong> <strong>Angststoornissen</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!