04.05.2015 Views

Rechtspraak - Ekelmans en Meijer Advocaten

Rechtspraak - Ekelmans en Meijer Advocaten

Rechtspraak - Ekelmans en Meijer Advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Letsel & Schade 2011 nr. 4<br />

<strong>Rechtspraak</strong><br />

I 230 I Rechtbank Zwolle-Lelystad<br />

31 augustus 2011<br />

(mr. T.R. Hidma; zaaknr: 184084/ HA ZA 11-444)<br />

Art. 843a Rv, inzage in correspond<strong>en</strong>tie met andere<br />

aansprakelijk gestelde partij.<br />

De ouders sprek<strong>en</strong> de aa.nsprakelijkheidsverzek.emar van<br />

e<strong>en</strong> campinghouder aan voor gehoorschade bij him kind,<br />

waarvan het vermoed<strong>en</strong> bestaat dat deze het gevolg is van<br />

e<strong>en</strong> bacteriele infectie, opgelop<strong>en</strong> in het zwembad. Zij<br />

hebb<strong>en</strong> eerder de arts<strong>en</strong> aansprakelijk gesteld die de<br />

infectie behandeld hebb<strong>en</strong>. De campinghouder <strong>en</strong> zijn<br />

verzekeraar vorder<strong>en</strong> in incid<strong>en</strong>t ex art. 843a Rv inzage in<br />

de bescheid<strong>en</strong> met betrekking tot de zaak teg<strong>en</strong> de behandel<strong>en</strong>d<br />

arts<strong>en</strong>. De rechter concludeert dat aan de drie vereist<strong>en</strong><br />

van art. 843a Rv is voldaan, te wet<strong>en</strong>: 1. rechtmatig<br />

belong, 2. voldo<strong>en</strong>de specificatie van de in tezi<strong>en</strong> bescheid<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> 3. dat de vorder<strong>en</strong>de parti] ook parti) is in de<br />

rechtsbetrekking, in casu onrechtmatige daad. De rechter<br />

k<strong>en</strong>t de incid<strong>en</strong>tele vordering toe. (Zie noot onder het vonnis,<br />

red.)<br />

El <strong>en</strong> E2, in de hoedanigheid van wettelijke verteg<strong>en</strong>woordigers<br />

van E3,<br />

won<strong>en</strong>de te Zoetermeer, eisers in de hoofdzaak, verweerders<br />

in het incid<strong>en</strong>t.<br />

advocaat mr. J.F. Roth te Amersfoort.<br />

teg<strong>en</strong><br />

1. Delta Lloyd Schadeverzekering NV, gevestigd te Amsterdam.<br />

2. VOF Sprookjescamping De Vechtstreek, gevestigd te Rheeze.<br />

3. G3, won<strong>en</strong>de te Coevord<strong>en</strong>.<br />

4. G4, won<strong>en</strong>de te Coevord<strong>en</strong>, gedaagd<strong>en</strong> in de hoofdzaak, eisers<br />

in het incid<strong>en</strong>t, advocaat mr. F.A.M. Kniippe te Arnhem.<br />

Partij<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> hierna E c.s. <strong>en</strong> Delta Lloyd c.s. g<strong>en</strong>oemd<br />

word<strong>en</strong>,<br />

1. Deprocedure<br />

1.1 Het verloop van de procedure blijkt uil:<br />

- de dagvaarding<br />

- de conclusie van antwoord tev<strong>en</strong>s houd<strong>en</strong>de de incid<strong>en</strong>tele<br />

vordering tot het verkrijg<strong>en</strong> van afschrift<strong>en</strong><br />

van bescheid<strong>en</strong> ex artikel 843 a Rv<br />

- de incid<strong>en</strong>tele conclusie van antwoord.<br />

1.2. T<strong>en</strong> slotte is vonnis bepaald in het incid<strong>en</strong>t.<br />

2. Het geschil<br />

2.1. In de hoofdzaak vordert E c.s. - kort gezegd - e<strong>en</strong><br />

verklaring voor recht dat Delta Lloyd c.s. aansprakelijk is<br />

voor de gehoorschade die bij E3 is ontstaan in juni 2003<br />

<strong>en</strong> de veroordeling van Delta Lloyd c.s. tot vergoeding<br />

van de door hem geled<strong>en</strong> <strong>en</strong> nog te lijd<strong>en</strong> schade, kost<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> interest<strong>en</strong>, nader op te mak<strong>en</strong> bij staat, <strong>en</strong> in de proceskost<strong>en</strong><br />

(waaronder de taxe betaald in het kader van<br />

het voorlopig getuig<strong>en</strong>verhoor).<br />

2.2. Delta Lloyd c.s. vordert in het incid<strong>en</strong>t E c.s. te veroordel<strong>en</strong><br />

tot verstrekking van afschrift<strong>en</strong> van bescheid<strong>en</strong><br />

ex artikel 843a Rv, te wet<strong>en</strong>: medische informatie, aansprakelijkstelling<strong>en</strong>,<br />

naar aanleiding daarvan gevoerde<br />

correspond<strong>en</strong>tie met de betrokk<strong>en</strong> medici, di<strong>en</strong>s belang<strong>en</strong>behartiger(s)<br />

<strong>en</strong>/of verzekeraar (s) <strong>en</strong> de gegev<strong>en</strong>s uit<br />

de klacht<strong>en</strong>procedure(s].<br />

2.3. E c.s. voert gemotiveerd verweer.<br />

2.4. Op de stelling<strong>en</strong> van partij<strong>en</strong> wordt hierna, voor<br />

zover van belang, nader ingegaan.<br />

3. De beoordeling in het incid<strong>en</strong>t<br />

3.1. De incid<strong>en</strong>tele vordering is gebaseerd op de bijzondere<br />

exhibitieplicht van artikel 843a Rv. Dit artikel stelt<br />

drie cumulatieve voorwaard<strong>en</strong> voor toewijzing van e<strong>en</strong><br />

dergelijke vordering tot inzage, afschrift of uittreksel van<br />

bescheid<strong>en</strong>, te wet<strong>en</strong>:<br />

1. eiser di<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> rechtmatig belang bij inzage, afschrift<br />

of uittreksel te hebb<strong>en</strong>;<br />

2. het moet gaan om bepaalde bescheid<strong>en</strong>;<br />

3. die bescheid<strong>en</strong> moet <strong>en</strong> zi<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> rechtsbetrekking<br />

waarin eiser partij is.<br />

3.2. De rechtbank overweegt di<strong>en</strong>aangaande als volgt.<br />

Rechtmatig belang<br />

3.3. Delta Lloyd c.s. heeft in haar incid<strong>en</strong>tele conclusie<br />

gesteld dat de gevraagde bescheid<strong>en</strong> relevant zijn voor<br />

haar verweer in de hoofdzaak daar deze betrekking hebb<strong>en</strong><br />

op de vraag of de (gehoor)schade zelf in causaal verband<br />

staat tot <strong>en</strong>ige gedraging van v.o.f. Sprookjescamping<br />

De Vechtstreek. Uit de gevraagde bescheid<strong>en</strong> zal -<br />

aldus Delta Lloyd c.s. - blijk<strong>en</strong> dat de gehoorschade is te<br />

wijt<strong>en</strong> aan het inadequaat handel<strong>en</strong> van de betrokk<strong>en</strong><br />

medici, althans dat de betrokk<strong>en</strong> medici de gehoorschade<br />

(gedeeltelijk) hadd<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>.<br />

3.4. De rechtbank begrijpt deze stelling van Delta Lloyd<br />

c.s. aldus dat de bescheid<strong>en</strong> relevant zijn voor de betwisting<br />

van het causale verband ter vestiging van de aansprakelijkheid<br />

alsook de toerek<strong>en</strong>ing van de schade als<br />

gevolg van het schadeveroorzak<strong>en</strong>de feit aan de aansprakelijke<br />

persoon. Hiermee is naar het oordeel van de<br />

rechtbank het rechtmatig belang van Delta Lloyd c.s. bij<br />

haar vordering gegev<strong>en</strong>.<br />

16


Letsel & Schade 2011 nr. 4<br />

Bepaalde bescheid<strong>en</strong><br />

3.5. Met E c.s. is de rechtbank echter van oordeel dat het<br />

verzoek tot verstrekking van medische informatie onvoldo<strong>en</strong>de<br />

bepaald is <strong>en</strong> in zoverre di<strong>en</strong>t de vordering van<br />

Delta Lloyd c.s. dan ook te word<strong>en</strong> afgewez<strong>en</strong>. De overige<br />

bescheid<strong>en</strong> zoals de aansprakelijkstelling<strong>en</strong> die E<br />

c.s. heeft gericht tot de medici die E3 behandeld hebb<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de tuss<strong>en</strong> E c.s. <strong>en</strong> de betrokk<strong>en</strong> medici althans hun<br />

verzekeraars naar aanleiding daarvan gevoerde correspond<strong>en</strong>tie<br />

alsook de gegev<strong>en</strong>s uit de klacht<strong>en</strong>procedure(s)<br />

zijn voldo<strong>en</strong>de bepaald.<br />

Partij bij rechtsbetrekking<br />

3.6. E c.s. heeft betoogd dat aan het derde vereiste van<br />

artikel 843 a Rv niet is voldaan omdat de gevraagde stukk<strong>en</strong><br />

toezi<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> rechtsbetrekking tuss<strong>en</strong> E c.s. <strong>en</strong> de<br />

betrokk<strong>en</strong> medici, e<strong>en</strong> rechtsbetrekking waarin Delta<br />

Lloyd c.s. ge<strong>en</strong> partij is.<br />

3.7. T<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de vraag of de gevraagde stukk<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangemerkt als bescheid<strong>en</strong> aangaande<br />

e<strong>en</strong> rechtsbetrekking waarin Delta Lloyd c.s. partij is,<br />

overweegt de rechtbank als volgt. De jurisprud<strong>en</strong>tie op<br />

dit punt geeft blijk van verschill<strong>en</strong>de interpretaties, restrictief<br />

dan wel ruim. De bewoording<strong>en</strong> van artikel 843a<br />

Rv gev<strong>en</strong> onvoldo<strong>en</strong>de houvast voor de <strong>en</strong>e of de andere<br />

interpretatie. De rechtbank staat e<strong>en</strong> ruime interpretatie<br />

voor, in aanmerking nem<strong>en</strong>d dat uit de memorie van toelichting<br />

ter zake van de wijziging van artikel 843a Rv per<br />

1 januari 2002 moet word<strong>en</strong> afgeleid dat is beoogd aan<br />

te sluit<strong>en</strong> bij de verruiming van de processuele mededelingsplicht<strong>en</strong>.<br />

Voorts is in dezelfde memorie van toelichting<br />

verwez<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> arrest van de Hoge Raad van<br />

30 januari 1998, NJ 1998/459, waarin de Hoge Raad e<strong>en</strong><br />

partij niet gehoud<strong>en</strong> achtte e<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> derde geslot<strong>en</strong><br />

schriftelijke koopovere<strong>en</strong>komst in het geding te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>,<br />

met de opmerking (in de memorie van toelichting) dat op<br />

grond van het gewijzigde artikel 843a Rv kan word<strong>en</strong><br />

gevorderd dat de koopovere<strong>en</strong>komst in het geding wordt<br />

gebracht.<br />

3.8. Di<strong>en</strong>overe<strong>en</strong>komstig is de rechtbank van oordeel dat<br />

de zinsnede 'aangaande e<strong>en</strong> rechtsbetrekking waarin hij<br />

partij is' zo moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgevat, dat deze zi<strong>en</strong> op<br />

alle stukk<strong>en</strong> die voor het bepal<strong>en</strong> van de inhoud van e<strong>en</strong><br />

rechtsbetrekking van betek<strong>en</strong>is zijn. Nu de vordering<br />

van E c.s. is gebaseerd op e<strong>en</strong> onrechtmatige daad <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

onrechtmatige daad e<strong>en</strong> rechtsbetrekking is in de zin van<br />

artikel 843a Rv, is sprake van e<strong>en</strong> rechtsbetrekking<br />

waarin Delta Lloyd c.s. partij is.<br />

Dwangsom<br />

3.9. Er bestaat ge<strong>en</strong> aanleiding voor het oplegg<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> dwangsom, nu de rechter die de hoofdzaak zal<br />

beoordel<strong>en</strong> de vrijheid heeft de door hem pass<strong>en</strong>d<br />

geachte gevolg<strong>en</strong> te verbind<strong>en</strong> aan het ev<strong>en</strong>tueel niet<br />

voldo<strong>en</strong> door E c.s.<br />

3.10. T<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de onder 3.5. gemelde bescheid<strong>en</strong><br />

zal op de voet van artikel 843a Rv word<strong>en</strong> toegewez<strong>en</strong><br />

dat deze in het geding word<strong>en</strong> gebracht.<br />

3.11. De rechtbank zal de beslissing omtr<strong>en</strong>t de kost<strong>en</strong><br />

van het incid<strong>en</strong>t aanhoud<strong>en</strong>, totdat in de hoofdzaak zal<br />

word<strong>en</strong> beslist.<br />

4. De beslissing<br />

De rechtbank<br />

in het incid<strong>en</strong>t<br />

4.1. veroordeelt E c.s. tot verstrekking van navolg<strong>en</strong>de<br />

afschrift<strong>en</strong> van bescheid<strong>en</strong> ex artikel 843a Rv, te wet<strong>en</strong>:<br />

de aansprakelijkstelling<strong>en</strong> gericht tot de medici die E3<br />

behandeld hebb<strong>en</strong>, de naar aanleiding daarvan gevoerde<br />

correspond<strong>en</strong>tie met de betrokk<strong>en</strong> medici, di<strong>en</strong>s belang<strong>en</strong>behartiger<br />

(s) <strong>en</strong>/of verzekeraar (s) alsook de klacht<strong>en</strong>procedure(s),<br />

4.2. houdt de beslissing omtr<strong>en</strong>t de kost<strong>en</strong> van het incid<strong>en</strong>t<br />

aan,<br />

in de hoofdzaak<br />

4.3. bepaalt dat de zaak weer op de rol zal kom<strong>en</strong> van<br />

14 september 2011 voor beraad rolrechter omtr<strong>en</strong>t het<br />

bepal<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> comparitie.<br />

I 231 I Noot<br />

Het inzagerecht inzichtelijk: art. 843a Rv (exhibitieplicht)<br />

<strong>en</strong> inzage in medische informatie<br />

Inleiding<br />

1. Waarover gaat het in deze zaak? Over de vraag of het<br />

slachtoffer dat schadevergoeding vordert weg<strong>en</strong>s - in<br />

dit geval - gehoorschade bescheid<strong>en</strong> met medische<br />

informatie moet verstrekk<strong>en</strong> aan de aansprakelijk gestelde<br />

partij. De vraag welke medische informatie e<strong>en</strong><br />

slachtoffer moet verstrekk<strong>en</strong>, is op zich niet bijzonder.<br />

Integ<strong>en</strong>deel: het is e<strong>en</strong> thema, waarmee onder<br />

meer tijdschrift<strong>en</strong> die zich in het bijzonder richt<strong>en</strong> op<br />

de person<strong>en</strong>schadepraktijk best<strong>en</strong>dig hun kolomm<strong>en</strong><br />

vull<strong>en</strong>.<br />

2. Als er al zo veel over geschrev<strong>en</strong> is, loont het dan wel<br />

om hierna verder te lez<strong>en</strong>? Of te wel: waarom verdi<strong>en</strong>t<br />

juist deze uitspraak dan toch e<strong>en</strong> annotatie? De<br />

uitspraak is interessant, omdat de vraag wordt beoordeeld<br />

aan de hand van art. 843a Rv, het wetsartikel<br />

over de exhibitieplicht of - meer modern - het inzagerecht.<br />

Dat artikel is e<strong>en</strong> nieuwe blikvanger, waarover<br />

sinds vooral 2005/2006 e<strong>en</strong> omvangrijk aantal<br />

uitsprak<strong>en</strong> is gewez<strong>en</strong>, vorig jaar twee dissertaties<br />

zijn gepubliceerd 1 <strong>en</strong> dit jaar, vlak voordat deze an-<br />

1<br />

J. <strong>Ekelmans</strong>, De Exhibitieplicht, diss. Groning<strong>en</strong>, Dev<strong>en</strong>ter, Kluwer, 2010 (hierna: <strong>Ekelmans</strong> 2010); J.R. Sijmonsma, Het inzagerecht: artikel<br />

843a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, diss, Maastricht, Dev<strong>en</strong>ter, Kluwer, 2010 (hierna: Sijmonsma: 2010).<br />

17


Letsel & Schade 2011 nr. 4<br />

notatie op de mat valt, e<strong>en</strong> wetsontwerp is ingedi<strong>en</strong>d.<br />

2<br />

3. De uitspraak br<strong>en</strong>gt tot uitdrukking dat het slachtoffer<br />

dat de hand op de knip houdt bij mogelijk relevante<br />

verzoek<strong>en</strong> om medische informatie de wind teg<strong>en</strong><br />

heeft. Ik d<strong>en</strong>k dat de wijze van beoordeling door<br />

de rechter Hidma - ook auteur van het deel bewijsrecht<br />

in de Pitlo-serie - aan de hand van art. 843a Rv<br />

ook in andere uitsprak<strong>en</strong> gevolgd kan word<strong>en</strong>. To<strong>en</strong><br />

art. 843a Rv tot wasdom begon te kom<strong>en</strong>, heb ik bepleit<br />

dat verzoek<strong>en</strong> om medische bescheid<strong>en</strong> aan de<br />

hand van art. 834a Rv beoordeeld zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. 3 Ook daarom voldoe ik graag aan de uitnodiging<br />

van de redactie om deze uitspraak te annoter<strong>en</strong>.<br />

Het wettelijk kader<br />

4. In deze zaak vorderde de aansprakelijke partij verstrekking<br />

van bescheid<strong>en</strong> op grond van art. 843a Rv.<br />

Voor e<strong>en</strong> succesvol verzoek tot verstrekking van bescheid<strong>en</strong><br />

vergt dit artikel kort gezegd het volg<strong>en</strong>de:<br />

a. eiser heeft e<strong>en</strong> rechtmatig belang bij verstrekking<br />

van de bescheid<strong>en</strong><br />

b. de bescheid<strong>en</strong> zijn voldo<strong>en</strong>de concreet ("bepaald"<br />

) omschrev<strong>en</strong><br />

c. de bescheid<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> betrekking op e<strong>en</strong> rechtsbetrekking<br />

waarbij de eiser partij is.<br />

De beoordeling van het geschil<br />

5. De aansprakelijk gestelde partij met de mooie naam<br />

Sprookjescamping de Vechtstreek maakte aanspraak<br />

op e<strong>en</strong> dik pak papier: medische informatie, aansprakelijkstelling<strong>en</strong><br />

door het slachtoffer van zijn behandel<strong>en</strong>d<br />

arts<strong>en</strong>, de daarover gevoerde correspond<strong>en</strong>tie<br />

met die arts<strong>en</strong> of hun belang<strong>en</strong>behartigers <strong>en</strong>/of verzekeraars<br />

<strong>en</strong> de gegev<strong>en</strong>s uit teg<strong>en</strong> de betrokk<strong>en</strong> arts<strong>en</strong><br />

gevoerde klachtprocedures. Volg<strong>en</strong>s de Sprookjescamping<br />

was de gehoorschade van het slachtoffer<br />

immers niet veroorzaakt door e<strong>en</strong> bacterie in haar<br />

zwembad, althans niet aan haar toe te rek<strong>en</strong><strong>en</strong>, maar<br />

was de schade te wijt<strong>en</strong> aan onbekwame g<strong>en</strong>eeskundige<br />

behandeling van zijn gehoorklacht<strong>en</strong>. Kortom,<br />

e<strong>en</strong> klassieke discussie over causaal verband <strong>en</strong> toerek<strong>en</strong>ing.<br />

6. Het slachtoffer spartelde teg<strong>en</strong>, maar grot<strong>en</strong>deels vergeefs,<br />

aldus de rechtbank. De rechtbank me<strong>en</strong>de:<br />

a. dat de gevraagde bescheid<strong>en</strong> relevant zijn voor<br />

het juridische debat, zodat er sprake is van rechtmatig<br />

belang;<br />

b. dat de aansprakelijkstelling<strong>en</strong>, correspond<strong>en</strong>tie<br />

daarover <strong>en</strong> stukk<strong>en</strong> uit klachtprocedures voldo<strong>en</strong>de<br />

concreet omschrev<strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>en</strong> derhalve<br />

verstrekt moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; dat dit niet gold voor<br />

de (overige) medische bescheid<strong>en</strong> die onvoldo<strong>en</strong>de<br />

bepaald war<strong>en</strong> omschrev<strong>en</strong>;<br />

c. dat de bescheid<strong>en</strong> relevant war<strong>en</strong> voor de beoordeling<br />

van het geschil <strong>en</strong> derhalve bescheid<strong>en</strong><br />

war<strong>en</strong> aangaande de rechtsbetrekking waarbij de<br />

eiser partij was.<br />

7. Die oordel<strong>en</strong> zijn ge<strong>en</strong> van drieën opmerkelijk: zij<br />

sluit<strong>en</strong> immers aan op de ruime uitleg die in de rechtspraak<br />

<strong>en</strong> de literatuur wordt gegev<strong>en</strong> aan de in<br />

art. 843a Rv gehanteerde begripp<strong>en</strong>. Zo wordt rechtmatig<br />

belang doorgaans aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, wanneer bescheid<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> gevraagd ter onderbouwing van<br />

e<strong>en</strong> niet op voorhand kansloze stelling of verweer. 4<br />

Ev<strong>en</strong>zeer wordt in beginsel aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> vordering<br />

voldo<strong>en</strong>de bepaald is omschrev<strong>en</strong>, wanneer<br />

voldo<strong>en</strong>de duidelijk is om welke bescheid<strong>en</strong> het de<br />

aanvrager te do<strong>en</strong> is. 5 T<strong>en</strong>slotte pleegt de aanspraak<br />

op bescheid<strong>en</strong> niet beperkt te word<strong>en</strong> tot bescheid<strong>en</strong><br />

die tuss<strong>en</strong> houder <strong>en</strong> verzoeker zijn gewisseld 6 <strong>en</strong><br />

kan - bijvoorbeeld - ook aanspraak gemaakt word<strong>en</strong><br />

op e<strong>en</strong> rapport dat op verzoek van e<strong>en</strong> partij door e<strong>en</strong><br />

derde is opgemaakt zoals - bijvoorbeeld - e<strong>en</strong> opleveringsrapport<br />

van e<strong>en</strong> graafmachine 7 of e<strong>en</strong> due dilig<strong>en</strong>cerapport<br />

bij e<strong>en</strong> overname. 8<br />

8. Die - ruimhartige - keuzes zijn begrijpelijk, nu zij<br />

aansluit<strong>en</strong> op de verruiming van processuele mededelingsplicht<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> pass<strong>en</strong> bij de beperkte mogelijkhed<strong>en</strong><br />

om met succes verweer te voer<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verzoek<br />

tot gelast<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> voorlopig getuig<strong>en</strong>verhoor<br />

of voorlopig deskundig<strong>en</strong>bericht. Over die ruime uitleg<br />

valt meer te lez<strong>en</strong> in de beide vorig jaar versch<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

proefschrift<strong>en</strong> over de exhibitieplicht, waarnaar<br />

de voetnot<strong>en</strong> verwijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> - puntiger - in rec<strong>en</strong>te artikel<strong>en</strong><br />

over het in oktober 2010 gepubliceerde voorontwerp<br />

tot wijziging van art 843a Rv. 9<br />

9. De rechtbank beveelt derhalve dat de bescheid<strong>en</strong> verstrekt<br />

moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De rechtbank verbindt ge<strong>en</strong><br />

dwangsom aan die veroordeling: indi<strong>en</strong> de bescheid<strong>en</strong><br />

niet verstrekt word<strong>en</strong>, kan de rechter daaraan<br />

Kamerstukk<strong>en</strong> II 2011/12nr. 33 079.<br />

J. <strong>Ekelmans</strong>, Di<strong>en</strong>t de verplichting om medische bescheid<strong>en</strong> te verstrekk<strong>en</strong> gebaseerd te word<strong>en</strong> op art. 843a Rv? TVP 2007, p. 29-37.<br />

Zie voor rechtspraak: <strong>Ekelmans</strong> 2010, § 6.2.4, vgl. ook Sijmonsma 2010, p. 163, waarin Sijmonsma aangeeft dat hij van oordeel is dat<br />

rechtmatig belang slechts ontbreekt als dat voor ieder weld<strong>en</strong>k<strong>en</strong>d m<strong>en</strong>s duidelijk is.<br />

Zie voor rechtspraak: <strong>Ekelmans</strong> 2010, § 6.3.3; vgl. ook Sijmonsma 2010, p. 166, waarin Sijmonsma aangeeft dat hij van oordeel is dat<br />

inzage in karr<strong>en</strong>vracht<strong>en</strong> bescheid<strong>en</strong> mogelijk is, als maar duidelijk is waar het om gaat.<br />

Zie voor rechtspraak: <strong>Ekelmans</strong> 2010, § 5.4; vlg. ook Sijmonsma 2010, p. 169.<br />

Zie - bijvoorbeeld - Rechtbank D<strong>en</strong> Bosch 16 april 2008 LJN BC9695 (Allianz c.s. / De Langstraat Verhuur).<br />

Zie - bijvoorbeeld - Rechtbank Utrecht 12 september 2007 LJN BB3722 (OPG / Quigley c.s.)<br />

J.R. Sijmonsma: Het inzagerecht vernieuwd, TVPP 2010, p. 179-185; J. <strong>Ekelmans</strong>: Het wetsvoorstel over het recht op inzage, afschrift of<br />

uittreksel van bescheid<strong>en</strong> Ars Aequi 2011, p.346-354.<br />

18


Letsel & Schade 2011 nr. 4<br />

immers de gevolgtrekking verbind<strong>en</strong> die zij gerad<strong>en</strong><br />

acht. 10 De rechtbank geeft niet aan, wat die gevolgtrekking<br />

dan zou moet<strong>en</strong> zijn. Logisch is, dat het niet<br />

verstrekk<strong>en</strong> van de bescheid<strong>en</strong> in beginsel leidt tot<br />

afwijzing van de vordering. 11<br />

10. Succesvol was het slachtoffer slechts in zijn verweer,<br />

dat het verzoek om medische bescheid<strong>en</strong> te verstrekk<strong>en</strong><br />

te onbepaald was. Dat de rechtbank dat verweer<br />

honoreerde valt wel te begrijp<strong>en</strong>, nu het gevraagde<br />

zo ruim was geformuleerd, dat het niet merkbaar toegesned<strong>en</strong><br />

was op het voorwerp van debat te wet<strong>en</strong>,<br />

of de gehoorschade aan ondeskundige medische behandeling<br />

viel toe te rek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Van e<strong>en</strong> verzoeker<br />

mag immers verlangd word<strong>en</strong> dat hij zijn verzoek<br />

voldo<strong>en</strong>de concreet toespitst: daarmee wordt immers<br />

voorkom<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> procespartij wordt belast met nodeloze<br />

informatie uitwisseling. Het afwijz<strong>en</strong> van het<br />

te ruime verzoek was voor de rechtbank wellicht ook<br />

e<strong>en</strong>voudig, omdat de bescheid<strong>en</strong> die wel verstrekt<br />

moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de Sprookjescamping vermoedelijk<br />

voldo<strong>en</strong>de aanknopingspunt<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> om te bepal<strong>en</strong><br />

of het voor haar zinvol <strong>en</strong> kansrijk is bij haar verweer<br />

te volhard<strong>en</strong> of dat uit te bouw<strong>en</strong>.<br />

Stell<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwer<strong>en</strong><br />

11. Is deze uitspraak dan de maat der ding<strong>en</strong> voor soortgelijke<br />

geschill<strong>en</strong>? Ne<strong>en</strong>, dat is niet het geval. E<strong>en</strong><br />

rechterlijk oordeel komt tot stand op basis van beoordeling<br />

van de vordering <strong>en</strong> het daarteg<strong>en</strong> gerichte<br />

verweer. Bij e<strong>en</strong> vordering op grond van art. 843a Rv<br />

is dat niet anders. De rechter mag niet ambtshalve<br />

e<strong>en</strong> vordering op grond van art. 843a Rv afwijz<strong>en</strong> op<br />

grond van e<strong>en</strong> niet gevoerd verweer. u Interessant is<br />

dus om onder og<strong>en</strong> te zi<strong>en</strong>, of bij e<strong>en</strong> anders gevoerd<br />

verweer e<strong>en</strong> andere uitkomst verwacht had mog<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. Bood deze zaak de mogelijkheid om nog andere<br />

dan de gevoerde verwer<strong>en</strong> te berde te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>?<br />

Behoorlijke rechtspleging anderszins gewaarborgd<br />

12. K<strong>en</strong>nelijk is niet het verweer gevoerd, dat het verzoek<br />

om bescheid<strong>en</strong> beter op zijn plaats zou zijn bij<br />

e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel deskundig<strong>en</strong>bericht naar causaal verband<br />

<strong>en</strong> dan maar gedaan zou moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door<br />

de deskundige, niet door de partij<strong>en</strong> bij het geschil.<br />

Zo'n verweer kan aansprek<strong>en</strong>d zijn voor het slachtoffer<br />

dat op goede of slechte grond<strong>en</strong> de vrag<strong>en</strong> van<br />

de aansprakelijk gestelde partij te opdringerig, te vrijpostig<br />

of te onbekwaam vindt. Zo'n verweer zou aansluit<strong>en</strong><br />

bij de arrest<strong>en</strong> van de Hoge Raad uit februari<br />

2008 in de twee Fortis-zak<strong>en</strong>, waarin de Hoge Raad<br />

uitsprak dat ter geleg<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> voorlopig deskundig<strong>en</strong>bericht<br />

niet verzocht kon word<strong>en</strong> om verstrekking<br />

van medische bescheid<strong>en</strong>. 13 Immers, aldus<br />

de Hoge Raad, de wettelijke regeling bood daarvoor<br />

ge<strong>en</strong> wettelijke grondslag <strong>en</strong> de deskundige zou nodeloos<br />

door partij<strong>en</strong> voor de voet<strong>en</strong> gelop<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Op dit uitgangspunt sluit aan lagere rechtspraak<br />

waarbij verzoek<strong>en</strong> tot verstrekking werd<strong>en</strong> afgewez<strong>en</strong><br />

omdat voorrang gegev<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong><br />

reeds aanhangig verzoek tot houd<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> voorlopig<br />

deskundig<strong>en</strong>bericht. 14<br />

13. In deze zaak werd het verzoek echter niet gedaan in<br />

het kader van e<strong>en</strong> deskundig<strong>en</strong>bericht <strong>en</strong> was ev<strong>en</strong>min<br />

al e<strong>en</strong> verzoek tot het houd<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> voorlopig<br />

deskundig<strong>en</strong>bericht aanhangig. Het verzoek was e<strong>en</strong><br />

zelfstandig verzoek in het kader van e<strong>en</strong> bodemprocedure.<br />

Naar de letter van de wet bestaat ook voor<br />

die situatie de mogelijkheid om de vordering tot verstrekking<br />

van bescheid<strong>en</strong> af te wijz<strong>en</strong>. Art. 843a, lid<br />

4 bepaalt immers dat verstrekking achterwege kan<br />

blijv<strong>en</strong>, wanneer behoorlijke rechtsbedeling anderszins<br />

is gewaarborgd. Die bepaling is in de wet geïntroduceerd<br />

met het argum<strong>en</strong>t dat e<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>verhoor<br />

de voorkeur kan verdi<strong>en</strong><strong>en</strong> bov<strong>en</strong> het opvrag<strong>en</strong><br />

van bescheid<strong>en</strong>. Met gebruikmaking van dit uitgangspunt<br />

zou e<strong>en</strong> rechter e<strong>en</strong> verzoek tot verstrekking<br />

kunn<strong>en</strong> afwijz<strong>en</strong> omdat eerst maar e<strong>en</strong> comparitie<br />

moet plaatsvind<strong>en</strong>, waarbij zo nodig bepaald<br />

kan word<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> deskundig<strong>en</strong>bericht moet plaatsvind<strong>en</strong>.<br />

15<br />

14. Is zo'n uitkomst logisch? Ik d<strong>en</strong>k het niet. De gedachte<br />

dat verstrekking van bescheid<strong>en</strong> geweigerd kan<br />

word<strong>en</strong>, omdat informatie ook anderszins verkreg<strong>en</strong><br />

kan word<strong>en</strong>, is niet veel verder gekom<strong>en</strong> dan de toelichting<br />

in de parlem<strong>en</strong>taire geschied<strong>en</strong>is. De opmerking<br />

was immers onlogisch, omdat uitwisseling van<br />

bescheid<strong>en</strong> minder belast<strong>en</strong>d zal zijn dan bijvoorbeeld<br />

e<strong>en</strong> voorlopig getuig<strong>en</strong>verhoor of e<strong>en</strong> voorlopig<br />

deskundig<strong>en</strong>bericht. De houder van bescheid<strong>en</strong> die<br />

betoogt dat bijvoorbeeld e<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>verhoor e<strong>en</strong> beter<br />

alternatief is, ziet zijn verweer dan ook in de regel<br />

strand<strong>en</strong>. De wettelijke bepaling stuit dan ook op kritiek<br />

16 <strong>en</strong> is in het wetsontwerp derhalve vervall<strong>en</strong> 17 :<br />

er is immers ge<strong>en</strong> red<strong>en</strong> om de exhibitieplicht zonder<br />

<strong>Ekelmans</strong> 2010, § 11.4.<br />

Vgl. Rechtbank Arnhem 16 februari 2011, LJN BP6625 (X / RVS) bij e<strong>en</strong> beroep op blokkeringsrecht bij deskundig<strong>en</strong>bericht.<br />

HR 6 oktober 2006, NJ 2006, 547 (<strong>Meijer</strong> / Cornelis).<br />

HR 22 februari 2008 LJN BB3676 (Fortis ASR Schadeverzekering / X)<br />

Rechtbank Utrecht Arnhem (vzr) 26 juni 2009, LJN BJ4425 r.o. 4.5. (Allianz / X); Rechtbank Utrecht 21 oktober 2009, LJN BK 2302 r.o.<br />

4.4. (X/Allianz)<br />

Vgl. Rechtbank Utrecht 27 augustus 2008 LJN BE9204 r.o. 2.4. 4.v. (X / Fortis ASR)<br />

Zie - o.a. - <strong>Ekelmans</strong> 2010, § 8.2.1 <strong>en</strong> Sijmonsma 2010 p. 27-28.<br />

Kamerstukk<strong>en</strong> II 33 079, nr 3, p. 2.<br />

19


Letsel & Schade 2011 nr. 4<br />

meer achter te stell<strong>en</strong> bij andere mogelijkhed<strong>en</strong> tot<br />

bewijslevering. Voor person<strong>en</strong>schadezak<strong>en</strong> is in<br />

overe<strong>en</strong>stemming daarmee al eerder <strong>en</strong> ook rec<strong>en</strong>t<br />

door Christiaans <strong>en</strong> H<strong>en</strong>geveld 18 , Van Dijk 19 , Wilk<strong>en</strong><br />

20 <strong>en</strong> Wilk<strong>en</strong>, Akkermans <strong>en</strong> Legemaate 21 bepleit<br />

dat medische informatie ook los van e<strong>en</strong> voorlopig<br />

deskundig<strong>en</strong>bericht verstrekt zou moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Kortom, om partij<strong>en</strong> niet nodeloos te noodzak<strong>en</strong> om<br />

de tocht naar e<strong>en</strong> deskundige te mak<strong>en</strong>.<br />

15. Wat mij betreft is het toelat<strong>en</strong> van deze zelfstandige<br />

vordering inmiddels e<strong>en</strong>s te meer logisch, omdat dat<br />

aansluit én bij hetge<strong>en</strong> thans elders is geregeld én bij<br />

hetge<strong>en</strong> ons te wacht<strong>en</strong> staat. Het sluit aan bij hetge<strong>en</strong><br />

reeds is voorzi<strong>en</strong>, nu volg<strong>en</strong>s de memorie van<br />

toelichting bij de deelgeschill<strong>en</strong>regeling - bijvoorbeeld<br />

- medische gegev<strong>en</strong>s van de huisarts of andere<br />

behandelaars opgevraagd kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. 22 Het<br />

sluit aan bij hetge<strong>en</strong> ons te wacht<strong>en</strong> staat, nu het<br />

wetsontwerp inzagerecht dat de minister in november<br />

dit jaar bij de Tweede Kamer heeft ingedi<strong>en</strong>d,<br />

voorziet in de mogelijkheid om in e<strong>en</strong> zelfstandige<br />

verzoekschriftprocedure om verstrekking van bescheid<strong>en</strong><br />

te vrag<strong>en</strong>, zoals thans in e<strong>en</strong> zelfstandige<br />

verzoekschriftprocedure e<strong>en</strong> voorlopig getuig<strong>en</strong>verhoor<br />

gevraagd kan word<strong>en</strong>. 23<br />

Vertrouwelijkheid<br />

16. K<strong>en</strong>nelijk is ev<strong>en</strong>min het verweer gevoerd, dat verstrekking<br />

van de bescheid<strong>en</strong> achterwege zou moet<strong>en</strong><br />

blijv<strong>en</strong>, omdat e<strong>en</strong> gewichtige red<strong>en</strong> aan verstrekking<br />

in de weg zou staan. Aan zo'n verweer valt te<br />

d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> al was het maar, omdat de memorie van toelichting<br />

bij de wijziging in art. 843a Rv in 2002 de<br />

medische status als typisch voorbeeld noemt van bescheid<strong>en</strong><br />

waarbij e<strong>en</strong> beroep gedaan kan word<strong>en</strong> op<br />

e<strong>en</strong> gewichtige red<strong>en</strong>. 24<br />

17. De lat voor e<strong>en</strong> succesvol beroep op e<strong>en</strong> gewichtige<br />

red<strong>en</strong> ligt echter hoog. Honorering van dat verweer<br />

vergt volg<strong>en</strong>s de Hoge Raad dat het individuele belang<br />

van geheimhouding zwaarder moet weg<strong>en</strong> dan<br />

het maatschappelijke belang bij waarheidsvinding. 25<br />

Die situatie zal niet gauw aan de orde zijn, zodat het<br />

verweer niet snel met succes te voer<strong>en</strong> valt.<br />

18. Het verweer dat e<strong>en</strong> gewichtige red<strong>en</strong> aan verstrekking<br />

in de weg staat, is - k<strong>en</strong>nelijk - niet gevoerd.<br />

Ev<strong>en</strong>min is - k<strong>en</strong>nelijk - betoogd, dat het beroepsgeheim<br />

voor medische gegev<strong>en</strong>s niet omzeild zou mog<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> door gegev<strong>en</strong>s rechtstreeks van de patiënt<br />

te vrag<strong>en</strong>. 26 Aan de uitspraak valt niet te zi<strong>en</strong>, of<br />

dat verweer wellicht ook achterwege is geblev<strong>en</strong> vanuit<br />

de gedachte dat de correspond<strong>en</strong>tie uitgewisseld<br />

in het kader van e<strong>en</strong> aansprakelijkstelling <strong>en</strong> klachtprocedure<br />

zich niet vanzelfsprek<strong>en</strong>d op één lijn laat<br />

stell<strong>en</strong> met de informatie uitgewisseld in de beslot<strong>en</strong><br />

setting van de spreekkamer.<br />

19. Dat al deze verwer<strong>en</strong> niet gevoerd zijn, is hoe dan<br />

ook begrijpelijk. De bewijslast voor causaal verband<br />

rust immers op het slachtoffer, zodat die, wanneer hij<br />

teg<strong>en</strong>over e<strong>en</strong> gemotiveerde betwisting onvoldo<strong>en</strong>de<br />

stelt, kan kiez<strong>en</strong>: óf hij komt met de informatie over<br />

de brug óf hij laat verstrekking van informatie achterwege<br />

<strong>en</strong> zijn vordering wordt óf weg<strong>en</strong>s niet voldo<strong>en</strong><br />

aan de stelplicht óf weg<strong>en</strong>s ontbrek<strong>en</strong> van bewijs afgewez<strong>en</strong>.<br />

27 De door de rechtbank gemaakte keuze<br />

om e<strong>en</strong> bevel te gev<strong>en</strong> zonder dwangsom maar met<br />

de opmerking dat aan niet verstrekking de gevolg<strong>en</strong><br />

verbond<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> die de rechter gerad<strong>en</strong><br />

acht, sluit goed op dat dilemma aan. Voor de keuze<br />

om wel of niet te verstrekk<strong>en</strong> geldt dan: "make your<br />

choice and pay the price". Wie relevante informatie<br />

niet verstrekt, ziet met die weigering zijn vordering<br />

of verweer verdamp<strong>en</strong>.<br />

Proportionaliteit blijft natuurlijk van belang<br />

20. De uitspraak is dan ook e<strong>en</strong> mooie bevestiging dat de<br />

vraag of bescheid<strong>en</strong> verstrekt moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ook in<br />

de person<strong>en</strong>schadepraktijk beoordeeld kan word<strong>en</strong><br />

aan de hand van het bepaald in art. 843a Rv, kortom<br />

dat de person<strong>en</strong>schadepraktijk ge<strong>en</strong> vreemde e<strong>en</strong>d in<br />

de bijt is <strong>en</strong> beoef<strong>en</strong>d <strong>en</strong> begrep<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> met<br />

het gebruikmaking van het bewijsrechtelijk kader dat<br />

ook voor andere zak<strong>en</strong> dan person<strong>en</strong>schadezak<strong>en</strong><br />

geldt. 28<br />

21. Het volg<strong>en</strong> van het gebruikelijke bewijsrechtelijke<br />

kader betek<strong>en</strong>t ondertuss<strong>en</strong> niet dat slachtoffers bij<br />

vordering<strong>en</strong> tot verstrekking van medische beschei-<br />

S.M. Christiaan <strong>en</strong> W.J. H<strong>en</strong>geveld: Februari-arrest<strong>en</strong>. De patiënt<strong>en</strong>kaart: partij<strong>en</strong>, de deskundige beschikt; TvP 2008, p. 51-56.<br />

Ch. Van Dijk: De beschikking<strong>en</strong> van de Hoge Raad over de patiënt<strong>en</strong>kaart <strong>en</strong> de gevolg<strong>en</strong> daarvan, PlV-bulletin 2008-3, p. 4-9 <strong>en</strong> Ch. Van<br />

Dijk in annotatie onder Rechtbank Arnhem (vzr] 26 juni 2009, JA 2009, 146 [Allianz/ X)<br />

A. Wilk<strong>en</strong> in annotatie onder Rechtbank Utrecht 27 augustus 2008, JA 2008, 169 [X / Fortis ASR)<br />

A. Wilk<strong>en</strong>, A.J. Akkerman <strong>en</strong> J. Legemaate: Medisch beoordelingstraject bij letselschade: inv<strong>en</strong>tarisatie bestaande normering, knelpunt<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> mogelijke oplossingsrichting<strong>en</strong>, de letselschaderaad, 2010, p. 28-29.<br />

Kamerstukk<strong>en</strong> II 2007/08, 31 518, nr 3, p 16.<br />

Kamerstukk<strong>en</strong> II 33079, nr. 2, art. 162b Rv.<br />

Pari. Gesch. Burg. Procesrecht, Van Mierlo/Bart, p. 155.<br />

HR 11 juli 2008, NJ 2009, 451 r.o. 3.4.6. ( De Telegraaf c.s. / Staat)<br />

Waarover nader: <strong>Ekelmans</strong> 2010, § 7.4.5.<br />

E.M. De<strong>en</strong>: Letselschade <strong>en</strong> de patiënt<strong>en</strong>kaart, e<strong>en</strong> bewijsrechtelijke beschouwing, TCR 2010, p. 98-103; vgl. <strong>Ekelmans</strong> 2010, § 7.9.<br />

Vgl. aldus ook R. de Bock: Tuss<strong>en</strong> waarheid <strong>en</strong> onzekerheid: over het vaststell<strong>en</strong> van feit<strong>en</strong> in de civiele procedure, diss. Tilburg, 2010,<br />

Dev<strong>en</strong>ter, p. 162.<br />

20


Letsel & Schade 2011 nr. 4<br />

d<strong>en</strong> steeds spontaan de kast wijd op<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> zett<strong>en</strong><br />

op straffe van afwijzing van hun aansprak<strong>en</strong>. 29 Ook<br />

in dat opzicht is de person<strong>en</strong>schadepraktijk niet anders<br />

dan de praktijk bij andere geschill<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> verzoek<br />

om informatie moet betrekking hebb<strong>en</strong> op gegev<strong>en</strong>s<br />

die relevant kunn<strong>en</strong> zijn voor het geschil of -<br />

nog wat meer toegespitst - op feit<strong>en</strong> die van doorslaggev<strong>en</strong>de<br />

betek<strong>en</strong>is kunn<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de<br />

concreet zijn onderbouwd <strong>en</strong> betwist. 30 Voor fishing<br />

expeditions, het te zeer in het wilde weg vrag<strong>en</strong>, is<br />

ge<strong>en</strong> ruimte, ook niet person<strong>en</strong>schadezak<strong>en</strong>.<br />

22. Wat wel <strong>en</strong> niet gevraagd kan word<strong>en</strong>, is afhankelijk<br />

van de kwaliteit van het gevoerde debat. De vraag<br />

wat moet word<strong>en</strong> verstrekt kan dan ook mede beïnvloed<br />

word<strong>en</strong> door - bijvoorbeeld - de looptijd <strong>en</strong><br />

omvang van de schade, de bek<strong>en</strong>dheid met eerdere<br />

ongevall<strong>en</strong> of uitval, e<strong>en</strong> atypisch verloop van de<br />

klacht<strong>en</strong>, tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van aggravatie, simulatie of onjuiste<br />

mededeling<strong>en</strong>. 31 Voor person<strong>en</strong>schadezak<strong>en</strong> geldt<br />

ev<strong>en</strong>zeer als voor andere zak<strong>en</strong> dat de discussie, wat<br />

wel <strong>en</strong> niet verstrekt moet word<strong>en</strong>, in de regel dan<br />

ook meer te mak<strong>en</strong> heeft met de vraag, wat relevant<br />

is of kan zijn dan met de vraag, of gegev<strong>en</strong>s vertrouwelijk<br />

zijn.<br />

MrJ. <strong>Ekelmans</strong><br />

Advocaat bij <strong>Ekelmans</strong> & <strong>Meijer</strong> Advocat<strong>en</strong> in D<strong>en</strong><br />

Haag<br />

I 232 1 C<strong>en</strong>trale Raad van Beroep<br />

17 mei 2011<br />

(C. van Vieg<strong>en</strong>, J.F. Bandringa <strong>en</strong> C.G. Kasdorp; LJN BQ5236,<br />

09/3410 WWB)<br />

Smart<strong>en</strong>geld wordt voor 40% beschouwd als vermog<strong>en</strong>,<br />

op grond waarvan de bijstandsgerechtigde wordt<br />

gekort.<br />

1. In artikel 52, eerste lid, onder e van de Abw is bepaald<br />

dat e<strong>en</strong> vergoeding voor immateriële schade niet als vermog<strong>en</strong><br />

in aanmerking wordt g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> voor zover dit,<br />

gelet op de aard <strong>en</strong> de hoogte van de uitkering, uit e<strong>en</strong><br />

oogpunt van bijstandsverl<strong>en</strong>ing verantwoord is. Het College<br />

van B&W heeft derhalve terecht bezi<strong>en</strong> of, <strong>en</strong> zo ja in<br />

hoeverre, het uit e<strong>en</strong> oogpunt van bijstandverl<strong>en</strong>ing verantwoord<br />

is de onderhavige vergoeding niet als vermog<strong>en</strong><br />

in aanmerking te nem<strong>en</strong>. De ernst van de gevolg<strong>en</strong> van<br />

het ongeval kan volg<strong>en</strong>s vaste rechtspraak in vergelijkbare<br />

gevall<strong>en</strong> (zie bijvoorbeeld CRvB 11 mei 2004, LJN<br />

AO9283) er niet toe leid<strong>en</strong> - gelet op het karakter van de<br />

Abw als laatste bestaansvoorzi<strong>en</strong>ing bezi<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>hang<br />

met de hoogte van de verkreg<strong>en</strong> schadevergoeding -<br />

dat het gehele bedrag aan uitgekeerd smart<strong>en</strong>geld bij de<br />

vaststelling van de vermog<strong>en</strong>spositie van appellant buit<strong>en</strong><br />

beschouwing di<strong>en</strong>t te blijv<strong>en</strong>. De Raad vindt ge<strong>en</strong><br />

grond om het standpunt van het College van B&W, dat<br />

e<strong>en</strong> bedrag ter hoogte van 40% van de ontvang<strong>en</strong> schadevergoeding<br />

als vermog<strong>en</strong> in aanmerking di<strong>en</strong>de te word<strong>en</strong><br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, voor onjuist te houd<strong>en</strong>.<br />

2. Het slachtoffer me<strong>en</strong>t dat zijn smart<strong>en</strong>geld bedoeld is<br />

voor e<strong>en</strong> periode van minst<strong>en</strong>s 30 jaar, <strong>en</strong> dus ook aan die<br />

periode di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> toegerek<strong>en</strong>d. De Raad is het daar<br />

niet mee e<strong>en</strong>s. Uit de vaststellingsovere<strong>en</strong>komst blijkt dat<br />

het smart<strong>en</strong>geld als e<strong>en</strong> lumpsum is gek<strong>en</strong>schetst, in algem<strong>en</strong>e<br />

term<strong>en</strong> bedoeld voor geled<strong>en</strong> <strong>en</strong> nog te lijd<strong>en</strong><br />

schade, waarbij e<strong>en</strong> toerek<strong>en</strong>ing over e<strong>en</strong> bepaalde<br />

periode niet goed mogelijk is. Het College heeft dan ook<br />

terecht de datum van aanvang van de te beoordel<strong>en</strong><br />

periode gesteld op de datum ongeval <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s berek<strong>en</strong>d<br />

over welke periode, gelet op de naderhand verkreg<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> alsnog in aanmerking te nem<strong>en</strong> middel<strong>en</strong>, aan appellant<br />

vanaf die datum onverschuldigd bijstand is betaald,<br />

hetge<strong>en</strong> heeft geleid tot de vaststelling van e<strong>en</strong> terugvorderingsperiode<br />

van 23 juli 1999 tot <strong>en</strong> met 31 oktober<br />

2001. (met als resultaat invordering van 40% van het<br />

smart<strong>en</strong>geld, red.)<br />

appellant<br />

teg<strong>en</strong><br />

het College van burgemeester <strong>en</strong> wethouders van de geme<strong>en</strong>te<br />

Rotterdam (hierna: College]<br />

I. Procesverloop<br />

Nam<strong>en</strong>s appellant heeft mr. CA. Pors, advocaat te Oud-<br />

Beijerland, hoger beroep ingesteld.<br />

Het College heeft e<strong>en</strong> verweerschrift ingedi<strong>en</strong>d.<br />

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevond<strong>en</strong> op 5 april<br />

2011. Voor appellant is versch<strong>en</strong><strong>en</strong> mr. Pors. Het College<br />

heeft zich lat<strong>en</strong> verteg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong> door mr. E. van Lunter<strong>en</strong>,<br />

werkzaam bij de geme<strong>en</strong>te Rotterdam.<br />

E. Overweging<strong>en</strong><br />

1. De Raad ontle<strong>en</strong>t aan de aangevall<strong>en</strong> uitspraak de volg<strong>en</strong>de<br />

in dit geding van belang zijnde feit<strong>en</strong> <strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong><br />

(waarbij voor eiser moet word<strong>en</strong> gelez<strong>en</strong><br />

appellant <strong>en</strong> voor verweerder het College):<br />

"Eiser ontving e<strong>en</strong> bijstandsuitkering.<br />

Eiser is op 23 juli 1999 betrokk<strong>en</strong> geraakt bij e<strong>en</strong> auto-ongeval.<br />

Hij is t<strong>en</strong> gevolge hiervan blijv<strong>en</strong>d invalide geword<strong>en</strong>. Bij<br />

eiser is e<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>de invaliditeit vastgesteld van 72 %.<br />

Eiser heeft in verband met het door hem opgelop<strong>en</strong> letsel als<br />

gevolg van het ongeval van Amev Schadeverzekering N.V.<br />

(Fortis), de verzekeraar van de veroorzaker van het ongeval,<br />

Vgl. Sijmonsma 2010, p. 133.<br />

Zie aldus bijvoorbeeld Rechtbank D<strong>en</strong> Haag 14 september 2011, LJN BU3S35 r.o. 4.5 (Milieudef<strong>en</strong>sie / Shell)<br />

A. Wilk<strong>en</strong>, A.J. Akkerman <strong>en</strong> J. Legemaate: Medisch beoordelingstraject bij letselschade: inv<strong>en</strong>tarisatie bestaande normering, knelpunt<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> mogelijke oplossingsrichting<strong>en</strong>, de letselschaderaad, 2010, p. 53-54.<br />

21

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!