Jetgrouten - Smet-Keller

Soilcrete - eigenschappen
Soilcrete gedraagt zich in de bodem als een
stabiliserend of afsluitend lichaam. Een combinatie
van de beide eigenschappen wordt
meer en meer toegepast.
De druksterkte van Soilcrete varieert van
2 tot 25 N/mm 2 en wordt bepaald door het
toegepaste cementgehalte en de resterende
hoeveelheid grond in de Soilcrete-massa.
Het waterremmend vermogen wordt gerealiseerd
door het selecteren van geschikte
groutsuspensies en indien nodig, het toevoegen
van bentoniet. Naast het type en de
hoeveelheid geïnjecteerd groutmateriaal is
ook het type en de achtergebleven hoeveelheid
van de oorspronkelijke grondslag van belang
voor de doorlatendheid.
Doorlatendheidsproeven
op Soilcrete-recepten in
een laboratorium.
Soilcrete-pomp- en
bedieningsstation.
Soilcrete-druksterkte
Ontwikkeling van de druksterkte van Soilcrete
zeefgrootte [gewicht in %]
100
%
50
0
silt zand grind
100
75
50
25
Druksterkte in % van de eindsterkte
niet-cohesieve
grond
cohesieve
grond
0,002 0,06 2,0 60 0 7 14 21 28
42
korrelgrootte [mm]
verhardingstijd [dagen]
bodemtype silt zand grind
druksterkte ≤ 5 ≤10 < 25
[N/mm²]
Afhankelijk van de oorspronkelijke bodem,
kan de doorlatendheid enkele decimalen
variëren. In het geval dat hoge eisen aan de
doorlatendheid [k v ] worden gesteld, wordt
hieraan tijdens de uitvoering extra aandacht
besteed. Bij talrijke toepassingen wordt door
de klant gebruikt gemaakt van zowel de
sterkte als de waterremmende eigenschappen.
Hierop wordt het mengsel eveneens
afgestemd.
Soilcrete-lichamen sluiten
aan op elke vorm
van een bestaand fundament,
zodat een
goede krachtoverdracht
gewaarborgd is.
5