Jaarverslag 2005 - Vlaamse Ombudsdienst
Jaarverslag 2005 - Vlaamse Ombudsdienst Jaarverslag 2005 - Vlaamse Ombudsdienst
HOOFDSTUK 5 Water, gas en elektriciteit Dit thema omvat de klachten over de waterdistributie door de drinkwatermaatschappijen, de klachten over de aanrekening van kosten voor de waterzuivering of de afvalwaterheffing en de klachten over de gas- en elektriciteitsvoorziening. 5.1 Regels en uitvoering 5.1.1 REGELS Voor de waterdistributie is de belangrijkste regeling het decreet van 24 mei 2002 betreffende water bestemd voor menselijke aanwending (Drinkwaterdecreet). In dat decreet worden, naast kwaliteitsnormen voor drinkwater, ook een aantal regels bepaald over de wateraansluiting en het geleidelijk verplichte gebruik van watermeters. Het decreet regelt ook de levering van een gratis hoeveelheid water per gezinslid en de oprichting van een onafhankelijke reguleringsinstantie voor drinkwater op Vlaams niveau. De afvalwaterheffing is een Vlaamse heffing die tot voor kort geheven werd op het waterverbruik dat het voorafgaande jaar aan de burgers en bedrijven werd gefactureerd en die mee de waterzuivering moest financieren. De regeling ervan staat in de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging. De overheid heeft diverse sociale vrijstellingen ingevoerd die vanaf 2000 grotendeels automatisch gebeuren. Door een wijziging van het Drinkwaterdecreet is vanaf 2005 voor de kleinverbruikers het principe van de integrale waterfactuur ingevoerd, waarbij voortaan een saneringsbijdrage wordt geïnd ter vervanging van de afvalwaterheffing. Naast de "bovengemeentelijke" saneringsbijdrage kan er ook een gemeentelijke saneringsbijdrage aangerekend worden. In dit hoofdstuk verwijzen we met "saneringsbijdrage" altijd naar de "bovengemeentelijke saneringsbijdrage". De inning van die bijdrage wordt geïntegreerd op de factuur voor waterverbruik van de drinkwatermaatschappijen. Die bijdrage is gebaseerd op het principe "de vervuiler betaalt". Sedert 1 juli 2003 is de gas- en elektriciteitsmarkt in Vlaanderen vrijgemaakt. De consument kan sindsdien vrij van leverancier veranderen. De controle en regulering inzake gas en elektriciteit is bij de staatshervorming opgedeeld tussen de federale overheid en de gewesten. De vrijmaking of liberalisering van de gas- en elektriciteitsmarkt werd voor Vlaanderen voorbereid met het Elektriciteitsdecreet van 17 juli 2000 en het Aardgasdecreet van 6 juli 2001. Met een besluit van 31 januari 2003 werden aan de elektriciteitssector een aantal openbaredienstverplichtingen opgelegd. Een besluit van 14 november 2003 legde de verplichte levering vast van 100 kWh gratis elektriciteit per gezin en gezinslid in Vlaanderen. 5.1.2 UITVOERING De waterdistributie is in Vlaanderen in handen van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening (VMW) en een aantal (inter)gemeentelijke drinkwatermaatschappijen. Die zorgen samen voor de drinkwaterverdeling in Vlaanderen en onder meer ook voor de inning van de saneringsbijdrage die sedert 2005 in de plaats is gekomen van de afvalwaterheffing. Door die nieuwe decretale inningsopdracht is de Vlaamse Ombudsdienst bevoegd om klachten daarover te onderzoeken ten aanzien van alle drinkwatermaatschappijen. De VMW is een Vlaamse Openbare Instelling. Het Drinkwaterdecreet bepaalt de oprichting van een reguleringsinstantie voor drinkwater. 94
HOOFDSTUK 5 Water, gas en elektriciteit Voor de afvalwaterheffing van de gezinnen en de bedrijven werd in 2005 een restheffing geïnd door de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM). De VMM is een Vlaamse Openbare Instelling die onder meer de kwaliteit van het milieu mee controleert. De regeling van de kosten voor waterzuivering is verschillend voor klein- en grootverbruikers. Voor de kleinverbruikers (meer dan 2 miljoen gezinnen) staan sedert 2005 de drinkwatermaatschappijen in voor de inning van de saneringsbijdrage via de drinkwaterfactuur in plaats van de vroegere afvalwaterheffing. De grootverbruikers (circa 32.000, vooral bedrijven) blijven verder een afvalwaterheffing betalen aan de VMM, die ook nog instond in 2005 voor de inning bij kleinverbruikers van een restheffing op het waterverbruik in 2003 waarop nog geen afvalwaterheffing was geheven. In het kader van het Elektriciteitsdecreet werd op Vlaams niveau de VREG opgericht, de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. De VREG is een openbare instelling die moet samenwerken met de CREG, de federale Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas. De VREG moest de vrijmaking van de energiemarkt in Vlaanderen begeleiden, werkt mee aan de (naleving van) de reglementering en heeft ook een informatieve taak. In het kader van Beter Bestuurlijk Beleid wordt de VMM omgevormd tot een intern verzelfstandigd agentschap (IVA) en de VREG tot een extern verzelfstandigd agentschap (EVA). De VMW, de VREG en de VMM dienden een eerstelijnsklachtenrapportage in. 5.2 Klachtenbeeld Tabel 25 Water, Gas en Elektriciteit: eerstelijnsklachten in 2005 Waterlevering Afvalwaterheffing Energie Totaal (VMW) (VMM) (VREG) Totaal 160 24 5 189 Ontvankelijk 153 23 5 181 Onontvankelijk 7 1 0 8 -45 dagen 126 22 4 152 +45 dagen 27 1 1 29 Gegrond 109 9 3 121 Ongegrond 44 14 2 60 Opgelost 108 9 3 120 Niet opgelost 1 0 0 1 Beslissing 19 3 0 22 Behandeltermijn 13 0 1 14 Informatieverstrekking 60 1 1 62 Bereikbaarheid 3 0 0 3 Bejegening 4 0 3 7 Andere 10 11 0 21 5Jaarverslag 2005 95
- Page 48 and 49: HOOFDSTUK 2 Het klachtenbeeld 2005:
- Page 50 and 51: Cultuur Andere HOOFDSTUK 2 Het klac
- Page 52 and 53: Andere HOOFDSTUK 2 Het klachtenbeel
- Page 54 and 55: HOOFDSTUK 2 Het klachtenbeeld 2005:
- Page 56 and 57: Wonen Andere HOOFDSTUK 2 Het klacht
- Page 58 and 59: Wonen Andere HOOFDSTUK 2 Het klacht
- Page 60 and 61: HOOFDSTUK 2 Het klachtenbeeld 2005:
- Page 62 and 63: LIN AZF OND COO HOOFDSTUK 2 Het kla
- Page 64 and 65: HOOFDSTUK 2 Het klachtenbeeld 2005:
- Page 66 and 67: HOOFDSTUK 3 Onroerende voorheffing
- Page 68 and 69: HOOFDSTUK 3 Onroerende voorheffing
- Page 70 and 71: HOOFDSTUK 3 Onroerende voorheffing
- Page 72 and 73: HOOFDSTUK 3 Onroerende voorheffing
- Page 74 and 75: HOOFDSTUK 3 Onroerende voorheffing
- Page 76 and 77: HOOFDSTUK 3 Onroerende voorheffing
- Page 78 and 79: HOOFDSTUK 3 Onroerende voorheffing
- Page 80 and 81: HOOFDSTUK 4 Milieu We behandelen in
- Page 82 and 83: HOOFDSTUK 4 Milieu Tabel 22 Milieu:
- Page 84 and 85: HOOFDSTUK 4 Milieu voortzetten van
- Page 86 and 87: HOOFDSTUK 4 Milieu In de eerstelijn
- Page 88 and 89: HOOFDSTUK 4 Milieu en systematische
- Page 90 and 91: HOOFDSTUK 4 Milieu De verzoeker van
- Page 92 and 93: HOOFDSTUK 4 Milieu Verder zijn er k
- Page 94 and 95: HOOFDSTUK 4 Milieu 4.4 Conclusies D
- Page 96 and 97: HOOFDSTUK 4 Milieu 4.5 Aanbevelinge
- Page 100 and 101: HOOFDSTUK 5 Water, gas en elektrici
- Page 102 and 103: HOOFDSTUK 5 Water, gas en elektrici
- Page 104 and 105: HOOFDSTUK 5 Water, gas en elektrici
- Page 106 and 107: HOOFDSTUK 5 Water, gas en elektrici
- Page 108 and 109: HOOFDSTUK 5 Water, gas en elektrici
- Page 110 and 111: HOOFDSTUK 5 Water, gas en elektrici
- Page 112 and 113: HOOFDSTUK 5 Water, gas en elektrici
- Page 114 and 115: HOOFDSTUK 5 Water, gas en elektrici
- Page 116 and 117: HOOFDSTUK 6 Ruimtelijke ordening 11
- Page 118 and 119: HOOFDSTUK 6 Ruimtelijke ordening On
- Page 120 and 121: HOOFDSTUK 6 Ruimtelijke ordening Ta
- Page 122 and 123: HOOFDSTUK 6 Ruimtelijke ordening De
- Page 124 and 125: HOOFDSTUK 6 Ruimtelijke ordening De
- Page 126 and 127: HOOFDSTUK 6 Ruimtelijke ordening Oo
- Page 128 and 129: HOOFDSTUK 6 Ruimtelijke ordening ta
- Page 130 and 131: HOOFDSTUK 6 Ruimtelijke ordening A
- Page 132 and 133: HOOFDSTUK 6 Ruimtelijke ordening De
- Page 134 and 135: HOOFDSTUK 6 Ruimtelijke ordening mi
- Page 136 and 137: HOOFDSTUK 6 Ruimtelijke ordening Bi
- Page 138 and 139: HOOFDSTUK 7 Wonen Onder het thema w
- Page 140 and 141: HOOFDSTUK 7 Wonen Wellicht zal de b
- Page 142 and 143: HOOFDSTUK 7 Wonen een gerechtelijke
- Page 144 and 145: HOOFDSTUK 7 Wonen De Vlaamse Ombuds
- Page 146 and 147: HOOFDSTUK 7 Wonen E EN FOUT IN DE T
HOOFDSTUK 5<br />
Water, gas en elektriciteit<br />
Dit thema omvat de klachten over de waterdistributie door de drinkwatermaatschappijen,<br />
de klachten over de aanrekening van kosten voor de waterzuivering of de afvalwaterheffing en<br />
de klachten over de gas- en elektriciteitsvoorziening.<br />
5.1 Regels en uitvoering<br />
5.1.1 REGELS<br />
Voor de waterdistributie is de belangrijkste regeling het decreet van 24 mei 2002 betreffende<br />
water bestemd voor menselijke aanwending (Drinkwaterdecreet). In dat decreet worden,<br />
naast kwaliteitsnormen voor drinkwater, ook een aantal regels bepaald over de wateraansluiting<br />
en het geleidelijk verplichte gebruik van watermeters. Het decreet regelt ook de levering van een<br />
gratis hoeveelheid water per gezinslid en de oprichting van een onafhankelijke reguleringsinstantie<br />
voor drinkwater op Vlaams niveau.<br />
De afvalwaterheffing is een <strong>Vlaamse</strong> heffing die tot voor kort geheven werd op het waterverbruik<br />
dat het voorafgaande jaar aan de burgers en bedrijven werd gefactureerd en die mee de<br />
waterzuivering moest financieren. De regeling ervan staat in de wet van 26 maart 1971 op de<br />
bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging. De overheid heeft diverse sociale<br />
vrijstellingen ingevoerd die vanaf 2000 grotendeels automatisch gebeuren.<br />
Door een wijziging van het Drinkwaterdecreet is vanaf <strong>2005</strong> voor de kleinverbruikers het<br />
principe van de integrale waterfactuur ingevoerd, waarbij voortaan een saneringsbijdrage wordt<br />
geïnd ter vervanging van de afvalwaterheffing. Naast de "bovengemeentelijke" saneringsbijdrage<br />
kan er ook een gemeentelijke saneringsbijdrage aangerekend worden. In dit hoofdstuk verwijzen<br />
we met "saneringsbijdrage" altijd naar de "bovengemeentelijke saneringsbijdrage". De<br />
inning van die bijdrage wordt geïntegreerd op de factuur voor waterverbruik van de drinkwatermaatschappijen.<br />
Die bijdrage is gebaseerd op het principe "de vervuiler betaalt".<br />
Sedert 1 juli 2003 is de gas- en elektriciteitsmarkt in Vlaanderen vrijgemaakt. De consument<br />
kan sindsdien vrij van leverancier veranderen. De controle en regulering inzake gas en elektriciteit<br />
is bij de staatshervorming opgedeeld tussen de federale overheid en de gewesten. De vrijmaking<br />
of liberalisering van de gas- en elektriciteitsmarkt werd voor Vlaanderen voorbereid met<br />
het Elektriciteitsdecreet van 17 juli 2000 en het Aardgasdecreet van 6 juli 2001. Met een besluit<br />
van 31 januari 2003 werden aan de elektriciteitssector een aantal openbaredienstverplichtingen<br />
opgelegd. Een besluit van 14 november 2003 legde de verplichte levering vast van 100 kWh gratis<br />
elektriciteit per gezin en gezinslid in Vlaanderen.<br />
5.1.2 UITVOERING<br />
De waterdistributie is in Vlaanderen in handen van de <strong>Vlaamse</strong> Maatschappij voor Watervoorziening<br />
(VMW) en een aantal (inter)gemeentelijke drinkwatermaatschappijen. Die zorgen<br />
samen voor de drinkwaterverdeling in Vlaanderen en onder meer ook voor de inning van de<br />
saneringsbijdrage die sedert <strong>2005</strong> in de plaats is gekomen van de afvalwaterheffing. Door die<br />
nieuwe decretale inningsopdracht is de <strong>Vlaamse</strong> <strong>Ombudsdienst</strong> bevoegd om klachten daarover<br />
te onderzoeken ten aanzien van alle drinkwatermaatschappijen. De VMW is een <strong>Vlaamse</strong> Openbare<br />
Instelling. Het Drinkwaterdecreet bepaalt de oprichting van een reguleringsinstantie voor<br />
drinkwater.<br />
94