Jaarverslag 2005 - Vlaamse Ombudsdienst
Jaarverslag 2005 - Vlaamse Ombudsdienst
Jaarverslag 2005 - Vlaamse Ombudsdienst
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
HOOFDSTUK 13<br />
Voorstellen en aanbevelingen<br />
A ANBEVELINGEN IN VERBAND MET WETGEVINGSKWALITEIT EN<br />
NEVENEFFECTEN VAN REGELGEVING<br />
A ANBEVELING <strong>2005</strong>-36<br />
De <strong>Vlaamse</strong> overheid mag niet vasthouden aan bepaalde regelingen, als blijkt dat het doel<br />
ervan voorbijgestreefd is of niet meer voldoende duidelijk is. De aanpassing aan de gewijzigde<br />
context dringt zich op.<br />
Zo blijkt in de sector van de bodemsanering dat door opeenvolgende goed bedoelde regelingen<br />
de nood aan een bodemonderzoek om de twee jaar niet meer evident is. Zeker als er geen risicoactiviteit<br />
is ontwikkeld is een bodemonderzoek om de vijf jaar voldoende. De wil om dit aan te passen<br />
moet de nodige ruimte krijgen. Ook de regeling in verband met de aansprakelijkheid bij medeeigendom<br />
zou snel moeten worden geregeld. Wij verwijzen naar het thema-hoofdstuk over milieu.<br />
Ook in de sector van de ruimtelijke ordening zijn vereenvoudigingen mogelijk, onder meer wat<br />
het werken met zegels betreft: een vergelijking met andere sectoren, onder meer op het federale<br />
vlak, leert dat het eenvoudiger kan.<br />
A ANBEVELING <strong>2005</strong>-37<br />
De <strong>Vlaamse</strong> overheid mag er niet te snel van uitgaan dat een verbeterings- of oplossingsvoorstel,<br />
al dan niet gekoppeld aan een klacht, onmogelijk zou zijn. Ze moet met de nodige creativiteit<br />
onderzoeken hoe op het eerste gezicht onmogelijke of moeilijk haalbare voorstellen<br />
concreet kunnen worden vertaald.<br />
Vaak wordt bij de voorstellen van de <strong>Vlaamse</strong> <strong>Ombudsdienst</strong> ter oplossing van een klacht of bij<br />
de aanbevelingen, voortvloeiend uit het klachtenbeeld, door de <strong>Vlaamse</strong> overheid gereageerd met<br />
"dat kan je van ons niet verwachten", of "dit is (technisch) onmogelijk". Soms blijkt echter dat uiteindelijk<br />
die oplossingen wel mogelijk zijn en ook daadwerkelijk (zij het na zekere tijd voor beraad<br />
en overleg) worden gerealiseerd. Als recente voorbeelden kunnen worden genoemd:<br />
- de automatische opsplitsing van aanslagbiljetten van de onroerende voorheffing;<br />
- de beschikbaarstelling van alle Belgische breedbandgebruikers van de videobeelden op de<br />
website vrtnieuws.net;<br />
- de geïntegreerde factuur van waterverbruik en afvalwaterheffing.<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2005</strong><br />
13<br />
A ANBEVELING <strong>2005</strong>-38<br />
De <strong>Vlaamse</strong> overheid moet bij de lancering van nieuwe steunmaatregelen zorgen voor een<br />
goede aansluiting op de voorgaande stelsels, ook al gaat het om een duidelijke verbetering ten<br />
opzichte van de toestand die ervoor bestond. Er moet ook worden voorzien in voldoende budgettaire<br />
en begeleidende maatregelen op korte en op lange termijn.<br />
Deze aanbeveling sluit aan op diverse eerder geformuleerde aanbevelingen op het vlak van voldoende<br />
budgettaire middelen voor bepaalde maatregelen, de overgangsregelingen en de begeleidende<br />
maatregelen. Naar onze mening moet bij de invoering van maatregelen telkens duidelijkheid<br />
worden geschapen over de "missie" (inhoud van een maatregel), de budgettaire consequenties en<br />
aansluitende voorzieningen en de structurele of institutionele consequenties (wie gaat wat doen<br />
om te garanderen dat de maatregel effect heeft?). Dit kan al dan niet in de vorm van een RIA en<br />
moet in samenhang gebeuren.<br />
We geven enkele voorbeelden uit het klachtenbeeld <strong>2005</strong>.<br />
In de voorgaande jaren waren er heel wat klachten over de bereikbaarheid en de beschikbaarheid<br />
van diverse chequesystemen in de economische sfeer (adviescheques, enzomeer). Bij de lancering<br />
van een nieuw stelsel, waarbij onder meer rekening is gehouden met de bezwaren verbonden<br />
aan het oude stelsel (fraudegevoeligheid, onvoldoende budgettaire middelen, beperkte inlogcapaciteit,<br />
te snel opgebruikt zijn van de cheques, enzomeer), is onvoldoende rekening gehouden<br />
met de aansluiting op de toestand die tot einde <strong>2005</strong> bestond. Zo is het idee van de "ondernemers-<br />
245