Jaarverslag 2005 - Vlaamse Ombudsdienst

Jaarverslag 2005 - Vlaamse Ombudsdienst Jaarverslag 2005 - Vlaamse Ombudsdienst

vlaamseombudsdienst.be
from vlaamseombudsdienst.be More from this publisher
09.04.2015 Views

HOOFDSTUK 9 Verkeer, infrastuctuur en mobiliteit Onvoldoende communiceren en signaleren leiden soms tot irritatie. Het eerste signalisatiebord van de defecte lift aan de Kennedytunnel staat te dicht bij de lift, waardoor de fietsers nutteloze afstand moeten afleggen. Bij hinderlijke werken aan de N26 in Kampenhout zijn de bewoners niet van te voren geïnformeerd door de afdeling Wegen en Verkeer Vlaams-Brabant. Afsluitsignalisatie ten behoeve van wegenwerken in opdracht van de afdeling Wegen en Verkeer West-Vlaanderen aan de N50 in Brugge is twee weken te vroeg geplaatst. Een stuk grond dat eigendom is van een sociale-huisvestingsmaatschappij wordt zonder toestemming van de eigenaar door de afdeling Wegen en Verkeer Antwerpen tijdelijk als randparking van de Antwerpse Ring ingericht. Ook de financiële vergoeding wordt veel te traag afgehandeld. In de eerstelijnsklachtenbehandeling gaan de klachten, buiten de slechte staat van de rijweg en geluids- en trillingshinder, vooral over zwerfvuil, gebrekkige zichtbaarheid door beplantingen en hinder door wegenwerken. 9.2.2 DE L IJN De eerstelijnsklachten bij De Lijn zijn in 2005 met 4,7% toegenomen tegenover 2004. De Vlaamse Ombudsdienst heeft 61 klachten over De Lijn beoordeeld, waarvan 37 met de kwalificatie gegrond. De tien meest frequente eerstelijnsklachten vertegenwoordigen twee derden van alle eerstelijnsklachten bij De Lijn: Klacht % Klantvriendelijkheid chauffeurs 14,3 Halte voorbijrijden 12,0 Rit geheel of gedeeltelijk niet gereden 10,2 Te kleine capaciteit van bus of tram 6,4 Rijgedrag chauffeurs 5,5 Betalingswijze en aankoopmogelijkheden 5,1 Rit te laat gereden door externe oorzaak 4,3 Conflicten van chauffeurs met andere weggebruikers 3,4 Frequentie en amplitude van het aanbod 3,4 Rit te vroeg gereden door menselijke oorzaak 1,9 B ETWISTING VAN BOETES In de vorige jaarverslagen is al de problematiek aangesneden van de manier waarop De Lijn omgaat met betwiste boetes wegens zwart- of grijsrijden. De Lijn Antwerpen gaf tot 31 januari 2005 alle boetedossiers meteen door aan het parket. Door die handelwijze sloot ze elke mogelijke discussie met De Lijn zelf over de reden of de hoogte van de boete uit. Door artikel 86 van het Exploitatie- en tarievenbesluit van 14 mei 2004 is er vanaf 1 februari 2005 een volledig gewijzigde en meer klantvriendelijke vorm van behandeling van betwiste boetes geregeld. Als de reiziger het niet eens is met de boete, moet hij binnen dertig dagen een schriftelijke reactie met ondersteunende argumenten bezorgen aan de dienst Administratieve Boetes van De Lijn. Binnen zestig dagen na de vaststelling krijgt de reiziger per aangetekende brief een antwoord op de reactie. Als de boete bevestigd wordt, moet binnen de dertig dagen 178

HOOFDSTUK 9 Verkeer, infrastuctuur en mobiliteit betaald worden. Na de bevestiging van de boete kan de reiziger nog in beroep gaan. Binnen de dertig dagen moet hij een aangetekende brief met een gemotiveerd verzoek tot vermindering of kwijtschelding van de boete sturen naar de directeur-generaal van De Lijn. Men kan ook vragen om gehoord te worden door de directeur-generaal of haar vertegenwoordiger en zich daarbij laten bijstaan door een raadsman. In die beroepsprocedure krijgt de reiziger binnen drie maanden een gemotiveerd antwoord op zijn verzoek. Op basis van een uitgebreide motivering door De Lijn kan deze termijn eenmaal met drie maanden verlengd worden. Als ook de directeur-generaal de opgelegde boete bevestigt, moet de reiziger binnen dertig dagen betalen. 9Jaarverslag 2005 Deze nieuwe regeling vormt formeel een duidelijke verbetering. Dat heeft de klachten over boetes echter niet doen verdwijnen. Het is niet voldoende om een procedure en een boetedienst te hebben. Bezwaren over boetes wegens zwart- of grijsrijden moeten ook altijd zorgvuldig behandeld worden en afgesloten worden met een goed gemotiveerde conclusie. De verzoekster uit dossier 2005-0035 heeft de pech gehad dat het nieuwe reglement pas op 1 februari 2005 is ingegaan. Uit de context van haar klacht is op te maken dat er duidelijk verzachtende omstandigheden waren op 18 december 2004. Ze heeft geen kans gehad om haar zaak te verdedigen bij De Lijn, want die heeft het pv meteen doorgestuurd naar het parket. Naar haar klacht over het intimiderend optreden van de controleur is evenmin geluisterd. In dossier 2005-0360 reist de verzoeker, samen met zijn vrouw en drie kleine kinderen, per tram vanuit Antwerpen-Groenplaats terug naar huis. De ticketautomaat van het station is stuk en daarom besluit hij tickets te kopen op de tram zelf. Ze stappen rond 16.45 u. met de grote stroom mee op de tram. Zitten is onmogelijk. Ze willen zo snel mogelijk gaan betalen, maar dat lukt niet zonder problemen. Pas na twee haltes is het mogelijk voor de moeder om plaats te nemen en de kinderen en buggy bij te houden. Tegen dat de verzoeker bij de bestuurder is, komt de tram bij de volgende halte aan. De verzoeker betaalt de ritten. Als hij bij zijn gezin terug is, staat een controleur bij hen. Die vraagt het betalingsbewijs. Dat wordt door de verzoeker getoond. Een tweede controleur wijst erop dat hij het vervoerbewijs net gekocht heeft en niet op deze halte is opgestapt. De controleur zegt tegen de verzoeker dat hij daarom een boete zal moeten betalen. De verzoeker gaat hiermee niet akkoord. Hij vraagt meer uitleg. De controleur wil echter geen discussie en vult een pv in. Bij het overlezen gaat de verzoeker niet akkoord en vraagt om een schriftelijke verklaring te mogen afleggen. De controleur zegt geen verklaring te kunnen noteren en wijst erop dat de verzoeker binnen de drie dagen moet betalen. Indien hij niet akkoord gaat kan hij bezwaar indienen. Ten einde raad ondertekenen de verzoekers hun pv’s, in de overtuiging dat hun bezwaar de situatie zal kunnen rechtzetten. Nog dezelfde avond stellen de verzoekers hun bezwaarschrift op en betalen ze de boete om eventueel verder oplopen van de boete te voorkomen. De verzoeker neemt vervolgens twee keer contact op met De Lijn met de vraag om een schriftelijk en gemotiveerd antwoord op zijn bezwaarschriften. Bijna drie maanden na het voorval ontvangen de verzoekers een heel kort antwoord van vier regels: u was niet in het bezit van een geldig vervoerbewijs, daarom blijven we bij ons standpunt; de boetes zijn betaald, dus rangschikten wij de dossiers. Hoewel volgens De Lijn de verklaringen van de verzoekers niet helemaal overeenkomen met de vaststellingen van de controleurs, is De Lijn uiteindelijk bereid om de boetes terug te betalen. Daarmee is deze gegronde klacht voldoende hersteld. 179

HOOFDSTUK 9<br />

Verkeer, infrastuctuur en mobiliteit<br />

Onvoldoende communiceren en signaleren leiden soms tot irritatie. Het eerste signalisatiebord<br />

van de defecte lift aan de Kennedytunnel staat te dicht bij de lift, waardoor de fietsers nutteloze<br />

afstand moeten afleggen. Bij hinderlijke werken aan de N26 in Kampenhout zijn de bewoners<br />

niet van te voren geïnformeerd door de afdeling Wegen en Verkeer Vlaams-Brabant.<br />

Afsluitsignalisatie ten behoeve van wegenwerken in opdracht van de afdeling Wegen en Verkeer<br />

West-Vlaanderen aan de N50 in Brugge is twee weken te vroeg geplaatst.<br />

Een stuk grond dat eigendom is van een sociale-huisvestingsmaatschappij wordt zonder toestemming<br />

van de eigenaar door de afdeling Wegen en Verkeer Antwerpen tijdelijk als randparking<br />

van de Antwerpse Ring ingericht. Ook de financiële vergoeding wordt veel te traag afgehandeld.<br />

In de eerstelijnsklachtenbehandeling gaan de klachten, buiten de slechte staat van de rijweg<br />

en geluids- en trillingshinder, vooral over zwerfvuil, gebrekkige zichtbaarheid door beplantingen<br />

en hinder door wegenwerken.<br />

9.2.2 DE L IJN<br />

De eerstelijnsklachten bij De Lijn zijn in <strong>2005</strong> met 4,7% toegenomen tegenover 2004. De<br />

<strong>Vlaamse</strong> <strong>Ombudsdienst</strong> heeft 61 klachten over De Lijn beoordeeld, waarvan 37 met de kwalificatie<br />

gegrond.<br />

De tien meest frequente eerstelijnsklachten vertegenwoordigen twee derden van alle eerstelijnsklachten<br />

bij De Lijn:<br />

Klacht %<br />

Klantvriendelijkheid chauffeurs 14,3<br />

Halte voorbijrijden 12,0<br />

Rit geheel of gedeeltelijk niet gereden 10,2<br />

Te kleine capaciteit van bus of tram 6,4<br />

Rijgedrag chauffeurs 5,5<br />

Betalingswijze en aankoopmogelijkheden 5,1<br />

Rit te laat gereden door externe oorzaak 4,3<br />

Conflicten van chauffeurs met andere weggebruikers 3,4<br />

Frequentie en amplitude van het aanbod 3,4<br />

Rit te vroeg gereden door menselijke oorzaak 1,9<br />

B ETWISTING VAN BOETES<br />

In de vorige jaarverslagen is al de problematiek aangesneden van de manier waarop De Lijn<br />

omgaat met betwiste boetes wegens zwart- of grijsrijden. De Lijn Antwerpen gaf tot 31 januari<br />

<strong>2005</strong> alle boetedossiers meteen door aan het parket. Door die handelwijze sloot ze elke mogelijke<br />

discussie met De Lijn zelf over de reden of de hoogte van de boete uit.<br />

Door artikel 86 van het Exploitatie- en tarievenbesluit van 14 mei 2004 is er vanaf 1 februari<br />

<strong>2005</strong> een volledig gewijzigde en meer klantvriendelijke vorm van behandeling van betwiste<br />

boetes geregeld. Als de reiziger het niet eens is met de boete, moet hij binnen dertig dagen een<br />

schriftelijke reactie met ondersteunende argumenten bezorgen aan de dienst Administratieve<br />

Boetes van De Lijn. Binnen zestig dagen na de vaststelling krijgt de reiziger per aangetekende<br />

brief een antwoord op de reactie. Als de boete bevestigd wordt, moet binnen de dertig dagen<br />

178

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!