Deelrapport trendanalyse domein Wonen - Nationaal Archief
Deelrapport trendanalyse domein Wonen - Nationaal Archief
Deelrapport trendanalyse domein Wonen - Nationaal Archief
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Concept Rapport Domein (Zorg voor) <strong>Wonen</strong> – februari 2011<br />
"<br />
�� Individualisering<br />
Toenemende woningbehoefte als gevolg van bevolkingsgroei en huishoudensverdunning<br />
�� Trend: Toenemende differentiatie van het soort woningen en woonvormen als gevolg<br />
van veranderende woonbehoeften<br />
�� Trend: Veranderingen in de woonlocatiekeuze<br />
�� Trend: Inhoudelijke en bestuurlijke veranderingen van de inzet en sturing door<br />
rijksoverheid, provincies en gemeenten op de ruimtelijke ordening m.b.t.<br />
woningbouw<br />
�� Trend: Opkomst en neergang van de kraakbeweging<br />
�� Trend: Intensivering en afschaffing van het woonwagenbeleid<br />
�� Hotspot: Kroningsrellen (1980)<br />
Na 1945 – na 2005<br />
& '<br />
Tussen 1975 en 2005 groeide de Nederlandse bevolking van 13,6 tot 16,3 miljoen<br />
personen, een toename van bijna 20 procent. [SCP 1998: 73A77, 504; CBS 2010] Het<br />
aantal huishoudens groeide echter nog sterker: van ruim 4,5 miljoen tot bijna 7,1<br />
miljoen, een stijging van ruim 54 procent. Deze veel grotere groei werd veroorzaakt<br />
doordat de huishoudens uit steeds minder personen gingen bestaan: de gemiddelde<br />
huishoudensomvang daalde van 2,95 personen in 1975 tot 2,42 in 1990 en 2,27 in 2005.<br />
[SCP 1998: 504; CBS 2010]<br />
Oorzaken voor deze huishoudensverdunning waren de groei van het aantal<br />
alleenstaanden en ontgroening van de bevolking. In de periode 1975A1995 nam het<br />
aandeel jongeren tot 20 jaar (die in het algemeen nog bij de ouders wonen) met bijna<br />
een derde af van 34,2% tot 24,4%, waarna het stabiliseerde. Bovendien gingen jongeren<br />
die het ouderlijk huis verlieten, vaker als alleenstaande zelfstandig wonen: in het begin<br />
van de jaren zeventig gold dit nog voor 27% van de jongeren, in het begin van de jaren<br />
negentig was dit gestegen tot 55%. Doordat stellen steeds later gingen samenwonen of<br />
trouwen en het aantal scheidingen steeg, groeide ook in andere leeftijdsgroepen het<br />
aantal alleenstaanden. In totaal verdrievoudigde het bijna: van circa 885.000 tot ruim<br />
2,4 miljoen. Het aandeel eenpersoonshuishoudens steeg daardoor van 19,4% in 1975 tot<br />
34,5% in 2005. [SCP 1998: 504A505, 512A513; CBS 2010]<br />
Door de stijging van het aantal huishoudens steeg ook de woningbehoefte van de<br />
Nederlandse bevolking. Aanvankelijk bleef het aantal woningen hierbij achter, maar in de<br />
loop van de jaren negentig leek het woningtekort definitief opgelost. De woonagenda van<br />
het ministerie van VROM voor begin jaren 2000 richtte zich vooral op de kwaliteit van<br />
wonen en de betaalbaarheid. Door stagnerende woningbouw liep het woningtekort echter<br />
weer op, waardoor de overheid weer de nadruk legde op de voortgang van de nieuwbouw<br />
en de beschikbaarheid van woningen. [SCP 2005: 264]<br />
&<br />
�� Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en taakvoorgangers<br />
�� Sociaal en Cultureel Planbureau, Sociaal en cultureel rapport 1998. 25 jaar sociale<br />
verandering (Den Haag 1998).<br />
6