15.11.2012 Views

Deelrapport trendanalyse domein Wonen - Nationaal Archief

Deelrapport trendanalyse domein Wonen - Nationaal Archief

Deelrapport trendanalyse domein Wonen - Nationaal Archief

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Concept Rapport Domein (Zorg voor) <strong>Wonen</strong> – februari 2011<br />

goed mogelijk bereikbaar zijn vanuit de woonlocatie. [Interview Veldheer] Wanneer het<br />

ging om een gezin met kinderen, telde ook de locatie van scholen, kinderopvang en<br />

dergelijke. Naarmate de ouders hoger waren opgeleid was de werkgelegenheid meer<br />

geconcentreerd in de Randstad, en daarbinnen in de grote steden. In combinatie met de<br />

wens van een eengezinswoning met tuin was de keuze van de woonlocatie voor deze<br />

groepen beperkt tot suburbane gemeenten centraal gelegen in de Randstad. [SCP, 1998:<br />

513]<br />

De keuze voor bouwen en wonen buiten de (grote) steden leidde er toe dat, terwijl in<br />

1970 nog 18% van de totale woningvoorraad in Nederland zich in de vier grote steden<br />

bevond, dit in 1994 gedaald was tot 11%. Wat er in die periode in de steden gebouwd<br />

werd bestond vooral uit sociale huurwoningen in de vorm van flats. [Van Praag en<br />

Uitterhoeve, 1999: 98] 'Gebundelde deconcentratie' en het groeikernenbeleid hebben de<br />

migratiestromen van de stad naar buiten gestuurd. Het stadsvernieuwingsbeleid heeft er<br />

echter niet voor kunnen zorgen dat de selectieve migratie van kansrijke, draagkrachtige<br />

bewoners uit de steden een halt is toegeroepen, laat staan dat ze op grote schaal<br />

terugkeerden. [SCP, 1998: 538]<br />

Halverwege de jaren tachtig ontstond meer nuance in de behoeften. In de periode 1982–<br />

1994 bleek de voorkeur voor een eengezinswoning gedaald bij starters, alleenstaanden<br />

en ouderen boven de 65 jaar en gestegen bij paren met kinderen en vooral bij paren<br />

zonder kinderen. Grosso modo nam A relatief A de voorkeur van de totale bevolking voor<br />

een eengezinswoning niet meer toe en ook het aantal kamers dat men wilde bleef gelijk.<br />

Wel was er vraag naar meer ruimte en kwaliteit. [SCP, 1998: 506A507]<br />

Etnische minderheden hebben sinds de jaren zeventig steeds meer gekozen voor grote<br />

steden als woonplaats, waar ze de plaats innamen van vertrekkers naar suburbane<br />

gebieden. Door de natuurlijke aanwas heeft deze concentratie een zelfversterkend<br />

karakter gekregen. Een groot deel van de gezinnen met kinderen uit etnische<br />

minderheidsgroepen wilde ook graag in een eengezinswoning met tuin wonen, maar deze<br />

wens was in de grote steden moeilijk te realiseren en verhuizen naar buiten stad was<br />

vaak niet te betalen. [SCP, 1998: 513A514]<br />

In de jaren negentig begonnen steden steeds meer inspanningen te verrichten om, door<br />

daadwerkelijk aan de wensen te voldoen, bewoners te binden en terug te halen.<br />

Een van de markante punten in de historie van de woonlocatiekeuze is de sloop van de<br />

Bijlmermeer. Deze hoogbouwwijk was in de periode 1962A1972 gebouwd volgens de<br />

eerdere architectonische idealen van hoogbouw in een parkachtige omgeving met<br />

gemeenschappelijk groen. In 1992 bleek de situatie dusdanig verloederd, dat besloten<br />

werd om 2800 van de 12.000 flatwoningen te slopen en te vervangen door<br />

laagbouwhuizen met tuinen. 70% van de bewoners gaf te kennen daar voorkeur aan te<br />

geven. [Montijn, 2002: 100] Later werd dat aantal nog verhoogd met 4500 woningen.<br />

[Ten Haaft e.a., 2001: 71]<br />

In een markt die steeds meer uit koophuizen bestond, was het zaak de locatiekeuze te<br />

sturen met aantrekkelijke projecten. [SCP 2003: 227] Via het wonen konden mensen<br />

zich status verwerven, zowel door de kwaliteit als de locatie van de woning. [SCP, 1998:<br />

508; interview Veldheer] De Rijksoverheid onderschreef het beginsel van de<br />

keuzevrijheid in de nota Mensen, Wensen, <strong>Wonen</strong> [SCP, 2003: 223].<br />

Om in een kopersmarkt aantrekkelijk te worden, kozen veel gemeenten en<br />

projectontwikkelaars voor zogenaamde themawijken. In rustige vorm, om variatie aan te<br />

brengen in de in opzet nogal gelijkvormige Vinexwijken (de waterbuurt, de bomenbuurt,<br />

etcetera) of door zich duidelijk te profileren met architectonische hoogstandjes<br />

(vuurtorenwoningen in Barendrecht). Het aanbod kon spectaculair zijn, maar dat hoefde<br />

niet. Extreme hoogbouw of architectuur bleven niches, net als experimenteerwijkjes,<br />

bijvoorbeeld in Almere waar (achteraf toch binnen strikte beperkingen vanuit de<br />

overheid) particuliere opdrachtgevers hun droomhuis konden realiseren. (NAI, 2004:<br />

179A180)<br />

In het algemeen waren de nieuwe wijken een succes, ook door de meer formele opzet<br />

waarbij afstand werd gedaan van de onoverzichtelijke hofjes en woonerven uit de jaren<br />

14

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!