VICTRIX 26 2 I - Saint-Roch

INSTALLATEUR
GEBRUIKER
TECHNICUS
1
INSTALLATIE
VAN DE KETEL
1.1 WAARSCHUWINGEN VOOR DE
INSTALLATIE.
De ketel Victrix 26 2 I werd enkel ontworpen voor
installaties aan de wand, voor verwarming van
omgevingen en de productie van sanitair warm
water voor huishoudelijk gebruik en gelijkaardig.
De wand moet effen zijn, zonder uitsteeksels of uitsparingen,
zodat toegang mogelijk is tot het gedeelte
bovenaan. Ze werden absoluut niet ontworpen voor
installaties op een onderstel of op de vloer (Fig. 1-1).
Door het type installatie te veranderen, verandert
ook de classificatie van de ketel, meer bepaald:
- Ketel type B 23
indien geïnstalleerd met behulp van
het speciale eindstuk voor het aanzuigen van de
lucht rechtstreeks uit de ruimte waar de ketel is
geïnstalleerd.
- Ketel type C indien geïnstalleerd met gebruik van
concentrische buizen of andere type leidingen
voor ketels met hermetische kamer voor aanzuiging
van lucht en uitstoot van rookgassen.
Enkel een vakbekwame loodgieter voor verwarmingen
is bevoegd om de Immergas-toestellen op
gas te installeren.
De installatie moet uitgevoerd zijn volgens de voorschriften
van de normen en van de geldende wetgeving,
in naleving van de plaatselijke technische
normen; volgens de regels van de goede techniek.
Vooraleer het toestel te installeren, doet men
er goed aan te controleren of die volledig werd
samengesteld; mocht dit niet zeker zijn, dan dient
men zich onmiddellijk tot de leverancier te melden.
De elementen van de verpakking (nietjes, nagels,
plastic zakjes, expansiepolystyreen, enz.) mag men
niet binnen bereik van kinderen laten omdat deze
een bron van gevaar zijn. Wanneer het toestel wordt
ingesloten in of tussen meubels, moet er voldoende
ruimte worden gelaten voor de normale onderhoudswerkzaamheden;
het is daarom aanbevolen
om minstens 3 cm te laten tussen de mantel van
de ketel en de verticale wanden van het meubel.
Boven en onder de ketel moet men ruimte laten
om interventies uit te voeren op de hydraulische
aansluitingen en op de rookkanalen. In de buurt
van het toestel mogen er zich geen ontvlambare
voorwerpen bevinden (papier, vodden, plastic,
polystyreen, enz.).
Het is aanbevolen om geen huishoudelijke toestellen
onder de ketel te plaatsen omdat deze
schade kunnen ondervinden bij interventie van
de beveiligingsklep (indien deze niet goed in een
afvoertrechter is geleid), of bij lekken van de hydraulische
koppelingen; als men dit toch doet, kan
de constructeur niet aansprakelijk worden gesteld
voor eventuele schade aan de huishoudtoestellen.
Bij een probleem, defect, of gebrekkige werking
moet men het toestel uitschakelen en een bevoegde
technicus bellen (bijvoorbeeld het centrum voor
technische dienst van Immergas, die over de
specifieke technische opleiding en originele reserveonderdelen
beschikt). Probeer dus niet zelf een
interventie of een reparatie uit te voeren.
Het niet naleven van wat hierboven staat, zorgt
dat men persoonlijk verantwoordelijk is en doet
de garantie vervallen.
• Installatienormen:
- Deze ketel kan buiten worden geïnstalleerd op
een gedeeltelijk beschutte plaats. Met gedeeltelijk
beschutte plaats wordt een plaats bedoeld
waar de ketel niet is blootgesteld aan de directe
werking en aan de penetratie van neerslag (regen,
sneeuw, hagel, enz.).
- De installatie in lokalen waar er brandgevaar
heerst, is verboden (bijvoorbeeld: carport,
autobox), bij toestellen die werken op gas en
bijhorende rookkanalen, afvoerleidingen voor
de rook en leidingen voor aanzuigen van lucht
voor de verbranding.
- Het is verboden om te installeren op de verticale
projectie van kookplaten.
- Bovendien is het verboden om te installeren in
lokalen/omgevingen die een gemeenschappelijk
deel vormen van een woonblok, zoals bijvoorbeeld
de traphal, de kelders, de gangen, de
zolder, de vliering, vluchtwegen, enz. indien niet
ondergebracht in een behoorlijke technische
kast voor iedere wooneenheid afzonderlijk die
enkel door de gebruiker toegankelijk is (raadpleeg
de referentienorm voor de eigenschappen
van de technische kasten).
1.2 BELANGRIJKSTE AFMETINGEN.
Opgepast: de installatie van de ketel op de wand
moet een stabiele en efficiënte ondersteuning voor
de generator verzekeren.
Wanneer een steunbeugel of bevestigingsplaatje bij de
ketel meegeleverd zijn, dienen de pluggen (standaard
geleverd) uitsluitend te worden gebruikt om deze aan
de wand te bevestigen; ze kunnen enkel voldoende
steun verzekeren wanneer ze correct zijn ingebracht
(volgend de goede regels van de techniek)
in wanden die met volle of halfvolle bakstenen
zijn gebouwd. In geval van wanden gebouwd met
doorboorde bakstenen of blokken, tussenwanden
met beperkte stabiliteit, of andere muren dan deze
die aangegeven zijn, moet men eerst een statische
controle van het steunsysteem uitvoeren.
N.B.: De schroeven van de plug met zeskantige
kop die in de blister zitten, worden enkel gebruikt
voor de bevestiging van de betreffende steunbeugel
op de muur.
Deze ketels dienen om water te verwarmen op een
temperatuur die lager is dan de kooktemperatuur
bij atmosferische druk.
Ze moeten aangesloten zijn op een verwarmingsinstallatie
en op een distributienet voor sanitair
water, dat aangepast is aan hun prestaties en aan
hun vermogen.
1-2
1-1
JA SI
NEE NO
Legende:
V - Elektrische aansluiting
G - Gasaansluiting
AC - Uitgang sanitair warm water
ACV - Ingang sanitair warm water kit
zonneklep (optional)
AF - Ingang sanitair koud water
SC - Afvoer condens (minimale interne
diameter Ø 13 mm)
R - Terugkeer installatie
M - Aanvoer installatie
Hoogte
(mm)
Breedte
(mm)
Diepte
(mm)
795 440 250
KOPPELINGEN
GAS
SANITAIR
WATER
INSTALLA-
TIE
G AC AF R M
3/4”* 1/2” 1/2” 3/4” 3/4”
N.B.: aansluitingsgroep (optional)
4 - NL