Voorwoord Deze dissertatie behandelt een thema dat ... - Poppunt
Voorwoord Deze dissertatie behandelt een thema dat ... - Poppunt
Voorwoord Deze dissertatie behandelt een thema dat ... - Poppunt
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
van sociale interactie. Men beweert <strong>dat</strong> homoseksualiteit niet<br />
gereduceerd mag worden tot <strong>een</strong> anderssoortige seksuele voorkeur.<br />
Het is <strong>een</strong> combinatie van identiteit en levenswijze die vele aspecten<br />
van het sociale en persoonlijke leven van de betrokkene bestrijkt. De<br />
labelling-theorieën van Goffman gaan hierop verder.<br />
Homoseksualiteit wordt hierin beschouwd als seksuele deviantie<br />
want men wijkt af van de norm. Homoseksualiteit ontstaat dan via<br />
interactie, processen van etikettering, door benoeming en<br />
zelfbenoeming. Die etikettering kan leiden tot <strong>een</strong> identiteitscrisis<br />
om<strong>dat</strong> het homo-label zo negatief is.<br />
Bussink schrijft dan weer <strong>een</strong> zeer geringe rol toe aan<br />
etikettering. Bij hem is de persoonlijke bewustwording het beginpunt<br />
van de homoseksuele ontwikkeling en aanvaarding. In de volgende<br />
etappe - namelijk het vormgeven aan de eigen gevoelens en klaarheid<br />
bereiken omtrent de eigen seksualiteit - spelen andere homo’s en<br />
subculturen <strong>een</strong> belangrijke rol. In <strong>dat</strong>zelfde werk wordt daaraan toe<br />
gevoegd <strong>dat</strong> bij sommigen de (homoseksuele) identiteit uiteindelijk<br />
<strong>een</strong> heel centrale plaats krijgt in het zelfbeeld. We kunnen dus<br />
afleiden <strong>dat</strong> de homoseksuele identiteit (nota bene: niet<br />
homoseksualiteit zelf) sociaal geconstrueerd word en ontstaat in<br />
interactie met anderen, via subculturen bijvoorbeeld. Verder zullen<br />
sommige homo’s zichzelf geheel in het licht van hun<br />
homoseksualiteit bekijken; ze zijn dan bijvoorbeeld in de eerste<br />
plaats homo, en dan pas student, zoon, sporter,…<br />
In haar eindverhandeling herhaalt Annelies De Peuter min of<br />
meer bovenstaande bevindingen en analyseert verder het<br />
mediagebruik van holebi-jongeren 23 . Uit die analyse blijkt <strong>dat</strong> holebijongeren<br />
vooral luisteren Donna, Q-Music en in mindere mate 4FM.<br />
Dit zijn de eerder commerciële radiozenders in Vlaanderen en die<br />
liggen in lijn met de commercialiteit van de Homo Top 100-inhoud.<br />
Bovendien concludeerde De Peuter <strong>dat</strong> holebi’s de media gebruiken<br />
voor identificatie met invloedrijke mediapersonen en rolmodellen, en<br />
voor bevestiging van de nagestreefde waarden. Bepaalde rolmodellen<br />
zijn hierin heel belangrijk, zoals bijvoorbeeld nieuwsanker Wim De<br />
23 DE PEUTER, A., Mediagebruik bij holebi-jongeren : <strong>een</strong><br />
terreinverkenning, Leuven, Katholieke Universiteit Leuven, 2006 (Diss.<br />
Lic.), p. 53-54; 70-71.<br />
19