Bekijk een hoofdstuk
Bekijk een hoofdstuk
Bekijk een hoofdstuk
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Eiwitten<br />
• granen: tarwe, gerst, haver, rogge, boekweit, rijst; graanproducten: meel,<br />
bloem, havermout en broodsoorten<br />
• alle producten waarin hiervoor genoemde voedingsmiddelen zijn verwerkt,<br />
bijvoorbeeld koekjes (bloem), chips (aardappel), pap (bijvoorbeeld<br />
griesmeel)<br />
• (in geringe mate) fruit.<br />
Er zijn ook producten waarin zowel dierlijke als plantaardige eiwitten<br />
voorkomen. Het gaat hier om thuis of in de fabriek samengestelde producten.<br />
Voorbeelden hiervan zijn:<br />
• pap, bijvoorbeeld havermoutpap: melk (dierlijk) en havermout (plantaardig)<br />
• melkbrood: melk (dierlijk) en bloem (plantaardig).<br />
Gevolgen van te veel of te weinig eiwit<br />
Te weinig eiwit<br />
Primaire eiwitondervoeding<br />
Secundaire eiwitondervoeding<br />
h<br />
j<br />
Een tekort aan eiwit komt veel voor in ontwikkelingslanden. Eiwitondervoeding<br />
kan echter ook in Nederland voorkomen.<br />
Oorzaken kunnen zijn:<br />
• chronisch alcoholisme<br />
• eetlustgebrek door ziekte, bijvoorbeeld kanker of depressie<br />
• g<strong>een</strong> zin meer om voor zichzelf te zorgen, bijvoorbeeld all<strong>een</strong>staande<br />
hoogbejaarde mensen<br />
• verterings- en opnamestoornissen in het spijsverteringskanaal<br />
• dementie; zwaar demente mensen behoren vaak tot de moeilijke eters<br />
• ziekten of wonden, zoals brandwonden, waarbij veel eiwitten verloren gaan<br />
• hormoonafwijkingen, waarbij veel lichaamseiwit wordt afgebroken.<br />
We onderscheiden twee soorten eiwitondervoeding:<br />
1. Primaire eiwitondervoeding: hierbij levert de voeding wél voldoende<br />
energie in de vorm van vetten en koolhydraten, maar te weinig eiwit.<br />
Verschijnselen zijn:<br />
• vochtophoping (oedeem), doordat er <strong>een</strong> te laag eiwitgehalte van het<br />
bloed is. Hierdoor raakt het osmotisch evenwicht verstoord, er zal water<br />
uit de bloedbaan verhuizen naar de weefsels, waar het zich gaat ophopen<br />
• gestoorde spijsvertering, doordat er minder enzymen worden gemaakt<br />
door het lichaam. Dit resulteert gemakkelijk in diarree<br />
• huidafwijkingen.<br />
2. Secundaire eiwitondervoeding: hierbij levert de voeding ook nog te weinig<br />
energie; men verhongert.<br />
Verschijnselen zijn:<br />
• moeheid, omdat het spierweefsel dat uit eiwit bestaat, wordt afgebroken.<br />
Dit komt doordat het lichaam onvoldoende brandstof heeft. Om toch<br />
aan brandstof te komen, wordt het lichaamseiwit afgebroken en dit doet<br />
vervolgens dienst als energiebron<br />
• slechte wondgenezing, doordat de weefsels niet snel genoeg weer kunnen<br />
worden opgebouwd<br />
• vatbaarheid voor infecties, doordat de aanmaak van antilichamen niet of<br />
slecht kan plaatsvinden<br />
• <strong>een</strong> dunne huid, waardoor snel wonden ontstaan<br />
• diarree, door enzymtekort, waardoor <strong>een</strong> slechte spijsvertering ontstaat<br />
• dunne bloedvaatwanden, waardoor er snel bloeduitstortingen ontstaan<br />
909Z4.FM<br />
1.13