22.01.2015 Views

Deur Christus Alleen - AH Bogaards

Deur Christus Alleen - AH Bogaards

Deur Christus Alleen - AH Bogaards

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

zijn, Jezus te huldigen; maar met dit al onttrekt zoo'n mensch zich toch aan de werking, die van<br />

Jezus tot hem uitgaat door het Woord. En dat is de zonde! Want zóó ontzegt de mensch den<br />

<strong>Christus</strong> het recht, om Zijn drievoudig ambt aan hèm te bedienen.<br />

Daar komt in de tweede plaats nog bij, dat deze miskenning van het verborgen wezen van<br />

<strong>Christus</strong>' werken, zich ook straks duidelijk laat herkennen. Lukas teekent ons met zijn fijne pen,<br />

hoe het volk "met een krachtige stem God begon te loven, vanwege al de krachtige daden, die zij<br />

gezien hadden."<br />

Hierin nu spreekt: miskenning van Jezus door het volk. De hulde is eigenlijk een blijk van<br />

ongeloof en misverstand.<br />

De nadruk valt hier op een tweetal elementen.<br />

Ten eerste: op de kracht van Jezus' daden.<br />

Ten tweede: op het zichtbare van Jezus' daden.<br />

Wat het eerste betreft, - de kracht van Jezus' daden: Jezus heeft ongetwijfeld groote kracht in<br />

Zijn werken geoefend. Maar die kracht is het eerste niet, en ook het hoogste niet.<br />

En dan verder: in Zijn werken, met name in de wonderen, moge het dynamische, het<br />

kracht-element, naar buiten breken, en |115| daar zienlijk, aanschouwelijk,<br />

zintuigelijk-waarneembaar worden, die zienlijke dingen zijn óók al weer de voornaamste niet.<br />

Want de "krachtige daden", die Hij deed, en de wonderen, waren wel teekenen, waarin het<br />

Woord Gods Zich bevestigen kwam, en de profetie haar vervulling kreeg, doch daar vloeit uit<br />

voort, dat het wonderteeken nooit een doel op zichzelf in <strong>Christus</strong>' arbeid is. Een kracht-toer is<br />

nooit iets, waarin Hij rust. Altijd is het teeken een stuwen van het volk naar omhoog en altijd is<br />

het wonder een moment in een proces, waarlangs het koninkrijk der hemelen wel altijd "komt",<br />

doch dan ook immer, om nog verder en nog sterker te "komen". Alle teekenen zijn profetisch,<br />

alle wonderen eschatologisch. Jezus bedoelt met Zijn wonderen nooit een apart doel te bereiken,<br />

dat in het wonder-zèlf besloten ligt, want de wonderen, die Hij doet, zijn voor hun déél<br />

openbaringsmiddelen, die dus heenwijzen, vàn het teeken, náár het Woord. En voor zoover de<br />

wonderen, de krachtdaden, die Hij deed, werkelijk ook schathouders van genade waren, en<br />

voertuigen van de geestelijke genade, en aquaeducten 1) voor het water uit de fonteinen des heils<br />

d, inzóóverre, zeg ik, bedoelden die wonderen toch óók nog de aandacht van de menschen heen<br />

te leiden vàn het zichtbare náár het onzichtbare; vàn den aanvang tòt de vervulling; vàn het begin<br />

der téékenen, tòt de uiteindelijke aanschouwing in het geloof, dat het teeken missen kan en dat<br />

God vermag te zien door het geloof, ook zonder teeken. De wonderen, de krachtdaden, die Jezus<br />

doet, worden aanstonds misduid, als men daarin eindigt. Wie het wonder neemt om het wonder,<br />

en het teeken ziet, los van het Woord, en wie een wonder verheerlijkt, zonder dat hij den<br />

buitenkant daarvan verklaart naar de meening van het Woord, dus naar de verborgen zijde van<br />

het wonder, - die staat op het standpunt van de apocriefe evangeliën, waarin een zieke<br />

verbeelding zich aan een wonder vergaapt, en met het wonder Jezus' goed recht naar<br />

menschenmaatstaf argumenteeren wil. Maar het kanonieke evangelie leert ons een andere<br />

beschouwing, want hier is het |116| wonder ondergeschikt aan het Woord; is het zichtbare tééken<br />

slechts dienstbaar gesteld aan de onzichtbare kràcht van genade, die God erin werken liet; en<br />

wordt het wonder alleen gezien als een voorbijgaand 2) ding, als een uitzonderingsgeval, dat men<br />

haastig achter zich laten wil, en te bóven komen, omdat het niet aan het eind, maar aan het begin<br />

van den heilsweg staat. En naar het eind moeten we immers toe Ach ja, wij moeten altijd<br />

dichter naar het einde toe; en wee hem, die dat vergeet. Het wonder is den ongeloovigen als<br />

Sodom: het blinkt, het boeit, maar wee als gij er op terugziet. Gij wordt een zoutpilaar e. En dat<br />

door eigen schuld. Want<br />

het teeken in het wonder riep u toe, niet achteruit, doch vooruit te zien!

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!