22.01.2015 Views

Deur Christus Alleen - AH Bogaards

Deur Christus Alleen - AH Bogaards

Deur Christus Alleen - AH Bogaards

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

In de eerste plaats: hoe dwaas is Petrus' voorstel. Wat is dat eigenlijk, noodwoningen voor<br />

hemelgasten te willen bouwen, gelijk eens iemand schreef Wat is dat, hemelgezanten te willen<br />

brengen onder een veilig afdakje van geïmproviseerde hutjes Men kan even goed het licht in<br />

een kruik, of de zon in een kooi besluiten. Wil Petrus hier, zóóveel voet boven den beganen<br />

grond, een soort receptie houden, gearrangeerd door de aarde voor de kinderen des hemels Een<br />

receptie dus, waarbij de aarde den hemel ontvangt Maar <strong>Christus</strong> zelf heeft het hem heel anders<br />

geleerd. Hij spreekt van een hemelsche receptie, ten dienste van de aarde, waarbij dus de hemel<br />

de aarde ontvangt. Want Hij laat de geloovigen hopen, dat eenmaal de zaligen hen ontvangen,<br />

niet in geïmproviseerde tabernakelen van Petrus' fantasie, maar in de eeuwige tabernakelen<br />

daarboven f. Dat is dus precies andersom dan Petrus wil. Ja, het is toch eigenlijk wèl dwaas.<br />

Maar er is meer. Niet alleen is er dwaasheid, maar er is zonde in Petrus' woorden. Al spreekt<br />

Jezus de woorden niet uit, er is toch nu weer plaats voor een stem, die verwijten gaat: Achter<br />

Mij, satan.<br />

Hiermede loochenen wij niet, dat in Petrus' woorden ook een groote liefde aan het woord komt g.<br />

Wat is hij bereidwillig tot den dienst! Aan hutten voor de andere twee discipelen en voor hem<br />

zelf denkt hij niet. Als maar de Meester met Zijn hemelsche Gasten geborgen is! Waarlijk, hier is<br />

een liefde, die juist in haar spontane woord en in haar groote naïviteit zich onbevangen geeft. Het<br />

is |19| voor deze liefde een van zelf sprekend ding, dat iedereen àlles voor Jezus overheeft.<br />

Immers, bij voorbaat rékent Simon Petrus er al op, dat, wanneer hij voor Jezus werken gaat, de<br />

anderen onmiddellijk gretig zullen meedoen. Laat ons tabernakelen bouwen. Het treft, dat wij<br />

hier zijn. Hier is een sterke liefde voor het licht en een groote lust, dien de leerling aan den<br />

Meester heeft.<br />

Niettemin, dit neemt niets weg van wat wij zeiden, toen wij Simons voorstel zondig noemden.<br />

Wat hij wil, is: het schoone uur vasthouden, dat hier beleefd wordt. En daarmee gaat hij in tégen<br />

het groote thema van het onderhoud, dat hier tusschen <strong>Christus</strong> en de twee hemelboden gevoerd<br />

wordt. Elia en Mozes plaatsen <strong>Christus</strong> voor Zijn naderend sterven. Zij confronteeren Hem met<br />

het kruis, en met den nacht, en met den dood. Maar Simon Petrus wil vasthouden deze<br />

schitterende kroon, en uit-rekken dezen blinkenden nacht van licht, schooner dan de dagen, en<br />

fixeeren, binden, deze uitbundigheid van hemelsch leven. Zon, sta stil aan den anderen kant der<br />

wereld, en gij maan, boven deze blanke toppen van licht! h<br />

En terwijl Jezus <strong>Christus</strong>, óók nog in het aangezicht van hemelsch licht en leven, kiest den<br />

vrijwilligen dood en de helsche duisternis, daar komt wéér Simon, die satan van vleesch en<br />

bloed, en hij houdt Hem tegen, en zegt tot Hem: Meester, verleng dit uur van licht en leven;<br />

maak van dit moment een onvoltooid tegenwoordigen tijd, en laat ons de wereld vergeten en de<br />

menschen vergeten en den tempel, en de massa, en Israëls volk, en het diepe dal van lijders en<br />

klagers vergeten; zeg tot dit schoone uur: O, toef nu nog, gij zijt zoo schoon.<br />

Laat ons niet voorbijzien hier, dat dit alles voor <strong>Christus</strong>' menschelijke ziel een zware verzoeking<br />

beteekent. Want al wat in Hem is, hijgt naar het licht en hunkert naar het leven. Ook Zijn ziel<br />

zou, indien zij maar een oogenblik zich losmaakte van haar ambtelijke geestelijke roeping, de<br />

prolongatie wel gaarne willen van dit hemelsche gezicht. Daarom is hier dan ook de satan weer,<br />

die verzoekt. Indien de Heiland, al was het ènkel maar met gedàchten, van zich af zou hebben<br />

willen zetten hetgeen God met haast op |20| Hem af laat komen op Golgotha en in Gethsémané,<br />

dan ware Hij ontrouw geweest aan Zijn roeping; dan was er een hiaat geslagen in den gang van<br />

Zijn gehoorzaamheid, en wij allen waren met Hem verloren geweest. Een <strong>Christus</strong>, die nà het<br />

kruis verheerlijkt wordt, zal Gods triumf zijn; maar een, die vóór het kruis verheerlijkt zou willen<br />

worden, zou een triumf van Satan zijn geweest.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!