20.01.2015 Views

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Het aandeel ongeschoolde en geoefende ar<strong>be</strong>iders met een hoge werkdruk is relatief <strong>be</strong>perkt.<br />

Maar voor veel van deze functies is er wel sprake van onvoldoende autonomie.<br />

Dit resulteert in een relatief hoog aandeel werknemers met werkstress, ondanks het feit<br />

dat de werkdruk <strong>be</strong>perkt is. Bij geschoolde ar<strong>be</strong>iders is er eenzelfde aandeel met hoge<br />

werkdruk, maar het niveau van werkstress is aanzienlijk lager omdat deze werknemers<br />

over meer autonomie <strong>be</strong>schikken. Bij het middenkader en kaderfuncties is er een spectaculaire<br />

toename van de werkdruk, die zich echter niet vertaalt in een evenredige toename<br />

van de werkstress omdat ook de autonomie waarover deze functies kunnen <strong>be</strong>schikken<br />

zeer groot is 9 .<br />

De aard van de functie is niet de enige varia<strong>be</strong>le die van invloed is op werkstress. Ook<br />

de leeftijd vertoont een nauwe samenhang met het niveau van werkstress. Naarmate de<br />

leeftijd toeneemt, neemt het aandeel van de werknemers dat met werkstress wordt geconfronteerd<br />

ook steeds verder toe. Dit hoeft niet te <strong>be</strong>tekenen dat oudere werknemers meer<br />

stresserende jobs uitvoeren. Veeleer gaat het om een stressniveau dat zich cumulatief opbouwt<br />

doorheen de loopbaan. Dit verklaart ook de knik neerwaarts in het stressniveau<br />

bij de categorie 55+ en <strong>be</strong>kend staat als het ‘healthy worker effect’. Werknemers met een<br />

hoog stressniveau verlaten op deze leeftijd vroegtijdig de ar<strong>be</strong>idsmarkt en ‘verdwijnen’<br />

zodoende uit de cijfers, waardoor het lijkt dat de situatie in deze hogere leeftijdscategorie<br />

ver<strong>be</strong>tert (STV Innovatie & Ar<strong>be</strong>id, 2007).<br />

Dat werkstress bijdraagt tot een vroegtijdig verlaten van de ar<strong>be</strong>idsmarkt, wordt <strong>be</strong>vestigd<br />

door de inschatting van de respondenten op de haalbaarheid van werken tot de<br />

pensioenleeftijd. Werknemers die met werkstress geconfronteerd worden, schatten de<br />

haalbaarheid van een actieve loopbaan tot de pensioenleeftijd anders in. Waar 26% van<br />

de werknemers zonder problemen inzake werkstress de uitoefening van de job tot de<br />

pensioenleeftijd als onhaalbaar inschat, loopt dit aandeel op tot 54% bij werknemers met<br />

werkstress en tot 65% bij werknemers met acute werkstress (STV Innovatie & Ar<strong>be</strong>id,<br />

2004). Het terugdringen van werkstress gedurende de loopbaan moet dan ook een essentieel<br />

onderdeel zijn van elk <strong>be</strong>leid gericht op activering van oudere werknemers.<br />

De trendgegevens over de kwaliteit van de ar<strong>be</strong>idsinhoud in deze paragraaf <strong>be</strong>vestigen<br />

niet dat <strong>be</strong>taald werk van <strong>be</strong>tere kwaliteit is geworden. De cijfers wijzen wel op een afname<br />

van het eentonige werk, maar tegelijk signaleren meer werkenden een toename van de<br />

werkdruk. Als zodanig ondersteunen de gegevens geen ‘degradatiethese’ die stelt dat de<br />

kwaliteit van het werk daalt onder invloed van de technologische ontwikkeling. Werknemers<br />

worden in deze these steeds meer het verlengstuk van de apparatuur en vinden in het<br />

werk steeds minder gelegenheid tot ontplooiing van hun persoonlijkheid en capaciteiten.<br />

Maar evenmin ondersteunen de gegevens een ‘regradatiethese’ die stelt dat door automatisering<br />

en informatisering het zware en routinematige werk verdwijnt en het nieuw gecreëerde<br />

werk meer ruimte biedt voor ontplooiing. Mogelijks sluiten de gegevens nog het<br />

<strong>be</strong>st aan bij een ‘polarisatiethese’ die stelt dat <strong>be</strong>ide tendensen zich voordoen, maar dan<br />

in verschillende segmenten van de ar<strong>be</strong>idsmarkt (De Beer, 2001). Het <strong>be</strong>treft dan relatief<br />

van elkaar afgescheiden delen van de ar<strong>be</strong>idsmarkt, met enerzijds <strong>be</strong>tere ar<strong>be</strong>idsinhoud<br />

voor hogere segmenten van de ar<strong>be</strong>idsmarkt (<strong>be</strong>roepsmarkten, <strong>be</strong>drijfsmarkten) waarbij<br />

voor toetreding het opleidingsniveau van groot <strong>be</strong>lang is, en anderzijds slechtere ar<strong>be</strong>idsinhoud<br />

voor lagere segmenten van de ar<strong>be</strong>idsmarkt (allemansmarkten) waarbij vereiste<br />

vaardigheden en kennis zeer eenvoudig zijn.<br />

So c i a l e St a a t v a n Vl a a n d e re n 2009 96

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!