20.01.2015 Views

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

exemplarisch. Auchincloss e.a. (2001) vinden na controle voor individuele kenmerken<br />

dat vier omgevingskenmerken de toegankelijkheid tot de gezondheidszorg <strong>be</strong>moeilijken<br />

namelijk: wonen in een landelijk gebied, in een verarmde buurt, in een buurt met een<br />

heterogene <strong>be</strong>volkingssamenstelling en met een lager percentage 65-plussers. Muramatsu<br />

& Camp<strong>be</strong>ll (2002) constateren in hun onderzoek bij 70-plussers met functionele <strong>be</strong>perkingen<br />

dat degenen die wonen in staten met hogere uitgaven voor ‘home and communitybased<br />

services’ meer gebruik maken van formele ondersteuning, maar niet minder gebruik<br />

maken van informele ondersteuning.<br />

Andere onderzoeken gaan wel de invloed na van de verstedelijkingsgraad op het zorggebruik<br />

van ouderen (van Campen & De Klerk, 2004; Geerlings e.a., 2005; Muramatsu &<br />

Camp<strong>be</strong>ll, 2002; Geerts, 2009) maar <strong>be</strong>schouwen dit als een individueel kenmerk eerder<br />

dan als een omgevingskenmerk. De gehanteerde statistische modellen in deze enkelvoudige<br />

niveau onderzoeken leveren als gevolg geen juiste inschatting van de effecten van<br />

de individuele en omgevingskenmerken. Zoals al aangehaald, is een meerwaarde van<br />

dit onderzoek dat de invloed van een verscheidenheid van gemeentelijke en individuele<br />

kenmerken wordt nagegaan op zowel het formele als het informele zorggebruik, gebruik<br />

makend van een aangepaste analysetechniek die rekening houdt met de geneste datastructuur<br />

(individuen in gemeenten).<br />

Een bijkomend aandachtspunt is de relatie tussen formeel en informeel zorggebruik. Daarover<br />

<strong>be</strong>staat geen eensgezindheid in de onderzoeksliteratuur (onder meer Geerlings e.a.,<br />

2005; Davey e.a., 2007). Volgens Luijkx (2001) moet professionele zorg niet <strong>be</strong>schouwd<br />

worden als een aanvulling op of als een substituut voor mantelzorg maar eerder als een<br />

alternatief. Greene (1983) verdedigt het substitutiemodel: formele zorg vervangt informele<br />

zorg of met andere woorden er <strong>be</strong>staat een negatieve relatie tussen <strong>be</strong>ide zorgcircuits.<br />

De substitutietheorie wordt empirisch nauwelijks ondersteund (Tennstedt e.a., 1993).<br />

Andere auteurs wijzen daarentegen op de complementariteit (Litwak, 1985) —<strong>be</strong>ide circuits<br />

heb<strong>be</strong>n hun eigen specialisatie (het ‘task-specificity model’) — en de gedeeltelijke<br />

substitueerbaarheid (Cicirelli, 1983) van mantelzorg en professionele hulp. Chappell &<br />

Blandford (1991) ten slotte oordelen dat noch het ‘task-specificity model’ noch de substitutiehypothese<br />

een accurate weergave is van de realiteit. Professionele hulp en mantelzorg<br />

zijn complementair, niet omdat elk zijn eigen specialisatie heeft, wél omdat formele<br />

hulp wordt ingeschakeld als het te veel wordt voor de mantelzorg. Volgens Noelker &<br />

Bass (1989) leidt het ‘task-specificity model’ tot het meest optimale zorgarrangement voor<br />

kwetsbare ouderen.<br />

3. Beschrijving van de gegevensbanken<br />

De individuele varia<strong>be</strong>len zijn afkomstig uit het LOVO-onderzoek bij thuiswonende ouderen.<br />

De contextvaria<strong>be</strong>len die in deze bijdrage worden gebruikt om zorggebruik te<br />

verklaren, zijn afkomstig uit de gegevensbank lokale statistieken van de Studiedienst van<br />

de Vlaamse Regering (SVR) (zie 3.2).<br />

3.1. LeefsituatieOnderzoek Vlaamse Ouderen (LOVO)<br />

Het <strong>eerste</strong> deelonderzoek 4 van het LeefsituatieOnderzoek Vlaamse Ouderen (LOVO)<br />

richt zich tot alle personen met domicilie in het Vlaamse Gewest die <strong>be</strong>antwoorden aan<br />

de volgende criteria: (1) tussen 55 en 90 jaar oud zijn, (2) over de Belgische nationaliteit<br />

So c i a l e St a a t v a n Vl a a n d e re n 2009 386

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!