20.01.2015 Views

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

De actieve participatie in de jongerenorganisaties neemt af na de leeftijd van 25 jaar, in<br />

de sportverenigingen na 40 jaar. De participatie in de andere verenigingen neemt toe met<br />

de leeftijd. Als we echter een opsplitsing maken in actief en <strong>be</strong>stuurslidmaatschap, wordt<br />

duidelijk dat de <strong>be</strong>stuursfuncties vaker worden uitgeoefend door oudere personen. Ook<br />

het aantal lidmaatschappen lijkt niet af te nemen met de leeftijd (afgezien van de dip in<br />

de leeftijdscategorie 26-30 jaar).<br />

Uit het retrospectief <strong>be</strong>vraagde levensloopperspectief blijkt dat de participatie vanaf 18<br />

jaar afneemt. Zo’n afname wordt niet tegengesproken door de leeftijdspecifieke participatiecijfers.<br />

Het lijkt derhalve plausi<strong>be</strong>l te <strong>be</strong>sluiten dat de participatie vanaf 18 jaar<br />

afneemt met de leeftijd. Daarbij kan wel worden opgemerkt dat de oudere participanten<br />

vaker <strong>be</strong>stuursfuncties opnemen. Het verenigingsleven is dus blijkbaar ook een milieu<br />

waarin ervaring wordt gewaardeerd en gevaloriseerd.<br />

4. Verklaringen voor de opmars van het verenigingsleven<br />

In dit deel pro<strong>be</strong>ren we een aantal van de maatschappelijke ontwikkelingen te achterhalen,<br />

die een rol heb<strong>be</strong>n gespeeld in de geschetste evolutie van het verenigingsleven. We<br />

kijken daarbij ook naar welke groepen over de tijd meer of minder zijn gaan participeren.<br />

We doen dit in twee luiken. In het <strong>eerste</strong> luik toetsen we de hypothese dat het aantal passieve<br />

of ‘chequeboek’-leden is toegenomen ten opzichte van het totale aantal leden. In het<br />

tweede deel overlopen en toetsen we een reeks hypothesen <strong>be</strong>treffende de evolutie van het<br />

leden<strong>be</strong>stand van verenigingen.<br />

4.1. Meer passieve lidmaatschappen<br />

Sommige auteurs verwachten dat er wel een toename is van het aantal lidmaatschappen,<br />

maar zijn van oordeel dat het voornamelijk om passieve of ‘chequeboek’-lidmaatschappen<br />

zou gaan (Stolle & Rochon, 1998; Wollebaek & Selle, 2002a, 2002b; Skocpol, 2003),<br />

wat de vastgestelde toename flink zou relativeren. Om te onderzoeken of de toename van<br />

het lidmaatschap te verklaren is door een stijging van het aantal passieve leden, <strong>be</strong>kijken<br />

we de evolutie van enerzijds de verhouding van het aantal passieve leden op het totaal<br />

aantal leden en anderzijds het aantal <strong>be</strong>stuursleden op het totaal aantal actieve leden.<br />

Vanaf 1998 kunnen we de evolutie <strong>be</strong>kijken van het soort lidmaatschap (vroeger lid, passief<br />

lid, actief lid en <strong>be</strong>stuurslid) van de verschillende types verenigingen. 9 Om de evolutie<br />

van het aantal passieve leden te <strong>be</strong>studeren, is het aangewezen met een relatieve maat te<br />

werken, namelijk de verhouding van het aantal passieve leden op het totaal aantal leden.<br />

Het is immers mogelijk dat het aantal passieve leden over de tijd hetzelfde is gebleven<br />

maar dat het aantal actieve leden is gedaald. In dit geval is de verhouding van passieve<br />

leden op alle leden toegenomen. Anderzijds is het ook mogelijk dat zowel het aantal passieve<br />

leden als het aantal actieve leden is toegenomen. In dit geval blijft de verhouding<br />

tussen passieve leden en alle leden ongeveer dezelfde (dat is het geval voor de vakbond).<br />

Het aandeel passieve leden op het totaal aantal leden (passief, actief en <strong>be</strong>stuurslidmaatschap)<br />

is toegenomen voor de sociale <strong>be</strong>wegingen (milieu- en natuurverenigingen en verenigingen<br />

voor internationale vrede en derde wereld). Ook de wijk- of buurtcomités en de<br />

hulpdiensten zoals het Rode Kruis en de vrijwillige brandweer kennen een toename van<br />

het aandeel passieve leden op het totaal aantal leden en dus een afname van het aandeel<br />

So c i a l e St a a t v a n Vl a a n d e re n 2009 256

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!