20.01.2015 Views

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

schutbladen + eerste blad.indd - Vlaanderen.be

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

tussen <strong>Vlaanderen</strong> en België, wellicht weer vanwege de selectiviteit in de steekproef.<br />

Wat <strong>be</strong>treft de meting van armoede maken we, zoals reeds aangehaald, gebruik van de<br />

internationaal aanvaarde definitie voor relatieve armoede. De individuen die onder de<br />

grens van 60% van de mediaan van het gestandaardiseerd <strong>be</strong>schikbaar gezinsinkomen<br />

vallen, worden als arm <strong>be</strong>schouwd. De term ‘armoede’ wordt in deze context <strong>be</strong>ter <strong>be</strong>keken<br />

als ‘risico op een laag inkomen’ of ‘armoederisico’. Hierbij wordt voor <strong>Vlaanderen</strong><br />

een ‘Vlaamse’ armoedegrens gebruikt, die alleen <strong>be</strong>rekend is uit de steekproefgegevens<br />

voor <strong>Vlaanderen</strong>. Deze lijn ligt hoger dan de ‘Belgische’ lijn, zoals afgeleid kan worden<br />

uit figuur 2b.<br />

Eerdere onderzoeken leerden dat onze welvaartsstaat er <strong>be</strong>hoorlijk goed in slaagt de armoede<br />

terug te dringen. Er was een zeer <strong>be</strong>langrijke afname van de relatieve armoede in<br />

<strong>Vlaanderen</strong> tussen 1976 en 1988 (Cantillon, 1999). In België lijkt sedert het eind van de jaren<br />

’80 de relatieve armoede langzaam weer toe te nemen. Voor <strong>Vlaanderen</strong> zien we deze<br />

stijging niet. Voor de periode 1995 tot 2001 geeft de ECHP een daling van de armoede<br />

aan; deze is echter mogelijk te wijten aan selectieve uitval. De periode 2004-2006 van de<br />

SILC enquête is te kort om duidelijke trends te kunnen ontwaren. De SILC geeft ook<br />

aan dat de armoede in <strong>Vlaanderen</strong> ongeveer 1 tot 1,5 %-punt lager ligt dan in België als<br />

geheel, dit ondanks de hogere armoedegrens in <strong>Vlaanderen</strong>.<br />

4.3. Deprivatie<br />

Er zijn een aantal <strong>be</strong>perkingen eigen aan armoedemeting op basis van het <strong>be</strong>schikbare<br />

inkomen. Levensomstandigheden van individuen laten zich niet kenmerken door louter<br />

alleen inkomen. De levensstandaard van gezinnen en individuen wordt immers door<br />

meer <strong>be</strong>ïnvloed dan enkel het inkomen. Materiële deprivatie indicatoren worden vaak<br />

gepresenteerd als complementair aan financiële deprivatie (of armoede). Deze indicatoren<br />

geven zicht op een ongewild gebrek aan <strong>be</strong>paalde goederen en diensten die tot het<br />

gangbare consumptiepatroon van huishoudens in een <strong>be</strong>paalde maatschappij <strong>be</strong>horen.<br />

Het is <strong>be</strong>langrijk dat het gebrek ongewild is, en niet het resultaat van andere preferenties;<br />

daarom wordt alleen van deprivatie gesproken als het huishouden aangeeft dat het<br />

een artikel niet <strong>be</strong>zit of een dienst niet geniet omwille van financiële redenen (zie verder<br />

Nolan & Whelan, 1996). Een deprivatie-index <strong>be</strong>staat uit de (al of niet gewogen) som van<br />

deprivatie op afzonderlijke items (goederen en diensten). Zulk een index is <strong>be</strong>trouwbaarder<br />

naarmate hij op meer items is gebaseerd.<br />

Onze mogelijkheden zijn sterk <strong>be</strong>perkt door het geringe aantal items naar welke in alle<br />

drie surveys is gevraagd. Dit zijn er 4: <strong>be</strong>zit van een eigen wagen, <strong>be</strong>zit van een telefoon,<br />

<strong>be</strong>zit van een (kleuren-)televisie, en of men zich een week vakantie weg van thuis per jaar<br />

kan veroorloven. Van deprivatie wordt gesproken als het gezin aangeeft dat het het item<br />

niet <strong>be</strong>zit, maar wel graag wenst (SEP) of dat het gezin het item niet <strong>be</strong>zit, omwille van<br />

financiële redenen (ECHP en SILC). Per jaartal wordt de indicator <strong>be</strong>rekend als de som<br />

van de scores op de 4 items. Zo verkrijgen we per jaar een materiële deprivatie indicator<br />

met een score tussen 0 (geen deprivatie) en 4 (deprivatie op alle elementen). Omdat de<br />

twee hoogste scores weinig voorkomen, heb<strong>be</strong>n we de indicator <strong>be</strong>perkt tot 3 scores: 0, 1<br />

en 2 of meer. Omdat in SEP-1997 alleen het <strong>be</strong>zit is vastgesteld, en niet is gevraagd naar<br />

de redenen van het niet-<strong>be</strong>zit, ontbreekt dit jaar in de reeksen.<br />

So c i a l e St a a t v a n Vl a a n d e re n 2009 124

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!