Bijencahier 2010
Bijencahier 2010
Bijencahier 2010
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Herkomst en verspreiding<br />
via genetica ontrafeld<br />
De genetica heeft ons de laatste jaren veel geleerd<br />
over de indeling van soorten en hun onderscheid<br />
(taxonomie) en over de ontstaansgeschiedenis van<br />
soorten (fylogenie). In het pregenetica tijdperk<br />
kon je alleen de verschillen in vorm, grootte en<br />
kleur (morfologie) bestuderen, en de verschillen<br />
in gedrag. Nu kun je stukken DNA vergelijken<br />
tussen individuen. Zo kun je onderzoeken hoeveel<br />
verschillende soorten en ondersoorten er in een<br />
bepaalde groep organismen zijn. Je kunt ook kijken<br />
welke soorten het meest aan elkaar verwant<br />
zijn en dus waarschijnlijk zijn ontstaan uit één<br />
gezamenlijke voorouder.<br />
Om de verwantschap tussen twee individuen<br />
te bepalen, kun je kijken naar de volgorde van de<br />
‘genetische letters’, de nucleotiden. In de figuur<br />
staat een hypothetisch voorbeeld. Van drie soorten<br />
insecten wordt de nucleotidenvolgorde in<br />
een specifiek stukje DNA bepaald. Soort A levert<br />
ATCGAATG, soort B: ATCGAATC en soort C: TTC-<br />
GAACT. Als je deze reeksen vergelijkt, blijkt dat er<br />
tussen soort A en soort B maar één letter verschilt<br />
(G of C op het eind). Dit betekent dat de twee soorten<br />
nauw verwant zijn. Ze zijn dus ontstaan uit<br />
een gezamenlijke voorouder die pas recent in de<br />
evolutie is gesplitst in de twee soorten. Vergelijk je<br />
vervolgens soort C met soorten A en B, dan blijken<br />
er drie letters te verschillen (T in plaats van A op 1,<br />
en CT in plaats van TG of TC op het eind). Het DNA<br />
van soort C heeft dus wel overeenkomsten met het<br />
DNA van de ander twee soorten, maar minder dan<br />
tussen de soorten A en B. Dit betekent dat soort C<br />
wel verwant is aan de andere soorten, maar dat ze<br />
een minder recente voorouder delen. De hypothetische<br />
stamboom van deze drie soorten staat in de<br />
figuur. In dit voorbeeld ging de vergelijking tussen<br />
slechts acht nucleotiden, in werkelijkheid worden<br />
bij dit soort onderzoeken duizenden nucleotiden<br />
vergeleken, soms zelfs het hele genoom.<br />
vraag 2<br />
Mede dankzij de genetica<br />
hebben we tegenwoordig<br />
ook een goed<br />
beeld van de herkomst<br />
van de moderne mens.<br />
Welke overeenkomst is<br />
er met de herkomst van<br />
bijen<br />
Hypothetische stamboom op basis van DNA-volgorden<br />
Uit de vergelijking van het<br />
DNA volgt de stamboom.<br />
soort A) ‘ATCGAATG’<br />
soort B) ‘ATCGAATC’<br />
soort C) ‘TTCGAACT’<br />
eerste<br />
splitsing<br />
tweede<br />
splitsing<br />
nu<br />
tijdsschaal<br />
kwartaal 4 december <strong>2010</strong> bijen 55