rapport De amateurkunstenaar laat zich zien

rapport De amateurkunstenaar laat zich zien rapport De amateurkunstenaar laat zich zien

kunstfactor.nl
from kunstfactor.nl More from this publisher

<strong>De</strong><strong>amateurkunstenaar</strong><strong>laat</strong><strong>zich</strong><strong>zien</strong><br />

Beeldvandekenmerkenvanamateurfotografen,-schildersen-schrijvers<br />

Utrecht,december2011<br />

EstiHendriksen,DianaChin-a-Fat,AnnekeMengerink,DavidTonnaerenHans<br />

Heimans


Colofon<br />

Onderzoek en tekst:<br />

Esti Hendriksen, student Master Kunstbeleid en -management<br />

Diana Chin-a-Fat, adviseur Schrijven<br />

Anneke Mengerink, adviseur Fotografie<br />

David Tonnaer, adviseur Beeldende kunst<br />

Hans Heimans, senior beleidsmedewerker<br />

© Kunstfactor Utrecht, december 2011<br />

<strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong>. Beeld van de kenmerken van amateurfotografen, -schilders<br />

en -schrijvers is een uitgave van Kunstfactor, sectorinstituut amateurkunst. Tenzij anders<br />

overeengekomen, geeft Kunstfactor u als lezer toestemming deze uitgave voor eigen gebruik te<br />

downloaden en af te drukken. Het is niet toegestaan om inhoudelijk, tekstueel of anderszins<br />

wijzigingen aan te brengen. Bij citeren is bronvermelding verplicht. Overdracht aan derden van het<br />

gebruiksrecht is uitgesloten. Het gebruiksrecht geldt niet voor commerciële doeleinden. <strong>De</strong><br />

overdracht van de rechten van intellectueel eigendom, waaronder het auteursrecht, rustend op de<br />

door Kunstfactor opgestelde of ontworpen werken is bij het gebruiksrecht niet inbegrepen.<br />

Kunstfactor, sectorinstituut amateurkunst, zet <strong>zich</strong> in voor een sterke amateurkunstsector.<br />

Dit doen we vanuit de overtuiging dat actieve kunstbeoefening een bijdrage levert aan de<br />

persoonlijke ontwikkeling van mensen en aan een creatieve, harmonieuze samenleving.


Samenvatting<br />

In dit onderzoeks<strong>rapport</strong> wordt nader bekeken hoe de <strong>amateurkunstenaar</strong> die een individuele<br />

discipline beoefent, zoals beeldende kunst, fotografie of schrijven, te werk gaat. Onze<br />

overtuiging was dat deze groep beoefenaars nog niet voldoende in beeld is gebracht door middel<br />

van onderzoek. Daarom hebben er 25 <strong>amateurkunstenaar</strong>s meegewerkt aan open interviews,<br />

waarin ze verteld hebben over hun achtergrond, beweegredenen en behoeften bij het beoefenen<br />

van hun kunstvorm. Er is voor gekozen om informatie te vergaren op kwalitatieve wijze, in de<br />

vorm van open interviews. Er werd gewerkt met een gestructureerde vorm hiervan: het<br />

topicinterview. <strong>De</strong> interviews zijn getranscribeerd en in fragmenten opgedeeld. <strong>De</strong> fragmenten<br />

zijn gecodeerd en voor<strong>zien</strong> van labels. <strong>De</strong>ze zijn geordend en er zijn verbanden gelegd.<br />

<strong>De</strong> achtergrond van de <strong>amateurkunstenaar</strong> blijkt een essentiële rol te spelen. Mensen beginnen<br />

in hun jeugd, gestimuleerd door familie of vrienden. Vaak beoefenen ze meerdere disciplines.<br />

Door met kunst bezig te zijn kunnen ze uiting geven aan een gevoel, een passie; het is een<br />

plezierige, ontspannen tijdsbesteding. Het delen met anderen wordt ook belangrijk gevonden.<br />

Een aantal geïnterviewden wil iets bereiken met hun kunst, anderen willen gewoon bezig zijn.<br />

Ook willen enkele <strong>amateurkunstenaar</strong>s op commerciële wijze verder gaan met hun werk, zijn er<br />

beoefenaars die geld willen verdienen of beoefenaars die dit juist niet willen. Daarnaast zijn er<br />

enkele deelnemers die een vakopleiding willen gaan volgen of anderen willen stimuleren tot het<br />

maken van kunst.<br />

Inspiratie halen de <strong>amateurkunstenaar</strong>s uit mensen, menselijke relaties, de omgeving en hun<br />

eigen werk. Ook omschrijven deelnemers <strong>zich</strong>zelf als alleseters. Vrijwel iedereen is geïnspireerd<br />

door een bepaalde stroming, werk van anderen of professionele kunstenaars. <strong>De</strong>sondanks willen<br />

ze wel een eigen stempel op hun werk drukken. Inspiratie kan tijdens het werkproces zelf nog<br />

opkomen.<br />

<strong>De</strong> werkwijze is afhankelijk van de frequentie van beoefening. Afhankelijk van de<br />

<strong>amateurkunstenaar</strong> gebeurt dat dagelijks, wekelijks of op wisselende momenten. Het merendeel<br />

van de geïnterviewden doet dit in een georganiseerd verband bij een club, cursus of zelf<br />

samengestelde groep. Zij beoefenen hun kunst vooral in het kader van deze bijeenkomsten. <strong>De</strong><br />

mensen die alleen werken geven aan dit op wisselende momenten te doen. <strong>De</strong> voorkeur voor<br />

alleen werken komt voort uit een behoefte om op het werk te kunnen focussen of omdat het<br />

werkproces dit vereist. Samen werken doen mensen graag om ander werk te kunnen <strong>zien</strong> en om<br />

te ervaren wat iemand met eenzelfde beeld doet. Daarnaast is het sociale aspect van belang.<br />

Bij de leervraag staat de beheersing van de techniek aan de basis. <strong>De</strong>ze kan via een cursus eigen<br />

gemaakt worden, maar ook via het internet of door het lezen van boeken. Hierna is er meer<br />

behoefte aan verdieping. Reflectie geven en ontvangen is ook een wezenlijk onderdeel van de<br />

leervraag. <strong>De</strong> docent neemt hierbij een belangrijke, positieve rol in. Wel is er behoefte aan een<br />

cursusaanbod dat meer is afgestemd op de individuele behoefte. Feedback wordt over het<br />

algemeen meegenomen, maar mensen zijn wel kritisch op de criticus. In het geval van feedback<br />

van een andere amateur wordt er vaak rekening gehouden met diens niveau. Het merendeel van<br />

de beoefenaars is kritisch op het eigen werk en perfectionistisch ingesteld. Feedback van familie<br />

en vrienden wordt geen probleem gevonden, met als kanttekening dat zij eigenlijk te dichtbij<br />

staan voor een zuiver kritische blik. Sommige deelnemers vragen mede hierom regelmatig raad<br />

aan professionals. Het ontvangen van feedback wordt als motiverend ervaren. Ook zijn er enkele<br />

beoefenaars die zelf een cursus of workshop geven.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 3


Er is volgens sommige deelnemers maar een dunne scheidslijn tussen de professional en de<br />

amateur. Plezier in de beoefening en het hebben van talent kunnen genoeg zijn om professional<br />

te worden; maar kwaliteit is ook belangrijk om je te onderscheiden als professionals. Als je een<br />

hoge kwaliteit wilt bereiken, moet je hard werken en veel ervaring opdoen. <strong>De</strong>sondanks is<br />

volgens velen het verdienen van geld de maatstaf voor professionaliteit, hoewel volgens de<br />

geïnterviewden niet alle professionals geld verdienen. Ook zouden <strong>amateurkunstenaar</strong>s er meer<br />

behoefte aan hebben hun werk te tonen dan eraan het verdienen. Spanning tussen professionals<br />

en amateurs wordt wisselend wel of niet ervaren door de geïnterviewden. Enkele geïnterviewden<br />

kunnen <strong>zich</strong> indenken dat het voor de professional lastig is dat amateurs meer vrijheid hebben.<br />

Volgens de meeste beoefenaars van kunst in de vrije tijd wordt kunst gemaakt om te tonen. Vaak<br />

gebeurt dit in de context van een cursus of club waar zij lid van zijn. Enkelen proberen zelf<br />

expositieruimte te zoeken, maar dat is lastig, vooral omdat je dan afhankelijk bent van anderen.<br />

Toegankelijke en laagdrempelige podia worden daarom toegejuicht. Een podium alleen voor<br />

amateurs vindt niet iedereen noodzakelijk. Maar exposeren op een professioneel platform wordt<br />

als erkenning ge<strong>zien</strong>, hoewel er op deze podia – in tegenstelling tot de clubs – weinig sprake is<br />

van interactie. Meer dan de helft van de geïnterviewden toont werk op internet op een eigen<br />

website of via sociale media. Ook zijn er mensen actief op fora om werk uit te wisselen en met<br />

elkaar te praten. Het voordeel van internet is, volgens de deelnemers, het grote publieksbereik<br />

en de vele mogelijkheden tot exposeren. Dit was ook een van de motivaties van mensen om met<br />

wedstrijden mee te doen. Een ander positief aspect van meedoen aan een wedstrijd is dat je<br />

feedback krijgt van een professional en dat je niveau getest wordt<br />

Het is aan te bevelen hetzelfde onderzoek per discipline en met een grotere groep uit te voeren<br />

om te kijken in in welk op<strong>zich</strong>t de uitkomsten van dit onderzoek representatief zijn voor de<br />

amateurfotografen, -schilders en –schrijvers in het algemeen. Wellicht kunnen bij de discipline<br />

schrijven nog nieuwe in<strong>zich</strong>ten naar voren komen, omdat hier duidelijkere verschillen zijn ten<br />

op<strong>zich</strong>te van de beeldende kunsten en de fotografie. Daarnaast kan het interessant zijn om meer<br />

te weten te komen over de tussengroep die uit het onderzoek naar voren komt. Het gaat hier om<br />

de mensen die <strong>zich</strong>zelf <strong>zien</strong> op een plek tussen de amateur en de professional. Ze willen niet<br />

exposeren in het bejaardentehuis maar hebben de weg naar de professionele platforms nog niet<br />

gevonden. Het gebruik van de term ‘amateur’ is een ander interessant aandachtspunt; enkele<br />

beoefenaars geven aan er moeite mee te hebben vanwege de negatieve connotatie.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 4


Inhoudsopgave<br />

Samenvatting 3<br />

Inhoudsopgave 5<br />

Inleiding 7<br />

1. Opzet en uitvoering van het onderzoek 9<br />

1.1 Keuze van de onderzoekseenheden 9<br />

1.2 <strong>De</strong> dataverzamelingsmethode 10<br />

1.3 Registratie, verwerking en preparatie van de gegevens 11<br />

2. Motivatie 12<br />

3. Ambitie 14<br />

4. Inspiratie 16<br />

5. Werkwijze 17<br />

6. Leervraag 18<br />

6.1 Techniek en reflectie 18<br />

6.2 Sociaal aspect en inhoudelijke beweegredenen 18<br />

7. Het gemaakte werk 20<br />

7.1 Beeldende kunst 20<br />

7.2 Schrijven 20<br />

7.3 Nieuwe media (fotografie, film, internetkunst) 20<br />

8. Feedback 21<br />

8.1 Reflectie en zelfreflectie 21<br />

8.2 Familie/vrienden, amateurs en professionals 21<br />

9. Erkenning 23<br />

9.1 Professionaliteit 23<br />

10. <strong>De</strong> amateur tegenover de professional 24<br />

10.1 Talent, frequentie en opleiding 24<br />

10.2 Spanning tussen de amateur en de professional 24<br />

11. Exposeren als <strong>amateurkunstenaar</strong> 25<br />

11.1 Exposeren op podia 25<br />

11.2 Exposeren en publiceren op internet 25<br />

11.3 <strong>De</strong> rol van wedstrijden 26<br />

Conclusie 27<br />

Discussie 29<br />

Bronvermelding 30<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 5


Literatuur 30<br />

Data 30<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 6


Inleiding<br />

In Nederland bruist het van het talent. Ongeveer 7,3 miljoen mensen doen iets aan<br />

kunstbeoefening, van wie 3,9 miljoen gemiddeld meer dan 50 minuten per week. Ruim 3<br />

miljoen mensen beoefenen een vorm van beeldende kunst, bijna 2,5 miljoen een vorm van<br />

nieuwe media (waar fotografie onder valt) en 2 miljoen mensen houden <strong>zich</strong> bezig met een wijze<br />

van schrijven (Kunstfactor 2011). Bedenk dat <strong>amateurkunstenaar</strong>s vaak actief zijn in meer<br />

disciplines; gemiddeld beoefent men 1,7 discipline. Genoemde disciplines onderscheiden <strong>zich</strong><br />

van de podiumkunsten door hun individuele karakter: het product wordt door de kunstenaar<br />

zelf geschapen en een podium is niet vereist.<br />

Omdat de podiumkunsten veelal in georganiseerd verband p<strong>laat</strong>svinden, zijn ze gestructureerd<br />

en mede daarom <strong>zich</strong>tbaar. In de publicatie Mogelijkheden tot kunstbeoefening van het Sociaal<br />

en Cultureel Planbureau (Van den Broek 2010b) is per discipline beschreven hoe ze in<br />

georganiseerde vorm, bijvoorbeeld in een vereniging, p<strong>laat</strong>svinden. In de publicatie FAQs over<br />

kunstbeoefening in de vrije tijd van het SCP (Van den Broek 2010a) is van deze groep<br />

beoefenaars onder andere blootgelegd wat de reden is om hun kunstvorm (in een groep) te<br />

beoefenen en hoe zij dat doen. <strong>De</strong> rest van de <strong>amateurkunstenaar</strong>s beoefent zijn kunstvorm in<br />

een informele vorm, zoals thuis, maar ook bijvoorbeeld in de vorm van lessen of cursussen bij<br />

een particulier. Onder deze groep <strong>amateurkunstenaar</strong>s valt het grootste gedeelte van de<br />

individuele kunstbeoefenaars. Schrijven vindt van de drie eerder genoemde disciplines het<br />

meest in ongeorganiseerd verband p<strong>laat</strong>s. Van deze groep is het daarom moeilijk een goed beeld<br />

te krijgen, bij fotografie en beeldende kunst lukt dat beter.<br />

Voortbordurend op een eerder onderzoek van Kunstfactor, <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> bestaat niet<br />

(Scholten en Volz 2010), dat aan de hand van zes verschillende profielen beschrijft op welke<br />

wijze <strong>amateurkunstenaar</strong>s hun kunstvorm beoefenen, is besloten om een kwalitatief onderzoek<br />

uit te voeren. Uit deze publicatie bleek dat er sprake is van een grote mate van diversiteit binnen<br />

de <strong>amateurkunstenaar</strong>s en dat er verschillende beweegredenen zijn. Zoals eerder beschreven<br />

zijn de individuele kunsten niet zo <strong>zich</strong>tbaar als de podiumkunsten. Door middel van het<br />

afnemen van interviews wordt getracht in<strong>zich</strong>telijk te maken wat de <strong>amateurkunstenaar</strong> die aan<br />

schrijven, beeldende kunst of fotografie doet beweegt. Er is voor een kwalitatieve<br />

onderzoeksmethode gekozen, omdat hiermee op gedetailleerde wijze informatie vergaard kan<br />

worden over de persoonlijke beweegredenen van <strong>amateurkunstenaar</strong>s die hun discipline<br />

individueel beoefenen.<br />

Naast de mensen die <strong>zich</strong> thuis met hun kunstvorm bezighouden, worden ook de<br />

<strong>amateurkunstenaar</strong>s meegenomen die dit in cursus- of groepsvorm doen. Dit gebeurt om een<br />

compleet beeld te scheppen van de beoefenaars van individuele kunsten. Door middel van het<br />

afnemen van open interviews met 25 <strong>amateurkunstenaar</strong>s zal de volgende onderzoeksvraag<br />

beantwoord worden:<br />

Hoe beoefent de <strong>amateurkunstenaar</strong>, die een individuele discipline beoefent, zijn kunstvorm<br />

Om hier een gedegen antwoord op te kunnen geven zijn er tijdens de interviews een achttal<br />

topics aan de respondenten voorgelegd die hun beweegredenen moeten blootleggen. <strong>De</strong><br />

<strong>amateurkunstenaar</strong>s hebben uitgeweid over hun motivaties, ambities en inspiratie. Daarnaast<br />

werden de werkwijze en de leervraag van de beoefenaars besproken. Ook werd be<strong>zien</strong> wat zij<br />

met feedback doen, hoe zij tegen de verhouding tussen de amateur en de professional aankijken<br />

en op welke wijze zij met exposeren omgaan.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 7


Naast het kwalitatieve onderzoek is kwantitatieve informatie vergaard uit Amateurkunst: feiten<br />

en trends. Monitor Amateurkunst in Nederland (<strong>De</strong>ekman, Heimans en Volz 2011). <strong>De</strong><br />

uitkomsten van het kwantitatieve onderzoek zijn in aparte hoofdstukken verwerkt. Hierin wordt<br />

fotografie niet als apart onderdeel besproken, maar onder de nieuwe media geschaard.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 8


1. Opzet en uitvoering van het onderzoek<br />

1.1 Keuze van de onderzoekseenheden<br />

Bij dit onderzoek is gewerkt met mensen die aan een vorm van individuele kunstbeoefening in<br />

de vrije tijd doen. Voor aanvang van het onderzoek zijn de volgende criteria gevormd voor de<br />

mogelijke deelnemers:<br />

<strong>De</strong> leeftijd is afgebakend op 18 jaar en ouder omdat ervan wordt uitgegaan dat mensen vanaf<br />

deze leeftijd een bewuste keuze maken om met kunst door te gaan. <strong>De</strong> beoefenaar moet zijn of<br />

haar kunstvorm bovendien al minimaal een half jaar beoefenen, waardoor hij of zij <strong>zich</strong> er een<br />

goed beeld van heeft kunnen vormen en het als een serieuze tijdsbesteding wordt beschouwd.<br />

<strong>De</strong> beoefenaar besteedt minimaal vier uur per maand aan het bedrijven van kunst in de vrije<br />

tijd. Het was lastig een bepaalde tijdsduur vast te stellen: de keuze viel op vier uur omdat<br />

iemand dan iedere week een uur in zijn hobby kan steken. Er is gestreefd naar een zo’n<br />

evenwichtig mogelijke verhouding tussen mannen en vrouwen, cursisten, autodidacten en<br />

niveau en duur van de beoefening.<br />

Om respondenten te werven zijn er op verschillende manieren oproepen gep<strong>laat</strong>st: in de interne<br />

en externe nieuwsbrief van Kunstfactor, op verschillende fora, via e-mail naar enkele<br />

verenigingen en via social media. Eveneens is er gebruikgemaakt van de persoonlijke netwerken<br />

van de medewerkers van Kunstfactor. <strong>De</strong> oproepen zijn aangepast aan de context waar ze in<br />

gep<strong>laat</strong>st werden. Op fora zag de oproep er als volgt uit:<br />

Schrijf, dicht, schilder, film of fotografeer je (of doe je aan een andere vorm van beeldende kunst)<br />

Dan is Kunstfactor op zoek naar jou! Kunstfactor is het landelijk sectorinstituut amateurkunst. Wij<br />

zoeken mensen die geïnterviewd willen worden voor een onderzoek naar de beoefening van<br />

beeldende kunstvormen, schrijven en fotografie en film in de vrije tijd.<br />

Ben jij 18 jaar of ouder Beoefen je minimaal een half jaar jouw hobby en besteed je hier minimaal<br />

4 uur per maand aan Dan zouden wij je graag willen interviewen.<br />

Voor meer informatie en aanmelding kan gemaild worden naar:<br />

e.hendriksen@kunstfactor.nl<br />

www.kunstfactor.nl<br />

Om een betrouwbaar beeld te kunnen schetsen van de kunstbeoefenaars zijn er acht beeldend<br />

kunstenaars, acht schrijvers en negen fotografen geïnterviewd. In totaal hebben er 25<br />

respondenten deelgenomen:<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 9


Tabel 1: Over<strong>zich</strong>t van de deelnemers op basis van leeftijd, ervaring en geslacht<br />

Discipline Leeftijd (in jaren) Ervaring (in jaren) Geslacht<br />

Beeldende kunst 20 5 Man<br />

28 14 Vrouw<br />

38 0,7 Man<br />

50 15 Vrouw<br />

53 4 Man<br />

62 47 Man<br />

65 20 Man<br />

65 59 Man<br />

Fotografie 31 11 Vrouw<br />

31 12 Man<br />

35 1 Vrouw<br />

42 5 Man<br />

42 24 Vrouw<br />

53 2 Man<br />

63 24 Man<br />

64 44 Man<br />

73 57 Man<br />

Schrijven 21 13 Vrouw<br />

25 17 Vrouw<br />

25 10 Man<br />

34 11 Vrouw<br />

37 1 Man<br />

44 4 Vrouw<br />

58 40 Man<br />

61 50 Vrouw<br />

Van de groep deelnemers zijn er tien vrouw en 15 man. Hiervan vallen er negen in de<br />

leeftijdscategorie 18 tot en met 35 jaar, zes in de categorie 36 tot en met 50 jaar, en ten slotte<br />

tien respondenten <strong>zich</strong> in de categorie 51 jaar en ouder. <strong>De</strong> jongste deelnemer is 20 jaar en de<br />

oudste 73.<br />

Bij de selectie van de respondenten is er getracht een zo heterogeen mogelijke groep samen te<br />

stellen, op basis van leeftijd, ervaring met de kunstvorm en wijze van beoefening (alleen, cursus<br />

etc.). Hoewel de selectie mede afhing van wie er op de oproepen gereageerd hadden, kon er een<br />

heterogene respondentengroep worden gevormd. Er zijn alleen iets meer mannelijke (15) dan<br />

vrouwelijke (10) deelnemers.<br />

1.2 <strong>De</strong> dataverzamelingsmethode<br />

Er is voor gekozen om informatie te vergaren op kwalitatieve wijze, in de vorm van open<br />

interviews. Er werd gewerkt met een gestructureerde vorm hiervan: het topicinterview. In deze<br />

lijst zijn een aantal belangrijke punten opgenomen die van belang kunnen zijn. Aan de hand van<br />

de topiclijst heeft de interviewer vragen geformuleerd. <strong>De</strong> gewenste onderwerpen konden<br />

spontaan aan de orde komen, maar als dit niet gebeurde werden ze in de vorm van een open<br />

vraag onder de aandacht van de respondent gebracht. Op deze manier kunnen alle topics aan de<br />

orde komen en kan er beter ingespeeld worden op persoonlijke drijfveren. En om de betekenis<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 10


van de persoonlijke aspecten vast te kunnen stellen zijn er alleen individuele gesprekken<br />

gevoerd.<br />

<strong>De</strong> volgende topics zijn besproken: motivatie, ambitie, inspiratie, werkwijze, leervraag,<br />

feedback, professional tegenover de amateur en exposeren. <strong>De</strong>ze onderwerpen zijn vastgesteld<br />

naar aanleiding van gesprekken met deskundigen op het gebied van amateurkunst. Door enkele<br />

proefinterviews af te nemen is getest of de topiclijst compleet was of dat er nog aspecten misten.<br />

Dit <strong>laat</strong>ste bleek niet het geval te zijn.<br />

Voorbeelden van vragen die gesteld werden zijn:<br />

Bent u vanuit uw jeugd gestimuleerd tot het beoefenen van kunst<br />

Heeft u wel eens een cursus gevolgd<br />

Op welke manieren toont u uw werk<br />

1.3 Registratie, verwerking en preparatie van de gegevens<br />

Naar aanleiding van de oproep werd er met geïnteresseerden via e-mail contact opgenomen.<br />

Voorafgaand aan het interview is toestemming gevraagd om het met een voicerecorder op te<br />

nemen. Wanneer er behoefte aan was, werd er uitleg gegeven over het onderzoek en over<br />

Kunstfactor. Achteraf werd gevraagd of de geïnterviewde een getranscribeerde versie van het<br />

interview wilde ontvangen. Ook werd deze er per e-mail van op de hoogte gesteld dat het<br />

eindproduct in november op de website van Kunstfactor gepubliceerd zou worden.<br />

<strong>De</strong> interviews zijn door de interviewer letterlijk getranscribeerd. Vervolgens zijn ze ingedeeld in<br />

analyse-eenheden in de vorm van fragmenten, waarbij irrelevante tekst werd weggelaten. Met<br />

deze analysevorm kon relevante informatie het best verwerkt worden.<br />

<strong>De</strong> fragmenten zijn door middel van open coderen voor<strong>zien</strong> van een label met omschrijving. Aan<br />

de hand hiervan is nagegaan of de labels in een mal te p<strong>laat</strong>sen waren. Hierbij werd er nog geen<br />

gebruikgemaakt van interpretatie. Vervolgens werden de labels geordend en zijn er verbanden<br />

gelegd. Daarna is er toegewerkt naar een definiëring van kernlabels. Tot slot is er<br />

gebruikgemaakt van axiaal coderen waarbij we onderzochten welke informatie respondenten<br />

gaven binnen de kernlabels.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 11


2. Motivatie<br />

<strong>De</strong> basis voor het beoefenen van een kunstvorm bleek bij veel van de geïnterviewden in hun<br />

jeugd te liggen. 14 van de 25 ondervraagden gaven aan gestimuleerd te zijn door familie en<br />

vrienden. 13 respondenten bevestigden op een jonge leeftijd te zijn begonnen. Een aantal van de<br />

fotografen kreeg na hun eindexamen bijvoorbeeld een camera cadeau en één van de schrijvers<br />

verwerkte samen met haar moeder haar schrijfsels tot boekjes. Geïnterviewden die niet<br />

gestimuleerd werden, zijn op eigen initiatief begonnen met hun kunstbeoefening. Het pensioen<br />

blijkt bijvoorbeeld een goed moment om ermee te starten.<br />

Er werden uiteenlopende redenen genoemd om te schrijven, te fotograferen of aan beeldende<br />

kunst te doen. Mensen willen bijvoorbeeld iets moois maken, een beeld of een tekst die ontroert<br />

of een emotie oproept. Het beheersen van de techniek is een motief dat door de respondenten<br />

gedeeld wordt. Daartegenover werd juist het niet willen laten leiden door techniek als argument<br />

aangehaald. Het beeld staat voorop. Volgens een fotograaf is dit iets wat <strong>zich</strong> door de tijd heen<br />

ontwikkeld heeft:<br />

‘Want vroeger bij die fotoclubs werd er eigenlijk vooral gepraat over het diafragma en over dit<br />

en dat, allemaal over techniek. En dat gaat nu veranderen, het is meer verdieping.’<br />

<strong>De</strong> amateurfotografen en -schilders beoefening het liefst één techniek binnen de gekozen<br />

disclipline, bijvoorbeeld het gebruik van acrylverf. 13 geïnterviewden beoefenden naast<br />

fotografie, beeldende kunst of schrijven nog een andere kunstvorm, bijvoorbeeld het bespelen<br />

van een muziekinstrument. Opvallend vaak kwam de combinatie fotografie en beeldende kunst<br />

voor. Sommige schrijvers schilderden, deze keuze kan te maken hebben met een voorkeur voor<br />

een individuele kunstvorm. Een van de schrijvers gaf aan bewust de keuze te hebben gemaakt<br />

voor een kunstvorm die niet op het podium p<strong>laat</strong>svindt omdat hij daar binnen zijn werk al<br />

genoeg mee te maken heeft.<br />

Inhoudelijk werden er vele persoonlijke redenen gegeven wat betreft motivatie. Een beeldend<br />

kunstenaar wilde bijvoorbeeld een eigen identiteit ontwikkelen in zijn kunst. Twee fotografen<br />

gaven aan dat zij bepaalde dingen uit het leven willen uitbeelden en hiermee vasthouden. Twee<br />

schrijvers vinden hun motivatie in het aantrekkelijk maken van schrijven voor kinderen. <strong>De</strong><br />

respondenten blijken bovendien meerdere motivaties te hebben: het een sloot het ander niet uit.<br />

Op een breder vlak gaven deelnemers aan dat zij een passie hebben voor hun discipline, of<br />

simpelweg hun creativiteit willen uiten. Negen deelnemers gaven aan dat het iets is dat zij in<br />

eerste instantie voor <strong>zich</strong>zelf doen. Vaak hangt deze motivatie samen met het gegeven dat<br />

mensen iets kwijt moeten, het beoefenen van kunst werd zelfs door tien respondenten als een<br />

noodzaak omschreven. Een fotografe omschreef het concreet als volgt:<br />

‘Ik fotografeer puur voor mijzelf, die beelden moeten eruit.’<br />

Anderen gebruiken hun kunst om een gevoel te uiten of iets te verwerken, of een reactie willen<br />

oproepen of een boodschap willen meegeven aan de beschouwer. Nog een andere beweegreden<br />

is het verder ontwikkelen van <strong>zich</strong>zelf, wat werd omschreven als de uitdagende kant van het<br />

beoefenen.<br />

Erkenning werd ook als motief genoemd om te fotograferen of te schilderen. Acht respondenten<br />

beschreven het als iets wat fijn is om te doen, negen geïnterviewden gaven ontspanning als<br />

reden voor beoefening op. Daarnaast vinden schrijvers hun motivatie in het delen met mensen,<br />

hierbij is niet alleen het tonen van werk maar ook de wisselwerking met het publiek belangrijk.<br />

Een beeldend kunstenaar omschreef hoe haar motivatie veranderde naargelang het beoefenen:<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 12


‘Ik vind het gewoon ontzettend lekker om te doen; langzamerhand kwam daar wel bij dat ik<br />

door exposities merkte dat iets wat ik zelf fijn vind om te doen en mooi vond om naar te kijken,<br />

anderen ook leuk vonden om naar te kijken.’<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 13


3. Ambitie<br />

<strong>De</strong> ambitie die mensen drijft bij het beoefenen van een kunstvorm, is divers. Mensen willen iets<br />

bereiken; met hun kunst bijdragen aan de verbeelding van de wereld en persoonlijke<br />

ontwikkeling zijn veelgenoemde argumenten. Kunst blijft, zoals een fotograaf de weg van een<br />

foto omschreef:<br />

‘Dat gaat de wereld in, het internet op en mensen slaan dat p<strong>laat</strong>je op omdat ze het leuk<br />

vinden. Over 30 jaar is het misschien nog wel ergens digitaal op een computer. Dat heb ik toch<br />

een stukje bijgedragen aan de wereld.’<br />

Een andere ambitie kunstbeoefenaars geven, die overigens ook bij motivatie al werd genoemd, is<br />

dat ze <strong>zich</strong> blijven ontwikkelen en dat ze er plezier in houden. Het is van belang dat de<br />

kunstbeoefening een constante factor blijft in hun leven. Daarnaast blijkt de commercie te<br />

lonken. Een van de beeldend kunstenaars beschreef het als volgt:<br />

‘<strong>De</strong> ultieme manier van slagen is om een commercieel succes te combineren met een artistiek<br />

succes. Als je een artistieke topprestatie maakt die commercieel aans<strong>laat</strong>, dan behoor je tot de<br />

top van Nederland.’<br />

Geld verdienen met kunst bracht uiteenlopende reacties naar voren. Vier geïnterviewden zijn<br />

vast van plan met hun kunst geld te verdienen. Ze hebben hier praktische redenen voor. Een<br />

beeldend kunstenaar wil graag van haar voorraad af terwijl een fotograaf geld wil verdienen om<br />

dit vervolgens weer in de kunst te steken. Maar er waren ook mensen die er geen behoefte aan<br />

hebben met kunstbeoefening geld te verdienen. Ze vonden het bijvoorbeeld lastig om een prijs<br />

vast te stellen voor hun werk of om er überhaupt geld voor te vragen. Opvallend is dat zes van de<br />

ondervraagden aangeeft professional te willen worden en de kunstbeoefening tot een centraal<br />

punt in hun leven te willen maken. Geld verdienen is niet hun belangrijkste drijfveer.<br />

<strong>De</strong> groep mensen die professional wil worden, is in deze context ook net wat groter dan de groep<br />

die geld wil verdienen. Geld en professionaliteit zijn dus niet per se met elkaar verbonden,<br />

hoewel 15 geïnterviewden wel aangeven dat geld verdienen duidt op professionaliteit. Het<br />

volgen van een opleiding wordt als een mogelijkheid ge<strong>zien</strong> om professional te worden. Een van<br />

de beeldend kunstenaars spreekt echter haar wens uit om zonder scholing professioneel<br />

kunstenaar te worden. Vier geïnterviewden geven aan geen professional te willen worden. Ze<br />

zijn bang dat de hobby of het plezier erin dan verloren gaat, menen dat er geen geld mee te<br />

verdienen is of <strong>zien</strong> het als iets onhaalbaars; ze noemen het een irreële gedachte of denken dat ze<br />

er eerder mee hadden moeten beginnen, zoals deze schilder aangeeft:<br />

‘Kijk, als je jong bent en je wilt schilder worden, dat kan. Maar dan moet je je wel je hele leven<br />

daarvoor inzetten.’<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 14


Tien deelnemers hebben als ambitie hun eigen kinderen of familie te stimuleren tot het<br />

beoefenen van een kunstvorm. Daarnaast wordt het stimuleren van mensen in het algemeen ook<br />

genoemd als beweegreden, net als het promoten van een specifiek genre fotografie of de groep<br />

waarmee ze hun kunst beoefenen.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 15


4. Inspiratie<br />

Hoezeer inspiratie ook iets heel persoonlijks is, onder de <strong>amateurkunstenaar</strong>s blijken wel een<br />

aantal dingen overeen te komen. <strong>De</strong> fotografen halen bijvoorbeeld inspiratie uit de esthetische<br />

kant van het beeld: een mooie foto brengt hen op nieuwe ideeën. Een foto is volgens deze groep<br />

fotografen mooi als deze gevoeligheid uitdraagt, als de foto een verhaal verteld of wanneer er<br />

plezier aan de foto beleefd kan worden. <strong>De</strong> beeldend kunstenaars en fotografen spreken<br />

logischerwijs meer in termen van beeld terwijl de schrijvers het eerder hebben over gevoel.<br />

Inhoudelijk raken acht geïnterviewden geïnspireerd door eigen werk. Een eerder werk kan weer<br />

tot iets anders leiden, zoals deze schrijfster uitlegt:<br />

‘Als ik een verhaal schrijft denk ik vaak: dit is niet helemaal wat ik wil zeggen. Dan pak ik een<br />

klein stukje eruit en dat wordt dan iets nieuws. Dat is gewoon heel erg leuk. Dat ik het allemaal<br />

weer kan veranderen en dat het ene lijkt op het andere.’<br />

Zowel schrijvers en beeldend kunstenaars als fotografen gaven aan dat mensen en menselijke<br />

relaties aanzetten tot het beoefenen van kunst. Ook worden er ideeën gehaald uit de eigen<br />

omgeving of uit taferelen onderweg. Daarnaast komen natuur en dieren in alle disciplines terug<br />

als bron van inspiratie. Drie deelnemers beschouwden <strong>zich</strong>zelf als een alleseter. <strong>De</strong><br />

geïnterviewden vinden het belangrijk een eigen stempel op hun kunstwerk te drukken. Welke rol<br />

inspiratie speelt is ook afhankelijk van het werkproces. Een schilder geeft bijvoorbeeld aan dat<br />

hij van tevoren niet een vast beeld heeft maar dat er gaandeweg een beeld ontstaat wanneer hij<br />

eenmaal begint met schilderen. Dit geldt ook voor de een van de schrijvers:<br />

‘Ik ben niet echt een schrijver die een verhaal van begin tot eind al weet. Ik schrijf meer vanuit<br />

de personages en relaties, waarbij ik allerlei afslagen kan nemen, en uiteindelijk moet daar<br />

dus een verhaal uit voortvloeien.’<br />

Op twee na geven alle geïnterviewden aan geïnspireerd te zijn door een bepaalde stroming of<br />

door werk van anderen, bijvoorbeeld een bekende kunstenaar. <strong>De</strong> twee voor wie dit niet geldt<br />

noemen wel genres die hen insprireren. Een klein gedeelte van de ondervraagden, slechts vijf<br />

personen, houdt de inspiratie in stand en zoekt haar op door werk van anderen te bekijken in<br />

galeries en musea. Daarnaast geven vijf deelnemers aan boeken over hun discipline te lezen. Een<br />

kanttekening hierbij is dat het voor de schrijvers minder relevant bleek te zijn om inspiratie in<br />

een museum op te doen. Een dichter beschrijft hoe hij door een andere dichter uit zijn groep<br />

geïnspireerd raakte om een muziekstuk te componeren.<br />

‘[…] daar stond één gedicht in over Dodenherdenking. Ik las dat en ik hoorde daar meteen<br />

muziek bij. Toen heb ik een complete cantate voor Dodenherdenking gemaakt, met twee<br />

gedichten van de dichter uit mijn groep en twee gedichten van een oudere dichter, en die heb<br />

ik zelf uitgevoerd met koor en instrumenten.’<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 16


5. Werkwijze<br />

Hoewel het om individuele disciplines gaat varieert de werkwijze van de kunstbeoefenaars. Lang<br />

niet iedereen beoefent zijn of haar kunst individueel. 15 van de 25 ondervraagden volgt een<br />

cursus, is lid van een club of heeft een eigen groep. Voor mensen die een cursus volgen is dit<br />

vaak een vast punt van beoefening in de week. Een enkeling besteedt er thuis ook nog tijd aan.<br />

Mensen die geen cursus volgen hebben in enkele gevallen een speciale ruimte in huis waar ze<br />

hun kunstvorm beoefenen, of ze doen dit gewoon in de woonkamer thuis. Omdat zij niet<br />

afhankelijk zijn van een cursus, geven zij vaker aan dat de frequentie van beoefening wisselt. <strong>De</strong><br />

groep die uit huis actief is, bestaat behalve uit de cursisten uit fotografen en schilders die bij een<br />

foto- of schilderclub zitten, een eigen atelier hebben of alleen buitenshuis met fotografie of<br />

schilderen bezig zijn Ook hierbij is er sprake van een wisselende frequentie, variërend van<br />

dagelijks, wekelijks of minder frequent.<br />

Acht deelnemers geven aan het liefst alleen te werken. <strong>De</strong> argumentatie die ze hiervoor geven is<br />

dat ze gesteld zijn op hun rust en hun focus puur op het werk willen leggen. Daarnaast willen zij<br />

hun werkproces niet tonen vanwege het experimentele of moeizame karakter of vanwege de<br />

aard van het genre. Zoals een fotograaf omschrijft:<br />

‘Straatfotografie, dat doe ik het liefste ook alleen, […] je moet eigenlijk niet opvallen, een beetje<br />

on<strong>zich</strong>tbaar zijn want ja je loopt met je camera om je hals of voor je lichaam. Mensen mogen<br />

niet in de gaten hebben dat je foto’s aan het maken bent. Ik probeer er eigenlijk bij mijn<br />

straatfotografie voor te zorgen dat mensen het niet <strong>zien</strong>. Als mensen een camera <strong>zien</strong> dan gaan<br />

ze lachen of dan worden ze boos.’<br />

Tien respondenten hebben een voorkeur voor gezamenlijke kunstbeoefening, zoals het volgen<br />

van een cursus, het lidmaatschap van een club of actief zijn bij een eigen groep. Hun motivaties<br />

hiervoor verschillen echter. Acht respondenten geven aan het interessant te vinden het werk van<br />

anderen te <strong>zien</strong> of te <strong>zien</strong> wat mensen met hetzelfde beeld doen. Daarnaast wordt er waarde<br />

gehecht aan het sociale aspect en wordt het samenwerken gewaardeerd. Drie beoefenaars<br />

hebben een eigen groep samengesteld, vanuit de behoefte om met mensen op hetzelfde niveau<br />

samen te werken of omdat zij geen cursus meer willen volgen maar wel graag feedback willen<br />

uitwisselen.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 17


6. Leervraag<br />

6.1 Techniek en reflectie<br />

Mensen hebben diverse redenen waarom ze iets willen leren. Zes respondenten willen<br />

bijvoorbeeld de techniek goed onder de knie krijgen, omdat de beheersing van de techniek aan<br />

de basis van de kunstbeoefening staat. Niet iedereen wil dit echter in onderwijsvorm leren. Vier<br />

van de ondervraagden raadplegen internet voor tips over techniek, drie beoefenaars gebruiken<br />

fora op internet om met andere beoefenaars van gedachten te kunnen wisselen. Eenzelfde aantal<br />

geeft aan fora niet interessant te vinden of ze slechts te lezen. Een kwart van de groep leest<br />

boeken waarin de techniek besproken wordt. Techniek blijkt voor een aantal fotografen de reden<br />

te zijn geweest waarom zij lid zijn geworden van een fotoclub of -groep. Daarnaast is techniek<br />

voor drie mensen de reden om een vakopleiding te willen volgen. Zij geven hiervoor het<br />

bovengenoemde argument dat een goede beheersing van techniek essentieel is voor de<br />

kunstbeoefening.<br />

Ook reflectie op eigen werk of op het werk van anderen is belangrijk. Door naar elkaars werk te<br />

kijken, help je elkaar verder en kun je leren wat wel en niet goed is. Het wordt als een pre<br />

beschreven om werk met elkaar te kunnen bespreken, of dat nu in een club, door een cursus of<br />

in een eigen groep is. In deze context werd een cursus als nuttig omschreven. Zes van de<br />

respondenten haalden aan dat de docent een belangrijke rol inneemt bij reflectie. <strong>De</strong>ze heeft een<br />

kritische kijk, kan accenten leggen en is een goede hulp in het ontwikkelingsproces.<br />

6.2 Sociaal aspect en inhoudelijke beweegredenen<br />

Het sociale aspect van het samen beoefenen van een kunstvorm in een club, cursus of groep<br />

wordt als bevredigend en belangrijk ge<strong>zien</strong>. Door met elkaar bezig te zijn met kunst leer je van<br />

elkaar. Dit gegeven werd ook al aangehaald bij de reflectie in groepen. Een enkeling omschreef<br />

het sociale aspect van het werken in een groep als het vervullen van een leerbehoefte; kennis<br />

wordt immers gedeeld waardoor je makkelijker vooruit kunt komen. Daarnaast worden het<br />

delen van een hobby en de gezelligheid die daarbij komt kijken als redenen genoemd. Een van<br />

de fotografen omschrijft zijn deelname aan een fotocollectief als volgt:<br />

‘Het gaat puur om de fun, om van elkaar te leren en elkaar te inspireren. Het gaat ons<br />

helemaal niet om het beoordelen van elkaars foto’s.’<br />

Een andere fotograaf geeft echter aan dat gezelligheid voor hem geen doel is maar dat het hem<br />

puur om de leervraag gaat.<br />

Er zijn ook mensen die geen behoefte hebben aan een cursus omdat ze liever alleen werken. Dat<br />

kan zijn omdat een kunstbeoefenaar vindt dat hij of zij niks meer bij kan leren maar ook omdat<br />

hij denkt dat hij alleen zelf in staat te is <strong>zich</strong>zelf te ontwikkelen. Het komt ook voor dat er<br />

simpelweg geen ruimte is voor het volgen van een cursus, zoals deze schrijfster uiteenzet:<br />

‘Omdat ik een ontzettend druk leven heb, vind ik het heerlijk als ik thuis ben en dan vind ik het<br />

ook goed.’<br />

Wanneer mensen wel voor een cursus kiezen doen ze dat om verder te leren en <strong>zich</strong> te<br />

ontwikkelen. Ook wordt de keuze voor een cursus beïnvloed door de persoon van de docent en<br />

zijn of haar werk. Het werk wordt bewonderd of zijn of haar techniek kan nieuwe in<strong>zich</strong>ten<br />

brengen. Een van de beeldend kunstenaars omschreef het als volgt:<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 18


‘Mijn zus schilderde bij een vriendin van haar. Dat wilde ik ook. […] Ja, ik doe het nog steeds.<br />

Het is heel expressief. Ze leert je onmiddellijk vrij schilderen.’<br />

Drie geïnterviewden geven aan dat zij behoefte hebben aan een specifieker cursusaanbod. Dit<br />

zou afgestemd moeten worden op individuele behoeften. Hier dragen ze ook ideeën voor aan,<br />

een van de beeldend kunstenaars deed de suggestie om vraaggestuurd aanbod te vormen.<br />

Wanneer er tijdens de interviews werd gevraagd naar een cursus die mensen nog wilden volgen,<br />

waren de antwoorden kenmerkend voor de eigen beoefening. <strong>De</strong> mensen die een cursus volgen<br />

of gevolgd hadden, gaven aan dat een vervolgcursus een meer verdiepende vorm zou moeten<br />

hebben.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 19


7. Het gemaakte werk<br />

<strong>De</strong> productie van artistieke werken is hoog onder de <strong>amateurkunstenaar</strong>s. In Amateurkunst<br />

(<strong>De</strong>ekman, Heimans en Volz 2011) vroegen we de <strong>amateurkunstenaar</strong>s wat ze doen met het<br />

werk dat ze maakten.<br />

7.1 Beeldende kunst<br />

Bijna de helft (46%) van de beeldend kunstenaars toont het werk aan en/of bespreekt het met<br />

kennissen, vrienden en familie. Een vrij klein deel (10%) van de beeldend kunstenaars toont het<br />

werk aan en/of bespreekt het met medebeoefenaars, medecursisten en dergelijke. Exposeren<br />

doen maar weinig (4%) beeldend kunstenaars. <strong>De</strong>genen die exposeren doen dat wel met volle<br />

overtuiging, ze vinden het belangrijk. Veel beeldend kunstenaars (46%) maken hun werk, maar<br />

brengen het niet naar buiten, dus laten het niet <strong>zien</strong> aan derden noch bespreken het met hen.<br />

Beeldend kunstenaars die hun werk tonen aan/bespreken met medebeoefenaars/medecursisten<br />

hechten daar meer aan, vinden dat belangrijker dan de kunstenaars die tonen/bespreken met<br />

kennissen, vrienden, familie. Maar over het geheel genomen is voor driekwart van de beeldend<br />

kunstenaars (76%) het tonen aan en/of bespreken met kennissen, vrienden en familie het<br />

belangrijkst.<br />

7.2 Schrijven<br />

Ook bij creatief schrijven komt het tonen aan/bespreken met kennissen, vrienden en familie het<br />

meest voor (43%). Naast tonen aan/bespreken met medebeoefenaars/medecursisten (11%) is<br />

ook het tonen en/of bespreken via internet/sociale media (12%) wel redelijk gangbaar.<br />

Publiceren doen maar relatief weinig schrijvers (9%). Van de schrijvers treedt 33% niet naar<br />

buiten met zijn werk. <strong>De</strong> meeste schrijvende amateurs die werk tonen aan/bespreken met<br />

kennis, vrienden, familie of medebeoefenaars/medecursisten vinden het wel van belang om dat<br />

te doen. Dat geldt in mindere mate ook voor tonen en/of bespreken via internet/sociale media.<br />

Net als bij beeldende kunst is ook bij schrijven het werk tonen aan/bespreken met kennissen,<br />

vrienden en familie verreweg het meest van belang (55%).<br />

7.3 Nieuwe media (fotografie, film, internetkunst)<br />

Tonen van het werk aan en/of bespreken met kennissen, vrienden en familie is op 53% van de<br />

nieuwemediakunstenaars van toepassing. Een niet te verwaarlozen groep (19%) toont het werk<br />

en/of bespreekt het via internet of specifiek via sociale media. Op de derde p<strong>laat</strong>s met 13% komt<br />

het tonen aan en/of bespreken met medebeoefenaars/medecursisten. <strong>De</strong>genen die dit doen<br />

vinden dit vrijwel allemaal belangrijk tot zeer belangrijk. 33% van de nieuwe media-amateurs<br />

doet niets met het eigen werk.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 20


8. Feedback<br />

8.1 Reflectie en zelfreflectie<br />

Feedback komt voor de <strong>amateurkunstenaar</strong> vanuit verschillende kanten: van familie en<br />

vrienden, professionals en collega-amateurs, maar ook van <strong>zich</strong>zelf. En hij of zij kan weer<br />

feedback geven aan de beoefenaars om hem/haar heen. Beoefenaars geven aan dat zij kritiek<br />

meenemen maar ook dat ze zelf weten wat wel of niet goed is. Er is behoefte aan feedback, maar<br />

wat iemand ermee doet verschilt. <strong>De</strong> geïnterviewden merken dat zij door feedback vaak anders<br />

naar hun eigen werk en het werk van anderen zijn gaan kijken.<br />

13 respondenten geven aan kritisch te zijn op <strong>zich</strong>zelf en/of perfectionistisch te zijn. Zij zijn er<br />

constant mee bezig hoe zij <strong>zich</strong>zelf verder kunnen ontwikkelen en nog beter kunnen worden in<br />

het beoefenen van hun kunst. Twee respondenten omschrijven dan ook concreet dat zelfreflectie<br />

hen helpt <strong>zich</strong> verder te ontwikkelen. Feedback geven aan anderen is iets wat de<br />

<strong>amateurkunstenaar</strong>s graag doen. Twee personen geven aan erg kritisch te zijn op werk van<br />

anderen. Een enkeling vindt het tegenwoordig leuker om naar het werk van anderen te kijken:<br />

‘Ik denk zelfs dat ik tegenwoordig meer geniet van foto’s van anderen dan van mijn eigen<br />

fotografie. Ik denk dat dit door mijn werk komt, omdat ik zoveel werk zie van andere<br />

fotografen die veel beter kunnen fotograferen dan ik, daar geniet ik gewoon van.’<br />

Het bespreken van werk gebeurt vooral bij de cursussen maar er worden ook fora op internet<br />

bezocht. Maar niet iedereen heeft er behoefte aan. Enkele respondenten zijn actief in de<br />

hoedanigheid van docent en geven cursussen via bijvoorbeeld de Fotobond of geven enkele<br />

keren per jaar een workshop aan buurvrouwen. Ook hebben twee schrijfsters op scholen<br />

leesmateriaal aangepast voor kinderen met leesproblemen.<br />

8.2 Familie/vrienden, amateurs en professionals<br />

Bijna de helft (46%) van de beeldend kunstenaars toont het werk aan en/of bespreekt het met<br />

kennissen, vrienden en familie. Ook bij creatief schrijven komt het tonen aan/bespreken met<br />

kennissen, vrienden, familie het meest voor (43%). Van de mensen die aan nieuwe media doen<br />

toont 53% het werk aan en/of bespreekt het met kennissen, vrienden en familie (<strong>De</strong>ekman,<br />

Heimans en Volz 2011).<br />

<strong>De</strong>ze mensen staan dicht bij hen en het zou kunnen dat ze het daarom moeilijk vinden om<br />

negatieve feedback te geven.Wat opvalt is dat de schrijvers wat terughoudender zijn met het<br />

laten <strong>zien</strong> van hun werk aan familie en vrienden omdat in hun teksten vaak persoonlijke<br />

elementen staan.<br />

<strong>De</strong> geïnterviewden zijn meer uitgesproken over de feedback die zij van andere amateurs krijgen.<br />

Een vrij klein deel (10%) van de beeldend kunstenaars toont het werk aan en/of bespreekt het<br />

met medebeoefenaars, medecursisten en dergelijke. Van de schrijvers toont 11% het werk aan<br />

medebeoefenaars. <strong>De</strong> mensen die een vorm van nieuwe media beoefenen tonen hun werk vooral<br />

op sociale media. Op de derde p<strong>laat</strong>s met 13% komt het tonen aan en/of bespreken met<br />

medebeoefenaars/medecursisten. <strong>De</strong>genen die dit doen vinden het vrijwel allemaal belangrijk<br />

tot zeer belangrijk. Opmerkelijk is dat 33% van de nieuwemedia-amateurs niets doet met het<br />

eigen werk (<strong>De</strong>ekman, Heimans en Volz 2011).<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 21


Feedback wordt misschien sneller gegeven in een cursussituatie dan in een thuissituatie, wat<br />

verklaart waarom meer mensen er een duidelijke mening over hebben. Zes van de<br />

geïnterviewden geven aan kritiek mee te nemen, mits deze gegrond is. Daarbij wordt rekening<br />

gehouden met de achtergrond van de criticus. Sommige deelnemers geven aan dat het niveau<br />

van de criticus uitmaakt en dat ze kritisch zijn op hun criticus.<br />

Behalve het niveau speelt ook de smaak van de criticus een rol bij het beoordelen. Een schrijver<br />

zegt concreet dat zij verder komt aan de hand van de kritiek. Een dichter benadrukt dat positief<br />

commentaar van medebeoefenaars motiverend werkt.<br />

<strong>De</strong> mensen die hebben aangegeven graag feedback van een professional te ontvangen,<br />

waarderen deze ook het meest en zijn er benieuwd naar. Twee personen gaven aan zelf gevraagd<br />

te hebben om een beoordelings<strong>rapport</strong> van een professional. Ook wordt de professional door<br />

fotografen en beeldend kunstenaars op eigen initiatief bezocht in galeries.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 22


9. Erkenning<br />

Het onderscheid tussen amateur en professional wordt zowel in het professionele veld als onder<br />

<strong>amateurkunstenaar</strong>s bediscussieerd. In Amateurkunst: feiten en trends. Monitor Amateurkunst<br />

in Nederland (<strong>De</strong>ekman, Heimans en Volz 2011) is geïnventariseerd waar <strong>amateurkunstenaar</strong>s<br />

<strong>zich</strong>zelf p<strong>laat</strong>sen en waarom. In deze monitor kwam ook nog naar voren dat<br />

<strong>amateurkunstenaar</strong>s grote behoefte hebben aan erkenning. Het merendeel van de<br />

<strong>amateurkunstenaar</strong>s (55-60%) vindt het belangrijk om waardering of erkenning te krijgen voor<br />

hun werk. Slechts een kleine minderheid (5-15%) hecht daar niet of nauwelijks aan.<br />

9.1 Professionaliteit<br />

Slechts een klein deel van de individuele <strong>amateurkunstenaar</strong>s vindt (14-17%) dat het<br />

professioneel bezig is. <strong>De</strong> rest (83-86%) vindt <strong>zich</strong>zelf niet zo professioneel of helemaal niet<br />

professioneel (48% nieuwe media, 56% schrijven en 63% beeldende kunst).<br />

Individuele kunstenaars die van <strong>zich</strong>zelf vinden dat ze professioneel bezig zijn geven daarvoor<br />

meestal als argument dat hun werk kwaliteit bezit en daarnaast dat bekenden in hun omgeving<br />

hen professioneel vinden.<br />

Beeldend kunstenaars vinden <strong>zich</strong>zelf in een aantal gevallen professioneel omdat ze een cursus<br />

hebben gevolgd. Meer dan bij andere disciplines geven nieuwemediakunstenaars ook als<br />

argument dat ze soms werk, bijvoorbeeld foto’s, verkopen.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 23


10. <strong>De</strong> amateur tegenover de professional<br />

10.1 Talent, frequentie en opleiding<br />

Vanuit het oogpunt van de amateur is er volgens vijf van de geïnterviewden sprake van een<br />

dunne scheidslijn tussen professionals en amateurs. Vier van de ondervraagden denken dat je<br />

professional wordt wanneer je goed genoeg bent en er plezier in hebt.. Het is echter belangrijk,<br />

zoals enkelen aangeven, om jezelf te onderscheiden en te tonen dat je kwaliteit hebt. Het is<br />

hierbij wel van belang dat je een eigen stijl ontwikkelt.<br />

Een enkeling meent dat de amateur en de professional <strong>zich</strong> alleen van elkaar onderscheiden in<br />

de passie waarmee de kunstvorm beoefend wordt. Het idee van het natuurtalent wordt niet<br />

omarmd. Bijna een kwart van de deelnemers meent dat wanneer je veel tijd in de<br />

kunstbeoefening steekt en ervaring opdoet, je een professional kunt worden. Een professional is<br />

immers intensiever met kunst bezig.<br />

Een vakopleiding is dan ook geen voorwaarde om professional te worden. Dit geldt vooral voor<br />

het schrijven, waar zelfs pas sinds kort een opleiding voor is. Een opleiding hoeft niet per se een<br />

meerjarige studie te zijn, maar kan ook een cursus in de avonduren zijn. Wel zijn de deelnemers<br />

het erover eens dat een opleiding, in welke vorm dan ook, profijt brengt als je professional wil<br />

worden. Je wordt serieuzer genomen als kunstenaar.<br />

10.2 Spanning tussen de amateur en de professional<br />

15 van de 25 geïnterviewden ziet geld verdienen als de maatstaf voor professionaliteit. Een<br />

amateur kan wel geld verdienen, maar doet dit slechts om de kosten van de hobby terug te<br />

verdienen en kan er niet van leven. Een kanttekening die hierbij wordt gemaakt is dat niet alle<br />

professionals geld verdienen. Ook zijn er beeldend kunstenaars die <strong>zich</strong> afvragen of het maken<br />

van werk met de verkoopbaarheid ervan in het achterhoofd, de kwaliteit van het werk wel ten<br />

goede komt. Een schrijfster beweert dat het onderscheid voor haar discipline niet in geld<br />

gemaakt kan worden omdat er weinig geld mee valt te verdienen.<br />

Een ander onderscheid is dat de professional werk maakt met professionele doeleinden. Een<br />

ander verschil tussen de professional en de amateur dat wordt aangegeven, is dat de <strong>laat</strong>ste<br />

meer behoefte heeft aan exposeren of publiceren dan aan geld verdienen. Een fotografe geeft<br />

aan het van essentieel belang te vinden het werk aan de juiste personen te laten <strong>zien</strong>. Het<br />

publieksbereik is ook een maatstaf voor professionaliteit, volgens een schrijfster. Dit zegt ze over<br />

een Nederlandse auteur:<br />

‘Zijn schrijfstijl bevalt mij niet, maar hij is wel een professioneel schrijver want hij wordt door<br />

zoveel mensen gelezen en zoveel mensen hebben daar plezier van. Dat is toch wel het<br />

belangrijkst.’<br />

Een grote meerderheid van de respondenten vindt het frustrerend wanneer professionals niet<br />

voor hun werk openstaan. Toch zeggen vier ondervraagden nooit spanning te hebben ervaren<br />

tussen de twee groepen. Vier anderen zeggen dat het een heikel punt voor professionals is dat<br />

amateurs veel vrijheid hebben, terwijl zij in concepten moeten denken.<br />

Twee fotografen maakten mee dat professionals amateurs betichtten van broodroof omdat zij<br />

hun fotografie gratis beschikbaar stellen op internet.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 24


11. Exposeren als <strong>amateurkunstenaar</strong><br />

11.1 Exposeren op podia<br />

<strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> wil zijn of haar werk graag tonen, zo blijkt uit de interviews. Het<br />

lidmaatschap van een groep of club brengt vaak goede mogelijkheden hiertoe met <strong>zich</strong> mee. <strong>De</strong><br />

geïnterviewden die in deze context hun discipline beoefenen hebben dan ook ervaring met het<br />

tonen van werk in bijvoorbeeld een clubhuis of een cursusruimte. Ook mensen die individueel<br />

hun kunstvorm beoefenen, hebben ervaring met exposeren, voordragen en publiceren.<br />

Sommigen hebben hun werk in een kerk, museum of gemeentehuis getoond. Soms namen ze<br />

hiertoe zelf het initiatief maar het kwam ook voor dat ze gevraagd werden:<br />

‘Ik heb hier in het gemeentehuis een grote expositie gehad van alles wat ik zo’n beetje in huis<br />

had. […] Ik werd hiervoor gevraagd, en ik heb ook aan kunstmarken in Egmond aan den Hoef<br />

en Bergen meegedaan.’<br />

Een vrouw had haar schilderijen ter beschikking gesteld voor haar werk, waardoor haar<br />

collega’s ze nu op hun werkkamer hebben hangen. Ook hebben <strong>amateurkunstenaar</strong>s op eigen<br />

initiatief contact gezocht met een galerie, niet alleen voor feedback maar vooral ook om te kijken<br />

of het mogelijk is om werk te tonen.<br />

<strong>De</strong> expositie- of publicatiewijzen zijn sterk afhankelijk van de discipline die wordt beoefend.<br />

Over het algemeen zijn de schrijvers actief op het internet of bij een cursus, terwijl de beeldend<br />

kunstenaars en de fotografen beide combineren. Voor het exposeren en publiceren van werk<br />

buiten internet is hulp van anderen nodig. Het is lastig is om een goede expositieruimte of<br />

uitgever te vinden. Een schrijver en een fotograaf geven beiden aan dat het goed is als podia<br />

laagdrempelig zijn, omdat mensen dan eerder hun werk durven te tonen of voor te dragen. Ook<br />

zouden ze graag beschikken over een over<strong>zich</strong>t van mogelijke platforms en wensen ze dat<br />

verenigingen samen of in samenwerking met de overheid voor expositieruimte kunnen zorgen.<br />

Podia moeten toegankelijker worden voor de <strong>amateurkunstenaar</strong>s. Er zijn te weinig<br />

expositiemogelijkheden voor hen, of in ieder geval niet genoeg mogelijkheden waar zij tevreden<br />

mee zijn. Dat <strong>laat</strong>ste hangt samen met het doel van de kunstenaar, zoals een beeldend<br />

kunstenaars treffend verwoordt:<br />

‘<strong>De</strong> expositieruimte heeft ermee te maken met wat je met etaleren wilt, ik schilder voor mijzelf.<br />

Als ik merk dat mensen ervan kunnen genieten, bijvoorbeeld in een bejaardentehuis, voor drie<br />

maanden, dan is dat is voor mij niet minder dan een museum waar kunstkenners komen.<br />

Toch heeft het tonen in een museum heeft een meerwaarde voor de <strong>amateurkunstenaar</strong> die<br />

fotografeert of schildert. Het geeft hem een ‘leuk en echter gevoel’ bij het tonen. Het wordt<br />

ervaren als een teken van erkenning. Een fotograaf vertelde dat de uitstraling van het museum<br />

hem aansprak, maar dat hij de interactie miste die er bij het exposeren in een clubhuis wel is.<br />

<strong>De</strong>sondanks staan wisselwerking en uitstraling bij hem wel even hoog in het vaandel.<br />

Uiteindelijk is het toch de erkenning die van belang is bij exposeren op een professioneel<br />

platform. Er wordt dan ook de voorkeur uitgesproken voor een plek speciaal voor de<br />

<strong>amateurkunstenaar</strong>, maar niet door iedereen. <strong>De</strong> beoefenaars die <strong>zich</strong>zelf niet als amateur <strong>zien</strong>,<br />

vinden het niet interessant om op een speciale plek te hangen met deze groep.<br />

11.2 Exposeren en publiceren op internet<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 25


Internet is voor de <strong>amateurkunstenaar</strong> een toegankelijk medium. Er is veel informatie over<br />

kunst terug te vinden, er kan contact gelegd worden met andere beoefenaars en er zijn<br />

verscheidene websites waar werk getoond kan worden. Het is een geschikt platform voor de<br />

beoefenaar in de vrije tijd. Het is daarom niet verwonderlijk dat 13 van de geïnterviewden een<br />

eigen website hebben. Dit zijn grotendeels de fotografen en beeldend kunstenaars. Er zijn maar<br />

twee schrijvers die een eigen site hebben. Opvallend is dat de website niet alleen gebruikt wordt<br />

voor het tonen van eigen werk. Twee fotografen geven aan werk van andere amateurs op hun<br />

site te tonen.<br />

Naast de eigen website wordt er gebruikgemaakt van social media. Facebook is een geschikt<br />

platform om foto’s en afbeeldingen van werk op te p<strong>laat</strong>sen. Een bijkomend voordeel is dat<br />

mensen hier direct in contact met elkaar staan en reacties kunnen p<strong>laat</strong>sen op elkaars werk.<br />

Twee respondenten geven aan dat ze mede hierom gebruikmaken van de populaire website. Eén<br />

schrijfster gebruikt de Nederlandse versie van Facebook, Hyves, om haar werk te promoten<br />

aange<strong>zien</strong> zij zo dicht op haar doelgroep – jongeren – zit. Ook wordt er van social media<br />

gebruikgemaakt om de fotogroepen waar enkele geïnterviewden actief voor zijn te promoten.<br />

Onder fotografen is de website http://www.flickr.com populair. Hier kan een fotograaf eigen<br />

fotostreams maken, lid worden van groepen en in interactie met elkaar staan. <strong>De</strong> helft van de<br />

geïnterviewde schrijvers geeft aan actief te zijn op de website. http://www.schrijvenonline.org.<br />

Op het forum van deze website kunnen uiteenlopende dingen besproken worden en het<br />

over<strong>zich</strong>t van alle schrijfwedstrijden wordt gewaardeerd.<br />

Via internet kunnen veel mensen bereikt worden en er zijn genoeg mogelijkheden om werk te<br />

tonen, maar niet iedereen is positief over het exposeren op internet. Iemand geeft aan het<br />

internet een kaal platform te vinden.<br />

11.3 <strong>De</strong> rol van wedstrijden<br />

Meerdere deelnemers geven aan wel eens mee te doen aan wedstrijden, om uiteenlopende<br />

redenen. <strong>De</strong> een is nieuwsgierig naar de mening van een professional terwijl de ander de<br />

wedstrijd gebruikt om een statement te maken met het tonen van werk dat van de standaard<br />

afwijkt. Eén van de geïnterviewden beschrijft zijn motieven als volgt:<br />

‘Het is een combinatie van veel zaken: erkenning, competitie, bekijken wat andere mensen<br />

mooi vinden en creatieve ontplooiing.’<br />

<strong>De</strong>ze <strong>amateurkunstenaar</strong> vat vele redenen samen, maar bij anderen lijkt één reden al genoeg te<br />

zijn: zij willen hun werk tonen en een wedstrijd is voor hen een mogelijkheid om dit te doen. Er<br />

zijn echter ook mensen die alleen voor hun plezier meedoen. Twee schrijvers geven aan dat ze<br />

het motiverend vinden om mee te doen aan wedstrijden. Twee andere doen mee om hun niveau<br />

te toetsen en te kijken of zij vooruit zijn gegaan. <strong>De</strong> deelname aan wedstrijden is onder de<br />

schrijvers hoger dan onder de fotografen en beeldend kunstenaars. Het lijkt voor mensen die<br />

schrijven een goede manier om <strong>zich</strong> verder te blijven ontwikkelen.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 26


Conclusie<br />

Hoe beoefent de <strong>amateurkunstenaar</strong> die aan een individuele discipline doet, zijn kunstvorm<br />

Voor een groot deel van de deelnemers ligt de basis van hun kunstbeoefening in hun jeugd. <strong>De</strong><br />

stimulans van familie en vrienden was hierbij van belang. Velen beoefenen meer disciplines. <strong>De</strong><br />

motivatie voor het maken van kunst vinden mensen in verschillende dingen. Ze vinden het<br />

maken van kunst fijn en ontspannend. Ze willen graag iets moois maken en de techniek<br />

beheersen. Ook wordt het ge<strong>zien</strong> als een passie en een uiting van creativiteit, wat velen in eerste<br />

instantie voor <strong>zich</strong>zelf doen. Maar er zijn er ook die hun werk graag delen met anderen.<br />

Een gedeelte van de respondenten heeft de ambitie iets te bereiken met hun kunst. Anderen<br />

streven er vooral naar het hun vaardigheden verder te ontwikkelen en kunst als een constante<br />

factor in hun leven houden. Een ander doel van kunstbeoefening is op een commerciële wijze te<br />

gaan functioneren in de kunstwereld. Een kwart van de deelnemers wil professional worden.<br />

Enkelen willen er ook geld mee verdienen. Er wordt aangegeven dat het lastig is geld te vragen<br />

voor werk of überhaupt een prijs vast te stellen. Er zijn dan ook deelnemers aan het onderzoek<br />

die geen professionaliteit niet ambiëren, omdat ze bang zijn om hun hobby te verliezen of ze<br />

vinden het simpelweg onhaalbaar. Ook wordt aangegeven dat men een vakopleiding wil gaan<br />

volgen om serieuzer genomen te worden als kunstenaar. Een <strong>laat</strong>ste ambitie die gedeeld wordt<br />

iss het stimuleren van andere mensen tot het maken van kunst.<br />

Inspiratie wordt gevonden in uiteenlopende dingen. Enkelen omschrijven <strong>zich</strong>zelf als alleseter<br />

terwijl anderen de focus leggen op mensen en menselijke relaties. <strong>De</strong> omgeving is een<br />

belangrijke inspiratiebron, net als het eigen werk, dat de <strong>amateurkunstenaar</strong>s ook vaak op<br />

nieuwe ideeën brengt. Mensen vinden het wel belangrijk hun eigen stempel op het werk te<br />

drukken. <strong>De</strong>sondanks geeft vrijwel iedereen aan geïnspireerd te zijn door een bepaalde stroming<br />

en werk van anderen, bijvoorbeeld professionele kunstenaars. Enkelen geven aan pas tijdens het<br />

werkproces geïnspireerd te worden.<br />

<strong>De</strong> kunstbeoefening vindt dagelijks, wekelijks of op wisselende momenten p<strong>laat</strong>s. Het grootste<br />

gedeelte van de beoefenaars doet dit in georganiseerd verband. Zij zijn lid van een club, volgen<br />

een cursus of stellen een eigen groep samen. <strong>De</strong> meesten van hen beoefenen hun kunst vooral op<br />

de tijden dat zij bijeenkomen. <strong>De</strong> mensen die alleen werken, doen dit op wisselende momenten.<br />

<strong>De</strong> voorkeur voor alleen werken komt voort vanuit een behoefte om goed op het werk te kunnen<br />

focussen of doordat het werkproces dit vereist. Mensen die samenwerken geven als argument<br />

dat zij graag werk van andere mensen <strong>zien</strong> of willen <strong>zien</strong> wat iemand met eenzelfde beeld kan<br />

doen. Daarnaast spreken het sociale aspect en het samenwerken aan.<br />

Bij de leervraag staat de beheersing van techniek vaak aan de basis. Niet iedereen wil deze via<br />

een cursus onder de knie krijgen. Techniek leren via internet of door boeken gebeurt ook.<br />

Daarnaast volgen mensen cursussen die meer verdieping bieden. Reflectie op het werk van<br />

anderen geven en het ontvangen van reflectie zijn ook wezenlijke onderdelen van de leervraag.<br />

Reflectie helpt de beoefenaar en anderen verder. Daarnaast werd aangegeven dat de docent een<br />

belangrijke rol speelt; deze heeft een kritische kijk, kan accenten leggen en wordt ge<strong>zien</strong> als een<br />

goede hulp. Mensen gaan vaak een cursus volgen omdat ze <strong>zich</strong> verder willen ontwikkelen en<br />

willen leren. Er is behoefte aan een specifieker cursusaanbod, dat meer is afgestemd op de<br />

individuele behoefte.<br />

Feedback wordt over het algemeen ter harte genomen; mensen zijn echter wel kritisch op hun<br />

criticus. Alleen als ze het ermee eens zijn verwerken ze de feedback, en ze houden rekening met<br />

het niveau wanneer de feedback van een medebeoefenaar af komt. Het merendeel van de<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 27


mensen zegt ook kritisch op het eigen werk te zijn, en perfectionistisch. Enkele deelnemers leren<br />

hun discipline aan anderen in een cursus op de club of door het geven van workshops. Feedback<br />

van familie en vrienden krijgen wordt niet als lastig ervaren; wel wordt de kanttekening<br />

gep<strong>laat</strong>st dat deze mensen te dichtbij staan voor een kritische kijk. Er zijn dan ook respondenten<br />

die om feedback vragen van professionals. Ten slotte geven de <strong>amateurkunstenaar</strong>s aan dat zij<br />

het ontvangen van feedback als motiverend ervaren.<br />

<strong>De</strong> verhouding tussen de professional en de amateur is roept veel discussie op. <strong>De</strong> scheidslijn is<br />

volgens velen dun. Daarnaast heerst de opvatting dat plezier in de beoefening hebt en talent<br />

voorwaarden zijn voor professionaliteit.<strong>De</strong>ze kwaliteit kan opgebouwd worden door veel tijd aan<br />

de kunstbeoefening te besteden en ervaring op te doen. <strong>De</strong>sondanks geeft het merendeel van de<br />

geïnterviewden aan dat geld verdienen de maatstaf is voor professionaliteit. Hier staat tegenover<br />

dat niet alle professionele kunstenaars geld verdienen. Ook wordt beweerd dat amateurs meer<br />

behoefte hebben aan exposeren en publiceren dan aan geld verdienen. <strong>De</strong> professionele<br />

kunstenaar zou volgens enkele amateurs meer open moeten staan voor de amateur. Lang niet<br />

iedereen ervaart een spanningsveld tussen amateurs en professionals. Wel kunnen de amateurs<br />

het <strong>zich</strong> voorstellen dat het voor professionals lastig is dat ze meer vrijheid hebben. Niet<br />

iedereen kan <strong>zich</strong> bovendien vinden in de term ‘amateur’ omdat deze een negatieve connotatie<br />

heeft.<br />

<strong>De</strong> beoefenaars zijn het met elkaar eens dat kunst gemaakt wordt om te tonen. Er is dan ook veel<br />

ervaring met exposeren. Meestal hangt dit samen met het lidmaatschap van een club of een<br />

cursus. Daarnaast wordt het internet ge<strong>zien</strong> als geschikt medium om werk te tonen. Omdat de<br />

behoefte er is, hebben enkele deelnemers zelf het initiatief genomen om expositieruimte te<br />

zoeken. Zij boden hun werk ter expositie aan bij bedrijven of in een kerk, of vonden via de<br />

gemeente een geschikte ruimte voor hun vereniging . <strong>De</strong> ervaring is echter dat het lastig zelf te<br />

organiseren is omdat men te afhankelijk is van anderen. Toegankelijke en laagdrempelige podia<br />

zijn dan ook volgens enkelen een must. Over de wenselijklheid van een expositieruimte alleen<br />

voor amateurs, verschillen de meningen, afhankelijk van de ambities van de deelnemers. <strong>De</strong><br />

mogelijkheid om werk op een professioneel platform zoals een museum wordt als een vorm van<br />

erkenning ge<strong>zien</strong>. Een kanttekening hierbij is wel dat er bij deze vorm van exposeren, anders<br />

dan bij een club, weinig wisselwerking is.<br />

Ruim de helft van de geïnterviewden heeft een eigen website. Daarnaast zijn mensen ook actief<br />

op sociale media om hun werk of groep te promoten. Veel mensen zijn ook actief op sites waar<br />

werk met elkaar uitgewisseld kan worden en waar met elkaar gepraat kan worden. Het voordeel<br />

van internet is volgens respondenten dat er een groot publiek bereikt kan worden en dat er<br />

genoeg mogelijkheden zijn om te exposeren. Ook wedstrijden worden gebruikt om werk te<br />

tonen. Daarnaast vinden mensen het interessant om de mening van professionals te horen, hun<br />

niveau te toetsen en ervaren zij deelname aan wedstrijden als plezierig en motiverend.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 28


Discussie<br />

Het kwalitatieve onderzoek dat is uitgevoerd geeft de visie weer van 25 beoefenaars. Hoewel er<br />

veel overeenkomsten zijn gevonden in de beweegredenen van de <strong>amateurkunstenaar</strong>s, zijn er<br />

ook veel meningen die op <strong>zich</strong>zelf staan. Dit komt doordat het zaken van persoonlijke aard<br />

betreft, maar ook doordat er per discipline maar een kleine groep van acht of negen<br />

respondenten is. Het verdient daarom aanbeveling om ditzelfde vraagstuk per individuele<br />

discipline met een groter aantal respondenten te onderzoeken. Dit is eveneens een goede<br />

gelegenheid om de data door meerdere onderzoekers te laten analyseren om subjectieve<br />

interpretatie van de gegevens te voorkomen. Bij dit onderzoek is geprobeerd dit probleem te<br />

ondervangen door meerdere personen proefinterviews af te laten nemen om de topics te testen.<br />

Daarnaast hebben meerdere werknemers gekeken of de interviews en de labels die<br />

onafhankelijk van elkaar gevonden werden, overeenkwamen.<br />

Tijdens de interviews kwam naar voren dat, hoewel het net als beeldende kunst en fotografie een<br />

individuele discipline is, er bij schrijven sprake is van een andere terminologie. Beeldende kunst<br />

en fotografie maken gebruik van dezelfde platforms. Exposeren in een museum is heel wat<br />

anders dan het voordragen van een gedicht of het lezen van een boek. <strong>De</strong> beweegredenen van de<br />

beeldend kunstenaars en fotografen komen daardoor meer met elkaar overeen, en de schrijvers<br />

hebben vaak andere in<strong>zich</strong>ten. Bovendien doen veel fotografen aan beeldende kunst en vice<br />

versa. Het is daarom aan te raden om een soortgelijk onderzoek alleen uit te voeren bij de<br />

discipline schrijven. Wellicht komen hier nieuwe in<strong>zich</strong>ten uit naar voren.<br />

Meerdere malen geven respondenten aan <strong>zich</strong>zelf te beschouwen als iemand die tussen de<br />

amateur en de professional in staat. Daardoor hebben ze onder andere met exposeren een<br />

probleem. Ze willen liever niet meer in een bejaardenhuis hangen maar kunnen nog niet bij een<br />

professioneel platform terecht. Het kan interessant zijn om te kijken naar wat deze tussengroep<br />

typeert en wat voor mogelijkheden er zijn voor deze beoefenaars in de vrije tijd. Wellicht is een<br />

ander interessant aandachtspunt in deze context het gebruik van de term ‘amateur’; enkele<br />

beoefenaars geven aan hier moeite mee te hebben vanwege de negatieve connotatie.<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 29


Bronvermelding<br />

Literatuur<br />

Broek, Andries van den (red.) (2010a). FAQs over kunstbeoefening in de vrije tijd. Het culturele<br />

draagvlak. <strong>De</strong>el 9. <strong>De</strong>n Haag: SCP.<br />

Broek, Andries van den (red.) (2010b). Mogelijkheden tot kunstbeoefening in de vrije tijd. <strong>De</strong>n<br />

Haag: SCP.<br />

<strong>De</strong>ekman, Amalia, Hans Heimans en Lotte Volz (2011). Amateurkunst: feiten en trends.<br />

Monitor Amateurkunst in Nederland. Utrecht: Kunstfactor.<br />

Scholten, Diet en Lydia Jongmans (red.) (2008). Amateurkunstbeleid OK; een handreiking<br />

voor gemeenten. Utrecht: Kunstfactor en Vereniging van Nederlandse Gemeenten. pp. 20-21.<br />

Scholten, Diet en Lotte Volz (2010). <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> bestaat niet. Profielen in de<br />

amateurkunst. Utrecht: Kunstfactor.<br />

Data<br />

Interview met anonieme deelnemer, Assen, 12 mei 2011<br />

Interview met Pietro Argiolu, Poortugaal, 10 mei 2011<br />

Interview met Erik de Boer, Drachten, 18 mei 2011<br />

Interview met Diana Bokje, Utrecht, 19 april 2011<br />

Interview met Rosa van Ederen, Amsterdam, 20 mei 2011<br />

Interview met Nico van Eede, Ede, -- april 2011<br />

Interview met Bruno van Elshout, Rotterdam, -- april 2011<br />

Interview met Geerten van Gelder, Utrecht, 23 mei 2011<br />

Interview met Dick van Groningen, Zeist, 11 mei 2011<br />

Interview met Marja Hoffman, Groenlo, 9 mei 2011<br />

Interview met Elsbeth de Jager, Hilversum, 23 juni 2011<br />

Interview met Wim Jenniskens, Horst, 13 mei 2011<br />

Interview met Raja Lala, Utrecht, 4 mei 2011<br />

Interview met Hans van Leeuwen, Veenendaal, 24 mei 2011<br />

Interview met Etienne Lemmens, Utrecht, 31 mei 2011<br />

Interview met Fokko Muller, Utrecht (telefonisch interview, 4 juni 2011<br />

Interview met Vera Quak, Rotterdam, 10 mei 2011<br />

Interview met Erna Reiling, Bennekom, 31 mei 2011<br />

Interview met Hans Schinkel, Assen, 17 mei 2011<br />

Interview met Cindy Seinen, <strong>De</strong>n Haag, 25 mei 2011<br />

Interview met Hok Tan, Rotterdam, datum onbekend<br />

Interview met Saskia Tielens, Nijmegen, 3 juni 2011<br />

Interview met Erwin Verweij, Rotterdam, 18 mei 2011<br />

Interview met Michiel de Vlieger, Rotterdam, 25 mei 2011<br />

Interview met Carmen Wijnen, <strong>De</strong>n Bosch, 6 juni 2011<br />

Kunstfactor – <strong>De</strong> <strong>amateurkunstenaar</strong> <strong>laat</strong> <strong>zich</strong> <strong>zien</strong> - 30

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!