De Sociale Staat van Vlaanderen 2011 - Vlaanderen.be

De Sociale Staat van Vlaanderen 2011 - Vlaanderen.be De Sociale Staat van Vlaanderen 2011 - Vlaanderen.be

www4.vlaanderen.be
from www4.vlaanderen.be More from this publisher
13.01.2015 Views

MOBILITEIT landen vrij voor zowel nationale als buitenlandse openbaarvervoersmaatschappijen. In sommige landen bestaan wel nog steeds enkele beperkende toegangsvoorwaarden. Voor het personenvervoer bestaan meer variaties tussen de landen. De liberalisering van de openbaarvervoersmarkt is gebaseerd op de veronderstelling dat de private sector een efficiëntere werking kent, wat door bepaalde studies (zoals Nicolini e.a., 2010) bevestigd wordt en tegelijkertijd door andere studies (zoals Pina & Torres, 2001) ontkracht wordt. Uit de verdeling van het aantal verplaatsingen volgens hoofdvervoermiddel (zie eerder in tabel 3) blijkt dat liberalisering van het spoorverkeer niet noodzakelijk resulteert in een verminderd gebruik van de trein. Dit wordt geïllustreerd door de situatie in Zwitserland. Zwitserland kent het hoogste aandeel treingebruik van de hier bestudeerde landen, terwijl het spoorvervoer in zekere mate al geliberaliseerd is. 3. Een blik vooruit: milieubewuste mobiliteitstrends In deze vierde paragraaf schetsen we ten slotte enkele recente trends die tenminste gedeeltelijk hun oorsprong vinden in de belangstelling voor vormen van mobiliteit die de omgeving minder belasten. Deze paragraaf heeft niet de bedoeling om uitputtend te zijn, maar wel om een beknopte stand van zaken te geven van drie specifieke trends: autodelen, elektrisch rijden en kilometerheffingen zowel in een Vlaamse als in een Europese context. 3.1. Autodelen Autodelen is een zeer flexibele vorm van autoverhuur met de bedoeling om het bezit van een (eerste of tweede) auto te ontmoedigen indien deze slechts sporadisch gebruikt wordt. Voor de gebruiker heeft dit als voordeel dat deze geen investering moet doen, geen parkeerruimte moet voorzien en niet moet instaan voor het onderhoud. Voor de stedelijke omgeving heeft het systeem als voordeel dat er slechts één parkeerruimte wordt ingevuld door een wagen die nochtans door meerdere personen wordt gebruikt en dat het lagere wagenbezit leidt tot minder autogebruik (ten voordele van openbaar vervoer, fietsen en wandelen). Eerdmans e.a. (2006) schatten de parkeerdruk die veroorzaakt wordt door een privéauto zowat 3,1 keer hoger in dan de parkeerdruk veroorzaakt door een deelauto. Dat betekent dat elke deelauto 2,1 parkeerplaatsen uitspaart. Hoewel een deel van de huidige gebruikers van een autodeelsysteem helemaal geen auto zou hebben gehad als autodelen niet bestond, schatten Nanninga & Eerdmans (2006) dat het bewuster gebruik van de auto netto leidt tot een reductie van het aantal autokilometers met 12%. Autodelen draagt bijgevolg bij tot een schonere en efficiëntere mobiliteit. 3.1.1 Autodelen in België en het Vlaamse Gewest In België bestaat er één commercieel autodeelnetwerk onder de naam Cambio, dat in 2002 in het Waalse Gewest van start ging en in 2003 naar Brussel uitbreidde, waarna het Vlaamse Gewest volgde in 2004 (Cambio, 2011). Eind 2010 telt dit netwerk ongeveer 10.000 gebruikers van 369 auto’s die gestald zijn op 140 standplaatsen in 20 steden. In het Vlaamse Gewest telt Cambio 3.000 gebruikers in 12 gemeenten (Cambio, 2010). In Gent bestaat er daarnaast een kleinschalig, particulier systeem van autodelen met 19 auto’s en zo’n 400 gebruikers (Dégage!, 2011). Recent werd in het Brusselse Gewest een bijkomend autodeelproject opgestart onder de naam Zen Car dat enkel elektrische wagens aanbiedt. In de globale mobiliteitsmarkt lijkt het autodelen een dwerg. We kunnen echter stellen dat het autodelen in het Vlaamse Gewest in de kinderschoenen staat en dat het potentieel vrij groot is. Een vergelijking met Nederland, Duitsland, en vooral Zwitserland maakt dit duidelijk. 349

SOCIALE STAAT VAN VLAANDEREN 2011 3.1.2 Autodelen in andere Europese landen In Nederland is het autodeelconcept een stuk wijder verspreid dan in België. In 1995 werd in Rotterdam de vandaag erg succesvolle firma Greenwheels opgericht, maar de markt wordt vandaag met een zestal andere bedrijven gedeeld. In 2007 maakten al meer dan 20.000 deelnemers gebruik van de ruim 1.100 deelauto’s die voornamelijk in de centra van de grote(re) steden worden aangeboden (ANP, 2007). De verschillende spelers op de markt meten zich elk een eigen profiel aan, waardoor het aanbod in een aantal gevallen beter aangepast is aan de wensen van de klant. Zo levert het bedrijf Wheels4All deelauto’s op maat voor een reeds georganiseerde groep klanten (doorgaans vrienden die in dezelfde buurt wonen), waardoor het concept ook in kleine steden ingang vindt (Nanninga & Eerdmans, 2006). Sommige organisaties werken met slechts één (of een paar) automodellen, terwijl andere een heel gamma aanbieden. In Duitsland werd autodelen begin 2011 aangeboden door maar liefst 110 verschillende organisaties, inclusief de Deutsche Bahn (de spoorwegen), in 285 plaatsen. De 158.000 klanten hebben 4.600 wagens ter beschikking (Loose, 2011). Loose e.a. (2006) schatten het marktpotentieel in Duitsland echter op 1,5 tot 2 miljoen gebruikers. Alhoewel het aantal abonnees in Duitsland een stuk hoger ligt dan in Nederland, spant Zwitserland de kroon. In Zwitserland wordt de markt gedomineerd door de coöperatie Mobility Car Sharing. Begin 2010 beschikte het bedrijf over 2.350 wagens en 1.200 locaties in 450 plaatsen in Zwitserland, waarmee aan de noden van 93.700 klanten wordt tegemoetgekomen (Mobility CarSharing, 2010). Mobility heeft verregaande allianties met gemeenten, openbaarvervoersondernemingen en parkeerbeheerders. Verder dankt Mobility haar succes voor een belangrijk deel aan de Zwitserse traditie om veel verplaatsingen met de trein (en het openbaar vervoer in het algemeen) te maken. Nanninga & Eerdmans (2006) tonen in een internationale vergelijking aan dat de dichtheid van deelauto’s het hoogst is in de Zwitserse steden: acht van de steden in de top tien liggen in Zwitserland. Amsterdam staat als zesde gerangschikt, en Karlsruhe als tiende. Dit is opmerkelijk als we weten dat de meeste Zwitserse steden vrij klein zijn en een relatief ruim parkeeraanbod hebben in vergelijking met de gemiddelde grote Europese stad. In 2006 scoorde Zürich (341.000 inwoners) met 13 abonnees per 1.000 inwoners een stuk beter dan Amsterdam (743.000 inwoners) met 8 abonnees per 1.000 inwoners. In de meeste andere Europese landen zijn deelautosystemen relatief kleinschalig. Buiten de reeds vermelde landen zijn kleine autodeelorganisaties onder meer te vinden in Oostenrijk, de Scandinavische landen, Ierland, Italië, Spanje en Frankrijk. 3.2. De elektrische wagen Anno 2011 is de elektrische auto niet weg te slaan uit de pers. De vermeende voordelen zijn alom bekend. Hoekstra (2009) somt ze op. Elektrische motoren zijn een stuk efficiënter dan verbrandingsmotoren waardoor elektrische auto’s heel wat zuiniger zijn. Er zijn geen lokale emissies en er wordt minder lawaai geproduceerd. Verder kan elektriciteit op een duurzame manier opgewekt worden en is elektriciteit goedkoper dan benzine of diesel. Daarnaast zijn er ook een aantal nadelen verbonden aan elektrische voertuigen. De actieradius van een elektrische wagen is beperkt en hangt sterk af van externe factoren (zoals het parcours en het weer). Elektriciteit wordt nu en in de nabije toekomst grotendeels opgewekt op basis van niethernieuwbare bronnen (fossiele en nucleaire energie), wat betekent dat de milieubelasting verschuift en minder groot wordt maar zeker niet geëlimineerd wordt. Als elektriciteit op grote schaal voor transport zou worden gebruikt, dan kan verwacht worden dat het accijnzensysteem zal volgen zodat elektrisch rijden niet per definitie goedkoop zal blijven. Bovendien zou de 350

MOBILITEIT<br />

landen vrij voor zowel nationale als buitenlandse openbaarvervoersmaatschappijen. In sommige<br />

landen <strong>be</strong>staan wel nog steeds enkele <strong>be</strong>perkende toegangsvoorwaarden. Voor het personenvervoer<br />

<strong>be</strong>staan meer variaties tussen de landen. <strong>De</strong> li<strong>be</strong>ralisering <strong>van</strong> de openbaarvervoersmarkt<br />

is gebaseerd op de veronderstelling dat de private sector een efficiëntere werking kent,<br />

wat door <strong>be</strong>paalde studies (zoals Nicolini e.a., 2010) <strong>be</strong>vestigd wordt en tegelijkertijd door<br />

andere studies (zoals Pina & Torres, 2001) ontkracht wordt. Uit de verdeling <strong>van</strong> het aantal verplaatsingen<br />

volgens hoofdvervoermiddel (zie eerder in ta<strong>be</strong>l 3) blijkt dat li<strong>be</strong>ralisering <strong>van</strong> het<br />

spoorverkeer niet noodzakelijk resulteert in een verminderd gebruik <strong>van</strong> de trein. Dit wordt<br />

geïllustreerd door de situatie in Zwitserland. Zwitserland kent het hoogste aandeel treingebruik<br />

<strong>van</strong> de hier <strong>be</strong>studeerde landen, terwijl het spoorvervoer in zekere mate al geli<strong>be</strong>raliseerd is.<br />

3. Een blik vooruit: milieu<strong>be</strong>wuste mobiliteitstrends<br />

In deze vierde paragraaf schetsen we ten slotte enkele recente trends die tenminste gedeeltelijk<br />

hun oorsprong vinden in de <strong>be</strong>langstelling voor vormen <strong>van</strong> mobiliteit die de omgeving minder<br />

<strong>be</strong>lasten. <strong>De</strong>ze paragraaf heeft niet de <strong>be</strong>doeling om uitputtend te zijn, maar wel om een<br />

<strong>be</strong>knopte stand <strong>van</strong> zaken te geven <strong>van</strong> drie specifieke trends: autodelen, elektrisch rijden en<br />

kilometerheffingen zowel in een Vlaamse als in een Europese context.<br />

3.1. Autodelen<br />

Autodelen is een zeer flexi<strong>be</strong>le vorm <strong>van</strong> autoverhuur met de <strong>be</strong>doeling om het <strong>be</strong>zit <strong>van</strong> een<br />

(eerste of tweede) auto te ontmoedigen indien deze slechts sporadisch gebruikt wordt. Voor de<br />

gebruiker heeft dit als voordeel dat deze geen investering moet doen, geen parkeerruimte moet<br />

voorzien en niet moet instaan voor het onderhoud. Voor de stedelijke omgeving heeft het systeem<br />

als voordeel dat er slechts één parkeerruimte wordt ingevuld door een wagen die nochtans<br />

door meerdere personen wordt gebruikt en dat het lagere wagen<strong>be</strong>zit leidt tot minder autogebruik<br />

(ten voordele <strong>van</strong> openbaar vervoer, fietsen en wandelen). Eerdmans e.a. (2006) schatten<br />

de parkeerdruk die veroorzaakt wordt door een privéauto zowat 3,1 keer hoger in dan de<br />

parkeerdruk veroorzaakt door een deelauto. Dat <strong>be</strong>tekent dat elke deelauto 2,1 parkeerplaatsen<br />

uitspaart. Hoewel een deel <strong>van</strong> de huidige gebruikers <strong>van</strong> een autodeelsysteem helemaal geen<br />

auto zou heb<strong>be</strong>n gehad als autodelen niet <strong>be</strong>stond, schatten Nanninga & Eerdmans (2006) dat<br />

het <strong>be</strong>wuster gebruik <strong>van</strong> de auto netto leidt tot een reductie <strong>van</strong> het aantal autokilometers met<br />

12%. Autodelen draagt bijgevolg bij tot een schonere en efficiëntere mobiliteit.<br />

3.1.1 Autodelen in België en het Vlaamse Gewest<br />

In België <strong>be</strong>staat er één commercieel autodeelnetwerk onder de naam Cambio, dat in 2002 in<br />

het Waalse Gewest <strong>van</strong> start ging en in 2003 naar Brussel uitbreidde, waarna het Vlaamse<br />

Gewest volgde in 2004 (Cambio, <strong>2011</strong>). Eind 2010 telt dit netwerk ongeveer 10.000 gebruikers<br />

<strong>van</strong> 369 auto’s die gestald zijn op 140 standplaatsen in 20 steden. In het Vlaamse Gewest telt<br />

Cambio 3.000 gebruikers in 12 gemeenten (Cambio, 2010). In Gent <strong>be</strong>staat er daarnaast een<br />

kleinschalig, particulier systeem <strong>van</strong> autodelen met 19 auto’s en zo’n 400 gebruikers (Dégage!,<br />

<strong>2011</strong>). Recent werd in het Brusselse Gewest een bijkomend autodeelproject opgestart onder de<br />

naam Zen Car dat enkel elektrische wagens aanbiedt. In de globale mobiliteitsmarkt lijkt het<br />

autodelen een dwerg. We kunnen echter stellen dat het autodelen in het Vlaamse Gewest in de<br />

kinderschoenen staat en dat het potentieel vrij groot is. Een vergelijking met Nederland,<br />

Duitsland, en vooral Zwitserland maakt dit duidelijk.<br />

349

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!