13.01.2015 Views

De Sociale Staat van Vlaanderen 2011 - Vlaanderen.be

De Sociale Staat van Vlaanderen 2011 - Vlaanderen.be

De Sociale Staat van Vlaanderen 2011 - Vlaanderen.be

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

MOBILITEIT<br />

te zijn. Bij de overgang <strong>van</strong> de basisschool naar het middelbaar onderwijs vergroot vaak de afstand<br />

tot de school en treedt het openbaar vervoer als een geschikt vervoermiddel naar voren.<br />

Daarenboven kunnen deze jongeren hierdoor hun verplaatsingen op een meer autonome en<br />

onafhankelijke manier uitvoeren waardoor het openbaar vervoer bijdraagt tot een groter wel<strong>be</strong>vinden.<br />

Dit verandert <strong>van</strong>af de leeftijd <strong>van</strong> 18 jaar en het <strong>be</strong>halen <strong>van</strong> een rij<strong>be</strong>wijs. Vanaf dan<br />

<strong>be</strong>schouwt men het openbaar vervoer als een vervoermiddel dat je weinig vrijheid biedt en<br />

waarbij je heel wat tijd verliest. Dit gevoel versterkt nog wanneer men een drukke job moet<br />

combineren met een gezin en kinderen. Tijdsdruk haalt men als voornaamste reden aan om het<br />

openbaar vervoer niet te gebruiken. Echter, tegelijkertijd verkrijgt het openbaar vervoer de status<br />

<strong>van</strong> een vervoermiddel waarmee men zich kan ontlasten <strong>van</strong> de dagelijkse (verkeers)stress.<br />

Naarmate men de pensioenleeftijd nadert, neemt dit gevoel stelselmatig toe en <strong>van</strong>af de leeftijd<br />

<strong>van</strong> 65 jaar en onder impuls <strong>van</strong> het ‘gratis-<strong>be</strong>leid’ wordt het openbaar vervoer opnieuw veelvuldig<br />

gebruikt.<br />

Figuur 3. Verdeling <strong>van</strong> het aantal verplaatsingen naar vervoersmiddel per leeftijdscategorie (in %),<br />

Vlaams Gewest, 2007-2008<br />

100<br />

90<br />

80<br />

70<br />

in %<br />

60<br />

50<br />

40<br />

30<br />

20<br />

10<br />

0<br />

6-12 13-15 16-24 25-34 35-44 45-54 55-64 65+<br />

leeftijd<br />

te voet fiets trein<br />

bus, tram, metro autopassagier auto<strong>be</strong>stuurder<br />

andere / on<strong>be</strong>kend<br />

Bron: OVG 2007-2008.<br />

2.1.3. Verschillen naar inkomen<br />

Ten slotte <strong>be</strong>studeren we de invloed <strong>van</strong> inkomen op het verplaatsingsgedrag. Figuur 4 verduidelijkt<br />

het <strong>be</strong>schikbaar inkomen per inwoner in koopkrachtpariteiten in de <strong>be</strong>studeerde landen.<br />

In het Vlaamse Gewest <strong>be</strong>droeg dit in 2007 17.140 euro per inwoner waarmee het aansluit<br />

bij het inkomensniveau <strong>van</strong> landen zoals Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. Enkel<br />

het Waalse Gewest en <strong>De</strong>nemarken kennen een lager <strong>be</strong>schikbaar inkomen. Eerder onderzoek<br />

uit verschillende landen toonde aan dat een lager inkomen samenhangt met minder verplaatsingen<br />

(Golob, 1989; Murakami & Young, 1997). Mogelijk zorgt het lagere <strong>be</strong>schikbare inkomen<br />

in het Waalse Gewest dus voor een hoger aandeel niet-verplaatsers alsook een lager gemiddeld<br />

331

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!