Oosterpark - Stadsdeel Oost - Gemeente Amsterdam
Oosterpark - Stadsdeel Oost - Gemeente Amsterdam
Oosterpark - Stadsdeel Oost - Gemeente Amsterdam
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Behalve de beschrijving over<br />
de functionele indeling van het<br />
<strong><strong>Oost</strong>erpark</strong> heeft Springer zijn<br />
ontwerpuitgangspunten niet verder<br />
toegelicht. Deze zijn echter wel te<br />
reconstrueren, op basis van zijn oeuvre,<br />
de algemene ontwikkelingen in de<br />
Landschapsstijl en de opkomst van het<br />
volkspark in Nederland.<br />
‘Landelijke stijl’<br />
Springer ontwierp het <strong><strong>Oost</strong>erpark</strong> in<br />
‘landelijke stijl’. 12 Hij bedoelde hiermee<br />
de Landschapsstijl, die hij tot aan zijn<br />
dood als meest ideale tuinstijl achtte.<br />
Overigens gaat het daarbij niet zozeer<br />
om een esthetische stijl, maar om een<br />
ontwerpmethodiek. In Nederland<br />
werd de bloeiperiode van deze tuinstijl<br />
gemarkeerd door de werkzame periode<br />
van de befaamde tuinarchitect Jan David<br />
Zocher jr., zo rond het midden van de<br />
negentiende eeuw. 13 ‘Landschapsstijl’<br />
is een veelomvattend begrip en elke<br />
tuinarchitect gaf hier op geheel eigen<br />
wijze uitdrukking aan. Er werd echter<br />
wel gewerkt vanuit een basisprincipe,<br />
namelijk het streven naar een<br />
groenontwerp waarin een ideaalbeeld<br />
van de natuur werd neergezet, geijkt<br />
op de romantische schilderkunst van<br />
landschapsschilders als Nicolas Poussin<br />
en Claude le Lorrain. Vormelementen die<br />
hierin thuishoorden waren slingerende<br />
paden langs open weiden, waterpartijen<br />
met glooiende oevers, lange doorzichten<br />
en een afwisselende beplanting. Het<br />
gebruik van schilderachtige gebouwtjes,<br />
rotspartijen, rustieke bruggen,<br />
kunstmatige heuvels en mysterieuze<br />
ruïnes versterkte de illusie van het<br />
landschappelijke en natuurlijke. In<br />
Nederland gebruikten tuinarchitecten<br />
als L.P. Roodbaard (1782-1851), H. van<br />
Lunteren (1780-1848), D. Wattez (1833-<br />
1906) L. Rosseels (1843-1921) en Jan<br />
David Zocher jr. (1791-1870) tot in de<br />
twintigste eeuw deze ontwerpaanpak<br />
voor buitenplaatsen, landgoederen en<br />
stadsparken.<br />
De criteria van Humphrey<br />
Repton<br />
De wortels van de landschapsstijl<br />
liggen in Engeland. Daar was in de<br />
achttiende eeuw, als reactie op de<br />
rechtlijnige en formele tuinontwerpen,<br />
een op het vrije landschap geïnspireerde<br />
ontwerpaanpak ontstaan. In 1805<br />
noemde landschapsarchitect Humphry<br />
Repton (1752-1818) in zijn Observations<br />
on the Theory and Practise of Landscape<br />
Gardening een drietal criteria waaraan<br />
een goede landschappelijke uitleg moest<br />
voldoen:<br />
1. The Picturesque effect: het nastreven<br />
van een schilderachtige sfeer.<br />
2. Continuity: de illusie van ruimtelijke<br />
onbegrensdheid door het verstoppen<br />
of vermommen van de parkgrenzen,<br />
waardoor de wandelaar niet aan het<br />
leven van alledag herinnerd werd.<br />
3. Intricracy: het creëren van een<br />
boeiende wandeling met een<br />
opeenvolging van wisselende<br />
emotionele ervaringen.<br />
24<br />
<strong><strong>Oost</strong>erpark</strong> <strong>Amsterdam</strong><br />
SteenhuisMeurs