Oosterpark - Stadsdeel Oost - Gemeente Amsterdam
Oosterpark - Stadsdeel Oost - Gemeente Amsterdam
Oosterpark - Stadsdeel Oost - Gemeente Amsterdam
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
voetpaden van elk drie meter.<br />
9<br />
14<br />
15<br />
16<br />
8 7<br />
10<br />
zuidelijke deel gewoon van alle kanten<br />
bereikbaar moest zijn. Hiervoor kon<br />
de bestaande middelste laan van de<br />
begraafplaats dienen, terwijl Springer<br />
een tweede route (6) langs de Lakfabriek<br />
ontwierp die op beschikbaar terrein viel<br />
en zo direct te maken was. Deze weg (6)<br />
volgde ‘in flauwe bochten en zacht open<br />
afgaande hellingen de grens van het<br />
geheele beschikbare terrein en verbindt<br />
alzoo de verschillende ingangen’. 10<br />
Zuidelijk parkdeel: fase 1<br />
Ter hoogte van de Van Swindenstraat<br />
projecteerde Springer een ingang (7)<br />
waardoor de centrale rijweg door het<br />
park bereikt werd. De rijweg volgde<br />
de grens van de begraafplaats en zou<br />
11<br />
13<br />
12<br />
10<br />
deels iets opgehoogd moeten worden<br />
om de lastige verbinding met dit hoger<br />
liggende terrein te kunnen maken. De<br />
route liep af naar een laag punt in het<br />
oosten, waar in totaal drie rijwegen bij<br />
elkaar kwamen (8). De hoofdweg kwam<br />
uit bij een ingang in het verlengde<br />
van de hoofdroute uit het plan Kalff,<br />
de Ceintuurbaan/Ruyschstraat (9). Het<br />
park vormde zo een schakel tussen de<br />
negentiende-eeuwse ring, de voorname<br />
Plantage Middellaan en de binnenstad.<br />
Aan de zuidzijde van het park was de<br />
hoofdroute door het park bereikbaar via<br />
twee ingangen, tegenover de Eikenweg<br />
en de Kastanjeweg (10). Alle hoofdwegen<br />
waren twaalf meter breed, waarvan zes<br />
meter voor rijtuigen en twee verhoogde<br />
Het terrein met de muziektent (11)<br />
ontwierp Springer in de hartlijn van de<br />
middelste laan van de begraafplaats.<br />
Het muziekplein had een zandige<br />
halfverharding en was rijkelijk<br />
beplant met bomen. Gezien vanaf de<br />
Muiderpoort leverde dit volgens Springer<br />
een mooie achtergrond op voor de<br />
fontein, terwijl het als een ‘prachtige<br />
groep aan de oever van de vijver’<br />
een contrast vormde met de lichtere<br />
oeverbeplanting (12) aan de overkant.<br />
De vijver (13) verving de oude<br />
molenwetering. De waterpartij doorliep<br />
het terrein in zijn geheel en vormde<br />
een afscheiding tussen de hoger<br />
gelegen begraafplaats en het lager<br />
gelegen gedeelte van het nieuwe<br />
park. Deze vijver was opzettelijk van<br />
grote oppervlakte genomen voor het<br />
‘ijsvermaak’, waar in dit gedeelte de stad<br />
geen andere mogelijkheid toe was. Door<br />
het graven van een grote vijver ‘welks<br />
sierlijke lijnen fraaie kijkjes beloven’<br />
kwam er grond vrij voor het ophogen van<br />
wegen en het maken van heuveltjes.<br />
Springer plaatste de grote<br />
openbare speeltuin (14) achter<br />
het St. Elisabethgasthuis aan de<br />
’s-Gravensandestraat omdat deze met<br />
alle ‘gymnastiektoestellen, schoppen<br />
en wippen’ op een meer prominente<br />
plek afbreuk zou doen aan het<br />
landschappelijke beeld. Tevens was<br />
het voor het parkbeeld belangrijk dit<br />
grote zanderige terrein zo ver mogelijk<br />
van die andere overwegend zanderige<br />
SteenhuisMeurs<br />
2 De prijsvraag voor het <strong><strong>Oost</strong>erpark</strong><br />
19