Sectorbeschrijving Schoonmaak - Werk.nl
Sectorbeschrijving Schoonmaak - Werk.nl
Sectorbeschrijving Schoonmaak - Werk.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
De schoonmaak<br />
<strong>Sectorbeschrijving</strong><br />
12 juli 2013
Inhoudsopgave<br />
Samenvatting 2<br />
I<strong>nl</strong>eiding 4<br />
1. <strong>Werk</strong>gelegenheid en vacatures 6<br />
1.1. <strong>Werk</strong>gelegenheid in vogelvlucht 6<br />
1.2. Vacatures in de schoonmaak 9<br />
2. Trends 12<br />
2.1. Economische trends 12<br />
2.2. Arbeidsmarkttrends 16<br />
3. Tekorten en overschotten 22<br />
3.1. Huidige situatie 22<br />
3.2. Toekomst tot 2016 23<br />
4. Kansen 26<br />
4.1. Instroomprofiel schoonmaak 26<br />
4.2. Kansen voor schoolverlaters 27<br />
4.3. Kansen voor NWW’ers 30<br />
4.4. Uitstroomprofiel 33<br />
4.5. De regio centraal 34<br />
5. Conclusie 38<br />
Literatuurlijst 40<br />
Bijlage I: Sociale organisatie in de schoonmaak 42<br />
Colofon 46<br />
De schoonmaak 1
Samenvatting<br />
Interieurschoonmaak grootste segment<br />
In de schoonmaaksector zijn drie groepen bedrijven te onderscheiden: bedrijven die het interieur van<br />
bijvoorbeeld kantoren of ziekenhuizen schoonmaken, glazenwasserbedrijven en gespecialiseerde<br />
schoonmaakbedrijven (bijvoorbeeld schoonmaak na een brand of calamiteit of schoonmaak van treinen<br />
en bussen). In de sector ging in 2011 ruim 4 miljard euro om. Daarvan is 85 procent uitbesteed aan<br />
professionele schoonmaakbedrijven. Er waren dat jaar ruim 11.000 aanbieders, met bijna 120.000<br />
medewerkers. De schoonmaaksector is kleinschalig. Vooral glazenwassers zijn vaak als zelfstandige<br />
werkzaam. Met 71 procent van de omzet is de interieurschoonmaak veruit het grootste, gevolgd door<br />
glasbewassing (10 procent).<br />
<strong>Werk</strong>gelegenheid licht gekrompen, aantal aanbieders sterk gegroeid<br />
Vanaf 2010 is een lichte stagnatie in de werkgelegenheid te zien: het aantal arbeidsjaren blijft min of<br />
meer stabiel. UWV verwacht voor de komende jaren een lichte groei, tot 88.000 arbeidsjaren in 2017. In<br />
weerwil van de crisis is het totaal aantal schoonmaakbedrijven de afgelopen twee jaar met 11 procent<br />
toegenomen. Met name het aantal zelfstandigen zonder personeel is de afgelopen drie jaar stevig<br />
gegroeid van ruim 6.000 in 2010 tot ruim 7.000 in 2012.<br />
Deeltijdfactor hoog<br />
In de sector <strong>Schoonmaak</strong> hebben werknemers gemiddeld 1,2 banen. Gecombineerd met de deeltijdfactor<br />
(0,5) leidt dit ertoe dat een gemiddelde dienstbetrekking 23 uur per week bedraagt.<br />
Aantal vacatures gedaald, maar na 2013 neemt het sterk toe<br />
Het aantal vacatures in de schoonmaak is gedaald van 23.000 in 2010 tot ruim 17.000 in 2012. UWV<br />
verwacht na 2013 een stijging. Het aantal vacatures zal in 2015-2018 gemiddeld 27.000 per jaar<br />
bedragen.<br />
Marktverbreding zet de toon<br />
De autonome omzetgroei in de schoonmaaksector is de afgelopen jaren beperkt geweest. Om de slechte<br />
marktomstandigheden het hoofd te bieden, verbreden schoonmaakbedrijven hun aanbod, vaak in<br />
samenwerking met andere facilitaire bedrijven, zoals cateraars en beveiligers. Ook verbreedt de branche,<br />
door overnames en samenwerkingsverbanden, haar werkterrein naar de zorg. Daar liggen<br />
groeimogelijkheden.<br />
Kwaliteit hoog in vaandel<br />
Er lopen in de sector tal van initiatieven om de kwaliteit en betrouwbaarheid van de dienstverlening te<br />
verhogen en de kwaliteit van het personeel te borgen. Voorbeelden zijn de Code Verantwoordelijk<br />
Marktgedrag, het keurmerk van brancheorganisatie OSB, het Glazenwassersregister en de<br />
verplichtstelling van de Basiscursus <strong>Schoonmaak</strong>.<br />
De Code Verantwoordelijk Marktgedrag heeft als doel de marktverhoudingen in de branche te verbeteren.<br />
In de code is vastgelegd dat alle partijen die bij een aanbesteding betrokken zijn, niet alleen naar de prijs<br />
kijken, maar ook juist naar kwaliteit van de uitvoering en arbeidsomstandigheden. De code en andere<br />
kwalitatieve lidmaatschapseisen zijn vastgelegd in het OSB-Keurmerk. Leden die zich niet aan de<br />
afspraken houden, worden door OSB op hun gedrag aangesproken en in sommige gevallen geroyeerd.<br />
Het OSB-Keurmerk is op 1 januari 2013 van kracht geworden.<br />
Hogere eisen aan personeel<br />
Opdrachtgevers stellen hogere eisen aan de kwaliteit van het schoonmaakwerk en daarmee aan het<br />
personeel. Vaker wordt overdag schoongemaakt en dat vergt van het personeel meer communicatieve<br />
vaardigheden. Dagschoonmaak biedt wel betere mogelijkheden om werk en zorgtaken te combineren.<br />
Tevens is er in de schoonmaaksector sprake van diversificatie: het aanbieden van een facilitair<br />
totaalconcept en het bundelen van facilitaire diensten, zoals catering en beveiliging. Er ontstaan ook<br />
nieuwe functies, zoals hospitality comfort-medewerker in zorginstellingen. Deze verleent<br />
schoonmaakdiensten, maar begeleidt ook patiënten bij het aankleden, eten en drinken. In kantoren wordt<br />
schoonmaak bijvoorbeeld gecombineerd met planten verzorgen, kleine serviceverzoeken opvolgen, klein<br />
reparatiewerk verrichten en koffieautomaten en printers bijvullen en onderhouden.<br />
De schoonmaak 2
Meer aandacht voor opleiden<br />
Sociale partners zijn in de schoonmaak-cao overeengekomen ernaar te streven dat iedereen in de<br />
schoonmaak binnen één jaar na indiensttreding de Basis(vak)opleiding <strong>Schoonmaak</strong> heeft gevolgd en<br />
over voldoende taalvaardigheid beschikt. Er worden ook taalcursussen gegeven. Inmiddels hebben meer<br />
dan 10.000 schoonmakers het diploma van de basisvakopleiding gehaald.<br />
Een andere ontwikkeling betreft het beroepsgerichte opleidingsstelsel voor de sector <strong>Schoonmaak</strong>. In<br />
opdracht van de branche heeft Kenniscentrum Savantis kwalificaties uitgewerkt op alle vier mbo-niveaus.<br />
Hoewel nog beperkt nemen aan de opleidingen, die door diverse ROC’s worden aangeboden, steeds meer<br />
leerlingen deel.<br />
Toenemende vergrijzing zorgt voor meer vraag<br />
De toenemende vergrijzing van werknemers in de sector zorgt voor een groeiende vervangingsvraag op<br />
de middellange termijn. Door vergrijzing van de same<strong>nl</strong>eving groeit de zorgsector en daarmee de omvang<br />
van schoonmaakwerkzaamheden in deze sector. Voorzien wordt dat de vraag naar gekwalificeerd<br />
personeel op middellange termijn sterk toeneemt. Vooral voor de specialistische schoonmaakberoepen zal<br />
een groot tekort ontstaan.<br />
Omvangrijke instroom van niet-uitkeringsgerechtigden en ouderen<br />
Relatief veel niet-uitkeringsgerechtigden die bij UWV staan ingeschreven, komen in de schoonmaak aan<br />
de slag, meer dan in andere sectoren. Voor de populatie niet-werkende werkzoekenden is de schoonmaak<br />
een kansrijke instroomsector.<br />
Regionale vergelijking: schoonmaak in acht regio’s (heel) belangrijk<br />
Op basis van gegevens van het CBS is een vergelijking van arbeidsmarktontwikkelingen gemaakt tussen<br />
35 arbeidsmarktregio’s. In acht regio’s is de schoonmaak (heel) belangrijk voor de werkgelegenheid:<br />
Midden-Gelderland, Midden-Utrecht, Groot-Amsterdam, Rijnmond, Twente, West-Brabant, Noord-Oost-<br />
Brabant, Zuid-Oost-Brabant<br />
Veel initiatieven voor zwakke groepen<br />
Veel ouderen stromen in in een baan in de schoonmaak. De sector biedt meer dan gemiddeld<br />
werkgelegenheidsperspectief voor 55-plussers. Ook komen er relatief veel niet-werkende werkzoekenden<br />
aan de slag. Meer dan andere sectoren biedt de schoonmaak werkgelegenheidsperspectief voor deze<br />
groep. Ook valt op dat de sector <strong>Schoonmaak</strong> netto gezien vooral mensen aantrekt die voorheen een<br />
uitzendbaan hadden. De sector biedt dus perspectief op een opstap na de uitzendbaan. De sector kent tal<br />
van projecten en initiatieven die ten doel hebben om zwakke groepen, arbeidsgehandicapten of werkloos<br />
werkzoekenden met afstand tot de arbeidsmarkt aan de slag te krijgen. De sector laat daarmee zien dat<br />
maatschappelijk ondernemen in de schoonmaak goed mogelijk is.<br />
De schoonmaak 3
I<strong>nl</strong>eiding<br />
In tijden van crisis is het van belang om te weten waar zich werkgelegenheidsmogelijkheden aandienen.<br />
In vrijwel elke sector van de economie – of het nu om een krimp- of groeisector gaat – doen zich<br />
tegelijkertijd overschotten en tekorten voor, in verschillende beroepen of regio’s. Kennis over die te<br />
verwachten tekorten en overschotten kan voorkomen dat vacatures onnodig lang openstaan of dat<br />
mensen onnodig werkloos worden of blijven.<br />
UWV maakt samen met werkgevers-, werknemersorganisaties en arbeidsmarktdeskundigen<br />
beschrijvingen van meer dan twintig sectoren. Dit project wordt begeleid door een landelijke<br />
klankbordgroep, waarin – naast UWV – landelijke werkgevers- en werknemersorganisaties, VNG en de<br />
stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) zitting hebben.<br />
Deze sectorbeschrijvingen bieden een actueel beeld van de overschotten en tekorten en van kansen en<br />
mogelijkheden voor (bijvoorbeeld) doelgroepen. Ook geven de sectorbeschrijvingen inzicht in trends op<br />
de arbeidsmarkt, in de samenstelling en (toekomstige) ontwikkeling van de werkgelegenheid en van het<br />
aantal vacatures. De sectorbeschrijvingen bieden daarnaast een beeld van de samenstelling en<br />
ontwikkeling van het arbeidsaanbod.<br />
Alle beschrijvingen worden gepubliceerd op www.werk.<strong>nl</strong>/arbeidsmarktinformatie<br />
en zijn bedoeld voor arbeidsmarktprofessionals van gemeenten, brancheorganisaties, bonden,<br />
opleidingsinstellingen, (grote) werkgevers, uitzendbureaus et cetera.<br />
In deze sectorbeschrijving ligt de focus op de arbeidsmarktontwikkelingen in de sector <strong>Schoonmaak</strong>. De<br />
definitie van schoonmaak luidt: alle activiteiten, diensten en middelen die zijn gericht op het reinigen en<br />
in schone staat houden van het onroerend goed en de inventaris van een organisatie.<br />
Deze sectorbeschrijving is gebaseerd op rapporten en informatie van het kennis- en vakcentrum<br />
(Savantis), de Ondernemersorganisatie <strong>Schoonmaak</strong>- en Bedrijfsdiensten (OSB), de Raad voor<br />
Arbeidsverhoudingen <strong>Schoonmaak</strong> en Glazenwassersbranche (RAS), het Centraal Bureau voor de<br />
Statistiek (CBS), banken (Rabobank en ING bijvoorbeeld) en UWV.<br />
In hoofdstuk 1 wordt een beeld geschetst van de actuele werkgelegenheid, de werkgelegenheidsprognose<br />
en de ontwikkeling van het aantal vacatures. In hoofdstuk 2 zijn markante trends in de sector<br />
<strong>Schoonmaak</strong> beschreven. Hoofdstuk 3 geeft een overzicht van (toekomstige) overschotten en tekorten.<br />
Hoofdstuk 4 beschrijft de kansen en mogelijkheden die de schoonmaaksector aan doelgroepen biedt en<br />
de uitstroomperspectieven voor (potentieel) boventallig personeel.<br />
Bijlage 1 geeft een beeld van de sociaaleconomische organisatie van de sector <strong>Schoonmaak</strong> (cao’s,<br />
kennisorganisaties, O&O-fonds, links naar interessante sociaaleconomische informatie en<br />
arbeidsmarktinformatie).<br />
De schoonmaak 4
De schoonmaak 5
1. <strong>Werk</strong>gelegenheid en vacatures<br />
1.1. <strong>Werk</strong>gelegenheid in vogelvlucht<br />
1.1.1. Introductie<br />
De schoonmaakbranche is een betrekkelijk jonge bedrijfstak. Toch is zij uitgegroeid tot een van de<br />
grootste werkgevers in Nederland. Een schone woon- en werkomgeving heeft grote invloed op ons<br />
dagelijks leven. Dankzij de professionele schoonmaak is het bijvoorbeeld prettig werken in een schoon<br />
kantoor.<br />
In de schoonmaak zijn drie groepen te onderscheiden:<br />
• Bedrijven, die het interieur van objecten als kantoren, scholen en ziekenhuizen schoonmaken (6.740<br />
bedrijven in 2012);<br />
• Glazenwasserbedrijven, die zich voornamelijk bezighouden met glasbewassing en de uiterlijke<br />
verzorging van gebouwen (3.270 bedrijven in 2012);<br />
• Gespecialiseerde schoonmaakbedrijven, die zich bezighouden met industriële reiniging (vooral in de<br />
voedingsmiddelenindustrie), gevelreiniging, schoonmaakwerkzaamheden na brand en waterschade,<br />
en het schoonmaken van vervoersmiddelen zoals bussen, treinen, vliegtuigen (1.010 bedrijven in<br />
2012).<br />
Veel schoonmaakbedrijven vallen onder holdings, die ook andere facilitaire taken doen, zoals catering,<br />
beveiliging, groenvoorziening en ongediertebestrijding. De meerderheid van de bedrijven is gevestigd in<br />
de Randstad (Utrecht, Amsterdam e.o., Den Haag e.o. en regio Rijnmond). In de sector ging in 2011 ruim<br />
4 miljard euro om. Daarvan is 85 procent uitbesteed aan schoonmaakbedrijven. Er waren dat jaar ruim<br />
11.000 aanbieders met ruim 119.000 werknemers (tabel 1). De schoonmaaksector is kleinschalig. Vooral<br />
glazenwassers zijn vaak als zelfstandige zonder personeel (zzp'er) werkzaam.<br />
Tabel 1: Kerngegevens schoonmaak (2011)<br />
Marktomvang<br />
€4.188 mln.<br />
Waarvan uitbesteed €3.560 mln. = 85%<br />
Aantal aanbieders 11.040<br />
Aantal werknemers 119.200<br />
Marktgroei 2009-2011 4,5%<br />
Marktgroei uitbesteed werk 5,8%<br />
Bron: De Nederlandse Facility Management Markt 2012, p. 151, UWV<br />
Figuur 1 toont de verdeling van de schoonmaakmarkt over de verschillende typen activiteiten. Met 71<br />
procent van de omzet is de interieurschoonmaak veruit het grootste, gevolgd door bedrijven die<br />
gespecialiseerd zijn in schoonmaakactiviteiten als gevelreiniging, brand- en roetreiniging, reiniging van<br />
vervoersmiddelen en industriële reiniging ( samen goed voor 19 procent). Glazenwassers maken 10%<br />
van de omzet uit. De afgelopen jaren is vooral het aandeel schoonmaak in de zorg toegenomen. Veel<br />
zorginstellingen besteden schoonmaakwerkzaamheden uit of sluiten een strategische alliantie met een<br />
schoonmaakbedrijf.<br />
De schoonmaak 6
Figuur 1: Marktomvang schoonmaaksector naar type activiteit (aandeel van de omzet)<br />
Bron: SW in de schoonmaak (juli 2007), p. 19<br />
1.1.2. Ontwikkeling werkgelegenheid<br />
Tabel 2 toont de ontwikkeling van de werkgelegenheid in de sector <strong>Schoonmaak</strong>. Het aantal banen van<br />
werknemers is vanaf 2000 gegroeid met 14.000. De sterkste groei deed zich voor in de periode 2005-<br />
2010. Daarna was sprake van stagnatie of zelfs een lichte terugval. UWV verwacht vanaf 2014 weer een<br />
lichte groei van het aantal banen van werknemers. De groei van het aantal banen van zelfstandigen is<br />
met 50 procent veel groter dan de groei van dat van werknemers (+11 procent).<br />
De deeltijdfactor in de sector <strong>Schoonmaak</strong> is hoog. Het aantal banen per arbeidsjaar bedraagt voor<br />
werknemers 2 en voor zelfstandigen 1,5. Voor werknemers is deze factor door de jaren heen stabiel.<br />
Zelfstandigen combineren meer dan voorheen kleine deeltijdbanen, zo blijkt uit de groei van deze factor<br />
van 1 in 2000 tot 1,43 in 2013.<br />
Tabel 2: Ontwikkeling van de werkgelegenheid sector <strong>Schoonmaak</strong> 2000-2017 (x 1.000)<br />
Variabele 2000 2005 2010 2012 2013 2014 2018 Mutatie<br />
2000-2018<br />
in %<br />
Arbeidsvolume 81 82 86 86 86 86 88 9%<br />
werknemers 67 68 72 72 72 72 73 9%<br />
zelfstandigen 14 14 14 14 14 14 15 7%<br />
Banen<br />
Banen van werknemers 131 135 144 144 143 143 145 11%<br />
Banen van zelfstandigen 14 14 19 20 20 21 21 50%<br />
Banen per arbeidsjaar<br />
Banen per arbeidsjaar<br />
werknemers<br />
Banen per arbeidsjaar<br />
zelfstandigen<br />
Bron: UWV<br />
1.96 2.00 1.99 1.99 1.99 1.99 1.99 2%<br />
1 1 1.36 1.43 1.43 1.5 1.5 50%<br />
De schoonmaak 7
1.1.3. Samenstelling van de werkgelegenheid<br />
Persoonskenmerken<br />
Twee derde van de werknemers in de schoonmaak is vrouw (tabel 3). Naar leeftijd vormt de groep 35-<br />
44-jarigen het grootste contingent (30 procent). Slechts 13 procent is ouder dan 55 jaar. In de sector<br />
werken bijna even veel autochtonen als allochtonen. Wel groeit het aantal niet-westerse allochtonen 1 .<br />
Tabel 3: Samenstelling personeelsbestand schoonmaak (2009)<br />
Persoonskenmerken<br />
Percentage<br />
Geslacht<br />
M<br />
32%<br />
V<br />
68%<br />
Leeftijd<br />
15-24<br />
16%<br />
25-34<br />
16%<br />
35-44<br />
30%<br />
45-54<br />
24%<br />
55-64<br />
13%<br />
Herkomst<br />
Autochtoon<br />
54%<br />
Allochtoon<br />
46%<br />
Opleidingsniveau<br />
Basisonderwijs, vmbo<br />
66%<br />
havo, vwo, mbo<br />
28%<br />
hbo, wo<br />
3%<br />
Onbekend<br />
2%<br />
Omvang arbeidscontract<br />
0-11 uur<br />
27<br />
12-23 uur<br />
30<br />
>24 uur<br />
43<br />
Bron: IVA, 2009<br />
De sector kenmerkt zich door veel kleine banen. Volgens het IVA was de omvang van 27 procent van de<br />
arbeidscontracten minder dan 11 uur en van 30 procent tussen 12 en 23 uur (tabel 3). Tabel 4 bevestigt<br />
dit beeld. In de sector hebben werknemers gemiddeld 1,2 banen. Gecombineerd met de deeltijdfactor<br />
van 0,5 leidt dit ertoe dat de omvang van een dienstbetrekking (ervan uitgaande dat een werknemer één<br />
werkgever heeft) gemiddeld 23 uur is, ofwel 4,5 uur per dag.<br />
Tabel 4: Kenmerken van banen in de schoonmaak (2013)<br />
1. Stapelfactor 1,2 banen per persoon<br />
2. Deeltijdfactor (arbeidsvolume:banen) 0,5<br />
Omvang dienstbetrekking 2x1<br />
23 uur per week<br />
4,5 uur per dag<br />
Bron: UWV<br />
<strong>Werk</strong>gelegenheid naar grootteklasse<br />
Er zijn veel kleine bedrijven in de sector <strong>Schoonmaak</strong>. Liefst 64 procent heeft geen personeel. Dat is in de<br />
glazenwassersbranche vaker het geval dan in de andere schoonmaakbranches. Vooral het aantal<br />
zelfstandigen zonder personeel is de afgelopen jaren gegroeid (+13 procent). In weerwil van de crisis is<br />
het totaal aantal schoonmaakbedrijven de afgelopen twee jaar met 11 procent toegenomen (tabel 5).<br />
1 Bron: KLB (2011), Onderzoek arbeidsmarkt schoonmaak, p.31<br />
De schoonmaak 8
Tabel 5: Aantal schoonmaakbedrijven naar grootteklasse<br />
Grootteklasse 2010 2011 2012 Mutatie 2010-2012<br />
in %<br />
1 werkzaam persoon 6.245 6.345 7.060 13%<br />
2-10 werkzame personen 2.270 3.010 3.050 10%<br />
10-100 werkzame personen 800 835 825 3%<br />
‣ >100 werkzame personen 70 70 85 21%<br />
Totaal 9.885 10.260 11.020 11%<br />
Bron: CBS (2013), Arbeidsrekeningen<br />
<strong>Werk</strong>gelegenheid naar branche<br />
Uitgaande van 143.000 banen en een deeltijdfactor van 1,2 werken er in de sector <strong>Schoonmaak</strong> ruim<br />
119.000 werknemers. De branche interieurverzorging biedt de meeste werkgelegenheid. Ervan uitgaande<br />
dat de verdeling van de werkgelegenheid over de branches in de schoonmaak de afgelopen jaren<br />
constant is gebleven (wat gelet op de economische en technologische ontwikkelingen wellicht niet het<br />
geval is) werken er ruim 100.000 mensen in de interieurverzorging (tabel 6). Dat is 85 procent van het<br />
totaal aantal werkzame personen in de sector. Daarna volgt de glasbewassing (4.500) en industriële<br />
reiniging (2.100).<br />
Tabel 6: <strong>Werk</strong>zame personen in de schoonmaak naar branche (2012)<br />
Branche<br />
<strong>Werk</strong>zame personen<br />
Interieurverzorging 101.300<br />
Glasbewassing 4.500<br />
Industriële reiniging 2.100<br />
Brand- en roetreiniging 1.500<br />
Gevelreiniging 1.200<br />
Reiniging vervoersmiddelen 1.800<br />
Overig 6.800<br />
Totaal (2012) 119.200<br />
Bron: CBS, UWV<br />
1.2. Vacatures in de schoonmaak<br />
1.2.1. Kwantitatief beeld<br />
Huidige situatie<br />
De werkgelegenheid in de sector <strong>Schoonmaak</strong> is de afgelopen jaren relatief op peil gebleven, maar het<br />
aantal ontstane vacatures is (veel) kleiner geworden (tabel 7).<br />
Tabel 7: Ontstane vacatures schoonmaak naar branche, 2010-2012<br />
2010 2011 2012 Mutatie 2010-2012<br />
in %<br />
<strong>Schoonmaak</strong> totaal 23.098 21.769 17.150 -25,8%<br />
w.v. interieurverzorging gebouwen 17.981 15.966 12.400 -31,0%<br />
w.v. gespecialiseerde reiniging gebouwen 3.559 4.169 3.772 +6,0%<br />
w.v. industriële reiniging 335 489 331 -1,1%<br />
Bron: UWV<br />
overig 1.223 1.145 648 -47,0%<br />
Bedroeg dit aantal in 2011 nog bijna 22.000, in 2012 was het gedaald tot iets meer dan 17.000. De<br />
afname over 2 jaar (2010-2012) bedroeg bijna 26 procent. Vooral in de branche interieurverzorging<br />
gebouwen is de daling stevig (-31 procent). Daarentegen is het aantal ontstane vacatures in de branche<br />
‘gespecialiseerde reiniging gebouwen’ met 6 procent gestegen.<br />
De schoonmaak 9
Naar beroepsgroep zijn de meeste ontstane vacatures van elementair niveau, bijna 12.000 in 2012. De<br />
daling van het aantal vacatures doet zich juist ook op dit niveau voor (tabel 8).<br />
Tabel 8: Ontstane vacatures schoonmaak naar beroepsniveau, 2010-2012<br />
2010 2011 2012 Mutatie 2010-2012<br />
in %<br />
Beroepsniveau<br />
Elementair 16.864 15.203 11.789 -30,0%<br />
Lager 3.084 3.524 2.727 -11,6%<br />
Middelbaar 2.037 2.182 1.748 -14,2%<br />
Hoger 946 727 738 -22,0%<br />
Wetenschappelijk 167 133 149 -10,8%<br />
Totaal 23.098 21.769 17.150 -25,8%<br />
Waarvan glazenwassers en<br />
interieurverzorgers<br />
15.583 13.811 10.718 -31,2%<br />
Bron: UWV<br />
Verwachte ontwikkeling<br />
UWV verwacht de komende jaren een behoorlijke stijging van het aantal vacatures in de<br />
schoonmaaksector (tabel 9). Bedraagt het aantal ontstane vacatures in 2013 nog 18.000, in 2014 groeit<br />
dat tot 23.000 en in de periode 2015-2018 tot gemiddeld 27.000. In deze periode stijgt ook het aandeel<br />
van de schoonmaak in de totale vacaturemarkt tot 3,2 procent.<br />
Tabel 9: Vacatures schoonmaak (ontstane vacatures x 1.000)<br />
Variabele 2013 2014 2015-18<br />
(gemiddeld p.j.)<br />
Mutatie 2013-2018<br />
in %<br />
Ontstane vacatures 18 23 27 50%<br />
Aandeel schoonmaak in totaal<br />
aantal vacatures<br />
Bron: UWV<br />
2,8% 3,1% 3,2% 14%<br />
De schoonmaak 10
De schoonmaak 11
2. Trends<br />
2.1. Economische trends<br />
2.1.1. Algemeen beeld<br />
De omzet van de schoonmaakbedrijven nam in het eerste kwartaal van 2013 toe met 1,8 procent ten<br />
opzichte van dezelfde periode een jaar eerder (figuur 2). De totale zakelijke dienstverlening liet in het<br />
eerste kwartaal van 2013 juist een krimp zien (-0,6 procent) vergeleken met een jaar eerder. Dit is het<br />
vierde kwartaal op rij dat de omzet van de schoonmaakbedrijven is toegenomen. Toch ervoer bijna de<br />
helft van de ondernemers in de schoonmaakbranche een verslechtering van het economisch klimaat in<br />
het eerste kwartaal van 2013. Over heel 2012 heeft de schoonmaaksector 1,1 procent meer omgezet. In<br />
vergelijking met andere zakelijke dienstverleners doen de schoonmakers het daarmee beter.<br />
Figuur 2: Omzetontwikkeling schoonmaak en zakelijke dienstverlening ten opzichte van<br />
het jaar ervoor<br />
Bron: CBS<br />
In het vierde kwartaal van 2012 lagen de prijzen van de schoonmaakbedrijven 2,2 procent hoger dan in<br />
dezelfde periode een jaar eerder (figuur 3). De prijstoename was even groot als een kwartaal eerder. Voor<br />
heel 2012 bedroeg de prijsstijging 2,1 procent, voor 2011 was dit 1,8 procent.<br />
Figuur 3: Prijsontwikkeling schoonmaak ten opzichte van dezelfde periode het jaar<br />
ervoor<br />
Bron: CBS<br />
Deze positieve omzetontwikkeling is mogelijk het gevolg van de Code Verantwoordelijk Marktgedrag, die<br />
ondernemersorganisatie OSB samen met bonden, opdrachtgevers en overheid in 2011 overeenkwam.<br />
Wel worden de positieve effecten van de code afgeremd door bezuinigingen bij (onder andere) de<br />
overheid. Hierdoor blijven de prijzen bij met name grote aanbestedingen onder druk staan. Ook is de<br />
overheid van plan meer schoonmaakwerkzaamheden zelf uit te voeren.<br />
De schoonmaak 12
Een commissie met vertegenwoordigers van werkgeversorganisatie OSB, NS, Schiphol, VMS, FMN, vakorganisaties FNV<br />
en CNV, ROC De Friesche Poort, Erasmus MC en de Rijksoverheid brengt in 2011 de Code Verantwoordelijk Marktgedrag<br />
tot stand, een gedragscode voor de schoonmaakbranche. De code heeft als doel de marktverhoudingen in de branche te<br />
verbeteren. In de code is vastgelegd dat alle partijen die bij een aanbesteding zijn betrokken, niet alleen naar de prijs<br />
kijken, maar juist ook de kwaliteit van de uitvoering van schoonmaakwerk en de arbeidsomstandigheden meewegen.<br />
Duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen staan in de code centraal. Verantwoord uitbesteden en werk<br />
aannemen hoort daarbij. OSB en haar leden nemen de code zeer serieus. De Commissie Code Verantwoordelijk<br />
Marktgedrag ziet er streng op toe dat de afspraken uit de code worden nageleefd. De code en andere kwalitatieve<br />
lidmaatschapseisen zijn vastgelegd in het OSB-Keurmerk, een label dat alle partijen gegarandeerde kwaliteit biedt. Leden<br />
die zich niet houden aan de afspraken worden door OSB aangesproken op hun gedrag en bij herhaling worden zij<br />
geroyeerd.<br />
De schoonmaakbranche houdt zich in deze economische crisis behoorlijk staande. Van 2005 tot 2011 is<br />
de omzet met 26 procent gegroeid (tabel 10). Daarbij is het aandeel ‘uitbesteed’ 2 ook nog met zo'n 9<br />
procent gestegen en de omzet per medewerker met liefst 15 procent. Dit duidt ook op een toename van<br />
de werkdruk. Wat ten slotte opvalt, is dat het aantal schoonmaakbedrijven tussen 2005 en 2011 met<br />
maar liefst 65 procent is gegroeid.<br />
Het marktaandeel van de top 3 is gedaald van 29 naar 24 procent.<br />
Deze top 3 wordt gevormd door:<br />
• ISS Cleaning services;<br />
• CSU Cleaning services;<br />
• Hago Nederland (Vebego).<br />
2 Percentage bedrijven dat de schoonmaakactiviteiten uitbesteedt.<br />
De schoonmaak 13
Tabel 10: Economische kerngegevens schoonmaak, 2005-2011<br />
Variabele 2005 2007 2009 2011 Mutatie 2005-2011<br />
in %<br />
Marktomvang (in mln. euro) 3.598 3.984 4.006 4.188 +16%<br />
w.v. uitbesteed 2.824 3.237 3.365 3.560 +26%<br />
Uitbestedingspercentage 78% 82% 84% 85% +9%<br />
Omzet per medewerker (in €) 18.901 20.718 19.412 21.690 +15%<br />
Aantal aanbieders 6.685 6.795 7.095 11.040 +65%<br />
Marktaandeel top 3 29% 23% 24% 24%<br />
Bron: De Nederlandse Facility Management Markt 2012, p. 151<br />
Voor 2013 zijn de verwachtingen van schoonmaakbedrijven per saldo negatief. Ruim 30 procent verwacht<br />
dat de omzet zal krimpen terwijl 16 procent van de schoonmaakbedrijven groei verwachten. De<br />
verwachtingen verschillen wel per regio. <strong>Schoonmaak</strong>bedrijven in Noord- en Zuid-Nederland verwachten<br />
per saldo groei, schoonmaakbedrijven in West- en Oost-Nederland juist een stevige krimp (tabel 11).<br />
Deze ontwikkeling deed zich ook in 2012 voor. Vorig jaar groeide de omzet in de schoonmaak in Noord-<br />
Nederland met ruim 4 procent, terwijl deze in West-Nederland met zo’n 20 procent daalde.<br />
Tabel 11: Percentage bedrijven dat verwacht dat in 2013 de omzet zal toenemen, gelijk<br />
blijven of afnemen naar regio (in %)<br />
Regio Toenemen Gelijk blijven Afnemen Saldo<br />
Nederland 15,8% 54,0% 30,2% -14,4%<br />
Noord-Nederland 19,8% 61,5% 18,8% +1,0%<br />
Oost-Nederland 7,8% 66,9% 25,3% -17,5%<br />
West-Nederland 13,3% 49,6% 37,1% -23,8%<br />
Zuid-Nederland 27,2% 50,7% 22,1% +5,1%<br />
Bron: CBS (2013), COEN<br />
2.1.2. Marktverbreding<br />
Per saldo is de autonome omzetgroei in de schoonmaaksector de afgelopen jaren beperkt geweest. Zij is<br />
feitelijk het gevolg van prijsstijgingen en productiviteitsgroei (met minder kosten). Om de slechte<br />
marktomstandigheden het hoofd te bieden, verbreden schoonmaakbedrijven hun aanbod, vaak in<br />
samenwerking met andere facilitaire bedrijven als cateraars en beveiligers: het aantal<br />
multiserviceconcepten groeit. <strong>Schoonmaak</strong>diensten worden ook steeds vaker in combinatie met<br />
comfortdiensten als gebouwbeheer, catering en beveiliging aangeboden. Hiermee wordt tegemoet<br />
gekomen aan de vraag naar 'integrated facility management': de bundeling van facilitaire diensten. Om<br />
kosten te besparen kopen organisaties hun facilitaire diensten als geheel in. Figuur 4 biedt inzicht in<br />
diverse facilitaire diensten en de mate waarin bedrijven en instellingen deze zelf uitvoeren of uitbesteden.<br />
De schoonmaak 14
Figuur 4: Facilitaire dienstverlening en mate van uitbesteding<br />
Bron: SW in de schoonmaak (juli 2007), p. 9<br />
Door overnames en samenwerkingsverbanden verbreedt de schoonmaakbranche haar werkterrein naar<br />
de zorg. Daar liggen groeimogelijkheden omdat de zorg, die van oudsher weinig schoonmaakwerk<br />
uitbesteedt, nu door de bezuinigingen – die ook de intramurale zorg en de thuiszorg treffen – voor<br />
samenwerking met schoonmaakbedrijven of uitbesteding kiest. Ook verrichten schoonmaakbedrijven<br />
steeds meer activiteiten in de sfeer van de thuiszorg. Daar komt nu wel druk op te staan, gelet op de<br />
enorme bezuinigingen die vooral de thuiszorg treffen.<br />
De Rabobank signaleert een aantal markante trends in de schoonmaakbranche. Volgens de Rabobank 3 :<br />
• neemt het verbreden van de dienstverlening via een facilitair totaalconcept/multiservices toe.<br />
• is sprake van schaalvergroting en strategische samenwerking; aan de inkoopzijde maar ook in het<br />
samen ontwikkelen van producten en diensten.<br />
• is sprake van meer aandacht voor duurzaamheid, zowel bij productgebruik als in het personeelsbeleid.<br />
• speelt automatisering een cruciale rol. Om de multi- en interdisciplinaire levering van diensten te<br />
managen is het volgens de Rabobank essentieel om over de juiste informatie te beschikken.<br />
• is er sprake van innovatie in dienstverlening.<br />
2.1.3. Kwaliteit als succesfactor<br />
Uiteindelijk is kwaliteit een belangrijke succesfactor om te kunnen overleven in deze bij uitstek<br />
concurrentiegevoelige markt. Daarbij speelt het OSB-Keurmerk een grote rol.<br />
Voor opdrachtgevers is het OSB-Keurmerk een graadmeter voor kwaliteit. Alleen OSB-leden mogen het<br />
speciale logo voeren. Het OSB-Keurmerk stelt eisen aan schoonmaak- en glazenwassersbedrijven die lid<br />
zijn van de Ondernemersorganisatie <strong>Schoonmaak</strong>- en Bedrijfsdiensten (OSB). Het keurmerk werd op 1<br />
januari 2013 van kracht.<br />
De schoonmaaksector heeft de afgelopen jaren een verharding van de marktverhoudingen door<br />
teruglopende schoonmaakbudgetten, scherpe prijsconcurrentie en kortlopende contracten gezien. De OSB<br />
heeft zich op het standpunt gesteld dat schoonmaakbedrijven zelf een leidende rol moeten nemen om de<br />
kwaliteit in de sector te verbeteren. Door specifieke eisen aan haar leden te stellen wil de OSB meer<br />
transparantie in de sector en de markt brengen.<br />
3 Rabobank, Cijfers en trends 2013<br />
De schoonmaak 15
Het Glazenwassersregister is een ander voorbeeld van focus op kwaliteit.<br />
Start register voor betrouwbare glazenwassers<br />
Vanaf 22 april 2013 is het, met de lancering van het Glazenwassersregister (GWR), voor consumenten<br />
makkelijker om een betrouwbare glazenwasser te vinden. Het Hoofdbedrijfschap Ambachten (HBA) heeft<br />
dit register opgezet en daarbij OSB en de Consumentenbond nauw betrokken. Het GWR is een<br />
onafhankelijke landelijke service voor consumenten die een betrouwbare glazenwasser zoeken die heeft<br />
verklaard zich aan de Nederlandse spelregels van ondernemen te houden.<br />
Bart Combée, directeur Consumentenbond: 'Het GWR beoogt misstanden, waarvan consumenten de dupe worden,<br />
tegen te gaan. Respect voor keuzevrijheid van consumenten staat voorop. De aangesloten glazenwassers bieden de<br />
mogelijkheid elektronisch te betalen, geven facturen met bedrijfs- en bankgegevens en hebben een<br />
bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering. Daarmee willen de particuliere glazenwassers de markt inzichtelijk en gezond te<br />
maken. Dat is natuurlijk goed nieuws voor consumenten'. Het GWR is ingesteld naar aa<strong>nl</strong>eiding van signalen van<br />
consumenten die een glazenwasser zoeken en merken dat kiezen onmogelijk is.<br />
Glazenwassersbedrijven die willen meedoen aan het register kunnen zich vanaf 22 april registreren.<br />
Via www.glazenwassersregister.<strong>nl</strong> kunnen consumenten achterhalen of een bedrijf staat ingeschreven in het<br />
register. Omdat het register pas kort in gebruik is, kan het voorkomen dat in een bepaald postcodegebied nu nog geen<br />
Registerglazenwasser werkt. Op de website is ook informatie over het register te vinden en over wat te doen bij<br />
misstanden zoals bedreiging en geweld.<br />
Bron: Consumentenbond Nieuws 22 april 2013<br />
2.2. Arbeidsmarkttrends<br />
2.2.1. Algemene ontwikkeling<br />
Tabel 12 laat zien dat het aandeel bedrijven waarvan de personeelssterkte is gegroeid, na 2007 sterk is<br />
afgenomen. In 2012 realiseerde nog maar 10 procent personele groei. Dit percentage is sinds het begin<br />
van de crisis min of meer gelijk gebleven. Het aandeel bedrijven in de schoonmaak dat sinds 2009 qua<br />
personele bezetting kleiner is geworden, is sterk gegroeid. In 2012 kende bijna een derde van de<br />
schoonmaakbedrijven personele krimp.<br />
De schoonmaak 16
Tabel 12: Percentage bedrijven dat aangeeft dat in de afgelopen drie maanden de<br />
personeelssterkte is toegenomen, gelijk gebleven of afgenomen 2007-2012 (gemiddeld<br />
per kwartaal)<br />
Ontwikkeling 2007 2009 2011 2012<br />
Toegenomen 25,8% 8,3% 9,4% 9,5%<br />
Gelijk gebleven 67,9% 72,4% 71,6% 62,5%<br />
Afgenomen 11,7% 19,3% 19% 28%<br />
Saldo +14,1% -11% -9,6% -18,5%<br />
Bron: CBS (2013), COEN<br />
Ook voor 2013 zijn veel bedrijven op dit punt somber gestemd. Slechts 8 procent verwacht qua personeel<br />
te zullen groeien. Daar staat 27 procent tegenover dat een krimp verwacht. Waar bij de<br />
omzetontwikkeling nog een duidelijk onderscheid te zien was tussen Noord- en Zuid-Nederland enerzijds<br />
(positieve afwijking) en West- en Oost-Nederland anderzijds (negatieve verwachting), ontlopen de<br />
landsdelen elkaar op dit punt veel minder (tabel 13).<br />
Tabel 13: Percentage bedrijven dat verwacht dat in 2013 de personeelssterkte zal<br />
toenemen, gelijk blijven of afnemen naar regio (in %)<br />
Regio Toenemen Gelijk blijven Afnemen Saldo<br />
Nederland 7,7% 65,6% 26,7% -19,0%<br />
Noord-Nederland 12,1% 68,1% 19,8% -7,7%<br />
Oost-Nederland 4,2% 72,7% 23,1% -18,9%<br />
West-Nederland 10,0% 58,3% 31,7% -21,7%<br />
Zuid-Nederland 4,3% 75,2% 20,6% -16,3%<br />
Bron: CBS (2013), COEN<br />
2.2.2. Samenstelling personeel verandert<br />
Er is geen recent onderzoek naar de ontwikkeling van de personele samenstelling in de sector<br />
<strong>Schoonmaak</strong>. Het laatste is dat van het IVA (Ontwikkelingen in de schoonmaakbranche) uit november<br />
2009. Het Researchcentrum Onderwijs Arbeidsmarkt (ROA) biedt met zijn Arbeidsmarkt naar opleiding en<br />
beroep 2016 actueler inzicht; daarnaast wordt in het volgende hoofdstuk ingegaan op de<br />
instroomkenmerken van nieuwe werknemers in de schoonmaak op basis van cijfers van het CBS. Op<br />
basis van deze bronnen kunnen tentatieve uitspraken worden gedaan over de verandering van<br />
persoonskenmerken van werknemers in de schoonmaaksector. Deze worden weergegeven in tabel 14.<br />
De voornaamste conclusies zijn:<br />
• Het aandeel mannen stijgt, het aandeel vrouwen daalt.<br />
• De gemiddelde leeftijd stijgt. Daardoor neemt het aandeel ouderen toe en het aandeel jongeren af.<br />
• Het aandeel autochtonen stijgt, het aandeel allochtonen daalt.<br />
• De samenstelling naar opleiding blijft volgens het ROA redelijk constant.<br />
Daarnaast neemt het aandeel ‘flexibel’ volgens het ROA toe en bedraagt dit nu meer dat 20 procent 4 .<br />
4 Bron: ROA, Arbeidsmarktinformatiesysteem 2012<br />
De schoonmaak 17
Tabel 14: Samenstelling personeelsbestand schoonmaak<br />
Persoonskenmerken Percentage Trend<br />
Geslacht<br />
M<br />
V<br />
32%<br />
68%<br />
+<br />
-<br />
Leeftijd<br />
15-24<br />
25-34<br />
35-44<br />
45-54<br />
55-64<br />
16%<br />
16%<br />
30%<br />
24%<br />
13%<br />
0<br />
-<br />
-<br />
+<br />
++<br />
Herkomst<br />
Autochtoon<br />
Allochtoon<br />
54%<br />
46%<br />
+<br />
-<br />
Opleidingsniveau<br />
Basisonderwijs, vmbo<br />
havo, vwo, mbo<br />
hbo, wo<br />
Onbekend<br />
66%<br />
28%<br />
3%<br />
2%<br />
Omvang arbeidscontract<br />
0-11 uur<br />
12-23 uur<br />
>24 uur<br />
27%<br />
30%<br />
43%<br />
Bron: UWV, CBS, ROA<br />
2.2.3. Hogere eisen aan personeel<br />
Opdrachtgevers stellen steeds hogere eisen stellen aan de kwaliteit van schoonmaakwerk en daarmee<br />
aan personeel. Daardoor stijgt de vraag naar personeel met goede sociaal-communicatieve vaardigheden.<br />
Dat komt deels doordat schoonmaak vaker overdag – als kantoren in gebruik zijn –wordt gedaan. Dit<br />
stelt hogere eisen aan communicatieve vaardigheden. Voor de schoonmaakmedewerker biedt<br />
dagschoonmaak wel betere mogelijkheden om werk en zorgtaken te combineren.<br />
Deels vloeien de hogere eisen voort uit diversificatie: het aanbieden van een facilitair totaalconcept en<br />
bundelen van facilitaire diensten, zoals catering en beveiliging. Die combinatie stelt hogere eisen aan<br />
medewerkers. Het maakt de schoonmaak als werkgever ook aantrekkelijker voor nieuwe werknemers. Er<br />
ontstaan tevens nieuwe functies, zoals hospitality comfort-medewerker in zorginstellingen. Deze verleent<br />
schoonmaakdiensten, maar begeleidt ook patiënten bij het aankleden, eten en drinken. In de<br />
kantooromgeving wordt schoonmaken bijvoorbeeld gecombineerd met planten verzorgen, kleine<br />
serviceverzoeken opvolgen, klein reparatiewerk doen en koffieautomaten en printers bijvullen en<br />
onderhouden.<br />
Om op deze kwaliteitseisen in te spelen zijn de sociale partners in de cao overeengekomen ernaar te<br />
streven dat iedereen die in de schoonmaak werkt binnen één jaar na indiensttreding de<br />
Basis(vak)opleiding <strong>Schoonmaak</strong> heeft gevolgd en over voldoende Nederlandse taalvaardigheid beschikt.<br />
Daarvoor worden taalcursussen gegeven.<br />
Uit artikel 36 Cao <strong>Schoonmaak</strong>: A. Traject Nederlandse taal<br />
In 2012 en 2013 geldt dat er in totaal voor 1.000 werknemers die deelnemen aan een taaltraject van de Raad voor<br />
Arbeidsverhoudingen <strong>Schoonmaak</strong>- en Glazenwassersbranche (RAS), een tegemoetkoming in de kosten van het traject<br />
en de verletkosten wordt verstrekt. De tegemoetkoming bedraagt maximaal €4.000 per werknemer. Het betreft een<br />
vergoeding aan de werkgever. Het doel van de taaltrajecten is verhoging van het taalniveau. Dit wordt gemeten via een<br />
begin- en een eindtoets.<br />
Uit artikel 36 Cao <strong>Schoonmaak</strong>: B. Basis(vak)opleidingen en ontwikkeling<br />
Na indiensttreding ontvangt de werknemer binnen 3 maanden doeltreffende<br />
en aan de opgedragen taken aangepaste voorlichting, instructie en<br />
onderricht om de werkzaamheden veilig en gezond te kunnen uitoefenen.<br />
Uiterlijk 3 maanden hierna, of als de werknemer de Nederlandse taal dan<br />
onvoldoende beheerst, na het succesvol afronden van het taaltraject als<br />
De schoonmaak 18
edoeld in dit artikel onder A. krijgt de werknemer de Basis(vak)opleiding aangeboden die gevolgd wordt door het<br />
examen bij het RAS-examenbureau. De werknemer dient de opleiding te volgen.<br />
Meer informatie op www.ras.<strong>nl</strong><br />
In de cao 2012-2013 zijn de afspraken omtrent scholing aangescherpt. Vanaf 1 juli 2013 is bij<br />
contractswisselingen het schoonmaakbedrijf dat de opdracht verwerft, niet verplicht medewerkers over te<br />
nemen die niet in het bezit zijn van een door de branche erkend vakdiploma. Dit heeft geleid tot een<br />
explosieve deelname aan de Basis(vak)opleiding (figuur 5). Inmiddels hebben meer dan 10.000<br />
schoonmakers het diploma van de Basis(vak)opleiding gehaald.<br />
Figuur 5: Aantal gediplomeerden Basis(vak)opleiding, 2009-2013<br />
Bron: Cleantotaal (2013), De Nederlandse schoonmaakmarkt in Europees perspectief<br />
In 2012 waren de eerste 600 taaltrajecten afgerond. In 2013 zullen ruim 400 werknemers met een<br />
taaltraject starten, zodat eind 2013 1.000 5 taaltrajecten zullen zijn afgerond of in de afrondende fase<br />
zitten. <strong>Schoonmaak</strong>bedrijven, OSB en FNV Bondgenoten zijn met de RAS actief bezig met opleiden. Dit<br />
draagt bij aan het kwaliteitsniveau en het imago van de sector.<br />
2.2.4. Vergrijzing<br />
De toenemende vergrijzing van werknemers in de sector zorgt volgens kennis- en vakcentrum Savantis 6<br />
voor een groeiende vervangingsvraag op de middellange termijn. Dat geldt zeker voor de specialistische<br />
schoonmaakberoepen: daar is de huidige werknemerspopulatie al ouder dan gemiddeld en het werk<br />
wordt veelal onder zware omstandigheden gedaan. Door vergrijzing in de same<strong>nl</strong>eving groeit de<br />
zorgsector en daarmee de hoeveelheid schoonmaakwerk in deze sector. Vanwege de recessie is het<br />
arbeidsmarktperspectief in de schoonmaaksector voor de korte termijn wat minder goed, maar voorzien<br />
wordt dat de vraag naar gekwalificeerd personeel op middellange termijn sterk zal toenemen. Vooral voor<br />
de specialistische schoonmaakberoepen zal naar verwachting een groot tekort ontstaan.<br />
2.2.5. Opleiden in de schoonmaak<br />
Naast de door de RAS bekostigde brancheopleidingen (met zo’n 7.000 deelnemers per jaar) bieden ROC's<br />
sinds een aantal jaren opleidingen voor de sector <strong>Schoonmaak</strong> en Glazenwassen aan binnen het regulier<br />
(middelbaar) beroepsonderwijs. In 2007 nam Savantis met de RAS de opdracht aan om dit mogelijk te<br />
maken. Sindsdien voert Savantis op contractbasis werkzaamheden uit voor de sector <strong>Schoonmaak</strong> en<br />
Glazenwassen.<br />
Er zijn opleidingen op alle vier mbo-niveaus. De eerste was een opleiding op niveau-1. Samen met<br />
opleidingsinstituut SVS ontwikkelde Savantis voor dit niveau een lesmodule Assistent schoonmaak.<br />
Binnen de algemene kwalificatie Arbeidsmarktgekwalificeerd Assistent (AKA) kunnen leerlingen deze<br />
lesmodule volgen. Hun beroepspraktijkvorming krijgen ze bij een schoonmaakbedrijf. Vanaf 2008/2009 is<br />
ook een opleiding op niveau-2 mogelijk: Medewerker schoonmaak en glazenwassen. Er is nu tevens een<br />
opleiding Allround medewerker schoonmaak en glazenwassen op niveau-3. In 2010 zijn de kwalificaties<br />
Assistent schoonmaak op niveau 1 en Ambulant objectleider op niveau 4 ontwikkeld. De laatste leidt –<br />
5 800 door OSB en 200 door FNV<br />
6 Savantis, Rapportage arbeidsmarkt- en onderwijsinformatie 2010-2011<br />
De schoonmaak 19
vanaf september 2011 – leerlingen op voor een leidinggevende functie in een schoonmaakbedrijf.<br />
Leerlingen op niveau-4 kunnen doorstromen naar de bredere niveau-4-opleiding Facilitair leidinggevende.<br />
Tabel 15 biedt een overzicht van de ontwikkeling van het aantal leerlingen per kwalificatie. De meeste<br />
deelnemers volgen een AKA-opleiding op niveau-1. Een behoorlijk aantal doet een opleiding op niveau-2<br />
(Schoonmaker/Medewerker vloerenonderhoud) en niveau-4 (leidinggevend).<br />
Na een toename, die in 2009-2010 haar hoogtepunt kende, staat het aantal leerlingen van de reguliere<br />
mbo-opleidingen onder druk. Met name op de niveaus-1,-2 en-3 is het afgenomen. Daarentegen is het<br />
aantal leerlingen op niveau-4 (Ambulant objectleider) toegenomen. Ten opzichte van de instroom in de<br />
sector <strong>Schoonmaak</strong> (jaarlijks zo’n 30.000) is de deelname aan de reguliere mbo-opleidingen nog beperkt.<br />
Tabel 15: Aantal bbl-leerlingen per mbo-opleiding <strong>Schoonmaak</strong> 2007-8 tot en met<br />
2012-13<br />
Kwalificatiedossier Niveau 2007-<br />
2008-<br />
2009-<br />
2010-<br />
2011-<br />
2012-<br />
Mutatie<br />
8<br />
9<br />
10<br />
11<br />
12<br />
13<br />
2010-13<br />
In %<br />
Arbeidsmarktgekwalificeerd<br />
Assistent (AKA)<br />
1 31 69 161 290 286 235 -19%<br />
Assistent schoonmaak 1 14 83<br />
Schoonmaker/Medewerker<br />
vloerenonderhoud<br />
2 10 51 90 70 74 -18%<br />
Glazenwasser/Gevelreiniger 2 7 8 8 1<br />
Reiniger na calamiteiten 2<br />
Reiniger voedselverwerkende<br />
industrie<br />
2 9<br />
Allround<br />
schoonmaker/Medewerker<br />
vloerenonderhoud<br />
Allround<br />
glazenwasser/gevelreiniger<br />
Allround reiniger na<br />
calamiteiten<br />
Allround reiniger<br />
voedselverwerkende industrie<br />
3 72 151 83 61 -60%<br />
3 48 48<br />
3<br />
3<br />
Ambulant objectleider 4 34 34 115 53 +56%<br />
Totaal 31 79 325 621 624 527 -15%<br />
Bron: Savantis, peildatum 1 oktober 2012<br />
De schoonmaak 20
De schoonmaak 21
3. Tekorten en overschotten<br />
3.1. Huidige situatie<br />
3.1.1. WW-gerechtigden<br />
Tabel 16 laat de instroom in en uitstroom uit de WW zien van werknemers afkomstig uit de schoonmaak<br />
(in UWV-terminologie: Reiniging). Tabel 17 toont het lopend aantal WW-uitkeringen in maart 2013.<br />
Hieruit kunnen de volgende conclusies worden getrokken:<br />
• De instroom in de WW is van 2009 tot en met 2012 gestegen met 27 procent, de uitstroom nam meer<br />
toe: met 38 procent.<br />
• De uitstroom naar werk ligt op een kleine 30 procent van de totale uitstroom. Dat is veel lager dan het<br />
gemiddelde voor alle sectoren bij elkaar.<br />
• Vooral in 2013 is sprake van een sterke stijging van het aantal lopende uitkeringen: van 5.593 in het<br />
eerste kwartaal van 2012 tot 7.339 in het eerste kwartaal van 2013.<br />
• De stijging van het aantal lopende uitkeringen is veel groter dan de stijging van de instroom en de<br />
uitstroom.<br />
Het beeld van lage uitstroom naar werk en sterke toename van het aantal lopende uitkeringen doet<br />
vermoeden dat de harde kern van WW'ers uit de schoonmaak – mensen die lang ingeschreven staan –<br />
snel groter wordt.<br />
Tabel 16: Instroom en uitstroom WW-rechten Reiniging, 2009-2012<br />
Jaar Instroom Uitstroom w.v. naar werk Uitstroom naar<br />
werk in %<br />
2009 7.303 5.825 1.642 28%<br />
2010 7.820 7.712 2.404 31%<br />
2011 8.069 7.632 2.401 31%<br />
2012 9.293 8.023 2.186 27%<br />
Mutatie in % 27% 38% 33%<br />
Bron: UWV<br />
Tabel 17: Lopende WW-rechten Reiniging, 2009-2012<br />
Jaar<br />
Lopende WW-rechten<br />
2009 3.575<br />
2010 5.067<br />
2011 4.997<br />
2012 5.593<br />
2013 7.339<br />
Mutatie 2009-2012 in % +56%<br />
Bron: UWV<br />
3.1.2. Niet-werkende werkzoekenden (NWW’ers)<br />
De bij UWV ingeschreven niet-werkende werkzoekenden (NWW’ers) vormen een (deels) andere populatie<br />
dan de WW-gerechtigden. WW’ers kunnen een uitkering hebben, maar door een nevenbaan van 12 uur of<br />
meer niet als niet-werkende werkzoekende worden aangemerkt. Omgekeerd kunnen schoolverlaters,<br />
bijstandsgerechtigden, positieverbeteraars of met werkloosheid bedreigde werknemers bij UWV staan<br />
ingeschreven, terwijl zij geen recht op een WW-uitkering hebben. Het aantal WW’ers en de ontwikkeling<br />
daarvan zijn de beste graadmeter voor omvang en ontwikkeling van de werkloosheid. Het NWW-bestand<br />
biedt de mogelijkheid om gedetailleerder zicht te krijgen op de samenstelling van de groep<br />
De schoonmaak 22
werkzoekenden. NWW-gegevens kunnen ook worden gebruikt om een verhouding te schetsen tussen het<br />
aantal niet-werkende werkzoekenden en het aantal vacatures, naar beroep bijvoorbeeld.<br />
Wat opvalt in tabel 18 is dat het aantal als glazenwasser en interieurverzorger ingeschreven NWW’ers in<br />
2012 is gedaald ten opzichte van 2011. Er staan ook veel meer NWW’ers als schoonmaker ingeschreven<br />
dan er lopende WW-rechten zijn. Een deel daarvan heeft niet eerder in de schoonmaaksector gewerkt.<br />
Maar er kunnen ook andere redenen zijn waarom de NWW-populatie (veel) groter is dan de WWpopulatie.<br />
Zo komen zzp’ers niet voor een uitkering in aanmerking en kan het zijn dat werkloze<br />
schoonmakers niet aan de referte-eis voor de WW voldoen omdat zij te weinig uren hebben gewerkt.<br />
Tabel 18: NWW-bestand en ingeschreven gedeeltelijk arbeidsgeschikten naar beroep,<br />
2011 en 2012<br />
Beroep NWW Gedeeltelijk<br />
arbeidsgeschikten<br />
2011 2012 2011 2012<br />
Glazenwasser, interieurverzorger,<br />
30.268 28.128 1.783 4.162<br />
medewerker huishoudelijke dienst<br />
Alphahulp, bejaardenverzorgster etc. 5.631 6.777 460 1.011<br />
Huishoudhulp inrichting, tehuis 2.748 2.769 232 447<br />
Schoonmaker machines en gebouwen 1.141 1.023 101 196<br />
Bron: UWV<br />
Op basis van UWV-gegevens is ook een beeld te schetsen van de spanning op de arbeidsmarkt naar<br />
beroep. Daarvoor heeft UWV de spanningsindicator ontwikkeld. Deze indicator is het verhoudingsgetal<br />
tussen het totaal aantal openstaande vacatures 7 aan de ene kant en het aantal ingeschreven NWW’ers<br />
dat korter dan zes maanden niet-werkend is, aan de andere kant. Tabel 19 maakt duidelijk voor welke<br />
beroepen er een ruime arbeidsmarkt is (veel aanbod van NWW’ers tegenover een gering aantal<br />
vacatures) of een krappe arbeidsmarkt (veel vacatures tegenover weinig ingeschreven NWW’ers). De<br />
spanningsindicator geeft dus een goede indicatie van overschotten en tekorten. De tabel toont dat er voor<br />
alle beroepen in de schoonmaak op dit moment een (zeer) ruime arbeidsmarkt is.<br />
Tabel 19: Spanningsindicator (Q4) 2010-2012<br />
Beroep Jaar NWW Openstaande Indicator Typering<br />
er ‘geen’, dan hebben zij daar geen problemen mee. De tabel maakt duidelijk dat er tot 2016 sprake is<br />
van een omvangrijke uitbreidingsvraag (bijna 13.000 baanopeningen) en een gemiddelde<br />
vervangingsvraag (ruim 55.000).<br />
Box: Vervangingsvraag en uitbreidingsvraag<br />
De personeelsbehoefte in een sector is deels afhankelijk van de uitstroom van personeel dat vervangen moet worden.<br />
Die uitstroom kan zijn veroorzaakt door baanverandering naar een bedrijf buiten de sector of door pensionering,<br />
emigratie, uitstroom naar werkloosheid of arbeidsongeschiktheid of door bijvoorbeeld zorgtaken. Dit wordt<br />
vervangingsvraag genoemd. De behoefte aan personeel is ook afhankelijk van veranderingen in de productie. Bij groei<br />
ervan is sprake van uitbreidingsvraag. Spreken we van groei van de werkgelegenheid, dan is het aantal baanopeningen<br />
gelijk aan de uitbreidingsvraag plus de vervangingsvraag. Bij krimp is het aantal baanopeningen gelijk aan de<br />
vervangingsvraag.<br />
Ook verwacht het ROA dat er in 2016 forse personele knelpunten zullen optreden. Daarvan kunnen<br />
schoonmaakbedrijven bij werving last hebben. Keerzijde van die medaille is dat dit goede<br />
instroomperspectieven voor werkzoekenden kan bieden. Daarover meer in het volgende hoofdstuk.<br />
Tabel 20: Verwachte baanopeningen en knelpunten in de personeelsvoorziening tot<br />
2016, beroepsgroep interieurverzorgers<br />
Arbeidsmarktprognose variabele Totaal Typering<br />
Verwachte uitbreidingsvraag tot 2016 12.900 hoog<br />
Verwachte vervangingsvraag tot 2016 55.500 gemiddeld<br />
Verwachte baanopeningen tot 2016 68.400 gemiddeld<br />
Toekomstige knelpunten interieurverzorgers in 2016<br />
groot<br />
Bron: ROA<br />
De schoonmaak 24
De schoonmaak 25
4. Kansen<br />
4.1. Instroomprofiel schoonmaak<br />
Op verzoek van UWV heeft het CBS voor alle sectoren aangegeven door wie vacatures worden vervuld:<br />
werknemers uit een andere sector, schoolverlaters, zelfstandigen, uitkeringsgerechtigden of nietuitkeringsgerechtigden<br />
(NUG'ers). Ook heeft het CBS gekeken naar de persoonskenmerken van deze<br />
nieuwe werknemers in de sector <strong>Schoonmaak</strong>. Tabel 21 beperkt zich tot de mobiliteit van buiten de<br />
schoonmaak naar een baan ín de schoonmaak.<br />
Tabel 21: Instroomprofiel schoonmaak: percentage instromers in de schoonmaak naar<br />
herkomst<br />
Herkomst 2000 2010 Niveau t.o.v.<br />
alle sectoren<br />
Trend<br />
2000-2010<br />
Schoon-<br />
Alle<br />
Schoon-<br />
Alle<br />
maak<br />
sectoren<br />
maak<br />
sectoren<br />
Andere sector<br />
38% 55% 50% 56% - ++<br />
w.v.<br />
uitzendbureaus<br />
zorg<br />
horeca<br />
bouw<br />
14%<br />
2%<br />
2%<br />
2%<br />
13%<br />
6%<br />
4%<br />
4%<br />
Schoolverlaters 10% 17% 10% 17% -- 0<br />
Uitkering<br />
w.v.<br />
WW<br />
AO<br />
Bijstand<br />
Anders<br />
14%<br />
3%<br />
1%<br />
7%<br />
3%<br />
9%<br />
2%<br />
1%<br />
4%<br />
2%<br />
13%<br />
6%<br />
1%<br />
4%<br />
2%<br />
11%<br />
6%<br />
1%<br />
2%<br />
2%<br />
+<br />
0<br />
0<br />
++<br />
0<br />
0<br />
++<br />
0<br />
--<br />
0<br />
NUG/overig<br />
w.v. migrant<br />
37%<br />
5%<br />
17%<br />
3%<br />
25%<br />
5%<br />
14%<br />
3%<br />
++<br />
++<br />
--<br />
0<br />
Zelfstandigen 1% 2% 2% 3% - +<br />
Pensioen/VUT 0 0 0 0<br />
Uit UWV-bestand 14% 10% +<br />
Bron: UWV<br />
De belangrijkste conclusies uit tabel 21 zijn:<br />
• De instroom in de schoonmaak vanuit een andere sector is met 50 procent relatief laag. Wel is er een<br />
sterke stijging tussen 2000 en 2010.<br />
• Er stromen veel mensen in vanuit een uitzendbaan (13 procent).<br />
• Opvallend is dat de instroom vanuit de zorg is verdrievoudigd. Dat duidt erop, dat meer werk door<br />
zorginstellingen wordt uitbesteed aan schoonmaakbedrijven.<br />
• De instroom van schoolverlaters is veel lager dan in andere sectoren en is tussen 2000 en 2010 niet<br />
gestegen.<br />
• De instroom vanuit een uitkering is hoger dan in andere sectoren. Dat geldt vooral voor de instroom<br />
vanuit de bijstand.<br />
• De instroom vanuit een WW-uitkering is weliswaar niet hoger dan het gemiddelde voor alle sectoren,<br />
maar is tussen 2000 en 2010 wel sterk gestegen.<br />
De schoonmaak 26
• De instroom van niet-uitkeringsgerechtigden is met 25 procent zeer hoog, maar is wel sterk gedaald.<br />
• De instroom van migranten is veel hoger dan gemiddeld.<br />
• Datzelfde geldt voor de instroom vanuit het UWV-bestand. Gecombineerd met het gegeven dat het<br />
aandeel instromende WW’ers op hetzelfde niveau ligt als dat van alle sectoren, betekent dit dat er in<br />
de schoonmaak relatief meer niet-uitkeringsgerechtigden aan de slag komen dan elders. De sector<br />
<strong>Schoonmaak</strong> is voor de NWW-populatie dus een kansrijke instroomsector.<br />
Tabel 22 beschrijft de persoonskenmerken van instromers in de sector <strong>Schoonmaak</strong>.<br />
Tabel 22: Instroomprofiel schoonmaak: persoonskenmerken van instromers<br />
Persoonskenmerk 2000 2010 Niveau t.o.v.<br />
alle sectoren<br />
<strong>Schoonmaak</strong> Alle <strong>Schoonmaak</strong> Alle<br />
sectoren<br />
sectoren<br />
Trend<br />
2000-2010<br />
Geslacht<br />
M<br />
35%<br />
52%<br />
41%<br />
54%<br />
--<br />
+<br />
V<br />
65%<br />
48%<br />
59%<br />
46%<br />
++<br />
-<br />
Leeftijd<br />
15-25<br />
24%<br />
30%<br />
24%<br />
29%<br />
-<br />
0<br />
25-45<br />
60%<br />
56%<br />
52%<br />
49%<br />
+<br />
-<br />
45-55<br />
14%<br />
12%<br />
18%<br />
16%<br />
+<br />
+<br />
55-65<br />
3%<br />
3%<br />
5%<br />
6%<br />
0<br />
++<br />
Herkomst<br />
Autochtoon<br />
55%<br />
77%<br />
57%<br />
75%<br />
--<br />
+<br />
Allochtoon<br />
Bron: UWV<br />
45%<br />
23%<br />
43%<br />
25%<br />
++<br />
-<br />
Wat opvalt is dat het aandeel mannen is gestegen, van 35 naar 41 procent. Ook de instroom van ouderen<br />
is behoorlijk gestegen: het aandeel 55-plussers is bijna verdubbeld. De sector biedt blijkbaar perspectief<br />
voor oudere werknemers. Het aandeel 25-45-jarigen is daarentegen gedaald. De instroom van<br />
allochtonen is veel hoger dan gemiddeld, bijna het dubbele (43 procent allochtoon in 2010). Het aandeel<br />
allochtone instromers is wel iets gedaald.<br />
4.2. Kansen voor schoolverlaters<br />
Kans op werk en kans op stage<br />
Voor alle mbo-kwalificaties van alle kenniscentra publiceert Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) de kans<br />
op werk en de kans op stage, ook regionaal (zie www.kansopwerk.<strong>nl</strong>, www.kansopstage.<strong>nl</strong>). Kans op werk toont de<br />
toekomstkansen voor de afgestudeerde mbo'er in ruim zeshonderd beroepen. Het gaat om de kans op een baan in het<br />
verlengde van de opleiding. Bekeken wordt wat die kans is als de student nu met de opleiding begint en deze binnen de<br />
normale studieduur afrondt. Bij een tweejarige opleiding gaat het dus om de kans op werk over twee jaar. Kans op stage<br />
laat zien wat voor de meer dan zeshonderd beroepsopleidingen in het mbo op dit moment de kans op een stage of<br />
leerbaan is.<br />
Tabel 23 toont de inschatting, opgesteld door Savantis, van de kans op werk en de kans op stage voor<br />
alle schoonmaakkwalificaties. Voor al deze kwalificaties zijn voldoende kansen op een stageplek of baan,<br />
zowel nu als over twee tot vier jaar. Dat geldt, in tegenstelling tot andere kwalificatiedomeinen van andere<br />
kenniscentra, voor alle niveaus. Ook op lagere niveaus zijn er dus voldoende instroomkansen.<br />
De schoonmaak 27
Tabel 23: Kans op werk en kans op stage <strong>Schoonmaak</strong><br />
Kwalificatiedossier Niveau Kans op werk Kans op stage<br />
Arbeidsmarktgekwalificeerd Assistent (AKA) 1 voldoende voldoende<br />
Assistent schoonmaak 1 voldoende voldoende<br />
Schoonmaker/Medewerker vloerenonderhoud 2 voldoende voldoende<br />
Glazenwasser/Gevelreiniger 2 voldoende voldoende<br />
Reiniger na calamiteiten 2 voldoende voldoende<br />
Reiniger voedselverwerkende industrie 2 voldoende voldoende<br />
Allround schoonmaker/medewerker<br />
vloerenonderhoud<br />
3 voldoende voldoende<br />
Allround glazenwasser/gevelreiniger 3 voldoende voldoende<br />
Allround reiniger na calamiteiten 3 voldoende voldoende<br />
Allround reiniger voedselverwerkende industrie 3 voldoende voldoende<br />
Ambulant objectleider 4 voldoende voldoende<br />
Bron: Savantis<br />
Hieronder volgen enkele inspirerende praktijkvoorbeelden van opleidingsinitiatieven en -projecten in de<br />
sector <strong>Schoonmaak</strong>. De voorbeelden betreffen vooral grote bedrijven, maar juist ook de kleine bedrijven<br />
in de schoonmaak leiden relatief veel mensen op.<br />
Hago verstevigt koploperspositie in opleiding<br />
Heerlen – <strong>Schoonmaak</strong>bedrijf Hago en opleidingsinstituut SVS hebben hun samenwerking uitgebouwd. Het komende<br />
jaar zal SVS weer minimaal 30 groepen van Hago opleiden, wat neerkomt op zo’n 360 schoonmaakmedewerkers. In de<br />
eerste drie maanden van dit jaar zijn inmiddels al 23 groepen opgeleid, waarmee Hago ruim boven het afgesproken<br />
minimum zal eindigen. In april startten bovendien negen medewerkers met de opleiding tot Praktijktrainer (docent)<br />
basisopleiding schoonmaken, waarmee Hago met 35 eigen docenten toon wil zetten in de branche.<br />
Eerder dit jaar publiceerde de RAS de opleidingscijfers van de schoonmaakbranche. Daarin bleek Hago met tot dan toe<br />
ruim 1.500 opgeleide medewerkers een koploperspositie te bekleden in de schoonmaakbranche. Algemeen directeur<br />
Ruud Danklof: 'We voeren actief beleid in opleidingen om vakmanschap terug te brengen op de werkvloer. En de cijfers<br />
bevestigen dat we daarin voorop lopen. Maar het is nog lang niet genoeg. Ik blijf me verbazen over dergelijke<br />
cijfers, waaruit blijkt dat we als totale schoonmaakbranche nog altijd achter de feiten aa<strong>nl</strong>open. De basisopleiding is een<br />
verplichting vanuit de cao die branchebreed niet wordt gehaald. Om de slagingskans te maximaliseren en het<br />
leerenthousiasme te verhogen, experimenteert Hago Next met andere lesvormen voor de basisopleiding, met diverse<br />
methoden voor training-on-the-job. De lessen op de eigen werkplek dragen bij aan een opleidingspercentage van 99<br />
procent.'<br />
'En wat te denken van mensen die al jaren in het vak zitten Dát zijn vakmensen waar de nieuwe instroom juist een<br />
hoop van kan leren. Niet voor niets zijn dat ook de mensen binnen onze organisatie die zich hebben laten opleiden tot<br />
docent. Zij leiden nu hun eigen collega’s op, vanuit die jare<strong>nl</strong>ange ervaring en praktijkkennis. Wij kiezen er daarom dit<br />
jaar opnieuw voor om een flink aantal docenten binnen ons bedrijf klaar te stomen voor deze rol. Het blijkt een<br />
effectieve manier om mensen op te leiden én opgeleid te houden, en het draagt bij aan de betrokkenheid van deze<br />
medewerkers. Zij zetten zich met veel enthousiasme in om collega’s verder te helpen met hun kennis en kunde.<br />
Leermeesterschap in de praktijk,' licht Ruud Danklof de waarde van opleiding voor de organisatie en medewerkers toe.<br />
Het afgelopen jaar leidde SVS al zo’n 1.400 Hago-medewerkers op in diverse functies.<br />
Over SVS<br />
SVS is hét opleidingsinstituut voor de schoonmaakbranche. Het doel van SVS is het stimuleren, organiseren en uitvoeren<br />
van opleidingen voor werknemers die zich op professionele wijze bezighouden met schoonmaakonderhoud in de meest<br />
ruime zin. SVS heeft de afgelopen dertig jaar ruim 130.000 uitvoerenden, (meewerkend) leidinggevenden en<br />
kaderfunctionarissen voor het schoonmaakvak opgeleid en gediplomeerd.<br />
Uit: <strong>Schoonmaak</strong>journaal, 8 mei 2013<br />
Toenemend aantal schoonmakers leert Nederlands<br />
Het aantal schoonmakers dat Nederlands leert, neemt toe. De brancheorganisatie voor schoonmaak- en<br />
glazenwassersbedrijven (OSB) is tevreden over de tot nu toe behaalde resultaten.<br />
In de cao is afgesproken om aan het einde van dit jaar 800 schoonmakers opgeleid te hebben in de Nederlandse taal. Via<br />
de taalaanbieder Taal in de <strong>Schoonmaak</strong> hebben de werkgevers inmiddels bijna 500 schoonmakers in een taaltraject<br />
zitten. OSB vindt het belangrijk dat schoonmakers de Nederlandse taal goed beheersen. Hierdoor kunnen schoonmakers<br />
een vakopleiding volgen, beter functioneren in hun werk en het helpt bij integratie.<br />
Om een vakopleiding in de branche met succes te kunnen volgen, is Nederlands spreken een voorwaarde. Schoonmakers<br />
die Nederlands spreken, begrijpen instructies beter, bespreken problemen op het werk, werken veiliger en begrijpen de<br />
De schoonmaak 28
klant beter. Kortom: het helpt als je dezelfde taal spreekt. Ook helpt het in de privésituatie van de werknemer. Het<br />
spreken van de Nederlandse taal stimuleert de integratie in de Nederlandse same<strong>nl</strong>eving. Het onderlinge begrip neemt<br />
toe en het helpt de schoonmaker om zich thuis te voelen in ons land en zich verder te ontwikkelen.<br />
Nederlands leren is onderdeel van OSB-Keurmerk. OSB heeft in de cao afspraken gemaakt over het opleiden van<br />
schoonmakers en het leren van de Nederlandse taal. Daarmee is het een onderdeel van het OSB-Keurmerk. Dit<br />
keurmerk is op 1 januari jl. geïntroduceerd. Naast de cao maken de NEN 4400-1, de Code Verantwoordelijk Marktgedrag<br />
en enkele schoonmaakspecifieke eisen onderdeel uit van het keurmerk. Bij OSB-Keurmerkbedrijven zijn opdrachtgevers<br />
ervan verzekerd dat deze bedrijven brede vakkennis hebben, de administratie op orde hebben, belasting en premies<br />
betalen, eerlijk zaken doen en over de juiste verzekeringen beschikken.<br />
Meer informatie op www.taalindeschooonmaak.<strong>nl</strong><br />
Gedrag uit onmacht in plaats van onwil<br />
Eind 2012 organiseerde Savantis drie thema-avonden voor praktijkopleiders. Met het onderwerp ‘Gedrag uit onmacht in<br />
plaats van onwil’ focuste de trainer zich op bijzondere leerlingen met dyslexie of bijvoorbeeld ADHD of autisme. Van de<br />
72 deelnemers die een van de avonden bezochten was een aantal afkomstig uit de sector <strong>Schoonmaak</strong> en<br />
Glazenwassen.<br />
Bij een bijzondere leerling is vrijwel nooit sprake van gedrag uit onwil. Het is eerder onmacht. De leerling zoekt de<br />
grenzen op, kampt met een afnemende motivatie of realiseert zich onvoldoende wat een professionele houding inhoudt.<br />
Op de thema-avonden deelden de praktijkopleiders hun persoo<strong>nl</strong>ijke ervaringen rond dit onderwerp. Ook leerden ze aan<br />
de hand van filmpjes en oefeningen hoe ze de begeleiding van bijzondere leerlingen tot een succes kunnen maken.<br />
Alerter<br />
Een van de deelnemers aan de thema-avond bij ROC de Leijgraaf in Oss was Henri van Oorschot, praktijkopleider bij<br />
GWS dé schoonmaker. 'Als leidinggevende neem ik mensen aan voor projecten. Daarbij gaat het om verschillende<br />
soorten werknemers. Het zijn allemaal vakmensen, maar de een heeft misschien een wat lager niveau, de ander kampt<br />
met financiële problemen of is bijvoorbeeld heel druk. Door deel te nemen aan de thema-avond ben ik alerter geworden.<br />
Het is altijd makkelijk als je mensen aanneemt en op de werkvloer begeleidt, om te weten waarop je zoal moet letten en<br />
waarmee je rekening dient te houden.'<br />
De schoonmaak 29
Evaluatie<br />
Na afloop werden de bijeenkomsten aan de hand van evaluatieformulieren nog eens doorgenomen. De avonden werden<br />
beoordeeld met gemiddeld een 8. De trainer scoorde zelfs een 8,3. Al met al leidden de thema-avonden tot een beter<br />
begrip van deze bijzondere groep leerlingen, die vaak kwaliteiten hebben waarmee een bedrijf zijn voordeel kan doen.<br />
Bron: www.savantis.<strong>nl</strong><br />
4.3. Kansen voor NWW’ers<br />
Op basis van zijn polisadministratie heeft UWV in kaart gebracht uit welke sector NWW’ers die in de<br />
schoonmaak gaan werken, afkomstig zijn (tabel 24). Ook toont de tabel in welke sector NWW'ers die in<br />
de schoonmaak hebben gewerkt, een nieuwe bestemming vinden. In het eerste geval is de sector vóór<br />
NWW een andere dan de schoonmaak (in UWV-terminologie ‘reiniging’) en in het tweede geval gaat het<br />
om NWW’ers die eerder in de schoonmaak hebben gewerkt maar nu in een andere sector gaan werken.<br />
Tabel 24: Sector vóór NWW=schoonmaak, respectievelijk sector ná NWW=andere<br />
sector, 2010 en 2011<br />
Sector voor resp. na NWW<br />
Instroom vanuit<br />
Uitstroom uit NWW<br />
Saldo<br />
NWW in reiniging<br />
naar andere sector<br />
2010 2011 2010 2011 2010 2011<br />
Financiële en zakelijke<br />
dienstverlening (inclusief<br />
uitzenden)<br />
8.325 7.373 7.510 6.372 815 1.001<br />
Zorg en welzijn 1.125 994 662 554 463 440<br />
Handel 652 492 938 784 -286 -292<br />
Horeca 532 456 569 469 -37 -13<br />
Industrie 310 251 548 386 -238 -135<br />
Vervoer en opslag 277 256 269 189 8 67<br />
Overig 209 162 359 224 -150 -62<br />
Totaal 11.430 9.984 10.855 8.978 575 1.006<br />
Bron: UWV<br />
Uit tabel 24 zijn de volgende conclusies te trekken:<br />
• De meeste NWW’ers die in de schoonmaak gaan werken, zijn afkomstige uit de zakelijke<br />
dienstverlening (inclusief uitzenden). Dat waren er in 2010 8.325 en een jaar later 1.000 minder.<br />
• Relatief veel NWW’ers uit de zorg, en in mindere mate de sectoren Handel en Horeca, komen in de<br />
schoonmaak aan de slag.<br />
• De instroom (na NWW) in de schoonmaak is in 2011 ten opzichte van 2010 licht gegroeid: van 15.414<br />
naar 15.798.<br />
De schoonmaak 30
• De uitstroom (na NWW) van mensen die een schoonmaakbaan hadden naar een andere sector, is in<br />
2011 juist gekrompen ten opzichte van 2010.<br />
Op basis van tabel 24 kan het saldo tussen instroom en uitstroom worden berekend. De sector<br />
<strong>Schoonmaak</strong> is netto een instroomsector. Dat betekent dat er meer NWW’ers afkomstig uit een andere<br />
sector in de schoonmaak werk vinden dan andersom. In- en uitstroom zijn beide gedaald, maar het saldo<br />
van de twee is in 2011 bijna verdubbeld ten opzichte van 2010. Blijkbaar biedt de schoonmaak meer dan<br />
andere sectoren werkgelegenheidsperspectief voor niet-werkende werkzoekenden. De sector<br />
<strong>Schoonmaak</strong> trekt vooral ook mensen aan die voorheen een uitzendbaan hadden. De sector biedt dus<br />
perspectief op een opstap na de uitzendbaan. Ook is er een behoorlijke netto instroom vanuit de zorg.<br />
Daarentegen verliest de sector personele capaciteit aan de handel en industrie.<br />
Hieronder volgt een aantal voorbeelden van instroomprojecten voor doelgroepen, zoals langdurig<br />
werklozen, arbeidsgehandicapten of bijstandsgerechtigden.<br />
Het verschil maken. Sociale innovatie in de schoonmaakbranche<br />
TNO heeft onderzoek gedaan naar sociale innovatie in de schoonmaakbranche door de inzet van mensen met een<br />
afstand tot de arbeidsmarkt: langdurig werklozen en mensen met een arbeidsbeperking. Naast literatuuronderzoek zijn<br />
er interviews gehouden met schoonmaakbedrijven en is er een uitgebreide casestudie gedaan bij een bedrijf dat met<br />
succes werkt met relatief veel mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. De resultaten zijn neergelegd in het<br />
onderzoeksrapport ‘Het verschil maken. Sociale innovatie in de schoonmaakbranche door de inzet van mensen met een<br />
afstand tot de arbeidsmarkt’.<br />
Volgens de meeste geïnterviewden is het goed mogelijk om relatief veel mensen met afstand tot de arbeidsmarkt in te<br />
zetten. Het vereist echter wel visie en strategisch opereren. Veel bedrijven hebben er jaren over gedaan om het goed<br />
georganiseerd te krijgen. Zogenaamde doelgroepwerknemers zijn gebaat bij routine, om toch de benodigde flexibiliteit te<br />
handhaven kunnen reguliere schoonmakers ingezet worden als back-up. De voorkeur gaat meestal uit naar gemengde<br />
teams of duo’s, waarbij de reguliere schoonmakers de kar trekken. Een goede voorbereiding en strakke sturing zijn<br />
noodzakelijk. De onderzoekers hebben het vermoeden dat de productiviteit van doelgroepwerknemers kan toenemen<br />
met de juiste begeleiding, aansturing en organisatorische voorwaarden. Bovendien kan werken in de schoonmaak leiden<br />
tot ontwikkeling van werknemers- en vakvaardigheden. De reguliere schoonmakers die hen begeleiden kunnen<br />
specifieke begeleidende talenten ontplooien. Echter niet iedereen is geschikt of vindt het leuk om te werken met mensen<br />
met een afstand tot de arbeidsmarkt.<br />
Het rapport met tips en tricks is te vinden op www.kennisbanksocialeinnovatie.<strong>nl</strong>.<br />
Social Return: 100% instroom en 2% contracteis , gemeente Amsterdam<br />
Eind januari 2013 is de nieuwe aanbesteding <strong>Schoonmaak</strong> van de gemeente Amsterdam afgerond. Dit raamcontract<br />
bestaat uit 4 verschillende percelen: Sanitaire Voorzieningen, <strong>Schoonmaak</strong>, Kwaliteitscontrole en Glasbewassing. De<br />
aanbesteding is gegund aan de volgende partijen: CSU, Hectas, Asito, InTexSo en Vendor. Deze leveranciers verzorgen<br />
de komende 8 jaar de schoonmaak van tussen de 200 en 300 panden van de gemeente Amsterdam. In het kader van<br />
dit raamcontract zullen de leveranciers ook invulling geven aan Social Return. Eerder had de gemeenteraad expliciet<br />
aandacht gevraagd voor Amsterdammers met een arbeidsbeperking of afstand tot de arbeidsmarkt bij de eerstvolgende<br />
aanbesteding <strong>Schoonmaak</strong>.<br />
Binnen het <strong>Schoonmaak</strong>perceel in dit contract wordt in het kader van Social Return elke vacature die door natuurlijk<br />
verloop op de schoonmaakopdracht gedurende het contract vrij- komt, aangeboden aan iemand uit de doelgroep Social<br />
Return. Dit was een uitdrukkelijke wens van de Amsterdamse gemeenteraad bij deze aanbesteding. Leveranciers gaan<br />
voor de werving van deze kandidaten de samenwerking aan het met <strong>Werk</strong>geversservicepunt Groot-Amsterdam (WSP) en<br />
het Re-integratiebedrijf Amsterdam (RBA) / Herstelling, naast de eventuele eigen werving van geschikte<br />
schoonmaakmedewerkers.<br />
Daar bovenop investeren de leveranciers binnen dit perceel 2% van de opdrachtwaarde in de Social Return doelgroep.<br />
Bijvoorbeeld door een bijdrage aan de competentieontwikkeling, of scholing van kandidaten uit de doelgroep Social<br />
Return of begeleiding van kandidaten bij bijvoorbeeld RBA / Herstelling, waar zij worden klaargestoomd voor de plaatsing<br />
op een werkplek.<br />
Binnen de andere percelen is Social Return meegenomen als contracteis van 2% van de opdrachtwaarde als sociale<br />
investering in de toeleiding naar werk van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Deze 2% kan worden ingezet<br />
als ondersteuning van de 100% instroom van Social Return kandidaten.<br />
Doelgroep Social Return<br />
De doelgroep Social Return bestaat uit mensen die minstens drie maanden werkzoekend werkloos zijn en die als<br />
werkzoekende staan ingeschreven bij UWV . De werkzoekende heeft een uitkering van DWI of UWV (meestal WWB- of<br />
WW-uitkering), is voortijdig schoolverlater, of valt onder de WSW-,WGA/WIA/WAO-, Wajong- of NUG-regeling. Voor de<br />
doelgroep met SW indicatie geldt de eis van 3 maanden werkzoekend zijn niet.<br />
<strong>Schoonmaak</strong>pool<br />
Nieuw personeel dat valt binnen de Social Returndoelgroep kan door een opdrachtnemer zelf worden geworven, maar<br />
het schoonmaakbedrijf kan ook het <strong>Werk</strong>gevers Service Punt (WSP) inschakelen. Het WSP heeft hiervoor een<br />
<strong>Schoonmaak</strong>pool opgezet, dat onder andere kandidaten uit in principe de hele social returndoelgroep bij RBA /<br />
Herstelling voorbereidt op werken in de schoonmaakbranche.<br />
Meer informatie op: www.amsterdam.<strong>nl</strong>.<br />
De schoonmaak 31
Medewerkers productie stromen door naar schoonmaak<br />
In-, door- en uitstroom van medewerkers is speerpunt in het Amfors bedrijfsplan. Eind vorig jaar is het Amersfoortse<br />
leerwerkbedrijf Amfors gestart met een project, waarin medewerkers van het productiebedrijf doorstromen naar het<br />
schoonmaakbedrijf van Amfors. Het project is een succes! Inmiddels hebben 32 medewerkers de overstap gemaakt.<br />
Doorstromen naar een nieuwe werkplek, is voor veel medewerkers een grote verandering. Dus maken medewerkers<br />
stap voor stap kennis met het schoonmaakbedrijf. Medewerkers kiezen zelf of ze de overstap willen maken. Deelnemers<br />
aan het project volgden een zorgvuldig begeleid traject. Tijdens een startbijeenkomst leerden ze wat werken bij het<br />
schoonmaakbedrijf betekent. Amfors liet speciaal voor dit project een filmpje maken, waarin wordt getoond hoe leuk<br />
schoonmaakwerk is. Ook ouders, partners en begeleiders waren bij de bijeenkomst aanwezig. Na een snuffelstage van<br />
een week, werd gevraagd of ze de overstap willen maken. Maar liefst driekwart van hen koos voor het<br />
schoonmaakbedrijf en ging direct daarna op schoonmaakcursus. Inmiddels werken ze allemaal naar volle tevredenheid in<br />
groepjes op één van de projecten van Amors bij een externe werkgever.<br />
10 april 2013, bron: www.amfors.<strong>nl</strong><br />
Box: Convenanten UWV met schoonmaakbedrijven<br />
UWV sluit convenanten met bedrijven in de schoonmaak af. Twee voorbeelden:<br />
Intentieverklaring met Vebego<br />
Deze intentieverklaring dient als raamovereenkomst tussen UWV en Vebego en zijn werkmaatschappijen. De intentie van<br />
Vebego is om zijn dochters te stimuleren om vacatures zoveel mogelijk in te vullen met werkzoekenden van UWV. Dit<br />
sluit aan bij de visie van Vebego op maatschappelijk verantwoord ondernemen. Partijen spannen zich in om werkplekken<br />
beschikbaar te stellen voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt.<br />
Convenant met ISS<br />
ISS Facility Services en UWV zijn een partnership aangegaan. Zowel bij ISS als bij UWV draait de dienstverlening om<br />
mensen. Door een goede samenwerking tussen regionale vestigingen van beide organisaties is het mogelijk om<br />
werkzoekenden snel bij ISS te plaatsen. In het convenant tussen ISS en UWV, dat op 25 februari 2013 werd getekend,<br />
zijn daarover afspraken gemaakt. Elk jaar stelt ISS 100 arbeidsplaatsen beschikbaar voor werkzoekenden ouder dan 55<br />
jaar of met een Wajonguitkering.<br />
De schoonmaak 32
4.4. Uitstroomprofiel<br />
In opdracht van UWV heeft het CBS voor twintig sectoren een uitstroomprofiel opgesteld. Daarin wordt<br />
beschreven welke bestemming werknemers uit de schoonmaak hebben gevonden: een baan in een<br />
andere sector, pensioen, uitkeringsgerechtigd et cetera. De gegevens hebben betrekking op het (crisis-<br />
)jaar 2010 8 . Tabel 25 toont de uitkomsten.<br />
De belangrijkste conclusies die uit deze tabel kunnen worden getrokken, zijn:<br />
• De uitstroom naar een andere sector is iets lager dan gemiddeld en is tussen 2000 en 2010 wat<br />
gedaald. Die daling geldt overigens ook voor andere sectoren.<br />
• Er is vooral uitstroom naar een uitzendbaan en – nog sterker – naar de zorg. Uitstroom naar de zorg<br />
is tussen 2000 en 2010 bijna verdubbeld. Dit kan duiden op een toename van de uitstroom naar de<br />
thuiszorg.<br />
• De uitstroom naar een uitkering is in de schoonmaaksector (veel) hoger dan in andere sectoren.<br />
Uitstroom naar de WW is weliswaar iets lager dan gemiddeld, maar wel verviervoudigd. De uitstroom<br />
8 De tabel laat de status van een persoon zien op twee peilmomenten: één in 2010 en één in 2009. Tussen deze momenten<br />
kan de persoon meer dan één keer van positie hebben gewisseld (bijvoorbeeld werkend-uitkering-werkend).<br />
De schoonmaak 33
naar AO is iets hoger dan gemiddeld, maar wel behoorlijk afgenomen. De uitstroom naar een<br />
bijstandsuitkering is veel hoger dan gemiddeld, en ook nog toegenomen tussen 2000 en 2010. Veel<br />
schoonmakers hebben kleine contracten, van weinig uren. Dan bestaat de kans dat zij met een WWuitkering<br />
onder het bestaansminimum blijven en terugvallen op een bijstandsuitkering.<br />
• De uitstroom naar niet-uitkeringsgerechtigd ligt op een veel hoger niveau dan bij andere sectoren,<br />
maar is wel gedaald.<br />
• Daarentegen ligt de uitstroom naar pensioen veel lager dan gemiddeld, maar is tussen 2000 en 2010<br />
wel verviervoudigd.<br />
Tabel 25: Uitstroomprofiel schoonmaak: percentage uitstromers uit de <strong>Schoonmaak</strong><br />
naar bestemming<br />
Herkomst 2000 2010 Niveau t.o.v.<br />
alle sectoren<br />
Trend<br />
Schoon-<br />
Alle<br />
Schoon-<br />
Alle<br />
maak<br />
sectoren<br />
maak<br />
sectoren<br />
Andere sector<br />
53%<br />
61% 48%<br />
54% - -<br />
w.v.<br />
Uitzendbranche<br />
Zorg<br />
Horeca<br />
Bouw<br />
Overige zakelijke<br />
dienstverlening<br />
Detailhandel<br />
12%<br />
6%<br />
4%<br />
2%<br />
6%<br />
10%<br />
11%<br />
4%<br />
3%<br />
3%<br />
3%<br />
Naar student 3% 4% 4% 5% - +<br />
Uitkering<br />
19%<br />
11%<br />
23%<br />
18%<br />
++<br />
+<br />
w.v.<br />
WW<br />
2%<br />
3%<br />
8%<br />
10%<br />
-<br />
++<br />
AO<br />
6%<br />
4%<br />
3%<br />
2%<br />
+<br />
--<br />
Bijstand<br />
4%<br />
1%<br />
6%<br />
2%<br />
++<br />
+<br />
Anders<br />
6%<br />
4%<br />
6%<br />
4%<br />
+<br />
0<br />
NUG/overig<br />
23%<br />
15%<br />
18%<br />
12%<br />
++<br />
-<br />
w.v. migrant<br />
2%<br />
3%<br />
2%<br />
2%<br />
0<br />
0<br />
Naar zelfstandigen 3% 4% 4% 4% 0 0<br />
Naar pensioen/VUT 1% 4% 3% 6% -- ++<br />
Totaal uitstroom 31.210 686.350 25.360 584.110<br />
Als % werkgelegenheid 31,4% 11,4% 22,2% 9,0% ++ --<br />
Bron: UWV<br />
4.5. De regio centraal<br />
Op verzoek van UWV heeft het CBS een maatwerktabel gemaakt, waarin het aantal banen naar sector en<br />
regio wordt weergegeven. Het betreft de stand per december 2011. Er zijn 35 arbeidsmarktregio’s<br />
onderscheiden. Het CBS hanteert een ondergrens van 1.000 banen per regio. Zijn het er minder, dan<br />
worden de gegevens niet getoond. In tabel 26 zijn <strong>Schoonmaak</strong> (144.000 banen) en<br />
Landschapsverzorging (16.000) samengevoegd, zodat het totaal aantal banen optelt tot iets meer dan<br />
160.000.<br />
De opbouw van tabel 26 is als volgt:<br />
Kolom 1 toont de arbeidsmarktregio.<br />
Kolom 2 toont het aantal banen per 31 december 2011.<br />
Kolom 3 geeft aan welk aandeel de regio inneemt in de totale werkgelegenheid in de schoonmaak.<br />
Gemiddeld is dat 2,86% (100:35). Met kleur is aangegeven of de betreffende arbeidsmarktregio daar<br />
boven of beneden zit.<br />
De schoonmaak 34
Kolom 4 geeft aan welk aandeel de schoonmaak heeft in de regionale werkgelegenheid. Gemiddeld is dat<br />
2,0% (160.200 banen schoonmaak:7.904.600 banen alle sectoren). Met kleur is aangegeven of de<br />
betreffende regio daar boven of beneden zit.<br />
Dan weer terug naar kolom 1: met kleur is aangegeven of de betreffende sector in de regio een<br />
belangrijke speler is of juist niet. Basis hiervoor vormen de uitslagen van de kolommen 3 en 4.<br />
Hieronder wordt de legende weergegeven.<br />
Legenda kolom 3 en 4<br />
Veel hoger dan gemiddeld<br />
Hoger dan gemiddeld<br />
Gelijk<br />
Lager dan gemiddeld<br />
Veel lager dan gemiddeld<br />
Legenda kolom 1<br />
Heel belangrijk<br />
Belangrijk<br />
Gemiddeld<br />
Minder belangrijk<br />
Veel minder belangrijk<br />
Tabel 26 laat zien dat de sector <strong>Schoonmaak</strong> in de volgende arbeidsmarktregio’s (heel) belangrijk is:<br />
Heel belangrijk:<br />
1. Midden-Gelderland<br />
2. Midden-Utrecht<br />
3. Groot-Amsterdam<br />
4. Rijnmond<br />
Belangrijk<br />
1. Twente<br />
2. West-Brabant<br />
3. Noord-Oost-Brabant<br />
4. Zuid-Oost-Brabant<br />
In de andere arbeidsmarktregio’s speelt de schoonmaak in de werkgelegenheid een minder belangrijke<br />
rol. Overigens kunnen er dan toch redenen zijn om wel in de schoonmaak aan de slag te gaan. Het aantal<br />
vacatures bijvoorbeeld (naar sector en regio voor de schoonmaak niet bekend) of het eerder geschetste<br />
ondernemersvertrouwen, dat sterk per regio verschilt.<br />
De schoonmaak 35
Tabel 26: <strong>Werk</strong>gelegenheid in de schoonmaak naar arbeidsmarktregio<br />
Arbeidsmarktregio Aantal banen (x1.000) Percentueel aandeel in<br />
wg. schoonmaak<br />
Percentueel aandeel in wg.<br />
arbeidsmarktregio<br />
Groningen 5.4 3,4% 1,7%<br />
Friesland 3.6 2,2% 1,4%<br />
Drenthe 1.8 1,1% 1,7%<br />
IJsselVechtstreek x x x<br />
Twente 6.1 3,8% 2,2%<br />
Stedendriehoek x x x<br />
Midden-Gelderland 5.8 3,6% 3,1%<br />
Food Valley 2.5 1,6% 1,8%<br />
Zuid-Gelderland 1.7 1,1% 1,2%<br />
Achterhoek x x x<br />
Riviere<strong>nl</strong>and 1.8 1,1% 1,8%<br />
Flevoland x x x<br />
Gooi en Vechtstreek 3.0 1,9% 2,8%<br />
Midden-Utrecht 13.1 8,1% 2,7%<br />
Oost-Utrecht x x x<br />
Noord-Holland-Noord 3.4 2,1% 1,4%<br />
Zuid-Kennemerland 1.9 1,2% 1,3%<br />
Zaanstreek-Waterland 2.5 1,6% 2,4%<br />
Groot-Amsterdam 18.9 11,7% 2,3%<br />
Holland-Rij<strong>nl</strong>and 2.9 1,8% 1,3%<br />
Midden-Holland 1.8 1,1% 2,0%<br />
Haaglanden 5.4 3,4% 1,3%<br />
Zoetermeer 1.5 0,9% 1,3%<br />
Rijnmond 15.2 9,4% 2,4%<br />
Drechtsteden 2.1 1,3% 1,8%<br />
Gorinchem x x x<br />
Zeeland 4.2 2,6% 2,7%<br />
West-Brabant 7.5 4,7% 2,4%<br />
Helmond-De Peel 1.2 0,7% 1,3%<br />
Midden-Brabant 2.5 1,6% 1,2%<br />
Noord-Oost-Brabant 6.2 3,9% 2,1%<br />
Zuid-Oost-Brabant 10.4 6,5% 3,6%<br />
Noord-Limburg 2.0 1,2% 1,5%<br />
Midden-Limburg 1.9 1,2% 1,4%<br />
Zuid-Limburg 5.5 3.4% 2.1%<br />
Totaal/Gemiddeld 160.200 2,85% 2,0%<br />
Bron: UWV<br />
De schoonmaak 36
De schoonmaak 37
5. Conclusie<br />
De schoonmaakmarkt staat onder druk. De omzet stagneert, de werkgelegenheid groeit niet meer en het<br />
aantal vacatures is afgenomen. Deze ontwikkeling is het gevolg van het feit dat bedrijven en instellingen<br />
schoonmaak en onderhoud uitstellen, inkrimpen of combineren met andere facilitaire dienstverlening. In<br />
de sector wordt gezame<strong>nl</strong>ijk gewerkt aan het verbeteren van het prijsniveau en het tegengaan van<br />
ontduiking van aanbestedingsnormen (de Code Verantwoordelijk Marktgedrag) en aan het kaf van het<br />
koren scheiden (OSB-Keurmerk, Glazenwassersregister).<br />
Ook in sociaal opzicht wordt veel ondernomen dat een positieve invloed heeft op de kwaliteit van werken<br />
in de sector <strong>Schoonmaak</strong>. Zo is de Basis(vak)opleiding <strong>Schoonmaak</strong> verplicht gesteld, wordt gewerkt aan<br />
verbetering van het taalniveau en volgen meer leerlingen dan voorheen een mbo-opleiding. Daarmee<br />
wordt de schoonmaak een aantrekkelijker sector voor nieuwe instroom.<br />
Dat is ook nodig want de komende jaren neemt de vergrijzing verder toe. Dat zorgt voor een groeiende<br />
vervangingsvraag. De schoonmaaksector vraagt ook om een ander type werknemer omdat er sprake is<br />
van diversificatie, van toename van de dagschoonmaak en van de combinatie van schoonmaaktaken met<br />
andere werkzaamheden, zoals onderhoud en catering. Er ontstaan ook nieuwe functies zoals hospitality<br />
comfort-medewerker.<br />
De sector <strong>Schoonmaak</strong> biedt nu en in de toekomst perspectief aan veel groepen mensen; voor<br />
werkzoekenden die nu langs de kant staan, maar ook voor bijvoorbeeld ouderen. De sector biedt tevens<br />
instroomperspectieven voor uitzendkrachten en er stromen ook veel niet-uitkeringsgerechtigden die als<br />
NWW’er ingeschreven staan, in de sector in.<br />
Er is nog veel werk aan de winkel. Uit de beschreven praktijkvoorbeelden blijkt dat de sector haar<br />
maatschappelijke verantwoordelijkheid oppakt en daarmee een goede bijdrage kan leveren aan het<br />
creëren van arbeidsmarkt- en werkgelegenheidsperspectieven op verschillende niveaus.<br />
De schoonmaak 38
De schoonmaak 39
Literatuurlijst<br />
ABN-AMRO (2012), Sectorschets schoonmaakedrijven<br />
CBS (2012, 2013), Kwartaalmonitor schoonmaakbedrijven<br />
CBS (2013), Conjunctuurenquête<br />
Cleantotaal (2013), De Nederlandse schoonmaakmarkt in Europees perspectief<br />
Consumentenbondnieuws, 22 april 2013<br />
FNV Bondgenoten (2009), Schoon genoeg, op naar een betere toekomst voor de schoonmaaksector<br />
ING (2013), Sectoren in economisch perspectief 2013<br />
ING(2012), Kwartaalbericht Facilitaire dienstverlening<br />
IVA (2009), Ontwikkelingen in de schoonmaakbranche<br />
KOCK (2007), SW in de schoonmaak<br />
Rabobank (2013), Cijfers en trends 2013, schoonmaakbedrijven<br />
ROA (2011), Arbeidsmarkt naar opleiding en beroep 2016<br />
RWI (2011), Sectorale arbeidsmarktinformatie, schoonmaakbedrijven<br />
Savantis (2013), Rapportage Arbeidsmarkt- en Onderwijsinformatie 2012<br />
Savantis (2011), Rapportage Arbeidsmarkt- en Onderwijsinformatie 2010-2011<br />
Schooonmaakjournaal, 8 mei 2013<br />
TNO (2010), Het verschil maken, sociale innovatie door de inzet van mensen met een astand tot de<br />
arbeidsmarkt<br />
UWV (2011), Vacatures in Nederland 2011<br />
Vereniging Facility Management Nederland (2012), De Nederlandse Facility Management Markt 2012<br />
De schoonmaak 40
De schoonmaak 41
Bijlage I<br />
Sociale organisatie in de<br />
schoonmaak<br />
Cao<br />
Naam<br />
Cao <strong>Schoonmaak</strong>- en<br />
glazenwassersbedrijf<br />
Aantal<br />
werknemers<br />
OSB<br />
Aantal<br />
werknemers<br />
totaal<br />
Ingangsdatum<br />
Expiratiedatum<br />
113.300 150.700 1.1.2012 1.1.2014<br />
In de sector <strong>Schoonmaak</strong> geldt één cao. Er vallen ruim 150.000 werknemers onder. Ruim 113.000<br />
daarvan werken voor bedrijven die bij de Ondernemersorganisatie voor <strong>Schoonmaak</strong>- en Bedrijfsdiensten<br />
(OSB) zijn aangesloten. De cao <strong>Schoonmaak</strong> wordt aan werkgeverszijde door de OSB en aan<br />
werknemerszijde door FNV Bondgenoten en CNV Vakmensen getekend. Het secretariaat berust bij de<br />
Raad voor Arbeidsverhoudingen <strong>Schoonmaak</strong> en Glazenwassersbranche (RAS).<br />
<strong>Werk</strong>gevers- en werknemersorganisaties<br />
OSB<br />
De Ondernemersorganisatie <strong>Schoonmaak</strong>- en Bedrijfsdiensten (OSB) is de werkgeversorganisatie van de<br />
schoonmaak- en glazenwassersbranche in Nederland. De OSB behartigt de belangen van 500 leden die<br />
80 procent van de totale omzet van de markt realiseren. Het gaat om bedrijven die zich voornamelijk op<br />
de zakelijke markt richten en die zich bezighouden met de schoonmaak van kantoren, glazenwassen,<br />
gevelbehandeling, reiniging na calamiteiten, reiniging van treinen, vliegtuigen en scholen en reiniging in<br />
de voedingsmiddelenindustrie.<br />
Al ruim dertig jaar werkt de OSB aan een sterke en aantrekkelijke branche, waarbij integriteit,<br />
betrouwbaarheid, transparantie en kwaliteit speerpunten zijn. De schoonmaak- en glazenwassersbranche<br />
is dynamisch. Dat komt onder meer door ontwikkelingen op het gebied van arbeidsmarkt, imago,<br />
veiligheid en milieu. OSB-leden moeten zich houden aan strenge eisen op het gebied van<br />
arbeidsvoorwaarden, afdracht van sociale premies, de gedragscode schoonmaakbranche, veiligheid op de<br />
werkvloer en schoonmaakspecifieke zaken. Alle OSB-leden moeten vanaf 1 januari 2014 voldoen aan de<br />
voorwaarden om het OSB-Keurmerk te hebben.<br />
RAS<br />
Stichting Raad voor Arbeidsverhoudingen <strong>Schoonmaak</strong>- en Glazenwassersbranche (RAS) is in 1991<br />
opgericht door de sociale partners (CNV Vakmensen, FNV Bondgenoten en OSB).<br />
Belangrijke taak van de RAS is het adviseren van de branche en toezien op de naleving en toepassing van<br />
de cao-afspraken. De RAS initieert en financiert activiteiten en projecten op het gebied van<br />
De schoonmaak 42
arbeidsvoorwaarden en het toezicht op naleving van de cao, op arbeidsomstandigheden en opleidingen;<br />
voor zowel werkgevers als werknemers.<br />
FNV Bondgenoten<br />
FNV Bondgenoten maakt zich hard voor goede arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden voor al het<br />
personeel in de sector industrie, metaal, vervoer, agrarisch, handel of diensten. FNV Bondgenoten is ook<br />
in de sector <strong>Schoonmaak</strong> actief. Met ruim 14.000 leden is het de grootste vakbond in deze sector. FNV<br />
Bondgenoten heeft een <strong>Schoonmaak</strong>parlement, waarin vertegenwoordigers van schoonmakers zitting<br />
hebben en dat de koers bij bijvoorbeeld acties bepaalt. De website www.schoongenoeg.nu biedt nieuws<br />
en beoogt ook jonge schoonmakers op een aantrekkelijke manier te benaderen. Via de RAS, de Code<br />
Verantwoord Marktgedrag en andere initiatieven draagt FNV Bondgenoten bij aan goede<br />
arbeidsverhoudingen in de sector.<br />
FNV Bondgenoten is een vereniging en bestaat uit een hoofdbestuur en een bondsraad. De<br />
werkorganisatie zorgt ervoor dat het beleid, zoals uitgestippeld door de bondsraad, wordt uitgevoerd. FNV<br />
Bondgenoten is lid van de Federatie Nederlandse Vakverenigingen (FNV). Via deze federatie neemt de<br />
bond deel aan de Sociaal-economische Raad (SER) en de Stichting van de Arbeid (StvdA), en is de bond<br />
actief op landelijk niveau (onder meer om te lobbyen in de politiek). SER en StvdA zijn overlegorganen<br />
waar vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers belangrijke maatschappelijke onderwerpen<br />
bespreken en daarover advies geven aan de regering.<br />
CNV Vakmensen<br />
CNV Vakmensen is met 135.000 leden de grootste bond binnen het CNV. CNV Vakmensen behartigt de<br />
belangen van werkenden en niet-werkenden op het gebied van arbeid en inkomen. Dat doet de bond<br />
vanuit een christelijk sociale gedachte.<br />
CNV Vakmensen is een democratische organisatie. Leden krijgen de gelegenheid en worden uitgenodigd<br />
mee te denken, te praten en te beslissen over beleid. De bondsraad is het hoogste orgaan. Er zitten<br />
vertegenwoordigers van vakgroepbesturen en besturen van platforms in. Daarmee zijn de leden van CNV<br />
Vakmensen via de lijn van de cao en via de regio vertegenwoordigd in de bondsraad. In de raad zitten<br />
ook vertegenwoordigers van de Anders Actieven Raad en de Seniorenraad.<br />
Kennisorganisaties en opleidingsinstituten<br />
Savantis<br />
Savantis is een van de zeventien Kenniscentra Beroepsonderwijs Bedrijfsleven.<br />
Savantis werkt voor vier sectoren:<br />
• Schilderen en Onderhoud<br />
• Afbouw<br />
• Reclame, Presentatie en Communicatie<br />
De schoonmaak 43
• <strong>Schoonmaak</strong> en Glazenwassen<br />
Het register van erkende leerbedrijven telt meer dan 9.000 ondernemingen, waar ruim 9.000 leerlingen<br />
en stagiairs uit het middelbaar beroepsonderwijs het praktijkdeel van hun opleiding volgen. Savantis<br />
verzorgt ook praktijk- en theorietrainingen, met jaarlijks 5.000 deelnemers.<br />
Savantis is zowel een kennis- als een vakcentrum. Als kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven<br />
heeft het wettelijke taken. Als vakcentrum Afbouw en Onderhoud, Presentatie en Communicatie richt het<br />
zich op andere activiteiten.<br />
Tot de wettelijke taken behoort de erkenning van leerbedrijven. Ook ontwikkelt en onderhoudt Savantis<br />
de kwalificatiedossiers. Zo'n dossier beschrijft de inhoud van een beroep en de competenties, kennis en<br />
vaardigheden die voor een beginnende beroepsbeoefenaar nodig zijn. Bovendien is Savantis actief op het<br />
gebied van arbeidsmarktinformatie.<br />
Als vakcentrum voert Savantis andere taken uit, zoals examinering, training en de ontwikkeling van<br />
lesmateriaal.<br />
VSR<br />
De Vereniging <strong>Schoonmaak</strong> Research (VSR) is het onafhankelijke platform voor professioneel<br />
schoonmaken. Als kennisinstituut voor alle marktpartijen op het gebied van schoonmaakonderhoud<br />
streeft VSR al dertig jaar naar objectivering en professionalisering van het schoonmaakvak door middel<br />
van onderzoek, voorlichting en opleiding. De vereniging is een dwarsdoorsnede van de totale<br />
schoonmaakbranche en heeft circa 270 leden. Zowel opdrachtgevers als schoonmaakbedrijven,<br />
leveranciers van schoonmaakapparatuur en -middelen, adviesbureaus en onderwijsinstellingen zijn lid van<br />
VSR.<br />
De aangesloten organisaties hebben toegang tot de studies en onderzoeken van VSR op het gebied van<br />
schoonmaakmethoden en -technieken, kwaliteitssystemen en het functioneren van mensen, organisaties<br />
en markten binnen de schoonmaakdienstverlening.<br />
SVS<br />
SVS is een van de opleidingsinstituten in de schoonmaak en marktleider. Verder zijn onder meer bekend:<br />
Carling, DOC, UL Team, Studieplan NL, Alpheios en Top4you. SVS is door vertegenwoordigers van<br />
werkgevers en werknemers als brancheopleidingsinstituut in 1977 opgericht. Doel van SVS is het<br />
stimuleren, organiseren en uitvoeren van opleidingen voor werknemers in ondernemingen die zich<br />
bezighouden met professioneel schoonmaakonderhoud. Door een praktijkgerichte aanpak en door de<br />
belangen van de schoonmaakbranche en opdrachtgevers voorop te stellen, is SVS sinds jaar en dag<br />
hét opleidingsinstituut voor de schoonmaakbranche. In januari 2011 legde de 100.000ste cursist met<br />
succes haar examen af bij het opleidingsinstituut. Jaarlijks begroet SVS nu zo’n 7.000 cursisten. Daarvoor<br />
staan 25 SVS-medewerkers en ruim 200 vakdocenten klaar. Samen verzorgen ze meer dan 60 vak-,<br />
kader- en managementopleidingen. Meer informatie op www.svs-opleidingen.<strong>nl</strong>.<br />
De schoonmaak 44
Relevante links en vacaturesites<br />
Links<br />
www.osb.<strong>nl</strong><br />
Website van de Ondernemersorganisatie <strong>Schoonmaak</strong>- en Bedrijfsdiensten (OSB).<br />
www.fnvbondgenoten.<strong>nl</strong><br />
Website van FNV Bondgenoten.<br />
www.cnvvakmensen/schoonmaak<br />
Website van CNV Vakmensen <strong>Schoonmaak</strong>.<br />
www.pensioenschoonmaak.<strong>nl</strong><br />
Alles over pensioenregeling en pensioenfonds in de schoonmaak.<br />
www.zowerkjeprettiger.<strong>nl</strong><br />
De arbocatalogus voor de schoonmaak- en glazenwassersbranche.<br />
www.codeverantwoordelijkmarktgedrag.<strong>nl</strong><br />
Alle informatie over de Code Verantwoordelijk Marktgedrag in de <strong>Schoonmaak</strong>- en Glazenwassersbranche.<br />
www.savantis.<strong>nl</strong><br />
Alle informatie over het beroepsonderwijs in de <strong>Schoonmaak</strong>- en Glazenwassersbranche.<br />
www.hba.<strong>nl</strong><br />
Website van het Hoofdbedrijfschap Ambachten (HBA). Bij het HBA zijn diverse branches aangesloten,<br />
waaronder de Glazenwassersbranche.<br />
www.vsr-org.<strong>nl</strong><br />
Website van de Vereniging <strong>Schoonmaak</strong> Research (VSR), het platform voor professioneel schoonmaken.<br />
www.nvz.<strong>nl</strong><br />
Website van de Nederlandse Vereniging van Zeepfabrikanten (NVZ), de branchevereniging van<br />
producenten/importeurs van was-, reinigings-, desinfectie, bleek- en onderhoudsmiddelen en<br />
professionele reinigingsmachines. NIFM is de sectie van de NVZ die zich bezighoudt met de professionele<br />
schoonmaak.<br />
Vacaturesites<br />
www.baanmetuitzicht.<strong>nl</strong><br />
Informatie over het werk van glazenwassers en vacatures.<br />
De schoonmaak 45
Colofon<br />
Uitgave<br />
UWV Afdeling arbeidsmarktinformatie en -advies<br />
Postadres<br />
Postbus 58285<br />
1040 HG Amsterdam<br />
I<strong>nl</strong>ichtingen<br />
Tel. 06-22947956<br />
Redactie<br />
Kees van Uitert<br />
Mechelien van der Aalst<br />
Disclaimer<br />
Alles uit deze uitgave mag worden overgenomen, graag zelfs, maar gebruikt u wel de bronvermelding.<br />
UWV © 2013<br />
De schoonmaak 46
Einde rapport<br />
De schoonmaak 47