03.01.2015 Views

Mattheus l:l-16 en Lukas III: 23-38 - dewoesteweg.nl

Mattheus l:l-16 en Lukas III: 23-38 - dewoesteweg.nl

Mattheus l:l-16 en Lukas III: 23-38 - dewoesteweg.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

toegebracht noch kunn<strong>en</strong> roem<strong>en</strong> het verdi<strong>en</strong>d te hebb<strong>en</strong>. Alle mond<br />

moet gestopt word<strong>en</strong> <strong>en</strong> wiJ moet<strong>en</strong> verstaan, Ja belijd<strong>en</strong>, dat God,<br />

zonder acht te slaan op onze person<strong>en</strong> maar <strong>en</strong>kel uit medeliJd<strong>en</strong><br />

met onze ell<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, Ziin onbegriipelijke barmhartigheid aan ons<br />

besteedt.<br />

Mattheiis komt dan verder biJ koning David. En inderdaad heeft<br />

hij hier de geslachtslijst van onz<strong>en</strong> Heere Jezus Christus in drie<br />

deel<strong>en</strong> verdeeld. Van Abraham tot David stelt hij veerti<strong>en</strong> geslacht<strong>en</strong>.<br />

Vanaf David totdat het volk verbann<strong>en</strong> werd uit het land Kanaán<br />

<strong>en</strong> naar Babylonië overgebracht, veerti<strong>en</strong> geslacht<strong>en</strong>. (Niet dat er<br />

niet meer zijn geweest, maar hij verdeelt ze in drieën, opdat de<br />

herinnering aan h<strong>en</strong>, die in de heilige geschied<strong>en</strong>is word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd,<br />

te vaster zou zijn). En vandaar tot aan Jezus Christus andere veerti<strong>en</strong><br />

geslacht<strong>en</strong>. Ziet daar, wat wij hebb<strong>en</strong> op te merk<strong>en</strong>: Matthei.is<br />

heeft in d<strong>en</strong> persoon van David will<strong>en</strong> aanwiJz<strong>en</strong>, dat<br />

God in het einde heeft opgehelderd, wat duister was, <strong>nl</strong>. dat Hij<br />

e<strong>en</strong> koning zou verwekk<strong>en</strong>, die voor eeuwig zou regeer<strong>en</strong>. HiJ had<br />

dat tevor<strong>en</strong> beloofd, zelfs door d<strong>en</strong> mond van Jakob, zooals wiJ al<br />

aangestipt hebb<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> merkte het intussch<strong>en</strong> niet, dat Juda voor<br />

altijd moest rege<strong>en</strong><strong>en</strong>. Weliswaar is hij in achting geblev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> to<strong>en</strong><br />

m<strong>en</strong> Kanaán moest binn<strong>en</strong>trekk<strong>en</strong>, liet m<strong>en</strong> hem aan de spits gaan,<br />

gelijk wij dat ook zi<strong>en</strong> bij het eerste oÍfer dat in het heiligdom ge<br />

bracht werd <strong>en</strong> bij andere geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>. Zoo is dus die eere e<strong>en</strong>igermate<br />

geblev<strong>en</strong>. Maar toch was er eindelijk scepter noch kroon,<br />

er was ge<strong>en</strong> koningschap noch rijk, om nu te zegg<strong>en</strong>, dat m<strong>en</strong><br />

aan dit geslacht van Juda gehoorzaamde. Wie meer is, dat is Saul<br />

uit het geslacht van B<strong>en</strong>jamin, die door het volk tot koning verkoz<strong>en</strong><br />

ls, zij het ook in d<strong>en</strong> weg van opstand <strong>en</strong> ongevoegelijkheid. Niet<br />

zonder red<strong>en</strong> zegt Mattheiis hier, dat eindelijk de koning Davld uit<br />

Jessa is voortgekom<strong>en</strong>, alsof hij zegg<strong>en</strong> wilde, dat m<strong>en</strong> in d<strong>en</strong> persoon<br />

van David leert verstaan, dat Jezus waarlijk de Verlosser is, op wi<strong>en</strong><br />

de vader<strong>en</strong> hoopt<strong>en</strong>" En waarom Naardi<strong>en</strong> wtj de beloft<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>,<br />

die aan Davld betreff<strong>en</strong>de zijn opvolgers gedaan fin, dat, z.oo.<br />

lang als de zon <strong>en</strong> de maan aan d<strong>en</strong> hemel zoud<strong>en</strong> staan, altijd die<br />

troonzetel door Gods onverwi<strong>nl</strong>ijke kracht zou staande gehoud<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. Zlet dan nu onz<strong>en</strong> Heere Jezus Christus, Die uit hem<br />

voortkomt. Zoo moet<strong>en</strong> wij tot de slotsom kom<strong>en</strong>, dat de duurzaamheid<br />

waarvan de Schrift spreekt, slechts in Jezus Christus gevond<strong>en</strong><br />

wordt. Want wlj zi<strong>en</strong> ÍeiteliJk, dat weldra na David, <strong>nl</strong>. na de overtredlng<br />

van Salomo, het ko<strong>nl</strong>nkrijk vervall<strong>en</strong> ls <strong>en</strong> er slechts e<strong>en</strong><br />

90<br />

Iileln gedeelte van overgeblev<strong>en</strong> ls. T<strong>en</strong> slotte is alles uitgeplunderd<br />

<strong>en</strong> verwoest. Jeruzalem is met d<strong>en</strong> grond geliJk gemaakt, de tempel<br />

ls verbrand, <strong>en</strong>, wat e<strong>en</strong> verschrikkeliJk ding was om aan te zl<strong>en</strong>,<br />

de arme Jod<strong>en</strong> ziJn her- <strong>en</strong> derwaarts verstrooid, <strong>en</strong> <strong>nl</strong>et alle<strong>en</strong> opgejaagd<br />

als kaf voor d<strong>en</strong> wind maar ln zoo groote schande<br />

geraakt, dat zii, zooals m<strong>en</strong> zegt, tot voetveeg zijn geword<strong>en</strong>, iedere<strong>en</strong><br />

leek wel d<strong>en</strong> voet hun op d<strong>en</strong> strot te zett<strong>en</strong>. zoo was hun toestand.<br />

Daarom moet<strong>en</strong> wij, om de vervulltng te vind<strong>en</strong> van wat meermal<strong>en</strong><br />

voorzegd is, <strong>nl</strong>. dat God e<strong>en</strong> Koninkrijk zou opricht<strong>en</strong> waarvan HiJ<br />

de Beschermer zou ziin, e<strong>en</strong> IIem toegewijd Koninkriik dat aan Zijn<br />

MaJesteit <strong>en</strong> in Zijn Naam zou word<strong>en</strong> opgedrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> waaruit Hij<br />

d<strong>en</strong> verlosser zou do<strong>en</strong> voortkom<strong>en</strong>, terecht kom<strong>en</strong> bij onz<strong>en</strong> Heere<br />

Jezus christus, die uit Davids geslacht is gesprot<strong>en</strong>. Zietdaar dan,<br />

waarom David hier als koning betiteld wordt.<br />

verder zal m<strong>en</strong> ook niet vind<strong>en</strong>, dat David verdi<strong>en</strong>de zóó vermaard<br />

te word<strong>en</strong>. Daarom verhaalt de Evangelist uitdrukkeliJk, dat<br />

Salomo gewonn<strong>en</strong> is uit haar, die Uria,s huiswouw is geweest.'Ziet<br />

daar e<strong>en</strong> bedrijf zoo buit<strong>en</strong>sporig als er ooit zou kunn<strong>en</strong> begaan<br />

word<strong>en</strong>. lVant David verraadt, voorzoover het aan trem lag, het<br />

leger Gods <strong>en</strong> roept zulk e<strong>en</strong> wraak tn over ziin hoofd, Oai treel<br />

het volk door de ongeloovig<strong>en</strong> kon verslag<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Zijn onderhoorlge,<br />

die zijn lev<strong>en</strong> voor hem waagt teg<strong>en</strong> zijne vijand<strong>en</strong>, die<br />

zelÍs e<strong>en</strong> dapper <strong>en</strong> vermaard man was, verrooeh<strong>en</strong>t zichzerf <strong>en</strong> al<br />

ziin geriefeliJkhed<strong>en</strong> om zijn koning <strong>en</strong> heel het volk te di<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

-<br />

toch ontrooÍt m<strong>en</strong> hem ziJn vrouw, <strong>en</strong> wordt hiJ onteerd. En zerfs<br />

laat David hem tot zrch roep<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wanneer m<strong>en</strong> hem niet kan overhal<strong>en</strong><br />

om bij zijn vrouw intrek te nem<strong>en</strong>, broedt hiJ e<strong>en</strong> ander kwaad<br />

uit om zijn zonde te bedekk<strong>en</strong>. Hd hoort dit antwoord, dat hem<br />

honderdmaal het hart moest brek<strong>en</strong>, als uria zegt: Dat verhoede<br />

God, dat ik nu op mdn gemak zou gaan slap<strong>en</strong>, terwijl het leger<br />

Gods in gevaar is <strong>en</strong> onze broeders in d<strong>en</strong> sfiJd zijn; ne<strong>en</strong>, ik zar het<br />

niet do<strong>en</strong>. En toch dringt David er nog op aan; hij is daarin als verdwaasd,<br />

zijn oog<strong>en</strong> zSn hem zoo geblinddoekt, dat hij alle weeze<br />

Gods <strong>en</strong> alle geloof <strong>en</strong> trouw vergeet, <strong>en</strong> zelfs alle eerbaarheid onder<br />

de m<strong>en</strong>sch<strong>en</strong>. Want hiJ geeft bevel, dat deze man, dle zlch zoo<br />

loyaal jeg<strong>en</strong>s hem bewez<strong>en</strong> had, daar door de v{and<strong>en</strong> <strong>en</strong> de onge<br />

loovig<strong>en</strong> verrnoord wordt, <strong>en</strong> ondertussch<strong>en</strong> g<strong>en</strong>lei hil van 4tn vmó.<br />

lvat ls dat voor huwerijksbegin rret rs slechts één schurk<strong>en</strong>streek,<br />

Ja helsche gruwel. Alzoo dan, wanneer m<strong>en</strong> David goed bekek<strong>en</strong><br />

heett, zat m<strong>en</strong> <strong>nl</strong>et zêgg<strong>en</strong>, dat hij verdl<strong>en</strong>t hier ko<strong>nl</strong>ng David te<br />

91

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!