TOELICHTING - Bestuurszaken
TOELICHTING - Bestuurszaken
TOELICHTING - Bestuurszaken
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Raamstatuut - Toelichting WV8 - 13/01/2006<br />
240<br />
organisatie verlaten ingevolge pensionering worden vervangende vakantiedagen<br />
toegekend gelijk aan het aantal wettelijke en reglementaire feestdagen die op een<br />
zaterdag of zondag vallen tijdens de periode vóór de uitdiensttreding in dat jaar.<br />
Er wordt dus een compensatieregeling voorzien voor feestdagen die in hun laatste<br />
werkjaar samenvallen met gewone inactiviteitsdagen.<br />
Deze regeling geldt alleen bij het verlaten van de organisatie wegens pensionering<br />
en niet wegens andere redenen (bv. verlof voorafgaand aan de pensionering, ontslag).<br />
Art. X 12. Als men ziek wordt voor de aanvang van het vakantieverlof, kan men dit<br />
laatste nog intrekken; als men in verlof is en ziek wordt, loopt het verlof door tot het<br />
einde van de duur waarvoor het aangevraagd werd, behalve indien het personeelslid<br />
gehospitaliseerd wordt. Dan wordt het vakantieverlof stopgezet. Ook bij de eventuele<br />
aansluitende herstelperiode na een hospitalisatie wordt het vakantieverlof stopgezet.[2]<br />
Slechts het resterende gedeelte van het ziekteverlof dat het vakantieverlof overschrijdt<br />
wordt aangerekend op het contingent van 666 werkdagen.<br />
TITEL 3.<br />
BEVALLINGSVERLOF EN OPVANGVERLOF<br />
Deze verlofregelingen lopen voor ambtenaar en contractueel inhoudelijk gelijk.<br />
Hoofdstuk 1.<br />
Bevallingsverlof<br />
Art. X 13. Art. 17, 2° APKB bepaalt dat "de ambtenaar van het vrouwelijk geslacht<br />
voor moederschapsbescherming tenminste de voordelen geniet bedoeld in de artikelen<br />
24 tot en met 27 en in artikel 31 van het koninklijk besluit van 19 november 1998<br />
(verloven) of in elke andere bepaling die ze mocht wijzigen". Deze artikelen, die o.a.<br />
verwijzen naar artikel 39 van de arbeidswet van 16 maart 1971, komen samengevat<br />
neer op een bezoldigd bevallingsverlof van in principe maximum 15 weken of in principe<br />
maximum 19 weken in geval van meervoudige geboorte.<br />
De moederschapsbescherming geregeld in de Arbeidswet is ook van toepassing op de<br />
overheid en geldt zowel voor ambtenaren als contractuelen. Voor het contractuele<br />
personeelslid geldt de arbeidswet van 16 maart 1971, de wet van 3 juli 1978 betreffende<br />
de arbeidsovereenkomsten en de wet betreffende de verplichte verzekering<br />
voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 (+ uitvoeringsbesluiten).<br />
Op grond van de Arbeidswet (tekst van toepassing op 01.07.2004) heeft het personeelslid<br />
vanaf de zesde week (achtste week in geval van een meerling) voor de vermoedelijke<br />
bevallingsdatum recht op prenataal verlof. Ingeval de bevalling plaats heeft<br />
na de vermoedelijke bevallingsdatum, wordt het verlof tot de werkelijke datum van bevalling<br />
verlengd.<br />
Het personeelslid mag geen arbeid verrichten vanaf de 7de dag die de vermoedelijke<br />
bevallingsdatum voorafgaat tot het verstrijken van een periode van 9 weken die begint<br />
te lopen op de dag van de bevalling.<br />
Bijwerking 2007/2 - 30/09/2007