TOELICHTING - Bestuurszaken
TOELICHTING - Bestuurszaken
TOELICHTING - Bestuurszaken
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Raamstatuut - Toelichting WV8 - 13/01/2006<br />
120<br />
proeftijd verdubbeld. Halftijds duurt de proeftijd dan maximaal 24 maanden voor niveau<br />
A.<br />
§ 2. Het is logisch en belangrijk dat de proeftijd ten volle benut wordt. Daarom moet<br />
de ambtenaar maximaal effectief aanwezig zijn tijdens het verloop van zijn proeftijd.<br />
§ 3. Evenwel wordt aan de hand van een forfaitaire regeling, rekening gehouden met<br />
een beperkt aantal dagen afwezigheid zonder invloed op de duur van de proeftijd, bv.<br />
bij ziekte of omstandigheidsverlof.<br />
Een ambtenaar van niveau C heeft een proeftijd tussen 4 en 9 maanden. Indien zijn<br />
proeftijd langer dan 6 maanden bedraagt, heeft hij 20 bonusdagen, anders 15.<br />
Een basis van 15 of 20 werkdagen afwezigheid wordt toegelaten voor de ambtenaar<br />
van niveau C zonder dat de proeftijd de facto verlengd wordt.<br />
Enkel de jaarlijkse vakantie wordt ofschoon het een afwezigheid is meegeteld voor<br />
de berekening van de effectieve duur van de proeftijd.<br />
§ 4. Daarentegen heeft elke andere afwezigheid, zelfs de afwezigheid gelijkgesteld<br />
met dienstactiviteit, zoals politiek verlof, bevallingsverlof, … de opschorting van de<br />
proeftijd tot gevolg. Een uitzondering hierop vormt het occasionele vakbondsverlof.<br />
Dit heeft geen opschorting van de proeftijd tot gevolg, in tegenstelling tot het langdurig<br />
vakbondsverlof.<br />
De administratieve toestand van de ambtenaar wordt tijdens de schorsing van zijn<br />
proeftijd vastgesteld overeenkomstig de aard van zijn afwezigheid<br />
bvb. bevallingsverlof = dienstactiviteit.<br />
ziekteverlof = dienstactiviteit. [2]<br />
Art. VI 55. De voorwaarden voor heroriëntering van de ambtenaar tijdens de proeftijd<br />
zullen door de personeelsfunctie kunnen bepaald worden, bv. indien zou blijken dat<br />
de functiebeschrijving niet overeenstemt met de concrete taken die aan de ambtenaar<br />
op proef worden opgelegd (verkeerde verwachtingen gecreëerd).<br />
Als de dienstaanwijzing berust bij het hoofd van het departement, IVA of EVA, het<br />
hoofd van het secretariaatspersoneel van de strategische adviesraad of van het Gemeenschaponderwijs<br />
(geen delegatie) kan de wijziging eveneens doorgevoerd worden<br />
door deze lijnmanager binnen zijn entiteit, raad of instelling. Buiten deze entiteit<br />
of op een lager niveau binnen deze entiteit, raad of instelling zal overleg nodig zijn<br />
tussen de betrokken lijnverantwoordelijken.<br />
De wijziging van dienstaanwijzing tijdens de proeftijd met het oog op bevordering in<br />
het andere niveau kan maar eenmaal gebeuren; daarna moet een definitieve keuze<br />
omtrent de geschiktheid kunnen gemaakt worden (organisatiebelang). [2]<br />
Art. VI 56. § 1. De evaluatiecriteria dienen zorgvuldig afgesproken. Van het evaluatiegesprek<br />
wordt een verslag opgesteld en volgt een eindbeslissing: terugplaatsing in<br />
de vorige graad of bevordering.<br />
De proeftijd kan niet vroeger dan de afgesproken termijn beëindigd worden; de eindevaluatie<br />
kan pas na afloop van de proeftijd plaatsvinden.<br />
Bijwerking 2007/2 - 30/09/2007