TOELICHTING - Bestuurszaken
TOELICHTING - Bestuurszaken
TOELICHTING - Bestuurszaken
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Raamstatuut - Toelichting WV8 - 13/01/2006<br />
115<br />
zou krijgen in zijn functionele loopbaan, maar dit is wellicht uitzonderlijk te noemen);<br />
Dergelijk standpunt impliceert dat men geen rekening houdt met “onzekere” factoren<br />
(bv. eventueel nog bevorderd worden tot D2 voor het einde van de procedure of het<br />
nog eventueel behalen van een bekwaamheidsattest).<br />
Zo kan bijvoorbeeld geen rekening worden gehouden met het feit dat een schipper<br />
(1 ste salarisschaal) en in het bezit van het bekwaamheidsattest, tijdens de procedure<br />
voor leidinggevende eventueel nog bevorderd wordt tot D2, wegens de “onzekere<br />
factor”, en kan hij bijgevolg op basis hiervan niet toegelaten worden tot de selectieprocedure<br />
voor D3.<br />
Zo kan evenmin worden rekening gehouden met de eventuele mogelijkheid dat tijdens<br />
de procedure het bekwaamheidsattest nog wordt behaald. De tijdsduur/frequentie<br />
van het organiseren van zo’n bekwaamheidsproef is heel variërend.[2]<br />
Art. VI 41. De bevordering naar de rang A2 is enkel mogelijk voor het wetenschappelijk<br />
personeel en voor de loodsen.<br />
Als algemene voorwaarde voor bevordering tot rang A2 wordt het bereikt hebben van<br />
de tweede salarisschaal in de functionele loopbaan gesteld, d.w.z. na een aantal jaren<br />
schaalanciënniteit vastgesteld in artikel VI 109 § 1.<br />
bevordering tot wetenschappelijk directeur<br />
Vermits de doctors en de ingenieurs de tweede salarisschaal reeds onmiddellijk bij<br />
hun indiensttreding krijgen en de overige wetenschappelijke attachés deze reeds na<br />
twee jaar kunnen bereiken, dient, teneinde een normale loopbaanspreiding te bekomen,<br />
deze algemene voorwaarde gecombineerd te worden met een voorwaarde<br />
van 6 jaar graadanciënniteit.<br />
In het raam van professionalisering en objectivering worden aan de kandidaat wetenschappelijk<br />
directeur bepaalde eisen gesteld, nl.<br />
1° beschikken over generieke competenties d.w.z. algemene vaardigheden die entiteitsvrij<br />
zijn en de leidinggevende capaciteiten viseert, bv. teamleiderschap, resultaatgerichtheid,<br />
zin voor initiatief, analytisch denken, communicatievaardigheid,<br />
motiverend optreden, …..<br />
2° beschikken over vaardigheden die specifiek bij een bepaalde entiteit horen inclusief<br />
de vereiste functietechnische kennis en vaardigheden.<br />
De algemene vaardigheden kunnen door een test getoetst worden die zowel via een<br />
extern organisme als intern kan georganiseerd worden. [2]<br />
Art. VI 42. Bij bevorderingen zonder examen of bekwaamheidsproef heeft de meest geschikte<br />
kandidaat voorrang.<br />
De procedure van vergelijking wordt gevoerd op basis van functiebeschrijving en profielvereisten.<br />
De functioneringsevaluatie en de anciënniteit kunnen meespelen als<br />
criterium. Ook andere appreciatie elementen kunnen in rekening gebracht worden<br />
(houding, gedragingen, vorming, de documenten van het evaluatiedossier zoals per-<br />
Bijwerking 2007/2 - 30/09/2007