26.12.2014 Views

INFO 100 (maart 2007) - LSOVD

INFO 100 (maart 2007) - LSOVD

INFO 100 (maart 2007) - LSOVD

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

I N F O<br />

T i j d s c h r i f t<br />

v o o r O u d e r s e n V e r w a n t e n<br />

v a n D r u g g e b r u i k e r s<br />

<strong>100</strong><br />

mrt<br />

<strong>2007</strong>


<strong>INFO</strong> 26E JAARGANG NUMMER <strong>100</strong> MAART <strong>2007</strong><br />

Uitgave <strong>LSOVD</strong> Redactie Medewerkers<br />

Verschijnt 4x per jaar Betty Huizinga Rita Hartgers<br />

Redactie-adres: (eindredactie) Sonja Meijer<br />

Meerkoethof 40, Postbus 12132<br />

3501 AC Utrecht<br />

Tel. (030) 25 44 300<br />

Verzending:<br />

E-mail: info@lsovd.org ISSN: 1388-0187 Groep Zeeland<br />

Website: www.lsovd.nl<br />

Inhoud<br />

In deze Info 3<br />

Erfrecht en testament 4<br />

Bijeenkomst steunpunthouders 14<br />

Lentebriesje (gedicht) 16<br />

Rouw en verdriet 17<br />

Steunpunt broers en zussen 20<br />

Grootouderdag 21<br />

Steunpunt grootouders 24<br />

Oprichting Werkgroep N.-Brabant 25<br />

(ex-)Minister Hoogervorst antwoordt 27<br />

De verslaving van mijn zoon (2) 29<br />

Uw bijdragen voor de <strong>INFO</strong> ontvangen we graag.<br />

Dat kan geschreven of getypt, op een diskette of per e-mail.<br />

De redactie behoudt zich het recht voor ingezonden artikelen te<br />

redigeren en/of in te korten.<br />

Grafische verzorging: ADZ, Postbus 140, 4380 AC, Vlissingen.<br />

2


IN DEZE <strong>INFO</strong> …<br />

vindt u, zoals aangekondigd in de vorige Info, nog twee bijdragen aan de<br />

Landelijke Dag 23 september vorig jaar, de lezing: Erfrecht en Testament<br />

en de workshop: Rouw en Verdriet.<br />

Ook in deze Info het verslag van de Grootouderdag op 29 december van<br />

het vorig jaar.<br />

Verder ligt het in de bedoeling wat meer aandacht te gaan besteden aan<br />

de verschillende steunpunten van de <strong>LSOVD</strong>. Naast een kort verslagje<br />

van de bijeenkomst van de steunpunthouders bevat deze Info ook nieuwe<br />

oproepen.<br />

Ten slotte een verslag van de oprichting Werkgroep Noord-Brabant, het<br />

vervolg op een van de verhalen van de moeders uit Info 98 en het antwoord<br />

van (inmiddels ex-)minister Hoogervorst aan Wim Knaap.<br />

Het zal u niet ontgaan zijn dat dit de <strong>100</strong> e Info is! Het bestuur is van<br />

plan om dit heuglijke feit niet zonder meer voorbij te laten gaan. Omdat<br />

deze Info voor een groot deel nog in het teken van de Landelijke Dag<br />

staat, zal in een van de volgende nummers van dit jaar aandacht aan dit<br />

‘jubileum’ worden besteed.<br />

Het boekje ‘Verslaafd aan de verslaafde’ is inmiddels weer herdrukt<br />

en te koop bij het bureau van de <strong>LSOVD</strong>. U kunt het daar bestellen<br />

en krijgt het dan thuisgestuurd met een factuur. De prijs van het<br />

boekje is € 8,50.<br />

3


ERFRECHT EN TESTAMENT<br />

Deze lezing werd gehouden door mevrouw mr. M. Van Eck, kandidaat<br />

notaris, op de Landelijke Dag van de <strong>LSOVD</strong>, 23 september vorig jaar.<br />

De inhoud kan voor u van belang zijn om te voorkomen dat uw verslaafde<br />

kind ooit zijn erfdeel kan gaan omzetten in drugs.<br />

1. Erfrecht en testament<br />

Wie erft er als u geen testament maakt<br />

Dat hangt ervan af. Uit de wet (het erfrecht zoals dat vanaf 1 januari 2003<br />

geldt) blijkt deze volgorde:<br />

1. de (niet van tafel en bed gescheiden) echtgenoot, samen met de eigen<br />

kinderen;<br />

2. de ouders en de broers en zusters;<br />

3. de grootouders;<br />

4. de overgrootouders.<br />

De personen uit de eerste groep gaan vóór die uit de tweede groep, etcetera.<br />

Onder echtgenoot wordt ook de geregistreerde partner verstaan.<br />

Binnen een groep treedt zogenaamde ‘plaatsvervulling’ op voor iemand<br />

die vóór de overledene (‘erflater’) is overleden. Voorbeeld: als een kind<br />

van iemand die nu overlijdt, vóór die ouder is overleden met achterlating<br />

van één of meer kinderen, erven die kinderen in plaats van hun ouder van<br />

die overleden grootouder.<br />

Dus nogmaals: wie erft er als u geen testament maakt<br />

1. als u getrouwd bent en u hebt geen kinderen: de echtgenoot;<br />

2. als u getrouwd bent en u hebt één of meer (klein)kinderen: de echtgenoot<br />

samen met die (klein)kinderen;<br />

3. als u ongehuwd bent en u heeft één of meer (klein)kinderen: die<br />

(klein)kinderen;<br />

4. als u ongehuwd bent en u heeft geen (klein)kinderen: de personen uit<br />

groep 2 hierboven gezamenlijk, dan wel hun afstammelingen. Als er in<br />

groep 2 niemand zit, gaan we kijken in groep 3 en daarna in groep 4;<br />

4


5. als er tot in de zesde graad (geboortes tellen) geen erfgenamen zijn,<br />

vervalt de erfenis aan de staat.<br />

Let op:<br />

1. onder ongehuwd vallen ook degenen die een samenlevingscontract<br />

hebben gesloten. Samenwonende partners zijn dus nimmer al op<br />

grond van de wet elkaars erfgenaam! Daar is een testament voor<br />

nodig.<br />

2. kinderen van ongehuwde partners hebben alleen de man tot vader als<br />

die de kinderen heeft erkend.<br />

2. Nieuw erfrecht in het kort<br />

Het erfrecht is een wettelijke verdeling van de bezittingen (goederen en<br />

geld) van een overledene. Als u met betrekking tot uw overlijden niets<br />

vastlegt in een testament of codicil, is automatisch het wettelijk erfrecht<br />

van toepassing. Een testament kan helemaal aangepast worden op uw<br />

persoonlijke situatie en kan gezien worden als aanvulling op, maar ook<br />

als afwijking van het wettelijke erfrecht.<br />

Als we inhoudelijk naar het nieuwe erfrecht gaan kijken, vragen enkele<br />

punten onze aandacht.<br />

De wettelijke verdeling tussen de langstlevende echtgenoot/partner en<br />

kinderen<br />

De verdeling houdt in:<br />

• de langstlevende wordt automatisch de enig gerechtigde tot de nalatenschap.<br />

In geval van hertrouwen van de langstlevende bestaan uitzonderingen<br />

op deze regel.<br />

• de kinderen krijgen een vordering in geld op de langstlevende. Die vordering<br />

hoeft niet meteen uitgekeerd te worden.<br />

Voor samenwonende partners geldt deze regeling niet. Zij moeten zo’n<br />

verdeling regelen via een testament in combinatie met een samenlevingscontract.<br />

5


Een voorbeeld:<br />

We nemen een doorsneegezin, bestaande uit Jeroen en Ilse (gehuwd) en<br />

twee kinderen, Maaike en Michiel. Vader Jeroen overlijdt, zonder dat er<br />

een testament is. In deze situatie zijn moeder Ilse en de kinderen erfgenamen.<br />

Hoe wordt de erfenis onder het nieuwe erfrecht verdeeld<br />

Moeder krijgt de bezittingen (goederen en geld) van de nalatenschap. Zij<br />

is echter wel verplicht de schulden van de nalatenschap te betalen en de<br />

successierechten van de kinderen voor te schieten. Maaike en Michiel<br />

krijgen een geldvordering ter grootte van hun erfdeel op hun moeder.<br />

Deze vordering is pas opeisbaar bij het overlijden van hun moeder.<br />

Ilse bevindt zich hierdoor in een veilige positie, die wordt gegarandeerd<br />

omdat zij de erfdelen van de kinderen niet direct na het overlijden van<br />

Jeroen hoeft te voldoen. De rechten van de kinderen zijn echter ook<br />

gewaarborgd. Dit gebeurt door de aan hen toegekende vordering en door<br />

de zogenaamde ‘wilsrechten’.<br />

Wilsrechten<br />

Een wilsrecht is het wettelijk recht van ieder kind om de aflossing van<br />

zijn geldvordering in de vorm van goederen (bijvoorbeeld meubels) op te<br />

eisen in het geval de langstlevende ouder mocht hertrouwen. Dit betekent<br />

dat het kind op het moment van hertrouwen van de langstlevende ouder<br />

recht heeft op een deel van de inboedelgoederen uit de nalatenschap van<br />

de reeds overleden ouder. De waarde van dit deel is gelijk aan de waarde<br />

van de vordering die het kind heeft op de langstlevende ouder.<br />

De langstlevende ouder is verplicht de eigendom (‘bloot’ eigendom<br />

genoemd) van de goederen over te dragen, maar behoudt in bepaalde<br />

gevallen wel het vruchtgebruik van die goederen. Op het moment dat de<br />

langstlevende ouder in deze gevallen overlijdt, eindigt het vruchtgebruik<br />

en verandert de ‘bloot’-eigendom van de kinderen in volle eigendom over<br />

de goederen.<br />

Wilsrechten geven de kinderen het recht om hun erfdeel op dat moment<br />

op te eisen. Dit is geen verplichting. De functie van het wilsrecht is dus<br />

tweeledig:<br />

6


• het kind heeft de mogelijkheid om bepaalde familiegoederen veilig te<br />

stellen;<br />

• het kind verkrijgt zekerheid over de voldoening van de vordering.<br />

3. Langstlevende testament<br />

Waarom was een langstlevende testament (tot 01-01-2003) nodig<br />

Als er geen testament was gemaakt, erfden echtgeno(o)t(e) en kinderen<br />

gezamenlijk al het vermogen van de overledene (de ‘nalatenschap’). Die<br />

nalatenschap bevat alle bezittingen en schulden van de overledene. De<br />

schulden moeten worden betaald en de bezittingen moeten worden verdeeld<br />

(daarom wordt een nalatenschap ook wel een ‘onverdeeldheid’<br />

genoemd).<br />

Voor zo’n verdeling is overeenstemming nodig tussen alle erfgenamen<br />

(‘deelgenoten’). Als er ruzie komt, kan dat een langslepende kwestie<br />

worden. De langstlevende is dus afhankelijk van de medewerking van de<br />

kinderen. Dit is vaak ongewenst. Een langstlevende testament bood hiervoor<br />

de oplossing.<br />

Welke vormen van een langstlevende testament waren er en hoe werkten<br />

die<br />

1. De ‘ouderlijke boedelverdeling’.<br />

2. Het vruchtgebruik-testament.<br />

3. Het combinatie-testament.<br />

1. Ouderlijke boedelverdeling<br />

Globaal gezegd werkt dit testament als volgt.<br />

In het testament bepaalt degene die het testament maakt (de ‘testateur’),<br />

dat al zijn bezittingen en schulden naar de langstlevende gaan. Omdat de<br />

echtgenoot en de kinderen samen erfgenaam zijn, ontvangen de kinderen<br />

dus te weinig. Dit wordt door de testateur goedgemaakt door aan de kinderen<br />

een vordering op de langstlevende toe te kennen. Deze vordering<br />

heeft per kind een waarde die even groot is als het erfdeel dat dat kind zou<br />

hebben ontvangen als er geen testament was. (Een voorbeeld volgt hier-<br />

7


na.) De langstlevende hoeft deze vorderingen pas aan de kinderen uit te<br />

keren als hij of zij zelf overlijdt (die uitkering moeten de erfgenamen van<br />

de langstlevende dan doen; vaak zullen dit de kinderen zelf zijn, namelijk<br />

als het gaat om gezamenlijke kinderen). Om te voorkomen dat de vordering<br />

in de loop van de jaren in waarde achteruit gaat (door de geldontwaarding),<br />

wordt in het testament de mogelijkheid geboden om over<br />

die vordering een rente te vergoeden, welke vergoeding niet wordt uitgekeerd,<br />

maar bij de hoofdsom wordt gevoegd.<br />

Voorbeeld<br />

Man, vrouw, 2 gezamenlijke kinderen; gemeenschap van goederen; totale<br />

(netto)vermogen 1.200.000,-<br />

Als de man overlijdt, bestaat zijn erfenis uit de helft van het gezamenlijke<br />

vermogen. De langstlevende echtgenote is reeds eigenaar van de andere<br />

helft. De nalatenschap bedraagt dus 600.000,– De vrouw en de twee kinderen<br />

hebben ieder recht op 1/3 daarvan, dus 200.000,– Door het testament<br />

krijgt de vrouw alles en moet zij aan ieder kind 200.000,– schuldig<br />

erkennen. De kinderen kunnen dit bedrag niet opeisen. Stel dat er een<br />

rente van 5% wordt afgesproken en de vrouw leeft nog tien jaar, dan is de<br />

schuld van de vrouw tot elk van haar kinderen aangegroeid tot 300.000,–.<br />

Gesteld dat het vermogen verder gelijk is gebleven, dan erft elk kind van<br />

zijn moeder dus de helft van 1.200.000,–. Daarvan mag elk kind dan de<br />

vordering op moeder van 300.000,– aftrekken, zodat de netto verkrijging<br />

per kind op dat moment 300.000,– bedraagt.<br />

2. Vruchtgebruik-testament<br />

Bij een vruchtgebruik-testament krijgt de langstlevende het vruchtgebruik<br />

van de nalatenschap van de eerststervende. In feite erven de kinderen dan<br />

direct alles van hun vader of moeder, maar zij moeten dulden dat de<br />

langstlevende tijdens diens leven de goederen mag gebruiken en verbruiken<br />

en er de vruchten mag van genieten. De testateur kan zelfs bepalen dat<br />

de langstlevende op het vruchtgebruikvermogen mag interen, d.w.z. spullen<br />

ervan verkopen en het geld opmaken. Om het testament zo flexibel<br />

mogelijk te maken, kan de testateur aan de langstlevende het recht geven<br />

8


om te kiezen van welke goederen hij/zij het vruchtgebruik wenst. Het<br />

vruchtgebuik komt zo niet altijd op alle goederen te rusten. De goederen<br />

die de langstlevende niet wil, gaan direct naar de kinderen. Dit heet<br />

‘keuzelegaat’.<br />

Er zijn drie belangrijke verschillen met een testament met een ouderlijke<br />

boedelverdeling (en met een wettelijke verdeling):<br />

• de ouderlijke boedelverdeling treedt vanzelf in werking door het overlijden<br />

van de eerste (‘van rechtswege’); bij een vruchtgebruik-testament<br />

moeten de kinderen nog meewerken aan de vestiging (‘afgifte’)<br />

van het vruchtgebruik;<br />

• bij een ouderlijke boedelverdeling wordt de langstlevende (enig) eigenaar<br />

van alle zaken uit de nalatenschap; bij een vruchtgebruik-testament<br />

wordt de langstlevende slechts vruchtgebruiker. Er blijft een verplichting<br />

bestaan ten opzichte van de kinderen (die ‘blooteigenaren’<br />

worden genoemd, eigenaren die een vruchtgebruik moeten dulden) om<br />

zich als een goed vruchtgebruiker te gedragen;<br />

• bij een ouderlijke boedelverdeling vererven de zaken die de langstlevende<br />

heeft verkregen van de eerststervende tweemaal, namelijk ook<br />

als de tweede sterft; bij een vruchtgebruik-testament eindigt het<br />

vruchtgebruik door het overlijden van de langstlevende, waarbij de<br />

bloot-eigendom van de kinderen eensklaps aangroeit tot vol eigendom,<br />

zonder belastingheffing.<br />

3. Combinatie-testament<br />

Bij estate planning wordt vaak een combinatie-testament gebruikt. Zoals<br />

de naam al aangeeft, is dit een combinatie van een ouderlijke boedelverdeling<br />

en een vruchtgebruik-testament (of tegenwoordig: van de wettelijke<br />

verdeling en een vruchtgebruik).<br />

In dit testament zitten verschillende elementen die bij elkaar ervoor zorgen<br />

dat er zo weinig mogelijk successierecht betaald hoeft te worden<br />

(bezien over twee overlijdens):<br />

• de langstlevende niet voor een kindsdeel tot erfgenaam benoemen,<br />

maar voor een kleiner deel;<br />

9


• geen vaste rente in het testament opnemen, maar aan de erfgenamen de<br />

mogelijkheid bieden die rente in gezamenlijk overleg (zo hoog mogelijk)<br />

vast te leggen;<br />

• de mogelijkheid om de ouderlijke boedelverdeling, waarmee het testament<br />

begint, geheel of gedeeltelijk ongedaan te maken;<br />

• een keuzelegaat in het vruchtgebruikgedeelte.<br />

4. Het testament: afwijken van het wettelijk erfrecht<br />

Al een paar keer eerder is het testament genoemd. Wat is nu precies een<br />

testament en wat kunt u daar nu mee<br />

Even heel kort. Met een testament kunt u afwijken van de wettelijke<br />

regeling. Daarnaast kunt u via een testament uw eigen wensen kenbaar<br />

maken door de wettelijke regeling aan te vullen en/of te verfijnen. Een<br />

testament maakt het mogelijk dat u het erfrecht kunt aanpassen aan de<br />

situatie die precies bij u past.<br />

Een algemene gedachte is dat een testament na inwerkingtreding van het<br />

Nieuwe Erfrecht niet meer nodig is. Niets is minder waar, misschien<br />

geldt dit voor een aantal mensen, maar er zijn nog steeds veel zaken, die<br />

niet onder het Nieuwe Erfrecht zijn geregeld. Hiervoor hebt u dus nog<br />

steeds een testament nodig:<br />

• het regelen van voogdij over uw minderjarige kinderen;<br />

• het instellen van een bewind over het vermogen van uw (minderjarige)<br />

kinderen;<br />

• het opnemen van een uitsluitingsclausule (ook wel anti-schoonzoon/<br />

-dochter regeling genoemd). Hiermee regelt u dat alles wat uw erfgenamen<br />

van u erven bij een huwelijk buiten een eventuele gemeenschap<br />

van goederen valt. Deze regeling betreft vaak de kinderen en hun eventuele<br />

partners. Het erfdeel blijft hierdoor privé-vermogen van uw kind;<br />

• het benoemen van een executeur(-testamentair). De executeur is degene<br />

die uw nalatenschap afhandelt. U kunt hem/haar daarvoor een<br />

beloning toekennen;<br />

• het opnemen van een zogenaamde ‘rampenclausule’. Hierin bepaalt u<br />

10


wie uw erfgenamen zijn, indien u en uw partner tegelijk en eventueel<br />

gelijk met uw kinderen mochten komen te overlijden;<br />

• het toekennen van bedragen of goederen aan een bepaald persoon of<br />

een ‘goed doel’. Dit wordt ook wel legaat genoemd.<br />

• Het besparen van successierecht. Dit is misschien niet het eerste waar<br />

u aan denkt bij een testament, maar bij een groot vermogen kan er door<br />

het goed opzetten van uw testament een aanzienlijk bedrag aan successierechten<br />

worden bespaard.<br />

Door het Nieuwe Erfrecht kunnen hier nog een aantal punten aan toegevoegd<br />

worden:<br />

• het vinden van een betere balans tussen de rechten van de langstlevende<br />

en de rechten van de kinderen. U kunt bijvoorbeeld in uw testament<br />

de regeling met betrekking tot wilsrechten wijzigen of bepalen dat<br />

deze regeling in het geheel niet van toepassing is;<br />

• uitbreiding van de gronden voor opeisbaarheid van de vorderingen van<br />

de kinderen;<br />

• wijziging van het rentepercentage dat verschuldigd is over de vorderingen<br />

van de kinderen;<br />

• het betrekken van stiefkinderen in de wettelijke verdeling;<br />

• een zogenaamde tweetrapsmaking maken.<br />

5. Codicil<br />

Een codicil is net als een testament een document waarin u uw wensen<br />

kenbaar kunt maken over wat u wilt dat er gebeurt met uw vermogen na<br />

uw overlijden. Voor een codicil hoeft u niet naar de notaris. Een codicil<br />

is een door u zelf handgeschreven document voorzien van een datum en<br />

handtekening. Dit lijkt heel eenvoudig, maar een codicil heeft voor- en<br />

nadelen.<br />

Voordeel<br />

U kunt zelf, zonder notaris, een uiterste wilsbeschikking maken. Het is<br />

wel raadzaam het codicil in bewaring te geven bij een notaris of bij een<br />

persoon in wie u vertrouwen hebt.<br />

11


Nadeel<br />

Niet alles kan via een codicil geregeld worden. Alleen specifiek aangeduide<br />

goederen zoals kleding, sieraden, boeken en meubels kunnen via<br />

een codicil nagelaten worden aan bepaalde personen. Alle overige<br />

genoemde regelingen moeten via een testament.<br />

Bovendien komt een codicil niet altijd boven tafel na overlijden.<br />

6. Legitieme portie<br />

De legitieme portie komt alleen toe aan kinderen (of in hun plaats kleinkinderen)<br />

van de erflater. De legitieme portie is dat deel van de nalatenschap<br />

waarop het kind (‘legitimaris’) altijd recht houdt. Als het kind dan<br />

door schenkingen of regelingen in het testament te weinig krijgt (denk<br />

bijvoorbeeld aan onterving), dan kan het die schenkingen of testamentaire<br />

regelingen aantasten om zo alsnog de legitieme portie binnen te halen.<br />

Onder het Nieuwe Erfrecht bedraagt de legitieme portie altijd de helft<br />

van het versterferfdeel en daarnaast is het alleen nog maar een aanspraak<br />

in geld. Je kunt een legitimaris dus desgewenst geheel buitenspel zetten<br />

bij de verdeling, door het alleen maar de legitieme in geld toe te kennen<br />

(of bepaalde goederen, zie hierna).<br />

Verder is het een legitimaris niet bepaald gemakkelijk gemaakt om een<br />

beroep te doen op die legitieme portie. Als een kind een bepaalde testamentaire<br />

regeling niet op prijs stelt en een beroep op die legitieme wenst<br />

te doen, is de enige mogelijkheid om bij de rechter de nalatenschap te<br />

verwerpen en de legitieme in te roepen. Gevolg is dan dat de regeling in<br />

het testament toch overeind blijft en het kind alleen een geldvordering<br />

krijgt.<br />

En er zit nog een addertje onder het gras: alles wat degene die zijn legitieme<br />

inroept had kunnen krijgen als hij die niet verworpen had, komt<br />

eerst nog in mindering op die legitieme portie (‘imputatie’ genoemd). Dit<br />

is slechts niet zo indien dat wat de legitimaris kon krijgen in de ogen van<br />

de wetgever niet volwaardig (‘inferieur’) was, maar dit is niet vaak zo.<br />

Een onwelgevallig kind kun je dus allerlei zaken toedelen die wel waar-<br />

12


de hebben, maar waarop dat kind geen prijs zal stellen. Dit artikel uit het<br />

Nieuwe Recht wordt daarom wel ‘boedelbakartikel’ genoemd.<br />

M. Van Eck<br />

Van de redactie:<br />

Voor algemene notariële vragen is er de<br />

Notaristelefoon: 0900 – 346 93 93; werkdagen van 09.00-14.00 uur<br />

Internet: www.notaris.nl<br />

STEUNPUNTEN VAN DE <strong>LSOVD</strong><br />

De <strong>LSOVD</strong> heeft een aantal steunpunten voor familieleden. Het betreft<br />

– steunpunt grootouders<br />

(ouders waarvan de verslaafde kinderen zelf kinderen hebben)<br />

– steunpunt ouders van druggebruikers met hiv/aids<br />

– steunpunt ouders van overleden druggebruikers<br />

– steunpunt partners van druggebruikers<br />

– steunpunt broers en zussen van druggebruikers<br />

Deze steunpunten zijn te bereiken via de Telefonische Hulpdienst.<br />

Het nummer van de Telefonische Hulpdienst is 0900 - 515 22 44<br />

(maandag t/m vrijdag van 10.00 tot 22.00 uur)<br />

13


BIJEENKOMST STEUNPUNTHOUDERS<br />

Yvonne Cremers, bestuurslid met de steunpunten in haar portefeuille.<br />

Omdat we de steunpunten van de <strong>LSOVD</strong> wat meer onder de aandacht<br />

willen brengen, hebben we zaterdag 10 februari onder het genot van een<br />

lunch een bespreking gehouden over wat we daar met elkaar aan kunnen<br />

doen.<br />

Aanwezig waren: Daisy Middelburg, steunpunt Grootouders; Cock<br />

Willemse, steunpunt Ouders waarvan het kind is overleden tengevolge<br />

van drugs; Wendy Lampe, steunpunt Broers en Zussen; Betty Huizinga,<br />

eindredactie Info en ondergetekende.<br />

Afwezig was Lenie Nellestein van het steunpunt Ouders met een verslaafd<br />

kind dat HIV/AIDS heeft. Zij wordt nooit gebeld met een vraag<br />

over dit probleem. We wachten even af of er na een klein stukje in de Info<br />

reacties komen om daarna alsnog meer aandacht te geven aan dit steunpunt.<br />

Iedereen was het erover eens dat het goed was om elkaar op deze manier<br />

te leren kennen en samen te kijken hoe we de steunpunten beter kunnen<br />

laten functioneren.<br />

Het voorstel was: onderling meer contact te houden, zodat informatie<br />

met betrekking tot de drugsproblematiek aan elkaar kan worden doorgegeven.<br />

De steunpunthouders willen ook een uitnodiging voor de<br />

actievendagen. Tijdens de eerstvolgende actievendag willen we de steunpunten<br />

presenteren zodat alle gespreksleiders en telefonisten weten wie<br />

er bij zo’n steunpunt hoort en wat diegene kan doen.<br />

Badges voor de steunpunthouders op de Landelijke dag lijkt ons ook heel<br />

zinvol.<br />

Paulien Pankow en Dien Schippers willen graag een nieuw steunpunt<br />

voor Ouders met jonge verslaafde kinderen. Dat zou heel mooi zijn want<br />

er is vooral bij de telefonische hulpdienst veel vraag naar. In verband met<br />

ziekte konden Paulien en Dien niet komen maar we willen heel graag een<br />

14


vermelding in de Info als zij met dit steunpunt kunnen beginnen. Wendy<br />

Lampe zal tijdens de trainingsdagen voor Broers en Zussen vragen of er<br />

behoefte is om een of twee keer in het jaar een dag te plannen om met<br />

elkaar over hun problemen te kunnen praten.<br />

Daisy Middelburg is ook erg actief voor de pleegoudervereniging en zal<br />

haar ervaringen met ons delen om zo voor ons een grote steun te kunnen<br />

zijn. Zij krijgt soms meer dan tien telefoontjes per week.<br />

In de Info zullen voortaan vier pagina’s gewijd worden aan de steunpunten.<br />

We hopen op veel reacties.<br />

Het was een gezellige en vooral een hele nuttige bijeenkomst en we willen<br />

dit één keer in het jaar voortzetten.<br />

Yvonne Cremers<br />

15


LENTEBRIESJE<br />

Ik hou van jou<br />

Tenminste<br />

Als je zacht blijft<br />

En vriendelijk<br />

Als je niet<br />

Te koud wordt<br />

Als je<br />

Mijn gezicht aait<br />

En mijn ogen zachtjes doet sluiten<br />

Als je<br />

De bladeren<br />

doet fluisteren<br />

En de takken<br />

Van de bomen<br />

doet dansen.<br />

Ariadne<br />

Uit Zwerfseizoenen; teksten van daklozen<br />

Alkmaar/Amsterdam, René de Milliano, 1998. ISBN 90 72810 23 6<br />

16


ROUW EN VERDRIET<br />

Deze workshop op de landelijke dag van de <strong>LSOVD</strong> op 23 september<br />

2006 in Amersfoort werd verzorgd door Cock Willemse.<br />

Na een korte inleiding over ‘wat rouw is’ wordt met elkaar in beeld<br />

gebracht wat je nu eigenlijk verliest – of kan verliezen – als je kind verslaafd<br />

is. In de literatuur over verslaving of rouw is hier niets over terug<br />

te vinden.<br />

Dit verslag is een weergave uit de beide workshops. Opvallend was dat<br />

beide groepen tot een zelfde opsomming kwamen; wel in verschillende<br />

volgorde.<br />

In de eerste groep werd de discussie voorbereid in groepjes van drie. In<br />

de tweede groep, die erg groot was, werd alleen plenair gewerkt.<br />

Hier is de indrukwekkende uitkomst.<br />

Je verliest:<br />

– het geestelijk contact met je kind<br />

– je kind zoals je het kende, zoals het was<br />

– je gezinsleven zoals het was<br />

– het vertrouwen in je kind<br />

– vertrouwen in de hulpverlening<br />

– je eigen toekomstverwachting<br />

– energie, je gezondheid; geestelijk en lichamelijk<br />

– zelfvertrouwen, gevoel van eigenwaarde, zelfrespect<br />

– levensvreugde, plezier, onschuld, onbevangenheid<br />

– sociale contacten, vrienden en familie, soms ook je relatie<br />

– vrijheid, vooral met vakanties<br />

– rust, vooral gemoedsrust<br />

– illusies en je zekerheden<br />

– identiteit<br />

– privacy, gesprekken met hulpverleners enz.<br />

– geld en goederen<br />

17


Verder kwamen er een aantal thema’s aan de orde die zich het best even<br />

laten omschrijven. Verlies is ook:<br />

– de veranderde leefwereld (je krijgt noodgedwongen met zaken te<br />

maken waar je niet voor kiest, je moet je in het gebruik en in het verslavingsgedrag<br />

verdiepen, contact met politie, de daklozenwereld enz.)<br />

– de invloed die een verslaafd kind in het gezin heeft op de ‘jeugd’ van<br />

de andere kinderen<br />

– dat andere kinderen in het gezin anders met je omgaan omdat zij hun<br />

ouders willen sparen<br />

– selectief worden in contacten, niet meer open en spontaan durven zijn<br />

(iemand noemde dat ook verlies van integriteit maar daar was niet<br />

iedereen het mee eens)<br />

– angst om afwijzing als je over de problemen praat<br />

– verleggen van grenzen, maar ook van normen en waarden (bij detentie<br />

heeft je kind tenminste een dak boven zijn of haar hoofd)<br />

– minder tolerantie naar anderen; waar zeuren ze over, als het om (in onze<br />

ogen) kleine problemen gaat, prietpraat, en daarbij je geduld verliezen<br />

– het afglijden van je kind bewust (moeten) meemaken<br />

Ook deze punten werden als verlies ervaren.<br />

Uiteindelijk, concludeerden beide groepen, verlies je stukken of grote<br />

delen van jezelf. En dan volgt de vraag: ‘Hoe’ ga je om met al deze verliezen<br />

en ‘hoe’ vind je jezelf weer terug Misschien een onderwerp voor<br />

een volgende workshop<br />

De workshop wordt afgesloten met een discussie over de drie begrippen<br />

Berusting<br />

Acceptatie<br />

Aanvaarding<br />

Riekje Boswijk-Hummel geeft in haar boek TROOST een mooie omschrijving<br />

van deze woorden.<br />

Iemand die ergens in ‘berust’, zegt Riekje, heeft geen last meer van zijn<br />

emoties, maar heeft er ook geen plezier meer aan. Berusting is passief.<br />

‘Ik berust er maar in’, ‘het overkomt me’: je gaat over op de automatische<br />

piloot.<br />

18


Acceptatie is helder en actief. Acceptatie is ook: tot actie komen. Maar<br />

accepteren doe je vooral met het hoofd en daar ligt het verschil met aanvaarding;<br />

want aanvaarding doe je vanuit je hart.<br />

Aanvaarding is een illusie opgeven.<br />

Aanvaarding is de uitgang van verdriet zegt Riekje, maar over de weg<br />

daarnaartoe is nog heel veel te zeggen.<br />

Hier volgen enkele voorbeelden uit het boek ‘Verslaafd’ van Linda Linde.<br />

Een zusje vertelt over haar moeder: na heel lang knapte er iets in haar. Op<br />

een dag nam ze officieel afscheid van Karin; ze schudde haar de hand en<br />

zei dat ze niet meer welkom was en dat het gezin met zijn vijven verder<br />

ging; Karin hoorde er niet meer bij.<br />

En een moeder vertelde over haar oudere verslaafde zoon. Ze was nu 82<br />

en keek terug, met de vraag of ze het nu, na alle opgedane kennis in de<br />

loop der jaren, anders zou hebben gedaan Ja, dat zou ze, door schade en<br />

schande wijs geworden. Ze zou er eerder in ‘berust’ hebben dat één van<br />

haar kinderen zijn eigen weg ging, zijn eigen weg wilde gaan. Ze had<br />

hem eerder moeten loslaten en zijn keuze moeten respecteren, hoewel het<br />

niet haar keus was, niet zoals zij dacht dat hij gelukkig had moeten zijn.<br />

Wim was niet op de begrafenis van haar man. Toen hij later eens kwam<br />

aanwaaien, gaf ze hem een enveloppe met daarin een klein gedichtje,<br />

bijna dezelfde die hij jaren daarvoor eens vanuit een verslavingskliniek<br />

had gestuurd. De essentie van het gedichtje: ‘als het met mij goed gaat,<br />

weet ik dat het met jou ook goed zal gaan’.<br />

Cock Willemse<br />

(NB: in verband met auteursrechten kunnen citaten en gedichtjes niet<br />

letterlijk worden overgenomen)<br />

Linde, Linda. Verslaafd; ervaringen van (ex-)verslaafden, familie en<br />

hulpverleners; tips voor het omgaan met verslaafden. Uitgeverij<br />

Elsevier, Maarssen, 2000. 112 blz. ISBN 90 352 2283 0<br />

(besproken in Info 83; dec. 2002)<br />

19


STEUNPUNT<br />

Broers en zussen van druggebruikers …<br />

… hebben het ook erg moeilijk!<br />

Wanneer je broer of zus drugs gebruikt ontstaat er thuis vaak een heel<br />

moeilijke situatie. Thuis draait alles om het druggebruik van deze broer<br />

of zus.<br />

Veel broers en zussen van druggebruikers proberen vaak zowel hun<br />

ouders, als de druggebruiker te helpen. Vaak zetten ze hun eigen<br />

behoeften opzij. Voornamelijk om alle ellende voor hun ouders een<br />

beetje te verminderen en om hen minder zorgen te geven. Ze passen<br />

zich volledig aan andere gezinsleden aan.<br />

Ben jij broer of zus van een druggebruiker en wil je hierover praten<br />

met een andere zus<br />

Dan kun je terecht bij Wendy Lampe-van Rijn. Dat kan op twee manieren:<br />

• stuur een mailtje naar Wendy;<br />

• of bel naar de telefonische hulpdienst. Zij zorgen ervoor dat Wendy<br />

je terugbelt.<br />

E-mail Wendy:<br />

hxe@home.nl<br />

Telefonische hulpdienst: 0900 - 515 22 44<br />

(maandag t/m vrijdag, van 10.00 tot 22.00 uur)<br />

Ook ouders kunnen bij Wendy terecht voor hun niet-gebruikende<br />

kind(eren)!!<br />

20


GROOTOUDERDAG<br />

Op 29 december van het vorige jaar vond de tweede Landelijke Dag<br />

plaats van de belangenorganisatie voor grootouders en kleinkinderen.<br />

Er waren 89 bezoekers, grootouders én kleinkinderen. Voor deze laatsten<br />

was goed gezorgd: de grootsten onder hen gingen onder leiding naar een<br />

speelparadijs vlakbij, de kleintjes konden terecht in een versierde zaal met<br />

speelgoed, boekjes en spelletjes, dit onder leiding van twee kleuterleidsters.<br />

In de inleiding noemde Mirte Loeffen de organisaties die deze dag mogelijk<br />

hadden gemaakt: naast de <strong>LSOVD</strong>, een aantal regionale voorzieningen<br />

voor pleegzorg in Brabant, Gelderland, Rotterdam en Amsterdam.<br />

René de Bot, directeur van Pleegzorg en voorzitter Pleegzorg Nederland<br />

was de dagvoorzitter. Hij gaf weer eens een beeld hoe jeugdzorginstanties<br />

denken over plaatsing van kleinkinderen bij grootouders. Vaak heerst<br />

de misvatting dat grootouders aan kleinkinderen goed willen maken, wat<br />

bij de opvoeding van hun eigen kinderen mis is gegaan. Dit zorgde uiteraard<br />

voor veel verontwaardiging en reacties vanuit de zaal. Men blijkt<br />

duidelijk niet op de hoogte van de belevingswereld van ouders en verslaafde<br />

kinderen. Hebben hulpverleners ervaring met verslaafde kinderen<br />

en/of enige kennis van verslaving Grootouders ontfermen zich belangeloos<br />

over de kinderen van hun verslaafde kinderen en weten aan deze biologische<br />

ouders duidelijk te maken waarom een kind niet thuishoort bij<br />

ouders die druggebruik verkiezen boven de opvoeding van hun kind.<br />

Daisy Middelburg van het Grootoudersteunpunt van de <strong>LSOVD</strong> heeft in<br />

haar 12-jarige ervaring maar twee keer moeten meemaken dat een kind<br />

door overlijden van een grootouder herplaatst moest worden.<br />

Joop Houtzager, secretaris van de grootoudervakbond en Maria de Vries,<br />

landelijke coördinator van de Nederlandse Vereniging voor Pleeg-<br />

21


gezinnen (NVP) lichten plannen voor <strong>2007</strong> toe. Inmiddels hebben 223<br />

grootouders zich aangesloten bij de belangenorganisatie. Vanwege een<br />

reorganisatie bij de NVP wordt afgesproken voorlopig dicht bij elkaar te<br />

blijven staan om kennis en ervaring uit te wisselen. Daisy Middelburg en<br />

Mirte Loeffen zullen ondertussen een inventarisatie maken van de knelpunten<br />

tussen grootouders en instanties.<br />

De verschillende voorzieningen voor pleegzorg reageren heel verschillend.<br />

Sommige reageren enthousiast en andere geven geen aparte aandacht<br />

aan grootouders.<br />

In Amsterdam bijvoorbeeld is de aandacht voor grootouders groot. In de<br />

Bijlmer loopt een grootouderproject. De vertegenwoordigster vertelt dat<br />

bij hen de volgende vraag centraal staat: Hoe kunnen wij grootouders die<br />

voor hun kleinkind zorgen zo optimaal mogelijk begeleiden We willen<br />

graag hun levenservaring benutten. Zij kennen de levensgeschiedenis van<br />

hun kleinkinderen beter dan wie ook. Er bestaat een wederzijdse band<br />

tussen grootouders en kleinkinderen! Leeftijd is voor haar geen bezwaar.<br />

Kinderen motiveren en zorgen voor nieuwe energie. Het is een wisselwerking<br />

tussen grootouders en kleinkinderen.<br />

In Brabant merkt men dat er veel over plaatsing bij grootouders wordt<br />

gesproken en steeds meer kinderen bij grootouders worden geplaatst.<br />

Bij de verschillende voorzieningen wordt nagedacht over de frequentie<br />

van de ondersteuning. Ze zijn wel aangesloten bij Pleegzorg Nederland,<br />

maar voeren allen een eigen beleid.<br />

Vanuit de zaal komen er enkele vragen met betrekking tot voogdij:<br />

In het geval van voogdij mogen pleegouders zelfstandig beslissen en zijn<br />

ze niet afhankelijk van ouders of instelling. In uitzonderlijke gevallen<br />

blijkt het mogelijk pleegvergoeding te ontvangen wanneer beide pleegouders<br />

de voogdij op zich nemen.<br />

Hoe het zit met de voogdij door een alleenstaande zal worden uitgezocht<br />

door Mirte Loeffen. Dagvoorzitter René de Bot raadt aan een persoonsgebonden<br />

budget (PGB) aan te vragen. Hij dankt verder alle aanwezigen<br />

22


voor hun inbreng, waarna Daisy Middelburg afsluit met een gedicht en<br />

samenzang met alle grootouders en, inmiddels weer aanwezige, kleinkinderen.<br />

Daisy Middelburg/Betty Huizinga<br />

STICHTING STEUNFONDS VERWANTEN DRUGGEBRUIKERS<br />

De stichting SVD, opgericht in 1994, beoogt financiële steun te geven aan organisaties die<br />

zich richten op de verbetering van de positie van verwanten van druggebruikers. In het bijzonder<br />

en in de eerste plaats wordt gedacht aan de <strong>LSOVD</strong>. Ook u kunt uw steentje bijdragen<br />

op: giro 5524760 t.n.v. Stichting Steunfonds Verwanten Druggebruikers te Hoeven.<br />

Voor vragen over drugs: de Drugs Informatielijn 0900 - 1995<br />

23


STEUNPUNT<br />

GROOTOUDERS, OUDERS VAN EEN DRUGGEBRUIKER<br />

Wij als ouders van … zijn ons er van bewust welke zorgen het ouderschap<br />

met zich meebrengt, maar heeft u er wel eens over nagedacht wat<br />

het betekent om grootouder te worden van een kind, waarvan de ouder(s)<br />

drugs gebruik(en)<br />

Als houder van het grootoudersteunpunt van de <strong>LSOVD</strong> en zelf grootouder<br />

van zo’n kleinkind heb ik mij opgeworpen om de belangen van<br />

deze kinderen te behartigen.<br />

Wanneer u ook een grootouder bent van zo’n kindje schroom dan niet<br />

om contact op te nemen met ons. Wij behartigen niet alleen de belangen<br />

van uw kleinkinderen, maar ook die van u als grootouders! Wij benaderen<br />

Raden van Kinderbescherming, kinderrechters, advocaten, Jeugdzorginstellingen<br />

enz. (indien gewenst) en proberen op deze wijze de juiste<br />

oplossing voor uw problemen te zoeken. De samenwerking tussen u<br />

en deze instanties verloopt niet altijd even vlekkeloos. Dan is tussenkomst<br />

of goed advies, soms ook doorverwijzing onontbeerlijk gebleken.<br />

Er is geen betere en meer vertrouwde omgeving te vinden voor een kind<br />

dan die van grootouders of andere familieleden. Het begrip en daarom<br />

inlevingsvermogen voor deze kinderen vanuit de eigen familie is al even<br />

belangrijk, zo niet nog belangrijker.<br />

Steeds meer aandacht wordt gegeven aan de kinderen van verslaafde<br />

ouders en niet ten onrechte.<br />

Wanneer u behoefte heeft om met lotgenoten van gedachten te wisselen<br />

of u ontmoet op uw weg tegenstand van hulpverleners en/of instanties,<br />

weet ons dan te vinden.<br />

Wij zullen proberen u op weg te helpen in deze doolhof.<br />

U kunt met al uw vragen terecht bij onze Telefonische Hulpdienst<br />

0900-5152244 (ma t/m vrij 10.00-22.00 uur)<br />

of rechtstreeks via het Grootoudersteunpunt <strong>LSOVD</strong> 070-3236584<br />

Daisy Middelburg-Nanning, e-mail d.nanning@orange.nl<br />

24


OPRICHTING WERKGROEP NOORD-BRABANT<br />

Sinds 2006 is er, naast de werkgroepen voor Zeeland, Noord- en Zuid-<br />

Holland, ook een werkgroep voor de regio Noord-Brabant.<br />

Deze werkgroep heeft als voornaamste doelen:<br />

De <strong>LSOVD</strong> meer bekendheid te geven bij de lokale hulpverlening (eventuele<br />

samenwerking), politiek (fondsenwerving) en familieleden van<br />

druggebruikers (ledenwerving).<br />

Ondersteuning geven aan de gespreksgroepleid(st)ers in Noord-Brabant.<br />

De werkgoepleden zijn:<br />

Wendy Lampe-van Rijn<br />

Ellen Ebbenn<br />

Annie van der Velden<br />

Mieke Cruysbergh<br />

Will van Lieshout<br />

André Terneusen<br />

Peter Verloove<br />

Marianne Wagemakers<br />

Voorzitter<br />

Vice-voorzitter<br />

Penningmeester<br />

Secretariaat<br />

PR<br />

PR<br />

PR<br />

PR<br />

We zijn begonnen met ons doel om meer bekendheid te geven aan de<br />

<strong>LSOVD</strong> in Noord-Brabant. Daarom hebben we op 23 november 2006<br />

een oprichtingsbijeenkomst georganiseerd.<br />

We hebben veel uitnodigingen verstuurd en uiteindelijk zijn er ongeveer<br />

60 personen gekomen, waaronder: veel werknemers van Novadic-<br />

Kentron (lokale verslavings-instantie), een wethouder van de Gemeente<br />

Tilburg, mensen van de SOS Telefonische Hulpdienst, iemand van de<br />

Politie Eindhoven, een maatschappelijk werkster en familieleden van<br />

druggebruikers.<br />

25


Deze opkomst was ver boven onze verwachtingen, zowel qua aantal als<br />

de hoeveelheid verschillende instanties.<br />

De dagvoorzitter van de bijeenkomst was Hylke van Zwol (Voorzitter<br />

<strong>LSOVD</strong>). Er werden een aantal presentaties gehouden:<br />

– Wendy Lampe-van Rijn heeft uitgelegd wat de <strong>LSOVD</strong> doet voor<br />

familieleden van druggebruikers en hoe de <strong>LSOVD</strong> te werk gaat.<br />

– Marieke Moorman (Wethouder Gemeente Tilburg) heeft aangegeven<br />

wat het verslavingsbeleid van de Gemeente Tilburg is en wat de<br />

<strong>LSOVD</strong> daarin kan betekenen.<br />

– Els Noorlander (Hoofdbehandelaar dubbel-diagnoseafdeling) heeft het<br />

belang van zelfhulp voor de familie en de verslaafde uitgelegd.<br />

– Lut Storms (Psycholoog bij SBI) zou een presentatie geven over het<br />

belang van scholing voor de actieve leden van de <strong>LSOVD</strong>. Maar wegens<br />

ziekte is zij vervangen door Tini Ouwendijk (Bestuurslid Scholing<br />

<strong>LSOVD</strong>).<br />

Dankzij deze bijeenkomst zijn er nauwere contacten gelegd met Novadic-<br />

Kentron, de Gemeente Tilburg en SOS Telefonische Hulpdienst. Dit heeft<br />

erin geresulteerd dat er meer samengewerkt gaat worden tussen de<br />

<strong>LSOVD</strong> en deze instanties.<br />

Naar aanleiding van het krantenartikel, dat als promotie een dag tevoren<br />

was geplaatst in het Brabants Dagblad, zijn er ook nieuwe aanmeldingen<br />

in onze gespreksgroepen gekomen.<br />

Al met al kunnen we spreken over een zeer geslaagde oprichtingsbijeenkomst!<br />

Inmiddels is de werkgroep alweer een keer bij elkaar gekomen en we<br />

hebben heel wat ideeën om verder te gaan met het realiseren van onze<br />

doelen.<br />

Wendy Lampe-van Rijn<br />

26


(EX-)MINISTER HOOGERVORST ANTWOORDT<br />

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport<br />

Directie Voeding, Gezondheidsbescherming en Preventie<br />

De heer W. Knaap<br />

Den Haag 15 JAN <strong>2007</strong><br />

Uw brief 11 november 2006<br />

Onderwerp<br />

Interview Telegraaf<br />

Geachte heer Knaap,<br />

Met belangstelling heb ik uw brief gelezen waarin u uw ongerustheid<br />

kenbaar maakt over een uitspraak van mij over de schadelijkheid van blowen<br />

die gepubliceerd is in de Telegraaf afgelopen november. Uit uw brief<br />

blijkt duidelijk uw betrokkenheid bij het drugbeleid van het ministerie en<br />

het feit dat u uitgebreid op de hoogte bent van de ontwikkelingen rond<br />

drugsgebruik en publicaties daarover. Ik wil u dan ook bedanken voor<br />

deze bijdrage aan de actuele discussie rond jongeren en cannabisgebruik.<br />

Ik betreur het dat mijn uitspraak in de Telegraaf kennelijk door sommigen<br />

gezien is als een goedkeuring om te blowen. Daarom wil ik graag met<br />

deze brief laten blijken dat ik die bedoeling niet heb gehad. Ik ben geïnterviewd<br />

tijdens de aftrap van de cannabiscampagne je bent niet gek als<br />

je niet blowt. Deze campagne is er juist op gericht om jongeren bewust te<br />

maken van de risico’s van druggebruik. Vaak denken jongeren dat veel<br />

van hun leeftijdgenoten cannabis gebruiken, terwijl uit onderzoek blijkt<br />

dat het overgrote deel dat niet doet. Met deze campagne willen we niet-<br />

27


lowers herbevestigen in hun keuze om niet te blowen en jongeren die<br />

wel eens cannabis gebruiken wijzen op de risico’s.<br />

Ik vind het spijtig dat bovengenoemde uitspraak zo in de krant is gekomen.<br />

Ik heb niet altijd controle op hoe passages in de media verschijnen,<br />

maar de boodschap van het interview is zeker niet geweest dat blowen<br />

geen enkel gezondheidsrisico met zich meebrengt. De campagne besteedt<br />

ook nadrukkelijk aandacht aan de negatieve gevolgen van blowen, juist<br />

voor jongeren.<br />

Postbus 20350<br />

Naast de cannabiscampagne ondersteunt het Ministerie van VWS ook<br />

drugs preventiematerialen voor scholen en specifieke drugspreventieprojecten<br />

gericht op risicogroepen. VWS zet dus wel degelijk in op het<br />

ontmoedigen van drugsgebruik, waaronder cannabis.<br />

Ik vertrouw erop dat uw brief naar tevredenheid beantwoord is en dat ik<br />

uw ongerustheid hiermee heb kunnen wegnemen.<br />

Met vriendelijke groet,<br />

de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,<br />

namens deze, de Directeur Voeding, en Preventie,<br />

A.M.P. van Bolhuis<br />

28


DE VERSLAVING VAN MIJN ZOON (2)<br />

In Info 98 stond dit verhaal van Willie van der Pot. Hierbij het vervolg,<br />

dat zij ons heeft gestuurd.<br />

Na zeven maanden gevangenisstraf is hij in september bij de antroposofische<br />

afkickkliniek Arta Lievegoedgroep in Drente geplaatst. De doelstelling<br />

van deze instelling is hem ervan bewust te laten worden dat zijn<br />

verslaving met hem te maken heeft als persoon, en dat hij dus met een<br />

aantal levensvragen aan de slag zal moeten gaan. Er wordt een leefwijze<br />

gestimuleerd die hem weer wakker maakt ten aanzien van zijn omgeving<br />

en zichzelf.<br />

Gedurende de tijd dat hij daar verblijft mogen we geen contact met hem<br />

hebben, dus ook geen bezoek. Schrijven mag wel. In zijn eerste brief naar<br />

ons schrijft hij “met mij gaat het wel goed, ik heb veel gepraat over de<br />

dingen die ik meegemaakt heb en over hoe heeft kunnen gebeuren wat<br />

gebeurd is. Hierbij zijn er al meerdere keren emoties omhoog gekomen<br />

bij mij, dit vind ik voor mezelf een goede gebeurtenis, ik merk dat ik ook<br />

echt een gevoelsmens ben en heb baat bij het uiten van mijn verdriet. De<br />

kant in mij die verdrietig is over wat ik mijzelf heb aangedaan mag er<br />

zijn. Ik heb al in de tuin en de keuken gewerkt en zit nu in het onderhoud,<br />

dat is ook wel leuk. Ik heb al een wc-bril vervangen en ben bezig met<br />

closetrolhouders maken. We zijn momenteel het schapenhok aan het<br />

slopen zodat we er straks een nieuwe kunnen plaatsen. In het weekend<br />

zijn we bezig met speksteen bewerken, dat vind ik ook leuk, ik merk ook<br />

dat ik goed ben in vormgeving/ontwerp. Hier wil ik toch wel wat mee<br />

doen. Elke donderdagavond gaan we gutsen dit gaat mij ook goed af.”<br />

Vier weken later schrijft hij in zijn tweede brief: “ik ben nu momenteel<br />

aan het werk bij boer Lambert. Dat doe ik in de ochtend en in de middag<br />

ben ik aan het werk in de huishouding (strijken en koken). Ik heb samen<br />

met mijn mentor besloten om naar de afdeling Aanzet in Austerlitz te<br />

29


gaan en ben nu al bezig met welke richting ik op wil gaan qua werkgebied.<br />

Ik denk dat ik begin bij een hovenier met helpen bij tuinaanleg en daarbij<br />

misschien een opleiding voor ontwerpen/vormgeven. Ik ben nu bezig met<br />

een grote mandala te schilderen en voor mezelf ben ik bezig met het<br />

blijven staan in mijn mening. Ik merk dat dit voor mijn zelfvertrouwen<br />

een positieve oefening is.”<br />

In november kregen we zijn derde brief: “ik ben eergisterenavond ziek<br />

geworden en ben gisteren naar Aanzet in Austerlitz overgeplaatst, nu lig<br />

ik in bed om uit te zieken. Er wordt hier wel goed voor mij gezorgd. De<br />

laatste weken vind ik dat ik ook beter voor mezelf ben gaan zorgen, door<br />

mijn mening meer naar buiten te laten komen en door te doen wat ik vind<br />

dat ik moet doen/afspraken die ik met mezelf maak naleven. Ik heb voordat<br />

ik naar de Aanzet ben gegaan, een actieplan gemaakt. Hierin heb ik<br />

dingen geschreven waar ik nog aan wil werken en hoe ik dat ga doen. Ik<br />

mag nu ook 1x in de 4 weken bezoek ontvangen, maximaal 3 uur; hiervan<br />

kunnen we 1 uur wandelen, lijkt me leuk.”<br />

Hij belde me van de week op en vertelde dat hij de eerste dag dat hij aankwam<br />

bij Aanzet iedereen zag roken in een hok terwijl hij de periode dat<br />

hij in Drente zat niet mocht roken. Het was daar verboden. Hij vertelde<br />

dat hij constant aan roken moest denken en de derde dag een pak shag had<br />

gekocht. Na twee dagen vroeg hij zich af: waarom rook ik eigenlijk en<br />

ontdekte dat hij dat deed uit verveling. Hij heeft zijn shag weggegooid en<br />

is gestopt: nu ben ik de enige hier die niet rookt, zei hij. Als ik me verveel<br />

ga ik schilderen, ik ben momenteel een groot schilderij aan het<br />

maken. Ik heb hier ook meer vrijheid, en een kamer voor mezelf, vind ik<br />

wel prettig. Ik heb nu keukendienst en moet voor het eten zorgen, heb<br />

gisteren preitaart gemaakt. Hij vertelde dat hij zijn humor weer terug had,<br />

wat hij heel fijn vond, dat is al die jaren van zijn verslaving weggeweest.<br />

De periode dat hij bij Aanzet verblijft is ongeveer acht maanden. In de<br />

eerste acht weken verzorgt hij het bewonershuis en helpt hij mee de maaltijden<br />

te bereiden. Hij leert de medebewoners kennen en vindt zijn plek<br />

in de groep. Verder doet hij mee aan de groepsactiviteiten, groeps-<br />

30


gesprekken, vrijetijdsgroep, sport, toneel of muziek, kunstzinnige activiteiten<br />

enzovoort. Na acht weken gaat hij ’s morgens stage lopen. Aanzet<br />

heeft contact met diverse bedrijven en instellingen. Maar hij kan ook zelf<br />

een eigen plek regelen. De stages worden begeleid door een medewerker<br />

van Aanzet en er wordt gewerkt aan gezamenlijk opgestelde doelen. Een<br />

goede invulling van zijn vrije tijd, ook in de weekenden, is belangrijk om<br />

terugval te voorkomen.<br />

Dit was het vervolg op mijn verhaal over mijn zoon die verslaafd was aan<br />

harddrugs. Wij zijn erg blij dat het zo goed gaat met hem. Zelf hebben wij<br />

dit afgelopen jaar ervaren als een jaar zonder spanningen en wanhoop. We<br />

genieten van de rust en zijn hoopvol naar de toekomst toe. Wij wensen<br />

alle ouders de kracht, het inzicht en het vertrouwen om je kind los te laten<br />

en tot zijn bodem te laten gaan.<br />

Willie van der Pot<br />

31


LANDELIJKE STICHTING OUDERS EN<br />

VERWANTEN VAN DRUGGEBRUIKERS<br />

DOELSTELLING<br />

De Landelijke Stichting Ouders en Verwanten van Druggebruikers<br />

(<strong>LSOVD</strong>) is een organisatie van ouders en andere familieleden van<br />

druggebruikers en is sinds 1980 actief. Door het uitwisselen van ervaringen<br />

en het geven van informatie hoopt de Stichting te bereiken, dat<br />

ouders e.a. de problemen die het gevolg zijn van verslaving, beter aankunnen.<br />

De <strong>LSOVD</strong> treedt ook op als belangenbehartiger bij overheden en<br />

instellingen. De <strong>LSOVD</strong> ontvangt donaties, meestal van ouders, en<br />

ontvangt subsidie van het Ministerie van VWS. De <strong>LSOVD</strong> heeft een<br />

landelijke telefonische hulpdienst (THD); heeft gespreksgroepen door<br />

het hele land; geeft individuele hulp en advies; organiseert landelijke<br />

contactdagen en geeft een kwartaalblad uit.<br />

Er is een klachtencommissie voor eventuele problemen met actieven of<br />

vrijwilligers, die werkzaam zijn bij de stichting. Het klachtenreglement<br />

is op aanvraag bij het kantoor beschikbaar.<br />

BESTUUR<br />

Voorzitter: H. van Zwol; Vice-voorzitter: Mw. T. Ouwendijk;<br />

Secretaris: Mw. F. Roschar;<br />

Penningmeester: G. Verhoef; Leden: Mw. R. Van den Abeele;<br />

Mw. Y. Cremers; Mw. P. Pankow.<br />

Alle correspondentie te richten aan: Secretariaat <strong>LSOVD</strong>,<br />

Postbus 12132, 3501 AC Utrecht.<br />

Telefoon: 030-2544300.<br />

Postgiro 1386158 t.g.v. <strong>LSOVD</strong>, Utrecht.<br />

E-mail: info@lsovd.org<br />

Website: www.lsovd.nl<br />

32


TELEFONISCHE HULPDIENST<br />

Onze Telefonische Hulpdienst (THD)<br />

is maandag t/m vrijdag te bereiken<br />

van 10.00 tot 22.00 uur<br />

0900 - 515 22 44 (€ 0,20 p.m.)<br />

De telefonisten zijn evenals alle actieven van de <strong>LSOVD</strong> vrijwilligers.<br />

De <strong>LSOVD</strong> kan alleen haar werk doen dankzij deze vrijwilligers en<br />

UW DONATIE.<br />

U kunt zich door middel van onderstaand strookje opgeven als donateur<br />

bij ons secretariaat in Utrecht.<br />

De jaarlijkse donatie bedraagt minimaal € 27,50. U ontvangt een machtigingsformulier<br />

voor eenmalige opdracht om dit bedrag over te maken.<br />

Vier keer per jaar ontvangt u <strong>INFO</strong>, het tijdschrift van de Stichting, en u<br />

bent welkom bij de activiteiten die de Stichting organiseert.<br />

kopiëren of<br />

Naam: de heer/mevrouw: ........................................................................................................................<br />

✄<br />

Adres: ..........................................................................................................................................................................<br />

Postcode: ....................................... Plaats: .....................................................................................................<br />

Datum: ................................................................ Handtekening: .............................................................<br />

meldt zich aan als donateur van de <strong>LSOVD</strong>.<br />

Strookje zenden aan:<br />

Secretariaat <strong>LSOVD</strong>, Postbus 12132, 3501 AC Utrecht.<br />

33


VOOR HULP EN <strong>INFO</strong>RMATIE: 0900 515 22 44

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!