Klik hier - Stichting Pioneering
Klik hier - Stichting Pioneering
Klik hier - Stichting Pioneering
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Werk in uitvoering<br />
WERKPLAATS KLIMAATNEUTRAAL RENOVEREN
Werk in uitvoering<br />
WERKPLAATS KLIMAATNEUTRAAL RENOVEREN
INHOUDSOPGAVE<br />
Voorwoord 7<br />
Werkplaats Klimaatneutraal Renoveren 9<br />
Pilots 13<br />
Zelfstandig onderzoek 29<br />
Kennis delen 35<br />
Slotwoord 42<br />
4<br />
5
Voorwoord<br />
De weg die de werkplaats Klimaatneutraal Renoveren heeft afgelegd is te vergelijken met<br />
een bergwandeling. Bij de start lijkt de top van de berg heel dichtbij: “Dit doen we even”.<br />
Maar een uur later is het net alsof de top maar niet dichterbij komt. De moed zinkt je in de<br />
wandelschoenen. Maar als je omkijkt blijkt dat je wel degelijk een eind bent opgeschoten en bij<br />
de volgende stop ligt de top daadwerkelijk dichterbij dan het vertrekpunt. Met nieuwe moed<br />
loop je verder!<br />
Met de werkplaats staan we op het punt dat de top en het beginpunt ongeveer even ver lijken.<br />
We hebben enorme vooruitgang geboekt. Deze publicatie is <strong>hier</strong> het bewijs van. Er is kennis<br />
ontwikkeld in projecten die we opnieuw kunnen toepassen en er zijn methoden bedacht om<br />
energetische maatregelen te beoordelen en te monitoren. Maar misschien nog wel belangrijker:<br />
het verbeteren van de bestaande woningvoorraad is “tussen de oren” van mensen komen<br />
te zitten! En niet alleen tussen de oren. Er zijn ook concrete voorbeelden, zoals de post-hbo<br />
opleiding Bouwen in de Bestaande Bouw van Saxion en de maatschappelijke investeringsopgave<br />
in Enschede. Naar onze mening hebben wij met deze werkplaats <strong>hier</strong>aan een steentje mogen<br />
bijdragen.<br />
Ik realiseer mij dat de weg nog lang is, maar ik zie dat de top dichterbij komt! Hoewel we vast<br />
nog hobbels op ons pad zullen tegenkomen, ben ik ervan overtuigd dat we uiteindelijk een<br />
gebouwde omgeving hebben die niet afhankelijk is van dure fossiele energiebronnen en waarbij<br />
de energielasten betaalbaar blijven. Het energetisch verbeteren van woningen is een deel<br />
van de oplossing. Het vinden van nieuwe energiebronnen, andere samenwerkingsvormen en<br />
netwerken zijn goede aanvullingen.<br />
Mijn motto: iedere stap brengt ons dichter bij de top. Wij vervolgen graag deze prachtige en<br />
leerzame wandeling. Loopt u met ons mee?<br />
Jeroen Gietema<br />
Voorzitter werkplaats Klimaatneutraal Renoveren<br />
6<br />
7
OVER DE WERKPLAATS<br />
KLIMAATNEUTRAAL<br />
RENOVEREN<br />
Van de Nederlandse woningen is 70% gebouwd voor 1980. Deze woningen zorgen voor 80% van het totale gasverbruik. De gasprijzen voor<br />
huishoudens zijn de afgelopen twintig jaar met 400% gestegen. In woningen met een huurprijs tot 400,- euro kan het energieverbruik gemakkelijk<br />
50% van de huurkosten bedragen. Voor de werkplaats dus alle aanleiding om kennis en ervaring op te doen die leidt tot klimaatneutraal<br />
gerenoveerde sociale huurwoningen.<br />
Medio 2009 hebben bij <strong>Pioneering</strong><br />
betrokken woningcorporaties, bouw- en<br />
installatiebedrijven, architecten, gemeenten<br />
en kennisinstellingen het initiatief genomen<br />
voor de werkplaats Klimaatneutraal<br />
Renoveren.<br />
De belangrijke pijlers van de werkplaats<br />
Klimaatneutraal Renoveren zijn:<br />
• CO2-reductie;<br />
• Het verminderen van het gebruik van<br />
fossiele brandstoffen;<br />
• Het voorkomen van stijgende<br />
energielasten voor de bewoners.<br />
De werkplaats Klimaatneutraal<br />
Renoveren van <strong>Pioneering</strong> ontwikkelt<br />
geïntegreerde toepassingen, die inzicht<br />
geven in de bijdrage aan deze drie<br />
pijlers, de bijbehorende investering en<br />
de terugverdientijd. De werkplaats deelt<br />
de behaalde resultaten met de regionale<br />
bedrijven, woningcorporaties, gemeenten<br />
en kennisinstellingen.<br />
Doelstelling en visie<br />
Binnen de werkplaats doen opdrachtgevers<br />
en bedrijven ervaring op bij vernieuwende<br />
renovatieprojecten die uiteindelijk gaan<br />
leiden naar klimaatneutrale woningen.<br />
De kennisinstellingen UT, Saxion en ROC<br />
van Twente onderbouwen door middel<br />
van onderzoeken de werkelijke resultaten<br />
van de projecten. Dit leidt tot betere<br />
vervolgprojecten en een voorsprong voor<br />
deelnemende marktpartijen.<br />
De projecten en het gas- en<br />
elektriciteitsverbruik worden<br />
gemonitord. Er wordt onderzoek<br />
gedaan naar de terugverdientijd en<br />
naar de bewonerstevredenheid. Over<br />
elke pilot verschijnt een onafhankelijk<br />
rapport, voordat het vertaald wordt naar<br />
vervolgprojecten.<br />
Activiteiten<br />
Pilotprojecten vormen de rode draad binnen<br />
de werkplaats Klimaatneutraal Renoveren.<br />
Ze maken onderdeel uit van verschillende<br />
renovatietrajecten van corporaties.<br />
De werkplaats combineert per project<br />
verschillende technologieën, toepassingen<br />
en maatregelen. Hierbij worden succes- en<br />
faalfactoren duidelijk.<br />
De werkplaats wil het volgende bereiken:<br />
• Concrete praktijkervaring opdoen<br />
met projecten die bijdragen aan het<br />
klimaatneutraal renoveren van sociale<br />
huurwoningen.<br />
• Een doorontwikkeld afwegingsmodel<br />
klimaatneutraal renoveren voor<br />
verschillende typen woningen.<br />
• Werkbare (bouw)processen, met een<br />
minimum aan hinder voor bewoners en<br />
omgeving.<br />
• Clusters van Twentse bedrijven voor<br />
het ontwikkelen en vermarkten van<br />
technologieën en concepten.<br />
• Een communicatiemodel voor het<br />
creëren van maatschappelijk draagvlak bij<br />
corporaties en huurders.<br />
• Ondersteuning van gemeenten bij het<br />
behalen van hun klimaatdoelstellingen<br />
door middel van voorgaande resultaten.<br />
8<br />
9
Deelnemers<br />
www.pioneering.nl/werkplaatsen/klimaatneutraal-renoveren<br />
Roosdom Tijhuis<br />
10<br />
11
PILOTS<br />
Pilotprojecten vormen de rode draad binnen<br />
de werkplaats Klimaatneutraal Renoveren.<br />
Ze maken onderdeel uit van verschillende<br />
reeds geplande renovatietrajecten van<br />
corporaties.<br />
• Het lang Noord<br />
• Velve-Lindenhof<br />
• Flora Domijn<br />
• Klimaatneutraal renoveren op<br />
mutatiebasis<br />
• Project Zutphen<br />
• Project ’t Kotte<br />
• Minor Lean en duurzaam bouwen<br />
• Maatschappelijke investeringsopgave:<br />
duurzaam wonen en werken in Enschede<br />
12<br />
13
PILOT<br />
HET LANG NOORD<br />
PILOT<br />
VELVE-LINDENHOF<br />
Projectgegevens<br />
Projectgegevens<br />
Naam<br />
Het Lang Noord<br />
Naam<br />
Velve-Lindenhof<br />
Locatie<br />
Enschede<br />
Locatie<br />
Enschede<br />
Opdrachtgever<br />
Domijn<br />
Opdrachtgever<br />
De Woonplaats<br />
Opdrachtnemer<br />
Koopmans Bouwgroep b.v.<br />
Opdrachtnemer<br />
Vastbouw Oost<br />
In opdracht van Domijn worden op het Lang<br />
Noord ongeveer tweehonderd zogenaamde<br />
hobbykamerwoningen gerenoveerd, met<br />
als doel een labelsprong van E of F naar<br />
een A, A+ of A++ te maken. De bouw van<br />
de woningen met de eerste twee labels zijn<br />
inmiddels gerealiseerd. De A++ woningen<br />
zijn momenteel in uitvoering.<br />
Vanuit de werkplaats Klimaatneutraal<br />
Renoveren wordt onderzoek gedaan<br />
naar het werkelijke energieverbruik,<br />
eventuele zwakke plekken in de thermische<br />
isolatie, de terugverdientijd en de<br />
bewonerstevredenheid. De resultaten van<br />
de A en A+ woningen zijn in een afrondende<br />
fase en deze rapportage wordt begin 2013<br />
gepresenteerd.<br />
In de Enschedese wijk Velve-Lindenhof<br />
zijn tien karaktervolle zogenaamde<br />
roodbouw- en vijftien grijsbouw woningen<br />
van De Woonplaats grondig gerenoveerd.<br />
Deze renovatie was een bewuste keuze<br />
van de bewoners. Voor het project<br />
heeft de werkplaats Klimaatneutraal<br />
Renoveren onder andere onderzoek<br />
gedaan naar de financiële haalbaarheid<br />
met betrekking tot het Total Cost of<br />
Ownership-model. Daarnaast is binnen<br />
dit project een onderzoek uitgevoerd naar<br />
de procesbeheersing van energetische<br />
renovaties.<br />
14<br />
15
Onderzoek<br />
Financiële haalbaarheid van<br />
energetische maatregelen bij<br />
sociale huurwoningen<br />
Onderzoek<br />
Verbetering van het beheersproces<br />
van energetische verbeteringen bij<br />
de bestaande woningbouw<br />
Stefan Maatman, student bouwtechnische<br />
bedrijfskunde aan Saxion, heeft een<br />
Opzet<br />
De opzet van het onderzoek bestaat uit drie<br />
kanttekeningen. Ten eerste maakt deze<br />
renovatie onderdeel uit van een groot<br />
Woningcorporatie De Woonplaats<br />
heeft een verbeterambitie uitgesproken<br />
hebben dat de woning niet de energetische<br />
prestatie haalt zoals dat vooraf is berekend<br />
voor De Woonplaats natuurlijk om tevreden<br />
bewoners. Wanneer het proces beter<br />
onderzoek uitgevoerd naar de financiële<br />
fases:<br />
wijkverbeteringstraject en ten tweede is<br />
aangaande het beheersproces van<br />
en belooft aan de bewoner. Hierdoor<br />
beheerst wordt, zullen reparatieverzoeken<br />
haalbaarheid van energetisch renoveren van<br />
1. Financiële analyse van de renovaties<br />
deze pilot voor De Woonplaats bedoeld om<br />
energetische verbeteringen bij de bestaande<br />
zullen de maandelijkse lasten, (huur- en<br />
door gebreken in de basis vele malen minder<br />
sociale huurwoningen. Dit is uitgevoerd voor<br />
(investering en exploitatie).<br />
ervaring op te doen. Op de website staat<br />
woningvoorraad op basis van vernieuwend<br />
energielasten) buiten de verbruikslasten,<br />
voorkomen dan wanneer er eisen worden<br />
de renovatie van 15 z.g. grijsbouwwoningen<br />
2. De specifieke kosten van de energetische<br />
een uitgebreider verslag van dit onderzoek.<br />
opdrachtgeverschap. Dit naar aanleiding<br />
niet voldoen aan de verwachtingen.<br />
gesteld aan de prestatie van de woning en<br />
die van G- naar A-label zijn gerenoveerd en<br />
maatregelen (zowel financierings- als<br />
van de aanhoudende strubbelingen tussen<br />
Daarnaast is er gevaar voor de gezondheid<br />
optioneel een onderhoudstermijn.<br />
10 z.g. roodbouwwoningen die van G naar<br />
onderhoudskosten).<br />
opdrachtgever en opdrachtnemer in de<br />
door eventuele schimmelvorming, tocht<br />
A++ (EPC 0,4) zijn gerenoveerd. Het werk<br />
3. Verwachte inkomsten van de<br />
markt de laatste jaren, discussies over de<br />
en het daarbij behorend gebrek aan het<br />
Het onderzoek is de basis voor het verder<br />
is uitgevoerd in 2010 door Vastbouw uit<br />
energetische maatregelen (verandering<br />
kwaliteit van de woningen, de alsmaar<br />
basiscomfort. Uiteindelijk zal de bewoner<br />
fine tunen van het processchema. Dit kan bij<br />
Rijssen.<br />
van de huurinkomsten)<br />
kleiner wordende marges in de<br />
niet tevreden zijn en zal De Woonplaats <strong>hier</strong><br />
uitstel in een of meerdere projecten.<br />
Resultaten<br />
In het onderzoek is gerekend met de<br />
bouwbranche en de<br />
wet- en regelgeving op het gebied van<br />
CO2-reductie en het labelen van de<br />
op aan worden gekeken. Naar aanleiding<br />
van het onderzoek is een specifiek<br />
processchema plus handleiding voor<br />
volgende parameters: exploitatietermijn,<br />
woningvoorraad. Om een compleet beeld<br />
energetische verbeteringen ontwikkeld,<br />
rente, disconteringsvoet, inflatie,<br />
te schetsen van de huidige situatie is er<br />
dat rekening houdt met de specifieke<br />
mutatiegraad en percentage vaste huurders.<br />
onderzoek uitgevoerd op drie niveaus:<br />
speerpunten van De Woonplaats en haar<br />
Het ging bij dit onderzoek meer om het<br />
markt-, branche- en organisatie niveau. Dit<br />
organisatie. In dit processchema wordt<br />
ontwikkelen van TCO-instrumenten dan<br />
is gedaan met behulp van analyse modellen<br />
rekening gehouden met de verbeterpunten<br />
om het project zelf. Door het onderzoek<br />
en interviews met medewerkers van De<br />
in de huidige situatie: communicatielijnen,<br />
werd de verwachting bevestigd dat de<br />
Woonplaats en personen uit de gehele<br />
controlemomenten in het proces,<br />
renovatie van deze 25 woningen binnen<br />
bouwkolom.<br />
bewonersparticipatie en behandeling,<br />
de exploitatieperiode op basis van<br />
evaluaties en dergelijke. Input <strong>hier</strong>voor<br />
huurverhoging bij mutatie financieel<br />
Het gebrek aan beheersing van het<br />
zijn de diverse interviews, zowel binnen als<br />
niet rendabel is. Hierbij horen wel twee<br />
energetisch verbeterproces kan als gevolg<br />
buiten De Woonplaats. Uiteindelijk gaat het<br />
Stageonderzoek<br />
Stageonderzoek<br />
Auteur: Stefan Maatman<br />
Auteur: Roel Navis<br />
Studierichting: Bouwtechnische<br />
Studierichting: Bouwtechnische<br />
Bedrijfskunde, Saxion<br />
Bedrijfskunde, Saxion<br />
Organisatie: De Woonplaats<br />
Organisatie: De Woonplaats<br />
Jaartal onderzoek: 2011<br />
Jaartal onderzoek: 2011<br />
16<br />
17
Onderzoek<br />
Monitoring nieuwbouw en<br />
gerenoveerde woningen<br />
Velve-Lindenhof<br />
Op dit moment worden zowel de<br />
nieuwbouw als de gerenoveerde woningen<br />
op Velve-Lindenhof actief gemonitord.<br />
Op basis van maandelijkse verbruikscijfers<br />
wordt inzicht verkregen in de energetische<br />
prestaties van de woningen. Tachtig procent<br />
van de bewoners doet mee. Dit is een aantal<br />
om trots op te zijn.<br />
Na nieuwbouw of renovaties is het<br />
natuurlijk essentieel om vast te stellen of de<br />
Stageonderzoek<br />
Auteur: Kelly Heuker of Hoek<br />
Studierichting: Bouwtechnische<br />
Bedrijfskunde, Saxion<br />
Organisatie: De Woonplaats<br />
Jaartal onderzoek: 2012 – 2013<br />
woningen aansluiten bij de (energetische)<br />
verwachtingen. Onderzocht wordt ook<br />
of het mogelijk is om tot een parameter<br />
te komen die geschikt is om door enkele<br />
maanden in de winter te monitoren, een<br />
uitspraak te doen over de jaar verbruiken.<br />
Indien het maandverbruik van een woning<br />
sterk afwijkt van de anderen komt de<br />
energieadviseur van De Woonplaats<br />
in beeld. Hij heeft dan contact met de<br />
bewoner. De belangrijke vraag is dan:<br />
Wordt deze afwijking veroorzaakt door een<br />
technische reden of heeft het puur met<br />
z.g. energiegedrag te maken? Waar nodig<br />
worden technische maatregelen genomen<br />
of krijgt de bewoner tips om het verbruik te<br />
verlagen.<br />
Tot slot wordt een onderzoek uitgevoerd<br />
naar het ventilatiegedrag (en de beleving<br />
van de binnenluchtkwaliteit) van de<br />
bewoners. Bij energiezuinige woningen kan<br />
dit namelijk grote invloed hebben op het<br />
verbruik.<br />
18<br />
In de tweede fase is de monitoring bedoeld<br />
om te benchmarken tussen verschillende<br />
groepen bewoners, bijvoorbeeld een- en<br />
tweepersoonshuishoudens, gezinnen en<br />
65-plussers. Omdat De Woonplaats en de<br />
werkplaats het belangrijk vinden om te<br />
ervaren wat we willen en moeten meten,<br />
is er bewust voor gekozen om eerst data in<br />
eigen spreadsheets te verwerken en niet<br />
direct over te stappen op slimme apparaten<br />
of apps.<br />
PILOT<br />
FLORA DOMIJN<br />
Projectgegevens<br />
Naam<br />
Locatie<br />
Opdrachtgever<br />
Opdrachtnemer<br />
Flora Domijn<br />
Enschede<br />
Domijn<br />
Nijhuis Bouw<br />
195 Woningen daterend uit 1928 in de<br />
bloemenbuurt in Schreurserve (Asterstraat,<br />
Floraparkstraat, Geraniumstraat,<br />
Hyacintstraat, Laaressingel en<br />
Minkmaatstraat) worden in opdracht<br />
van Woningcorporatie Domijn grondig<br />
gerenoveerd door Nijhuis Bouw. Daarbij<br />
wordt ook het energielabel verbeterd<br />
van label E of F naar label A. Dit unieke<br />
en karakteristieke stukje Enschede wordt<br />
vooral op basis van de wens van de<br />
bewoners behouden. Dit renovatieproject<br />
heeft de naam Flora Domijn gekregen.<br />
Wens van de bewoners<br />
Dat er is gekozen voor renovatie en niet<br />
voor slopen en nieuwbouw is vooral het<br />
gevolg van de wens van de bewoners. Zij<br />
kozen massaal voor deze optie en deze<br />
wens heeft Domijn overgenomen. Naast<br />
intensieve contacten met de huurders<br />
individueel is er regelmatig overleg met de<br />
bewonerscommissie. Daarnaast worden<br />
bewoners en belangstellenden via een<br />
nieuwsbrief en website (www.floradomijn.<br />
nl) op de hoogte gehouden van de stand<br />
van zaken. Dit alles heeft er mede aan<br />
19<br />
bijgedragen dat de bewonerstevredenheid<br />
tot nu toe erg hoog is. Het project Flora<br />
Domijn is een pilot van Klimaatneutraal<br />
Renoveren van <strong>Pioneering</strong>. Daarbij<br />
wordt niet alleen naar techniek gekeken,<br />
maar ook naar de <strong>hier</strong>boven beschreven<br />
bewonerstevredenheid, de werkelijke<br />
energieverbruiken en financiële aspecten.<br />
Het proces<br />
Door een goed ingeregelde uitvoering is het<br />
mogelijk een woning binnen 6 weken geheel<br />
te renoveren. Vloeren, wanden, sanitair,<br />
elektra, verwarming, keuken, alles wordt<br />
<strong>hier</strong>in meegenomen. Iedereen weet exact<br />
wat hij wanneer moet doen. Daarnaast stelt<br />
Domijn de bewoners tijdens de renovatie<br />
een tijdelijke woning ter beschikking. De<br />
resultaten van het onderzoek worden medio<br />
2013 gepubliceerd.
PILOT<br />
KLIMAATNEUTRAAL<br />
RENOVEREN OP<br />
MUTATIEBASIS<br />
Projectgegevens<br />
Naam<br />
Type<br />
Opdrachtgever<br />
Opdrachtnemer<br />
In opdracht van WBO Wonen is een<br />
haalbaarheidsonderzoek verricht naar de<br />
technische en economische haalbaarheid<br />
van het energetisch renoveren van<br />
een individuele woning gekoppeld aan<br />
mutatieonderhoud. Randvoorwaarde<br />
<strong>hier</strong>bij is dat de uitvoering ingepland moet<br />
Klimaatneutraal renoveren op mutatiebasis<br />
Jaren 60 – 70, grondgebonden woningen<br />
WBO Wonen<br />
Trebbe Oost & Noord B.V.<br />
worden bij het mutatieonderhoud. De<br />
totale uitvoering mag maximaal vier weken<br />
in beslag nemen. Ook is gerekend vanuit<br />
woonlasten. Zodra er woningen leegkomen<br />
kan deze aanpak worden uitgevoerd. De<br />
aanpak is eenvoudig geschikt te maken voor<br />
maatwerk voor de zittende huurder.<br />
20<br />
Onderzoek<br />
Klimaatneutraal renoveren<br />
op mutatiebasis<br />
In opdracht van WBO Wonen de<br />
haalbaarheidsonderzoek verricht naar de<br />
technische en economische haalbaarheid<br />
van het energetisch renoveren van een<br />
individuele woning onderzocht. Het doel<br />
was om woningen bij mutatie energetisch op<br />
te plussen. Met het standaardiseren van het<br />
proces en de uitvoering, wordt het mogelijk<br />
gemaakt om sneller tot opeenvolgende<br />
resultaten te komen. Dit onderzoek geeft<br />
antwoord op de volgende onderzoeksvraag:<br />
“Wat zijn de mogelijkheden voor het<br />
verbeteren van de energieprestatie van een<br />
sociale huurwoning op mutatiebasis?”<br />
Opzet<br />
Na vaststelling van een aantal<br />
selectiecriteria is de keuze op een rijwoning<br />
uit de bouwperiode 1946 – 1964 gevallen.<br />
Het gaat <strong>hier</strong>bij met name om woningen<br />
met een energie-index boven de 1,60<br />
(energielabel D en slechter).<br />
Voor de geselecteerde woning zijn drie<br />
besparingspakketten uitgewerkt en<br />
doorgerekend. Per pakket is de haalbaarheid<br />
op verschillende criteria onderzocht en<br />
geëvalueerd. Met name de technische<br />
maatregelen en de financiële haalbaarheid<br />
voor corporatie en bewoners hebben<br />
prioriteit. Per pakket zijn technische<br />
aspecten in de vorm van bouwkundige<br />
en installatietechnische mogelijkheden<br />
uitgezet.<br />
Financiële aspecten hebben betrekking<br />
op investeringen, onderhoudskosten,<br />
huurprijzen en besparing op energiekosten.<br />
Werkelijke besparingen moeten voor een<br />
huurder aansluiten bij de huurverhoging.<br />
Voor de corporatie moet de huurverhoging<br />
aansluiten bij de investering in besparende<br />
maatregelen. Het terugverdienmodel voor<br />
de besparingspakketten is afgestemd op een<br />
exploitatieperiode van dertig jaar. Hierin<br />
wordt rekening gehouden met bijkomende<br />
onderhoudskosten voor nieuwe installaties.<br />
Met het afsluiten van servicecontracten<br />
wordt een goede werking van de installaties<br />
gewaarborgd.<br />
De technische haalbaarheid is toe te spitsen<br />
op uitvoerbaarheid en toepasbaarheid. Alle<br />
pakketten kunnen in de praktijk worden<br />
uitgevoerd.<br />
Resultaten<br />
Uit de investeringsanalyse blijkt<br />
dat de werkelijke energiebesparing<br />
voor een huurder niet aansluit bij de<br />
mogelijkheden tot huurverhoging vanuit het<br />
woningwaarderingsstelsel. Door aansluiting<br />
te vinden bij de werkelijke energetische<br />
investering op basis van voorcalculatie, is<br />
huurverhoging op basis van het toegepaste<br />
pakket wel realistisch.<br />
Het uitgangspunt bij huurverhoging is<br />
dat de huurder geen financieel nadeel<br />
21<br />
mag ondervinden van de huurverhoging<br />
ten opzichte van de energiebesparing.<br />
Historische en toekomstige energielasten<br />
wijken af per type huishouden. De<br />
gezinssamenstelling en het bewonersgedrag<br />
hebben <strong>hier</strong> invloed op. Aanbevolen wordt<br />
om een aantal profielschetsen van diverse<br />
bewonersgroepen te maken (leefstijlen).<br />
Een toekomstige bewoner kan zich <strong>hier</strong>mee<br />
identificeren en inschatten wat de besparing<br />
ten opzichte van een onzuinige woning is.<br />
Afstudeeronderzoek<br />
Auteur: Martijn van der Veen<br />
Organisatie: WBO Wonen en Trebbe Oost<br />
& Noord BV.<br />
Type: Jaren 60 – 70, grondgebonden<br />
woningen<br />
Jaartal onderzoek: 2011
PILOT<br />
PROJECT ZUTPHEN<br />
PILOT<br />
PROJECT ‘T KOTTE<br />
inzicht te geven in het verschil in de<br />
gemeenschappelijke en de individuele<br />
oorzaken van de spreiding van het<br />
gasverbruik.<br />
Resultaten<br />
Binnenkort wordt gestart met het maken<br />
Resultaten<br />
Er zijn infraroodfoto’s gemaakt bij de<br />
van infraroodopnames bij een aantal<br />
woningen die al onderhouden zijn.<br />
Daarna zal er een enquêteonderzoek<br />
woningen. Dit ter beoordeling van de<br />
plaatsvinden onder de bewoners ten<br />
thermische schil en het opsporen van de<br />
aanzien van hun tevredenheid over het<br />
warmtelekken of warmteverliezen.<br />
renovatieverloop, comfortverbetering en de<br />
energiebesparing. Ten slotte gaat Welbions<br />
Daarnaast is er een enquête afgenomen<br />
binnenkort de energiecijfers van voor en<br />
Projectgegevens<br />
onder de betreffende huishoudens.<br />
na het groot onderhoud opvragen bij de<br />
Naam<br />
Project Zutphen<br />
Doel <strong>hier</strong>van was om het gedrag van de<br />
energieleverancier. De verbruiken van voor<br />
Locatie<br />
Zutphen<br />
bewoners in kaart te brengen ten aanzien<br />
Projectgegevens<br />
en na zullen tegen elkaar afgezet worden<br />
van hun kook-, stook- ventilatie- en<br />
Naam<br />
Project ‘t Kotte<br />
om zo het effect van het groot onderhoud<br />
verwarmingsgedrag. Ook is er gekeken in<br />
Locatie<br />
Hengelo (Ov.)<br />
te testen.<br />
In een VINEX wijk te Zutphen staan acht<br />
tussen de 35 en 45 jaar, tweeverdieners met<br />
hoeverre ze bekend zijn met de inregeling<br />
Opdrachtgever<br />
Welbions<br />
identieke woningen met aangebouwde<br />
hbo of universitaire opleidingen en twee<br />
van de thermostaat, alsmede andere<br />
Opdrachtnemer<br />
Nijhuis<br />
In 2013 zullen de resultaten van deze<br />
stenen garage en een achtertuin op<br />
tot drie kinderen in de leeftijd tussen 4 en<br />
aanwezige installaties.<br />
onderzoeken in een tussenevaluatierapport<br />
het zuidwesten. De woningen hebben<br />
14 jaar.<br />
gepresenteerd worden aan de leden van de<br />
ieder een perceeloppervlakte van ca.<br />
230 m 3 , een inhoud van ca. 550 m 3 en een<br />
woonoppervlakte van ca. 180 m 3 . Deze<br />
zeer goed onderhouden woningen zijn<br />
Probleem- en doelstelling<br />
Van alle acht woningen aan de Beekoever<br />
en de Bosrand zijn de verbruikcijfers door<br />
Het rapport met de resultaten van deze<br />
onderzoeken worden medio februari<br />
2013 gepubliceerd binnen de werkplaats<br />
Klimaatneutraal Renoveren.<br />
In opdracht van Welbions renoveerde<br />
Nijhuis 82 zeer karakteristieke woningen<br />
in Hengelo aan ’t Kotte, St. Ludgerusstraat<br />
en Past. van Rossumstraat. De woningen<br />
goede voorbereiding, samenwerking en<br />
communicatie zijn vrijwel alle woningen<br />
in bewoonde staat naar tevredenheid<br />
gerenoveerd en bezitten nu een B-label.<br />
werkplaats.<br />
gebouwd in 1999 en in 2006 voorzien<br />
van een uitbouw op de eerste verdieping.<br />
Hierdoor beschikken ze over 3 zeer ruime<br />
de bewoners aangereikt. De spreiding in<br />
gasverbruik is, ondanks de homogeniteit,<br />
groot, namelijk 1.440 m3 gas per jaar tussen<br />
werden ooit als duplexwoningen in het<br />
eerste naoorlogse wederopbouwproject<br />
van Hengelo gebouwd en hebben door de<br />
Monitoring<br />
De Werkplaats KNR heeft de opdracht<br />
slaapkamers. In sommige woningen zijn<br />
de laagste en de hoogste verbruikers.<br />
renovatie hun oorspronkelijke uitstraling<br />
gekregen om dit onderhoudsproject te<br />
roosters op de begane grond geplaatst<br />
Uitgedrukt in geld betekent dit een verschil<br />
teruggekregen. De werkzaamheden<br />
gaan monitoren. Deze monitoring zal<br />
om de natuurlijke ventilatie te verbeteren.<br />
van bijna € 864 per jaar inclusief belasting.<br />
bestonden uit ingrijpende dak- en<br />
plaatsvinden op een aantal aspecten<br />
De woningen van het type ‘2 onder 1 kap’<br />
Dit verschil is niet te verklaren, maar<br />
gevelrenovatie (6 weken), gevolgd door<br />
zoals bewonerstevredenheid, het testen<br />
komen uit hetzelfde project. De WOZ-<br />
vermoedelijk is dit niet veroorzaakt door de<br />
badkamer-, keuken- en toiletrenovatie (twee<br />
van de kwaliteit van de schil door middel<br />
waarde per woning is ongeveer € 300.000.-<br />
technische kenmerken van de woningen.<br />
weken). De bewoners konden kiezen uit een<br />
van infraroodopnames en ten slotte het<br />
De gezinssamenstellingen per woning zijn<br />
Door middel van dit onderzoek probeert<br />
zeer uitgebreid keuzepakket, waaronder<br />
vergelijken van energiecijfers van voor en<br />
eveneens vergelijkbaar: twee volwassenen<br />
de werkplaats KNR de bewoners<br />
verschillende indelingsvarianten. Door<br />
na het groot onderhoud.<br />
22<br />
23
PILOT<br />
MINOR LEAN EN<br />
DUURZAAM BOUWEN<br />
PILOT<br />
MAATSCHAPPELIJKE INVESTERINGSOPGAVE:<br />
DUURZAAM WONEN EN WERKEN<br />
IN ENSCHEDE (MIO DWWE)<br />
De gemeente Enschede en de corporaties<br />
marktpartijen de bewoners (huurders en<br />
wordt aangepakt. Klant gestuurd met de<br />
De Woonplaats en Domijn hebben<br />
eigenaren) te overtuigen van het nut van<br />
bewoner (zowel huurders als eigenaren) als<br />
de ambitie in de komende jaren de<br />
een investering in verduurzaming van hun<br />
opdrachtgever.<br />
Enschedese woningvoorraad duurzamer<br />
woning.<br />
en energiezuiniger te maken. Enschede<br />
De doelstellingen van dit project zijn:<br />
bestaat uit ongeveer 67.000 woningen,<br />
De MIO Duurzaamheid is gestart op basis<br />
• 40.000 woningen in Enschede worden<br />
<strong>hier</strong>van is circa 50% huurwoningen. Van<br />
van een initiatief van het college van B&W<br />
verduurzaamd met tenminste twee<br />
deze 67.000 komen circa 40.000 woningen<br />
van de gemeente Enschede, waarna De<br />
labelsprongen (zowel in de huur- als<br />
in aanmerking voor verduurzaming. De<br />
Woonplaats, Domijn en marktpartijen<br />
koopwoningen).<br />
overige woningen zijn al goed geïsoleerd<br />
vervolgens zijn aangehaakt. De MIO<br />
• De Woonlasten met die verduurzaming<br />
of worden binnen afzienbare tijd gesloopt.<br />
kent een stuurgroep en een projectteam.<br />
naar beneden bij te stellen (in ieder geval<br />
De uitdaging daarbij is om samen met<br />
De stuurgroep geeft opdracht aan<br />
op termijn)<br />
Ten tijde van een recessie wordt er<br />
en Technische Bedrijfskunde kunnen<br />
materialen en technologieën ten gunste<br />
het projectteam en dit projectteam is<br />
binnen een bedrijf al snel geroepen<br />
ook studenten van de hbo-opleidingen<br />
van zowel overheid als de bouwsector;<br />
verantwoordelijk voor het realiseren van ‘de<br />
dat de bedrijfsvoering duurzamer en<br />
Stedelijke Ontwikkeling en Civiele Techniek<br />
• Het formuleren van duurzame bouweisen;<br />
opzet en uitvoering’. De <strong>Stichting</strong> <strong>Pioneering</strong><br />
milieubewuster kan. Duurzaam wil niet per<br />
deelnemen.<br />
• Logistieke duurzaamheid.<br />
wordt ingezet bij specifieke vraagstukken<br />
definitie ‘duur’ zeggen. Integendeel: het gaat<br />
(bijvoorbeeld monitoring).<br />
om gebruik van duurzame en herbruikbare<br />
materialen en technologieën. Het kan dus<br />
kostenbesparing opleveren als je het bedrijf<br />
Het thema ‘Duurzaam’ wordt door middel<br />
van theorie en een projectopdracht verder<br />
uitgediept. De projectopdracht richt zich<br />
De minor wordt afgesloten met een<br />
mondeling assessment, presentaties en de<br />
oplevering van een rapportage.<br />
Doelstellingen<br />
De stuurgroep MIO DWWE heeft in<br />
er helemaal op inricht: van cradle to cradle<br />
primair op het behalen van economische<br />
het najaar van 2012 een tussenbalans<br />
dus.<br />
winst met duurzaam bouwen. Het<br />
opgemaakt. Hiermee hebben de<br />
Binnen de minor Lean en duurzaam<br />
onderzoek kent daarnaast de volgende<br />
stuurgroepleden hun commitment aan de<br />
bouwen werken studenten samen aan<br />
aandachtsgebieden:<br />
gezamenlijke doelstellingen herbevestigd<br />
een project uit de praktijk. Het project is<br />
• Energiebesparend bouwen;<br />
en is de richting uitgezet voor de inzet in<br />
leidend en waar nodig volgen de studenten<br />
• Gebruik van duurzame materialen en<br />
de nabije toekomst. Dit onder het motto<br />
colleges of adviesgesprekken met een<br />
technologieën;<br />
‘meters maken en doorontwikkelen’. Dit<br />
begeleider. Er vindt een project plaats van<br />
• Verlengen van de levenscyclus van<br />
komt erop neer dat de beoogde versnelling<br />
woningcorporatie Welbions in Hengelo<br />
gebouwen (door flexibele, demontabele<br />
van de verduurzaming van de bestaande<br />
en één van Domijn in Enschede. Naast<br />
constructies toe te passen);<br />
woningvoorraad naar duizenden woningen<br />
studenten Bouwtechnische Bedrijfskunde<br />
• Kennisdeling met betrekking tot<br />
per jaar op een pragmatische manier<br />
24<br />
25
Onderzoek<br />
Installaties particuliere<br />
woningen<br />
Opzet<br />
Om de interesse naar mogelijke<br />
verbeteringen onder woningeigenaren<br />
te toetsen is er een schriftelijke enquête<br />
afgenomen. In totaal is er een response<br />
van 85 woningeigenaren bereikt. Volgens<br />
berekening kan er met de behaalde<br />
response een betrouwbaarheidsniveau<br />
van 65% behaald worden. Uitspraken<br />
in dit onderzoek zijn op dit<br />
betrouwbaarheidsniveau gebaseerd.<br />
Resultaten<br />
Uit de enquête blijkt 50% van de<br />
respondenten mee wil werken aan een<br />
project waarbij er een aanbod gedaan<br />
wordt met mogelijke installatie als isolatie<br />
technische verbeteringen. Vertaalt naar<br />
de gemeente Enschede gaat het om 6.500<br />
woningen. Eigenaren die niet geïnteresseerd<br />
zijn geven voornamelijk aan dat het project<br />
voor hun financieel gezien niet mogelijk is.<br />
Aanbevelingen<br />
Het eerste advies is om de financiële<br />
drempel te verlagen door te kijken naar<br />
subsidiemogelijkheden. Hierbij is op dit<br />
moment het Energiefonds van de provincie<br />
Overijssel natuurlijk actueel. Eigenaren<br />
zullen tevens sneller investeren wanneer<br />
zij er 100% zeker van zijn deze investering<br />
terug te verdienen. Gekeken moet worden<br />
naar de mogelijkheid van de installatie- ,<br />
bouw- en renovatiebranche om garant te<br />
staan voor het rendement dat zij beloven.<br />
plekken in de verschillende wijken. De<br />
tweede is een quickscan. Op basis van<br />
de huidige staat van elke woning kunnen<br />
snel verschillende verbeteringen met<br />
daarbij de financiële overzichten voor de<br />
woningeigenaren worden geschetst.<br />
Toby en Dominique adviseren de<br />
installatiebranche en haar partners uit de<br />
bouwkolom bovenstaande aanbevelingen<br />
concreet op te pakken.<br />
Stageonderzoek<br />
Auteurs: Toby Reimert en Dominique<br />
Schreuder<br />
Studierichting: Bouwtechnische<br />
Bedrijfskunde, Saxion<br />
Organisatie: Gemeente Enschede<br />
Jaartal onderzoek: 2012<br />
In een vroeg stadium zullen<br />
woningeigenaren betrokken moeten<br />
worden en daarbij is een goede<br />
voorlichting essentieel. Ook zal er door de<br />
installatiebranche in deze voorlichtingen<br />
duidelijk weergegeven moeten worden wat<br />
de mogelijkheden zijn. Daarbij worden 2<br />
instrumenten aanbevolen. De eerste is een<br />
aantal voorbeeldwoningen op strategische<br />
26<br />
27
ZELFSTANDIG<br />
ONDERZOEK<br />
Studenten doen onderzoek in het kader van hun stage of afstuderen.<br />
Onderstaande studentonderzoeken zijn onafhankelijk van een pilot<br />
uitgevoerd. In deze publicatie belichten wij er drie:<br />
• De Total Cost of Ownership benadering en woningcorporaties<br />
• Succesfactoren particulieren<br />
• Werkelijk versus theoretisch energieverbruik<br />
28<br />
29
ZELFSTANDIG ONDERZOEK<br />
DE TOTAL COST OF<br />
OWNERSHIP BENADERING<br />
EN WONINGCORPORATIES<br />
Op welke wijze kan de Total Cost<br />
die jarenlang daarna betaald moeten<br />
rekening gehouden met de restwaarde van<br />
1% stijgt en er 5 jaar leegstand is, wordt<br />
of Ownership (TCO) benadering bij<br />
worden, wordt vaak geen rekening<br />
de opstal.<br />
het eindresultaat met 36,8% negatief<br />
woningcorporaties bijdragen aan het<br />
gehouden. De TCO benadering<br />
beïnvloed.<br />
rendabel maken van de investeringen<br />
daarentegen neemt niet alleen de<br />
Tevens is aan de hand van het rekenmodel<br />
om de energielasten van huurders te<br />
stichtingskosten mee, maar ook de kosten<br />
onderzocht of energie reducerende<br />
Om te inventariseren of het opgestelde<br />
reduceren?<br />
in de exploitatieperiode. Dit zijn niet alleen<br />
investeringen,<br />
rekenmodel daadwerkelijk bruikbaar is<br />
de kosten van het product (life cycle cost,<br />
daadwerkelijk bijdragen aan een lagere<br />
voor woningcorporaties, is er een enquête<br />
Uit het literatuuronderzoek blijkt dat<br />
LCC), maar ook de proceskosten. Binnen<br />
energierekening. Voor het passiefhuis<br />
opgesteld waaraan acht woningcorporaties<br />
veel bedrijven de investeringskeuze<br />
het onderzoek is de structuur gehanteerd<br />
bedragen de netto contante energielasten,<br />
hebben deelgenomen. In de enquête<br />
laten afhangen van de hoogte van de<br />
van de NEN normen 2631 (stichtingskosten)<br />
voor 50 jaar € 54.026. Voor een<br />
wordt onderscheid gemaakt tussen<br />
stichtingskosten. Met de exploitatiekosten<br />
en 2632 (exploitatiekosten).<br />
appartement met een EPC van 0,6<br />
de beoordeling van uitsluitend het<br />
Opzet<br />
Om de TCO inzichtelijk te maken, is er<br />
bedragen de netto contante energiekosten<br />
€ 115.860.<br />
rekenmodel en de bruikbaarheid van<br />
het model bij woningcorporaties. Naast<br />
deze onderdelen is er gevraagd naar<br />
een rekenmodel opgesteld waarmee<br />
Naast deze berekening is er een<br />
verbeterpunten en sterke elementen van<br />
woningcorporaties niet alleen de TCO<br />
gevoeligheidsanalyse opgesteld om de<br />
het rekenmodel.<br />
gespecialiseerde programmatuur voor<br />
worden om snelle berekeningen te<br />
kunnen berekenen, maar ook scenario’s<br />
kunnen doorberekenen. Om de werking<br />
van het rekenmodel te demonstreren heeft<br />
invloed van veranderende parameters<br />
weer te geven. Hieruit is naar voren<br />
gekomen dat, als de disconteringsvoet<br />
Resultaten<br />
Uit het onderzoek blijkt dat het<br />
woningcorporaties, geven een hogere<br />
waarderingsscore dan woningcorporaties<br />
die wel over deze software beschikken.<br />
kunnen maken.<br />
Het rapport is een goede basis. Per bedrijf<br />
de onderzoeker het model ingevuld aan de<br />
met 1% daalt, het rentetarief op het<br />
rekenmodel compleet is, eenvoudig in<br />
Over het algemeen kan gesteld worden<br />
dient dit wel op maat gemaakt te worden.<br />
hand van het casus project ‘Kotmanpark’.<br />
vreemd vermogen met 1% daalt en er geen<br />
gebruik en logisch opgebouwd.<br />
dat het opgestelde rekenmodel<br />
De aanbeveling voor het gebruik van dit<br />
Uit deze berekening is gebleken dat één<br />
leegstand is, het eindresultaat met 25%<br />
Over de bruikbaarheid van het<br />
bruikbaar is voor woningcorporaties.<br />
rekenmodel luidt: gebruik zoveel mogelijk<br />
appartement, over een exploitatieperiode<br />
positief beïnvloed wordt. Daarentegen als<br />
rekenmodel lopen de meningen van de<br />
Bij de woningcorporaties met speciale<br />
realistische getallen. Hierdoor stijgt de<br />
van 50 jaar, een negatieve netto contante<br />
de disconteringsvoet met 1% stijgt, het<br />
geënquêteerden sterk uiteen. Vooral voor<br />
programmatuur zal het rekenmodel<br />
nauwkeurigheid van de uitkomsten.<br />
waarde van € 94.575. Hierbij is geen<br />
rentetarief op het vreemd vermogen met<br />
bedrijven die geen gebruik maken van<br />
als verkenning gebruikt kunnen<br />
Afstudeeronderzoek<br />
Auteur: Jan Geert ten Hove<br />
Studierichting: Vastgoed & Makelaardij,<br />
Saxion<br />
Organisatie: <strong>Stichting</strong> <strong>Pioneering</strong>,<br />
Werkplaats KNR<br />
Jaartal onderzoek: 2012<br />
30<br />
31
ZELFSTANDIG ONDERZOEK<br />
WERKELIJK VERSUS THEORETISCH<br />
ENERGIEVERBRUIK<br />
ZELFSTANDIG ONDERZOEK<br />
SUCCESFACTOREN<br />
PARTICULIEREN<br />
Door middel van dit onderzoek is<br />
geprobeerd antwoord te krijgen op de<br />
volgende hoofdvraag:<br />
“Komen de berekende en werkelijke<br />
energieverbruikscijfers van woningen van<br />
de leden van WoON overeen of wijken ze bij<br />
bepaalde energielabels significant af? Wat zijn<br />
<strong>hier</strong>door de financiële gevolgen voor bewoners<br />
en corporaties?”<br />
Resultaten<br />
Uit dit onderzoek naar het energieverbruik<br />
van 558 woningen van verschillende<br />
Afstudeeronderzoek<br />
Auteur: Michiel Bosch<br />
Studierichting: Vastgoed & Makelaardij,<br />
Saxion<br />
Organisatie: <strong>Stichting</strong> <strong>Pioneering</strong>,<br />
Werkplaats KNR<br />
Jaartal onderzoek: 2011<br />
woningcorporaties in Twente is gebleken<br />
dat het werkelijke energieverbruik niet<br />
overeenkomt met het theoretisch berekende<br />
energieverbruik.<br />
Vooral in het gasverbruik is het onderlinge<br />
verschil tussen de energielabels kleiner<br />
dan vooraf berekend. Uit dit onderzoek is<br />
gebleken dat woningen met energielabel<br />
A gemiddeld 38% meer gas verbruiken dan<br />
vooraf berekend. Terwijl woningen met<br />
energielabel F 20% minder gas verbruiken.<br />
Ook in het energieverbruik per energielabel<br />
blijken grote verschillen te zitten. Bij de<br />
onderzochte woningen met energielabel B<br />
is een spreiding vastgesteld van 9 m 3 gas per<br />
m 2 woonoppervlak.<br />
Bij energielabel C is dit zelfs 19 m 3<br />
per m 2 . Dit verschil laat zien dat het<br />
bewonersgedrag meer invloed heeft op<br />
het gasverbruik bij energetisch mindere<br />
woningen. Bij de energetisch betere<br />
woningen wordt het onzuinige gedrag<br />
grotendeels gecompenseerd door de<br />
energetische kwaliteit van de woning.<br />
Ook het werkelijke elektriciteitsverbruik<br />
komt niet overeen met het vooraf berekende<br />
verbruik. Voor alle energielabels blijkt het<br />
werkelijke, gemeten elektriciteitsverbruik<br />
fors hoger dan vooraf berekend omdat<br />
bij het berekenen van het energielabel<br />
geen rekening wordt gehouden met<br />
persoonsgebonden elektriciteitsverbruik.<br />
Het gebruik van persoonlijke elektrische<br />
apparatuur zorgt dat het werkelijke<br />
elektraverbruik hoger is dan berekend.<br />
Het verschil tussen het theoretische en<br />
werkelijke energieverbruik heeft gevolgen<br />
voor bewoners en corporaties. Door bij<br />
de berekening van de reductie van de CO 2<br />
uitstoot gebruik te maken van het werkelijke<br />
energieverbruik, wordt duidelijk dat de<br />
besparing door het ‘oplabelen’ niet gehaald<br />
wordt. (38.4 in plaats van de gestelde 60<br />
kiloton CO 2<br />
) Naast het ‘oplabelen’ zou<br />
er ook aandacht moeten zijn voor het<br />
bewonersgedrag.<br />
Het ‘oplabelen’ van de woningen heeft<br />
ook gevolgen voor de bewoners. Dit<br />
onderzoek laat zien dat een aan de<br />
renovatie gekoppelde huurverhoging geen<br />
negatieve invloed hoeft te hebben op de<br />
netto woonlasten. Zo wordt de maximaal<br />
mogelijke huurverhoging, op basis van het<br />
WWS, grotendeels opgevangen door een<br />
daling in de energielasten. Wanneer ook de<br />
te ontvangen huurtoeslag meegenomen<br />
wordt, blijkt dat de netto woonlasten voor<br />
bewoners kunnen dalen. Door dit inzichtelijk<br />
te maken voor bewoners kan een groot<br />
deel van de weerstand, die een renovatie<br />
en huurverhoging oproept, weggenomen<br />
worden. Uit dit onderzoek blijkt dat er<br />
noodzaak is tot energetisch verbeteren van<br />
woningen voor bewoners.<br />
32 33<br />
Dertig procent van de totale CO2-uitstoot<br />
komt van de bestaande woningvoorraad en<br />
het overgrote deel daarvan is in particulier<br />
eigendom. Terwijl woningcorporaties<br />
maatregelen treffen om hun woningvoorraad<br />
energetisch te verbeteren, lijkt de grootste<br />
groep particuliere woningeigenaren <strong>hier</strong> nog<br />
onvoldoende mee bezig. Twee studenten van<br />
de opleiding Vastgoed en makelaardij aan<br />
Saxion, Nardy Hensen en Silke Westerhoff,<br />
richten daarom hun afstudeeronderzoek<br />
op deze particuliere woningeigenaren. Hoe<br />
kunnen zij enthousiast gemaakt worden om<br />
hun woning te verbeteren?<br />
Nardy en Silke voeren dit onderzoek uit op<br />
initiatief van de werkplaats Klimaatneutraal<br />
Renoveren en de Stuurgroep Experimenten<br />
Volkshuisvesting. Nardy richt zich op het<br />
energieneutraal maken van particuliere<br />
woningen, Silke op een sprong van twee of<br />
drie energielabels. In hun onderzoek staat de<br />
klantbenadering centraal.<br />
Succes- en faalfactoren<br />
Voordat de studenten marktonderzoek kunnen<br />
doen, hebben ze zich verdiept in de theorie over<br />
energetische maatregelen en klantbenadering.<br />
In veertien interviews, die ze kunnen plannen<br />
met behulp van SEV Energiesprong, hopen<br />
ze de succes- en faalfactoren te ontdekken<br />
in de klantbenadering om woningeigenaren<br />
te bewegen hun woning energieneutraal te<br />
maken of hen een labelsprong te laten maken.<br />
“We onderzoeken of er verschillen zijn in de<br />
benadering voor energieneutraal maken en een<br />
labelsprong maken, we kijken wat de successen<br />
zijn en wat je beter kunt laten”, legt Nardy uit.<br />
Een van de verwachtingen is dat geld een grote<br />
rol speelt. Wellicht dat bijvoorbeeld het afgeven<br />
van garanties over afnemende energiekosten<br />
mensen eerder over de streep zal trekken. Ook<br />
dat wordt meegenomen in het onderzoek.<br />
Houvast<br />
De geïnterviewden zijn met name<br />
projectleiders en energieadviseurs van<br />
gemeenten. Silke: “Met ons onderzoek willen<br />
we hen een houvast geven. De gemeente is<br />
namelijk vaak initiatiefnemer en zij kunnen<br />
de randvoorwaarden schetsen voor de<br />
woningeigenaren.”<br />
Naar verwachting kunnen de studenten half<br />
februari hun resultaten presenteren.<br />
Interview <strong>Pioneering</strong> nieuwsbrief<br />
januari 2013 met studentonderzoekers<br />
Nardy Hensen en Silke Westerhoff:<br />
Wanneer willen particulieren hun<br />
woning energetisch verbeteren?
KENNIS DELEN<br />
Vanuit de Werkplaats Klimaatneutraal Renoveren zijn de volgende activiteiten<br />
en bijeenkomsten georganiseerd om kennis te maken en te delen:<br />
22-11-2010 Excursie pilotprojecten “Het Lang Noord” en “Velve Lindenhof”<br />
27-05-2010 Meet & Greet “Uitdagend aanbesteden”<br />
16-05-2011 Workshop: De financiële haalbaarheid van energetisch renoveren van sociale<br />
huurwoningen<br />
28-06-2011 Workshop: Woonlastenwaarborg: Welke rol moeten corporaties en marktpartijen<br />
<strong>hier</strong>bij nemen?<br />
07-07-2011 Bijeenkomst samen met KISS (KDGOO): “Duurzaamheid en Zorginstellingen”<br />
06-09-2011 Workshop: KNR bij mutatie / paneldiscussie schil versus installatietechnisch<br />
26-10-2011 Workshop: Renoveren; de schil versus (decentrale) installaties<br />
17-04-2012 Excursie: ROC te gast bij het project Flora Domijn<br />
29-05-2012 Bezoek Ministerie van Binnenlandse zaken aan duurzaamheidsproject<br />
31-05-2012 Workshop: Energie-efficiency in Duitse en Nederlandse gemeentelijke gebouwen<br />
02-10-2012 Bijeenkomst “Duurzame energie en smart grids”<br />
Zie ook: www.pioneering.nl/werkplaatsen/klimaatneutraal-renoveren<br />
34<br />
35
EXCURSIE<br />
Pilotprojecten<br />
Het Lang Noord en<br />
Velve-Lindenhof<br />
WORKSHOP<br />
De financiële haalbaarheid<br />
van energetisch renoveren<br />
van sociale huurwoningen<br />
Op maandagmiddag 22 november<br />
2010 namen 50 leden van <strong>Stichting</strong><br />
<strong>Pioneering</strong> deel aan een excursie naar<br />
twee pilotprojecten van de werkplaats<br />
Klimaatneutraal Renoveren: Het Lang Noord<br />
en Velve-Lindenhof.<br />
Op de hoofdlocatie van De Woonplaats<br />
gaven Jan Vos (Domijn) en Dik Roetert<br />
Steenbruggen (De Woonplaats) een<br />
toelichting op het milieubeleid van hun<br />
corporaties. Vervolgens gaven beiden<br />
een toelichting op de renovatieprojecten<br />
Het Lang Noord en Velve-Lindenhof.<br />
Speciale aandacht was er voor de specifieke<br />
onderzoeksvragen die ze bij de werkplaats<br />
hebben neergelegd. Na deze inleiding<br />
vertrok men vanaf De Woonplaats richt de<br />
pilotprojecten.<br />
Onder leiding van Anne Marie Ikink en Dik<br />
Roetert Steenbruggen (De Woonplaats),<br />
Peter Sinnema en Jan Vos (Domijn) werden<br />
beide locaties bezocht. Van verschillende<br />
betrokken bedrijven zoals Vastbouw,<br />
Koopmans en Beltman Architecten, waren<br />
er deskundigen aanwezig. Zij gaven de<br />
deelnemers ter plekke een spontane en<br />
praktische toelichting.<br />
De werkplaats Klimaatneutraal Renoveren<br />
kijkt terug op een geslaagde mix van het<br />
uitwisselen van ervaringen, het aanraken en<br />
bekijken van resultaten gecombineerd met<br />
een netwerk- wandeling.<br />
Vanuit de werkplaats KNR is in opdracht van<br />
De Woonplaats een onderzoek verricht naar<br />
de financiële haalbaarheid van energetisch<br />
renoveren van sociale huurwoningen. De<br />
twee typen gerenoveerde woningen op<br />
Velve-Lindenhof zijn <strong>hier</strong>voor als basis<br />
gebruikt. Doel van dit onderzoek was<br />
echter niet om achteraf financieel inzicht te<br />
krijgen in het uitgevoerde project, maar het<br />
ontwikkelen van financiële instrumenten voor<br />
nieuwe projecten.<br />
Het rekenmodel zal in de toekomst<br />
door De Woonplaats gebruikt worden<br />
om de financiële voor- en nadelen van<br />
energiebesparende keuzes in nieuwe<br />
renovatieprojecten te beoordelen. Het model<br />
is in deze workshop van KNR gepresenteerd<br />
en is beschikbaar gesteld voor andere<br />
corporaties. Kijk voor meer informatie over<br />
het onderzoek van Stefan Maatman op<br />
pagina 16.<br />
36<br />
37
WORKSHOP<br />
Woonlastenwaarborg: Welke<br />
rol moeten corporaties en<br />
marktpartijen <strong>hier</strong>bij nemen?<br />
WORKSHOP<br />
Renoveren;<br />
de schil versus<br />
(decentrale)<br />
installaties<br />
Zowel huurders als particuliere eigenaars<br />
zijn terughoudend om mee te werken aan<br />
energetische renovaties. Zij willen zekerheid.<br />
Woningcorporaties zitten echter met twee<br />
belangrijke vragen. Maken de marktpartijen<br />
de beloofde besparing wel waar en past de<br />
bewoner bij het geven van garanties het<br />
gedrag ten aanzien van energieverbruik niet<br />
negatief aan? Ruim 30 deelnemers hadden<br />
zich aangemeld voor deze workshop. Er<br />
waren vertegenwoordigers van gemeenten,<br />
woningcorporaties en marktpartijen<br />
aanwezig.<br />
De kernvragen die werden behandeld:<br />
• Hoe maken bedrijven en corporaties de<br />
beloofde energiebesparing waar naar<br />
eigenaar-bewoners en huurders?<br />
• Hoe wordt voorkomen dat bewoners<br />
nonchalant energie verbruiken onder<br />
het mom van: “We hebben toch een<br />
verbruiksgarantie”?<br />
Tijdens de opening gaf de dagvoorzitter,<br />
programmadirecteur Bas van der Veen, al<br />
aan dat partijen hun verantwoordelijkheid<br />
moeten nemen: als een woning uitnodigt tot<br />
oneigenlijk gebruik, dan is het ontwerp niet<br />
goed.<br />
De eerste presentatie werd gegeven door<br />
Onno Van Rijsbergen van het Woonbond<br />
Kennis- en Adviescentrum. Zijn constatering<br />
was dat veel corporaties energetische<br />
verbetering van woningen technisch<br />
benaderen. Dit terwijl de bewoner er<br />
naar kijkt vanuit beleving. Ze spreken dus<br />
eigenlijk twee verschillende talen. Zijn<br />
uitdrukkelijke advies aan corporaties is,<br />
om uit te gaan van wensen van bewoners<br />
en daar (energetische) maatregelen op<br />
aan te passen. Dan komt een project veel<br />
gemakkelijker van de grond. Ontzorgen<br />
van bewoners is daarbij een belangrijk<br />
aandachtspunt. Vervolgens ging hij in op hun<br />
concept voor de woonlastenwaarborg voor<br />
huurders. Het wordt toegepast in situaties<br />
waar meerdere maatregelen een structurele<br />
huur doorbelast. Bij het niet behalen van<br />
de besparing over het complex als geheel,<br />
wordt de huurverhoging door de corporatie<br />
met terugwerkende kracht naar beneden<br />
bijgesteld. Opvallend <strong>hier</strong>bij is dat de<br />
maatregel voor bewoners die veel energie in<br />
de oude situatie verbruikten erg voordelig<br />
en voor hen die toen al weinig gebruikten<br />
financieel nadelig kan zijn. Ervaring leert<br />
dat de meeste bewoners hun energetische<br />
gedrag niet (negatief) aanpassen. Het is<br />
eerder andersom. Wel is er bewust voor<br />
gekozen om uit te gaan van het gemiddelde<br />
verbruik over de groep woningen. Het is<br />
dus geen individuele garantie. Tot slot is de<br />
regeling alleen voor zittende huurders van<br />
voor de verbeteringen van toepassing.<br />
In de tweede presentatie<br />
‘Woonlastengarantie voor eigenaar-bewoners<br />
bij het project “Uw woning in de Watten”’<br />
hij of zij ook nog bewoont. Dit verhoogt<br />
de betrokkenheid. Het uitgangspunt bij de<br />
aanpak van de gemeente Apeldoorn bij het<br />
project in De Watten is dat de eigenaarbewoner<br />
direct de besparing ervaart via zijn<br />
of haar bankrekening. De duurzame lening<br />
met een rentepercentage van 2 procent<br />
is daarbij een prettige bijkomstigheid. De<br />
gemeente Apeldoorn heeft dit project<br />
geïnitieerd omdat marktpartijen het niet<br />
integraal oppakten. De ambitie is echter wel<br />
dat de marktpartijen het weer overnemen.<br />
Tijdens het laatste deel van de bijeenkomst<br />
gingen de groepen zelf aan het werk met dit<br />
thema, steeds vanuit het perspectief van<br />
eigenaar-bewoners, huurders, corporaties,<br />
overheden en marktpartijen. De exacte<br />
aanpak van woonlastengaranties van de<br />
Woonbond wordt in Oost-Nederland nog niet<br />
toegepast. Wel worden her en der regelingen<br />
In de praktijk blijkt bij meerdere<br />
renovatieprojecten blijkt dat het technisch<br />
moeilijk is om bijvoorbeeld naar passiefhuisniveau<br />
te isoleren. Dit is onder andere sterk<br />
afhankelijk van de oorspronkelijke bouwwijze<br />
van de woning. Daarnaast wordt geworsteld<br />
met het terugverdienen van de bijbehorende<br />
vaak forse investeringen in bouwkundige<br />
maatregelen. De trias energetica stuurt <strong>hier</strong> wel<br />
op aan, maar gaat primair uit van de technische<br />
haalbaarheid. Anderzijds is de technische en<br />
economische levensduur van installaties veel<br />
korter. Investeren in installaties levert daardoor<br />
de mogelijkheid flexibel in te spelen op nieuwe<br />
technische ontwikkelingen. Bovendien zijn er<br />
allerlei ontwikkelingen waardoor de decentrale<br />
opwekking van duurzame energie goedkoper<br />
wordt. Voorgaande maakt dat steeds meer<br />
mensen aangeven dat de trias energetica<br />
ingehaald wordt door de actualiteit.<br />
energiebesparing opleveren. Dus niet bij<br />
ging de heer Theo van Es van de gemeente<br />
gehanteerd die de methode benaderen. Ook<br />
één maatregel. Bij deze opzet wordt niet<br />
Apeldoorn aan de hand van dit voorbeeld in<br />
de aanpak van de gemeente Apeldoorn voor<br />
uitgegaan van huurverhoging op basis van<br />
op het thema van de workshop. Interessant<br />
eigenaar-bewoners is erg vernieuwend. Een<br />
de labelverbetering, maar van huurverhoging<br />
aan deze opzet is o.a. dat dit voor iedere<br />
uitgangspunt werd door velen bevestigd:<br />
op basis van de voorspelde besparing over<br />
woning individueel is. Zij gaan een fonds<br />
Een huurverhoging voor een huurder of de<br />
de woningen gezamenlijk. Daarbij moet de<br />
vormen voor het waar nodig uitbetalen van<br />
maandelijkse financieringslasten voor een<br />
huurder gemiddeld een financieel voordeel<br />
de garantie. Verder is het grote verschil<br />
eigenaar-bewoner is een hard gegeven, maar<br />
hebben. Van de voorspelde energiebesparing<br />
met de vorige presentatie, dat de eigenaar<br />
maak dan ook de besparing hard!<br />
wordt bijvoorbeeld 70 of 85 procent als<br />
beslist over zijn of haar eigen woning die<br />
38<br />
39
Excursie<br />
TE GAST BIJ FLORA DOMIJN<br />
College Bouw, Infra &<br />
Interieur, ROCvanTwente<br />
Op 17 april 2012 brachten 25 docenten<br />
en medewerkers van het MBO College<br />
Bouw, Infra & Interieur van het ROC van<br />
Twente een bezoek aan het pilotproject<br />
Flora Domijn. Dit in het kader van hun<br />
duurzaamheidsdag. De groep werd in<br />
de modelwoning aan de Geraniumstraat<br />
ontvangen door Gerard Salemink, chef<br />
werkplaats Klimaatneutraal Renoveren<br />
en Resultaatgericht Vastgoedonderhoud.<br />
Daarna bezochten ze, onder begeleiding van<br />
Derk ter Harmsel en Herman Vasters van<br />
Nijhuis Bouw, woningen die in allerlei fasen<br />
van de uitvoering waren.<br />
Cursisten Leergang<br />
‘Bouwen aan<br />
de bestaande<br />
woningvoorraad’<br />
Het initiatief voor de opleiding ‘Bouwen<br />
aan de bestaande woningvoorraad’ komt<br />
van marktpartijen en is opgepakt door<br />
het lectoraat Vernieuwend Ondernemen<br />
in de Bouw van Saxion Kenniscentrum<br />
Leefomgeving. In deze opleiding komt<br />
alle, voor het bouwen in de bestaande<br />
bouw, benodigde kennis bijeen. Belangrijke<br />
uitgangspunten <strong>hier</strong>bij zijn de praktijk,<br />
integrale benadering en ketenaanpak. De<br />
deelnemers zijn na de opleiding in staat<br />
als professional een renovatieproject te<br />
managen, waarbij de eigen discipline de<br />
basis blijft. De opleiding is flexibel en<br />
interactief van opzet; van cursisten wordt<br />
steeds inbreng vanuit de eigen praktijk<br />
verwacht. Het theoretische deel wordt door<br />
middel van workshops in praktijksituaties<br />
gesimuleerd. In kleine groepen wordt aan<br />
een praktijkopdracht gewerkt, zo ook aan<br />
opdrachten binnen Flora Domijn.<br />
Ministerie van<br />
Binnenlandse zaken<br />
en Koningsrelaties<br />
Op 29 mei bracht het Ministerie van<br />
Binnenlandse Zaken en Koningrelaties<br />
een bezoek aan Twente. Directeur Ferdi<br />
Licher (Kennis en Verkenningen) was<br />
deze middag te gast bij Linda van Asselt<br />
van Regio Twente. Zij is projectleider<br />
van zowel DC NOISE als de Twentse<br />
duurzaamheidsagenda. Regio Twente<br />
is leadpartner van de 9 partners die<br />
participeren in het project DC NOISE<br />
(Demographic Change: New Opportunities<br />
in Shrinking Europe). Het doel van<br />
de Twentse duurzaamheidsagenda is<br />
focus aan te brengen in de kansrijke en<br />
verbindende initiatieven in Twente, zodat<br />
door overheden, ondernemers, onderzoeksen<br />
onderwijsinstellingen, gezamenlijk en<br />
gericht wordt opgetrokken bij het realiseren<br />
van een duurzame samenleving. <strong>Stichting</strong><br />
<strong>Pioneering</strong> participeert in de Twentse<br />
duurzaamheidsagenda. Daarom kwam de<br />
vraag om een toelichting te geven op het<br />
thema duurzaamheid binnen <strong>Pioneering</strong>.<br />
Om een voorbeeld van een<br />
duurzaamheidsproject te tonen werd het<br />
<strong>Pioneering</strong>pilot “FloraDomijn” in Enschede<br />
bezocht. In de modelwoning aan de<br />
Geraniumstraat werd het project toegelicht<br />
door Ronald Jonker, seniorprojectleider bij<br />
Domijn en eindverantwoordelijke voor het<br />
project. Hij gaf inzicht in de wijze waarop<br />
het project is opgepakt, zowel met de<br />
bewoners al met de uitvoerende bedrijven.<br />
Chef van de werkplaatsen Klimaatneutraal<br />
Renoveren en Resultaatgericht<br />
Vastgoedonderhoud Gerard Salemink liet<br />
aan de hand van infraroodopnamen zien<br />
hoe Saxion in opdracht van <strong>Pioneering</strong><br />
aanvullend onderzoek heeft uitgevoerd voor<br />
het lokaliseren van warmteverlies. Hiermee<br />
konden bepaalde aanpassingen tijdens<br />
de uitvoeringen worden gemaakt om de<br />
isolatiewaarde nog verder<br />
te optimaliseren.<br />
BIJEENKOMST<br />
Duurzame energie en smart grids;<br />
Slim en duurzaam de toekomst in<br />
Duurzaam opgewekte energie en smart grids<br />
zijn naast maatregelen aan de schil van de<br />
woning veelbesproken onderwerpen voor<br />
de reductie van de CO2 uitstoot. Dinsdag<br />
2 oktober 2012 werd <strong>hier</strong>over nagedacht<br />
en gesproken tijdens een bijeenkomst van<br />
Klimaatneutraal Renoveren. De middag vond<br />
plaats bij Cogas in Almelo en werd geopend<br />
door dagvoorzitter Bas van der Veen met<br />
daarna een welkomstwoord door de gastheer<br />
Michiel Kirch namens Cogas.<br />
Drie vormen van duurzame energie<br />
De ruim 60 aanwezigen luisterden<br />
vervolgens geboeid naar Arno Wurkum<br />
van Cogas Duurzaam, die drie vormen<br />
van duurzame energie besprak: warmtekoudeopslag,<br />
biomassa en biogas. Alle drie<br />
vormen illustreerde hij met behulp van<br />
praktijkervaring.<br />
Smart grids<br />
Het tweede deel van de middag stond in<br />
het teken van smart grids. Peter van der<br />
Sluijs, beleidsadviseur Alliander en secretaris<br />
<strong>Stichting</strong> SETS, wees op de veranderingen<br />
die eraan zitten te komen. In de oude<br />
situatie was er een centrale en constante<br />
productie van elektriciteit. Nu zijn er door b.v.<br />
zonnecollectoren en windenergie naast de<br />
centrale ook veel decentrale producenten een<br />
gedeelte van de dag. De netwerken worden<br />
waarschijnlijk in 2020 meer lokale netwerken,<br />
waarbij de bijdrage van duurzame energie zal<br />
stijgen. Nog een verandering is de uitdaging<br />
om woningen en zelfs wijken energieneutraal<br />
te maken. Al deze veranderingen vragen<br />
om intelligente netwerken, “maar ook om<br />
slim gebruik van deze netwerken,” aldus<br />
Van der Sluijs. De overgang naar smart grids<br />
is in het belang van netwerkbeheerders<br />
en de consument, en zal ook als zodanig<br />
gecommuniceerd moeten worden. De<br />
consument wil lage kosten, optimaal comfort<br />
en in toenemende mate willen ze weten waar<br />
de energie vandaan komt. Klantgerichtheid<br />
zal een belangrijke factor zijn om smart grids<br />
te laten slagen.<br />
Na de twee presentaties was er gelegenheid<br />
om vragen te stellen. Enkele voorbeelden van<br />
onderwerpen die daarbij naar voren kwamen:<br />
• De samenwerking tussen organisaties<br />
als netwerkbeheerders, producenten van<br />
duurzame energie en van de bouwkolom is<br />
van groot belang is om slim en duurzaam<br />
de toekomst in te gaan.<br />
• De installaties voor de productie<br />
van biogas produceren het gehele<br />
jaar, maar het grote verbruik is<br />
slechts enkele maanden per jaar.<br />
Dit is een aandachtspunt voor de<br />
gebiedsbenadering.<br />
• Het managen van elektriciteit wordt in de<br />
toekomst veel belangrijker voor een regio<br />
dan een eigen regionale markt.<br />
• Hoe gaan de prijzen van biomassa in de<br />
toekomst ontwikkelen?<br />
• Bij een eigen regionaal net zijn interne<br />
afspraken over bijvoorbeeld onderhoud<br />
erg belangrijk.<br />
• De klant / eindgebruiker moet wel<br />
voordelen hebben van smart grids en<br />
duurzame energie.<br />
40<br />
41
SLOTWOORD<br />
Werk in uitvoering<br />
Colofon<br />
Veel projecten van de werkplaats Klimaatneutraal Renoveren zijn volop in uitvoering. Net als de voorbereiding en uitvoering van een renovatie<br />
heeft dit tijd nodig. Komende periode worden diverse projectrapportages opgeleverd. De kennis en ervaring die we samen met opdrachtgevers en<br />
marktpartijen hebben verworven, delen we via bijeenkomsten, rapportages, website en deze publicatie.<br />
Ontwikkelingen en trends<br />
Sinds de start van de werkplaats is een interessante ontwikkeling waar te nemen: De klant komt steeds centraler te staan. Waren het eerst de<br />
grootschalige projecten van 200 woningen met dezelfde energieambitie, nu zie je steeds meer initiatieven op maat. De bewoner kan kiezen en<br />
betaalt er dan ook voor. Ik zie daarin vier stromingen ontstaan. Als eerste de maatwerktrajecten, zoals <strong>hier</strong>voor beschreven, die los staan van<br />
gepland onderhoud. De tweede is groot onderhoud of renovatie, waarbij ook energetische maatregelen worden meegenomen (“Als we de woningen<br />
toch renoveren dan gaan we naar label A+, niet naar B). De derde is een grondige aanpak van gewilde woningen naar passiefhuisniveau of zelfs nul<br />
energie, inclusief het gebruiksdeel. Het renoveren van de schil van de woning tot comfortniveau en vervolgens de rest van de energiebehoefte per<br />
woning of op lokaal niveau opwekken is de vierde stroming.<br />
Een andere trend is de invoering van het begrip woonlasten: hoe verdient de bewoner de extra huur of de extra rente en aflossing terug? De eerste<br />
initiatieven beginnen te bezinken. Opvallend vind ik dat er veel over woonlasten wordt gesproken, maar dat slechts een beperkte groep mensen<br />
het ook heeft over energetisch comfort in de woning. Ik ben benieuwd hoe lang het nog duurt tot dat energetisch comfort en duurzame energie in<br />
hetzelfde belevingsrijtje komen van “de mooie keuken”.<br />
Teksten en foto’s:<br />
<strong>Stichting</strong> <strong>Pioneering</strong><br />
Vormgeving:<br />
Carmen Oude Wesselink<br />
Eindredactie:<br />
Gerard Salemink en Kim Pol<br />
Druk:<br />
Verhaag Drukkerij<br />
Uitgave:<br />
<strong>Stichting</strong> <strong>Pioneering</strong><br />
M.H. Tromplaan 28<br />
7513 AB Enschede<br />
www.pioneering.nl<br />
Interessant voor de regio<br />
De kennis en ervaring die we in de werkplaats hebben opgedaan is interessant voor de toekomst van de regio. Wanneer we de publieke<br />
energiebesparingsambities waar willen maken, zullen we de voordelen voor de klant moeten onderbouwen. We moeten de ervaringen delen en<br />
ik denk dan vooral aan monitoren, evalueren en het vertalen van de resultaten naar efficiënte en succesvolle vervolgprojecten. De door KNR<br />
ontwikkelde werkwijze leent zich daarvoor prima.<br />
Gerard Salemink<br />
Chef Werkplaats Klimaatneutraal Renoveren<br />
<strong>Pioneering</strong> wordt mede mogelijk gemaakt door<br />
42<br />
43
Werk in uitvoering<br />
WERKPLAATS KLIMAATNEUTRAAL RENOVEREN<br />
“Met de werkplaats staan we op het punt dat de top en het beginpunt ongeveer<br />
even ver lijken”, aldus Jeroen Gietema. “We hebben enorme vooruitgang<br />
geboekt. Deze publicatie is <strong>hier</strong> het bewijs van. Er is kennis ontwikkeld in<br />
projecten die we opnieuw kunnen toepassen en er zijn methoden bedacht om<br />
energetische maatregelen te beoordelen en te monitoren. Maar misschien nog<br />
wel belangrijker: het verbeteren van de bestaande woningvoorraad is “tussen de<br />
oren” van mensen komen te zitten! En niet alleen tussen de oren.”<br />
Met het boek Werk in uitvoering wil stichting <strong>Pioneering</strong> de bouwsector laten<br />
zien hoe men daadwerkelijk aan de slag gaat met klimaat neutraal renoveren.