HVAC Systems - GEA Happel Belgium
HVAC Systems - GEA Happel Belgium
HVAC Systems - GEA Happel Belgium
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
6 Elektrische aansluiting<br />
<strong>GEA</strong> MPower Geko<br />
6.9 Elektrische aansluiting met <strong>GEA</strong> microschakelaars/relaisprints<br />
M<br />
1~<br />
De <strong>GEA</strong> MPower-Geko's kunnen makkelijk bestuurd en geregeld worden<br />
met de schakelaars CMS, CMT of CET. Afhankelijk van de unituitvoering zijn<br />
de volgende bedrijfsstanden mogelijk:<br />
–– Bedrijfsstand enkel verwarmen (2-pijpsysteem)<br />
–– Bedrijfsstand enkel koelen (2-pijpsysteem)<br />
–– Bedrijfsstand verwarmen of koelen (2-pijpsysteem)<br />
–– Bedrijfsstand verwarmen en koelen (4-pijpsysteem)<br />
De microschakelaars worden aangesloten op de af fabriek gemonteerde<br />
klemmenstrook. Deze bevindt zich in de klemmenkast of in de plaatstalen<br />
elektrische schakelkast die op de basisomkasting gemonteerd is (zie afb. 6-1<br />
op pagina 48).<br />
Zonder relaisprint kan slechts één unit op een schakelaar (CMS, CMT)<br />
aangesloten worden. Met relaisprint kunnen tot 4 units op een schakelaar<br />
(CMS, CMT, CET) aangesloten worden (regelsleutel DO.2xx.xx).<br />
PE L N N N 110 111 112 113 114 60 61 874 875 876 877 878 879 10 11 12 13<br />
PE L N<br />
1)<br />
1 2 3 4 5<br />
Afb. 6-33: Motor- en ventielklemmenstrook<br />
PE<br />
L<br />
L<br />
PE L N<br />
on/off<br />
alarm<br />
N<br />
N<br />
6 7<br />
2)<br />
M<br />
814 815 816 STP STP<br />
M<br />
Pos. 1: voeding 230 V AC; externe afzekering<br />
max. 6 A (units zonder condenspomp)<br />
Pos. 2: insturing ventilator (klemmen<br />
110 = toerental 1; 111 = toerental 2;<br />
112 = toerental 3)<br />
Pos. 3: klemmen voor uitgevoerde<br />
thermocontacten (optioneel);<br />
belastbaarheid 230 V AC/1 A)<br />
Pos. 4: aansluitklemmen voor ventielen<br />
Pos. 5: aansluitklemmen voor optionele<br />
retourluchtvoeler<br />
Pos. 6: voeding 230 V AC; externe afzekering<br />
max. 6 A (units zonder condenspomp)<br />
Pos. 7: storingsmeldingen (contact 814-815<br />
gesloten - 7 storing condenspomp;<br />
contactbelastbaarheid 230 V AC/2 A)<br />
1) Relaisprint bij units met regelsleutel<br />
DO.2xx.xx<br />
2) De ventielaansluiting staat aangegeven in<br />
het unitspecifieke aansluitplan.<br />
Afb. 6-34: Condenspompen-klemmenstrook<br />
Op de volgende aansluitschema's wordt telkens als voorbeeld de aansluiting<br />
van een microschakelaar met 2 units weergegeven.<br />
OPGELET!<br />
Voordat u met de aansluiting begint, moet u eerst controleren of de<br />
bestelcode van de elektrische uitrusting van de unit overeenstemt met<br />
het schakelschema. Er mag altijd slechts één ventilatortoerental tegelijk<br />
aangestuurd worden! Wanneer er een storing in de condenspomp<br />
optreedt en bij units met uigevoerd thermocontact (klemmen TK) moet<br />
ter plaatse gegarandeerd worden dat als er een fout optreedt, de<br />
ventilator uitgeschakeld wordt en het koelventiel sluit.<br />
• Voer de aansluiting uitsluitend uit overeenkomstig het unitspecifieke<br />
aansluitschema.<br />
• De aansluiting van de storingsmeldcontacten staat aangegeven in het<br />
unitspecifieke aansluitschema.<br />
72 PR-2009-0016-NL • Wijzigingen voorbehouden • Stand 10/2009