Watervergunning - Hunze en Aa's
Watervergunning - Hunze en Aa's
Watervergunning - Hunze en Aa's
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Watervergunning</strong><br />
Datum: Ve<strong>en</strong>dam, 22 oktober 2012<br />
Nummer: HAS2012_2411<br />
Onderwerp: Loonbedrijf Entjes b.v. te Slochter<strong>en</strong>; vergunning op grond van de Waterwet voor het<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van stoff<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> oppervlaktewaterlichaam.<br />
Inhoudsopgave<br />
Hoofdstuk<br />
1. Aanhef<br />
2. Besluit<br />
3. Ondertek<strong>en</strong>ing<br />
4. Voorschrift<strong>en</strong> voor het br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van afvalwater in e<strong>en</strong> oppervlaktewaterlichaam<br />
5. Algem<strong>en</strong>e voorschrift<strong>en</strong><br />
6. Aanvraag<br />
6.1 Algeme<strong>en</strong><br />
6.2 Handeling<strong>en</strong> waarvoor vergunning wordt aangevraagd<br />
7. Overweging<strong>en</strong> voor het br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van afvalwater in e<strong>en</strong> oppervlaktewaterlichaam<br />
7.1 Beleid algeme<strong>en</strong><br />
7.2 Emissiebeleid<br />
7.3 Beoordeling van de aanvraag<br />
8. Procedure<br />
Bijlag<strong>en</strong><br />
1. Begripsbepaling<strong>en</strong><br />
2. Voorschrift<strong>en</strong> met betrekking tot bemonstering <strong>en</strong> analyse<br />
3. B<strong>en</strong>odigde gegev<strong>en</strong>s voor de ABM-beoordeling<br />
4. Overzicht specifieke lozingsvoorschrift<strong>en</strong><br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 1/13
1 Aanhef<br />
Het dagelijks bestuur van het Waterschap <strong>Hunze</strong> <strong>en</strong> Aa’s heeft op 25 juni 2012 e<strong>en</strong> aanvraag<br />
ontvang<strong>en</strong> van Loonbedrijf Entjes b.v., Schaaphok 9 te Slochter<strong>en</strong>, verder te noem<strong>en</strong> de<br />
vergunninghouder, om e<strong>en</strong> watervergunning als bedoeld in hoofdstuk 6 van de Waterwet (Wtw).<br />
De aanvraag betreft het loz<strong>en</strong> van afvalwater afkomstig van e<strong>en</strong> spoelplaats <strong>en</strong> e<strong>en</strong> tankplaats, op de<br />
sloot aan de noordzijde van de inrichting.<br />
2 Besluit<br />
Gelet op de bepaling<strong>en</strong> van de Waterwet, het Waterbesluit, de Waterregeling, het Waterbeheerplan<br />
2010-2015 van waterschap <strong>Hunze</strong> <strong>en</strong> Aa’s, de overige bij de Waterwetgeving behor<strong>en</strong>de besluit<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
regeling<strong>en</strong>, de Algem<strong>en</strong>e wet bestuursrecht <strong>en</strong> de hieronder vermelde overweging<strong>en</strong> besluit het<br />
dagelijks bestuur als volgt:<br />
1. De aan Loonbedrijf Entjes b.v. bij besluit van 21 maart 1996, k<strong>en</strong>merk 96/4.162/11, WA. verle<strong>en</strong>de<br />
vergunning in te trekk<strong>en</strong>, zodra de <strong>Watervergunning</strong> onherroepelijk is geword<strong>en</strong>.<br />
2. Aan Loonbedrijf Entjes b.v. te Slochter<strong>en</strong> vergunning te verl<strong>en</strong><strong>en</strong> voor het loz<strong>en</strong> van afvalwater<br />
afkomstig van de spoelplaats <strong>en</strong> tankplaats op de sloot aan de noordzijde van de inrichting.<br />
3. Aan de vergunning de in hoofdstuk 4 <strong>en</strong> 5 opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> voorschrift<strong>en</strong> te verbind<strong>en</strong> met het oog op<br />
de in artikel 2.1 van de Waterwet g<strong>en</strong>oemde doelstelling<strong>en</strong>.<br />
3 Ondertek<strong>en</strong>ing<br />
Nam<strong>en</strong>s het dagelijks bestuur van waterschap <strong>Hunze</strong> <strong>en</strong> Aa’s,<br />
Erica Mosch<br />
Afdelingshoofd Schoon Water<br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 2/13
4 Voorschrift<strong>en</strong> voor het br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van afvalwater in e<strong>en</strong><br />
oppervlaktewaterlichaam<br />
Voorschrift 1 Soort<strong>en</strong> afvalwaterstrom<strong>en</strong><br />
1. Het op de sloot te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> afvalwater mag uitsluit<strong>en</strong>d bestaan uit de in de onderstaande tabel<br />
g<strong>en</strong>oemde afvalwaterstrom<strong>en</strong>.<br />
Lozingspunt Meetpunt Soort afvalwaterstroom op oppervlaktewater<br />
LP1 100726 A01- afvalwater afkomstig van de spoelplaats<br />
LP2 100727 A02- afvalwater afkomstig van de tankplaats<br />
2. Het afvalwater van de spoelplaats <strong>en</strong> tankplaats mag uitsluit<strong>en</strong>d op de sloot word<strong>en</strong> gebracht ter<br />
plaatse van het lozingspunt zoals aangegev<strong>en</strong> in de rioleringstek<strong>en</strong>ing bijlage A1-4a behor<strong>en</strong>de bij<br />
de aanvraag.<br />
Voorschrift 2 Lozingseis<strong>en</strong><br />
1. a. In het te loz<strong>en</strong> afvalwater afkomstig van de spoelplaats <strong>en</strong> tankplaats, gemet<strong>en</strong> ter plaatse van<br />
het lozingspunt<strong>en</strong> als g<strong>en</strong>oemd in voorschrift 1, mog<strong>en</strong> de lozingsnorm<strong>en</strong> van de in onderstaande<br />
tabel g<strong>en</strong>oemde parameters niet word<strong>en</strong> overschred<strong>en</strong>:<br />
lozingsnorm<strong>en</strong> in steekmonster<br />
Afvalwaterstroom Parameter Minimum Maximum<br />
A01 <strong>en</strong> A02 Minerale olie 20 mg/l<br />
A01 Onopgeloste bestanddel<strong>en</strong> 50 mg/l<br />
A01 <strong>en</strong> A02 Zuurgraad (pH) 6,5 9<br />
Toelichting:<br />
* onopgeloste bestanddel<strong>en</strong> bepaald volg<strong>en</strong>s NEN-EN 872 (glasvezelfilter)<br />
b. Op de spoelplaats mog<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> voer- <strong>en</strong> werktuig<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgespot<strong>en</strong> waarmee<br />
gewasbeschermingsmiddel<strong>en</strong> of meststoff<strong>en</strong> zijn vervoerd of verspreid.<br />
c. Op de spoelplaats mog<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> voertuig<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgespot<strong>en</strong> welke behandeld zijn met<br />
ontsmettingsmiddel<strong>en</strong>.<br />
Voorschrift 3 Controlevoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />
Het te loz<strong>en</strong> afvalwater afkomstig van de spoelplaats als bedoeld in voorschrift 1 moet op elk mom<strong>en</strong>t<br />
kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bemonsterd. Daartoe moet het afvalwater via controlevoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geleid,<br />
die geschikt zijn voor bemonsteringsdoeleind<strong>en</strong>.<br />
Voorschrift 4 Logboek<br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 3/13
1. De vergunninghouder moet e<strong>en</strong> logboek bijhoud<strong>en</strong>, waarin in ieder geval de volg<strong>en</strong>de gegev<strong>en</strong>s<br />
staan vermeld:<br />
De data waarop afgescheid<strong>en</strong> olierest<strong>en</strong> zijn verwerkt of afgevoerd <strong>en</strong> de afgevoerde<br />
hoeveelhed<strong>en</strong>.<br />
Ev<strong>en</strong>tuele bijzonderhed<strong>en</strong> zoals ongewone voorvall<strong>en</strong> of storing<strong>en</strong> die invloed kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />
op de kwaliteit van het afvalwater.<br />
2. De vergunninghouder bewaart het logboek t<strong>en</strong> minste vijf jaar <strong>en</strong> zo nodig langer op aanwijzing<br />
van het dagelijks bestuur.<br />
Voorschrift 5 Grond- <strong>en</strong> hulpstoff<strong>en</strong><br />
1. De vergunninghouder mag zonder toestemming vooraf van het dagelijks bestuur gebruik mak<strong>en</strong><br />
van nieuwe hulpstoff<strong>en</strong> of preparat<strong>en</strong>, voor zover deze in het te loz<strong>en</strong> afvalwater kunn<strong>en</strong><br />
voorkom<strong>en</strong>, die conform de Algem<strong>en</strong>e beoordelingsmethodiek (ABM) vall<strong>en</strong> onder e<strong>en</strong><br />
saneringsinspanning “B” of “C”.<br />
2. Hulpstoff<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> uitsluit<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> gebruikt conform de gebruiksvoorschrift<strong>en</strong> van de<br />
leverancier.<br />
3. De vergunninghouder houdt e<strong>en</strong> overzicht bij van de toegepaste hulpstoff<strong>en</strong> die voldo<strong>en</strong> aan het<br />
gestelde in voorschrift 5 eerste lid.<br />
4. Dit overzicht bevat per nieuwe hulpstof:<br />
- de gegev<strong>en</strong>s overe<strong>en</strong>komstig de volledige of basisset <strong>en</strong> de aanduiding waterbezwaarlijkheid,<br />
zoals g<strong>en</strong>oemd in bijlage 3 behor<strong>en</strong>d bij deze vergunning;<br />
- e<strong>en</strong> beschrijving van de hoeveelheid <strong>en</strong> de toepassing van de stof;<br />
- e<strong>en</strong> beschrijving van de getroff<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> om de lozing van schadelijke compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te<br />
beperk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het effect van de maatregel<strong>en</strong> op de lozing;<br />
- de omvang van de restlozing.<br />
5. Wanneer e<strong>en</strong> nieuw te gebruik<strong>en</strong> hulpstof niet voldoet aan voorschrift 5 eerste lid, dan vraagt de<br />
vergunninghouder toestemming aan het waterschap. De vergunninghouder stuurt daarvoor<br />
minimaal 1 maand voorafgaand aan het gebruik van de stof e<strong>en</strong> verzoek aan het waterschap.<br />
6. Het verzoek als bedoeld in lid 5 bevat:<br />
- de gegev<strong>en</strong>s overe<strong>en</strong>komstig de volledige of basisset <strong>en</strong> de aanduiding waterbezwaarlijkheid,<br />
zoals g<strong>en</strong>oemd in bijlage 3 behor<strong>en</strong>d bij deze vergunning;<br />
- e<strong>en</strong> beschrijving van de hoeveelheid <strong>en</strong> de toepassing van de stof;<br />
- e<strong>en</strong> beschrijving van de getroff<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> om de lozing van schadelijke compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te<br />
beperk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het effect van de maatregel<strong>en</strong> op de lozing;<br />
de omvang van de restlozing.<br />
Voorschrift 6 Beheer <strong>en</strong> onderhoud<br />
1. Door het treff<strong>en</strong> van pass<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> dat het te loz<strong>en</strong><br />
afvalwater wordt verontreinigd <strong>en</strong>/of dat de kwaliteit van het ontvang<strong>en</strong>de<br />
oppervlaktewaterlichaam nadelig wordt beïnvloed.<br />
2. Vergunninghouder di<strong>en</strong>t er zorg voor te drag<strong>en</strong> dat van het op haar naam staande lozingswerk<br />
ge<strong>en</strong> gebruik wordt gemaakt door of t<strong>en</strong> behoeve van derd<strong>en</strong>.<br />
3. a. De lozingswerk<strong>en</strong>, de zuiveringstechnische voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> de controlevoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 4/13
moet<strong>en</strong> doelmatig functioner<strong>en</strong>, in goede staat van onderhoud verker<strong>en</strong>, deskundig <strong>en</strong> met<br />
zorg word<strong>en</strong> bedi<strong>en</strong>d <strong>en</strong> op elk mom<strong>en</strong>t goed <strong>en</strong> veilig bereikbaar <strong>en</strong> toegankelijk zijn.<br />
b. De vergunninghouder di<strong>en</strong>t de aanwijzing<strong>en</strong> van het dagelijks bestuur ter bescherming van de<br />
doelmatige werking van de onder lid 1 bedoelde werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> terstond op te<br />
volg<strong>en</strong>.<br />
5 Algem<strong>en</strong>e voorschrift<strong>en</strong><br />
Voorschrift 7 Ongewone voorvall<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het bedrijf<br />
1. Indi<strong>en</strong> als gevolg van e<strong>en</strong> ongewoon voorval nadelige gevolg<strong>en</strong> voor het oppervlaktewater of<br />
waterstaatswerk zijn of dreig<strong>en</strong> te ontstaan, moet de vergunninghouder (onverminderd de<br />
ev<strong>en</strong>tuele aansprakelijkheid van de vergunninghouder) onmiddellijk maatregel<strong>en</strong> treff<strong>en</strong>, om<br />
e<strong>en</strong> nadelige beïnvloeding van de kwaliteit van het ontvang<strong>en</strong>de oppervlaktewater of<br />
waterstaatswerk zoveel mogelijk te voorkom<strong>en</strong>, te beperk<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of ongedaan te mak<strong>en</strong>.<br />
2. Van e<strong>en</strong> in het eerste lid bedoeld ongewoon voorval di<strong>en</strong>t de vergunninghouder onmiddellijk<br />
het dagelijks bestuur in k<strong>en</strong>nis te stell<strong>en</strong> (0900-3366990). De informatie moet bevatt<strong>en</strong>:<br />
De oorzak<strong>en</strong> van het voorval <strong>en</strong> de omstandighed<strong>en</strong> waaronder het voorval zich heeft<br />
voorgedaan.<br />
De t<strong>en</strong> gevolge van het voorval vrijkom<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong>, alsmede hun eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>.<br />
Andere gegev<strong>en</strong>s die van belang zijn om de aard <strong>en</strong> de ernst van de gevolg<strong>en</strong> van<br />
het voorval voor het oppervlaktewater of waterstaatswerk te kunn<strong>en</strong> beoordel<strong>en</strong>.<br />
De maatregel<strong>en</strong> die zijn g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> of word<strong>en</strong> overwog<strong>en</strong> om de gevolg<strong>en</strong> van het<br />
voorval te voorkom<strong>en</strong>, te beperk<strong>en</strong> of ongedaan te mak<strong>en</strong>.<br />
3. Zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binn<strong>en</strong> 14 dag<strong>en</strong> na e<strong>en</strong> in het eerste lid bedoeld<br />
ongewoon voorval moet de vergunninghouder aan het dagelijks bestuur informatie over de<br />
maatregel<strong>en</strong> verstrekk<strong>en</strong>, die word<strong>en</strong> overwog<strong>en</strong>, om te voorkom<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> zodanig voorval<br />
zich nogmaals kan voordo<strong>en</strong>.<br />
6 Aanvraag<br />
6.1 Algeme<strong>en</strong><br />
Bestaand bedrijf<br />
Loonbedrijf Entjes b.v. is e<strong>en</strong> landbouwloonbedrijf dat zich bezig houdt met loonwerk bij vee- <strong>en</strong><br />
akkerbouwers <strong>en</strong> grondverzetwerkzaamhed<strong>en</strong> bij aannemers. Tev<strong>en</strong>s staan e<strong>en</strong> deel van de<br />
machines opgeslag<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de inrichting. Op het bedrijf is reed jar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> spoelplaats aanwezig.<br />
Rec<strong>en</strong>t is er e<strong>en</strong> tankplaats aangelegd. Het bedrijf beschikt voor het loz<strong>en</strong> van hemelwater afkomstig<br />
van de tankplaats nog niet over e<strong>en</strong> <strong>Watervergunning</strong>. Daarom heeft het bedrijf op 25 juni 2012 e<strong>en</strong><br />
aanvraag voor e<strong>en</strong> vergunning op grond van de Waterwet ingedi<strong>en</strong>d.<br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 5/13
6.2 Handeling<strong>en</strong> waarvoor vergunning wordt aangevraagd<br />
Het br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van afvalwater afkomstig van activiteit<strong>en</strong> op het bedrijf in e<strong>en</strong> oppervlaktewaterlichaam is<br />
e<strong>en</strong> vergunningplichtige activiteit volg<strong>en</strong>s artikel 6.2 lid 1 van de Waterwet.<br />
In dit geval wordt verontreinigd afvalwater van de spoelplaats <strong>en</strong> tankplaats geloosd in e<strong>en</strong><br />
oppervlaktewaterlichaam, namelijk op de sloot aan de noordzijde van de inrichting. Tev<strong>en</strong>s zal<br />
huishoudelijk afvalwater <strong>en</strong> hemelwater afkomstig van dak<strong>en</strong> <strong>en</strong> verhard terrein word<strong>en</strong> geloosd op de<br />
slot<strong>en</strong> rond de inrichting.<br />
Beschrijving van het oppervlaktewaterlichaam<br />
De lozing<strong>en</strong> vindt plaats op slot<strong>en</strong> rond de inrichting welke in oostelijke richting afvoer<strong>en</strong> naar de<br />
hoofdwatergang langs de weg.<br />
Overzicht afvalwaterstrom<strong>en</strong><br />
De aanvraag heeft betrekking op het in e<strong>en</strong> oppervlaktewaterlichaam br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van de volg<strong>en</strong>de<br />
afvalwaterstrom<strong>en</strong>:<br />
- Afvalwater afkomstig van de spoelplaats<br />
Het afvalwater afkomstig van het afspuit<strong>en</strong> van tractor<strong>en</strong> <strong>en</strong> landbouwmachines op de spoelplaats, is<br />
mogelijk verontreinigd met minerale olie <strong>en</strong> onopgeloste bestanddel<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt op sloot aan de<br />
noordzijde van de inrichting geloosd. De vloeistofdichte spoelplaats heeft e<strong>en</strong> oppervlakte van circa<br />
165 m2. Het afvalwater wordt, alvor<strong>en</strong>s te word<strong>en</strong> geloosd, via e<strong>en</strong> slib-, olieafscheider <strong>en</strong><br />
controlevoorzi<strong>en</strong>ing geleid.<br />
- Afvalwater afkomstig van de tankplaats<br />
Het afvalwater afkomstig van de tankplaats voor machines, is mogelijk verontreinigd met minerale olie<br />
<strong>en</strong> wordt op sloot aan de noordzijde van de inrichting geloosd. De vloeistofdichte tankplaats heeft e<strong>en</strong><br />
oppervlakte van circa 120 m2. Het afvalwater wordt, alvor<strong>en</strong>s te word<strong>en</strong> geloosd, via e<strong>en</strong> slib-,<br />
olieafscheider <strong>en</strong> controlevoorzi<strong>en</strong>ing geleid.<br />
- Huishoudelijk afvalwater<br />
Het huishoudelijk afvalwater afkomstig van de sanitaire voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in het kantoor loost via e<strong>en</strong><br />
verbeterde septictank van 6 m3 op sloot aan de zuidzijde van de inrichting.<br />
- Niet verontreinigd hemelwater afkomstig van het dakoppervlak <strong>en</strong> verhard terrein<br />
Het hemelwater afkomstig van de dakoppervlakk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het overig verhard terrein wordt op de slot<strong>en</strong><br />
rond de inrichting geloosd.<br />
7 Overweging<strong>en</strong> voor het br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van afvalwater in e<strong>en</strong><br />
oppervlaktewaterlichaam<br />
7.1 Beleid algeme<strong>en</strong><br />
De Waterwet omschrijft in de artikel<strong>en</strong> 2.1 <strong>en</strong> 6.13 het toetsingskader voor de beslissing op de<br />
aanvraag. In dit artikel zijn de algem<strong>en</strong>e doelstelling<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> die richtinggev<strong>en</strong>d zijn bij de<br />
uitvoering van het waterbeheer:<br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 6/13
a. voorkoming <strong>en</strong> waar nodig beperking van overstroming<strong>en</strong>, wateroverlast <strong>en</strong> waterschaarste;<br />
b. bescherming <strong>en</strong> verbetering van de chemische <strong>en</strong> ecologische kwaliteit van watersystem<strong>en</strong>;<br />
c. vervulling van maatschappelijke functies door watersystem<strong>en</strong>;<br />
d. <strong>en</strong> de doelmatige werking van de zuiveringstechnische werk<strong>en</strong>.<br />
Deze doelstelling<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> in onderlinge sam<strong>en</strong>hang het toetsingskader bij vergunningverl<strong>en</strong>ing. E<strong>en</strong><br />
vergunning wordt geweigerd indi<strong>en</strong> de doelstelling<strong>en</strong> van het waterbeheer niet ver<strong>en</strong>igbaar zijn <strong>en</strong> het<br />
niet mogelijk is om de belang<strong>en</strong> van het waterbeheer door het verbind<strong>en</strong> van voorschrift<strong>en</strong> of<br />
beperking<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de te bescherm<strong>en</strong>.<br />
De doelstelling<strong>en</strong> zijn geconcretiseerd via norm<strong>en</strong> <strong>en</strong> beleid t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van veiligheid, waterkwantiteit,<br />
waterkwaliteit <strong>en</strong> maatschappelijke functievervulling door watersystem<strong>en</strong>. De uitwerking<br />
hiervan vindt plaats in de Waterwet, in aanvull<strong>en</strong>de regelgeving, in water- <strong>en</strong> beheerplann<strong>en</strong> op grond<br />
van hoofdstuk 4 van de Waterwet, de Keur <strong>en</strong> in beleidsregels. De vastgestelde norm<strong>en</strong> <strong>en</strong> het beleid<br />
zijn richtinggev<strong>en</strong>d bij de toetsing of e<strong>en</strong> aangevraagde handeling ver<strong>en</strong>igbaar is met de<br />
doelstelling<strong>en</strong> voor het waterbeheer.<br />
7.2 Emissiebeleid<br />
Het eerste uitgangspunt van het beleid is vermindering van de verontreiniging waarbij, voor vrijwel alle<br />
verontreinig<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong>, voorop staat dat e<strong>en</strong> inspanning moet word<strong>en</strong> geleverd om verontreiniging<br />
van het oppervlaktewater te voorkom<strong>en</strong> (voorzorgprincipe). Hier wordt vorm aan gegev<strong>en</strong> door<br />
prioriteit te gev<strong>en</strong> aan de ket<strong>en</strong>b<strong>en</strong>adering. Daarbij wordt e<strong>en</strong> product van grondstof tot afvalstadium<br />
beoordeeld. Er di<strong>en</strong>t zo vroeg mogelijk in de ket<strong>en</strong> naar mogelijkhed<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> gezocht om<br />
wateremissies terug te dring<strong>en</strong> c.q. te voorkom<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> getrapte b<strong>en</strong>adering van prev<strong>en</strong>tie,<br />
hergebruik <strong>en</strong> verwijdering. Brongerichte maatregel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de voorkeur bov<strong>en</strong> <strong>en</strong>d-of-pipe<br />
maatregel<strong>en</strong>. Duurzame lange termijnoplossing<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> daarbij de voorkeur bov<strong>en</strong> korte termijn<br />
sanering<strong>en</strong>.<br />
Het tweede uitgangspunt de stofspecifieke aanpak richt zich vooral op milieugevaarlijke stoff<strong>en</strong>. Met<br />
deze aanpak wordt inhoud gegev<strong>en</strong> aan de internationale afspraak (Esbjerg <strong>en</strong> OSPAR) om binn<strong>en</strong> 1<br />
g<strong>en</strong>eratie (25 jaar) de lozing van milieugevaarlijke stoff<strong>en</strong> te beëindig<strong>en</strong>. Dit betek<strong>en</strong>t dat deze<br />
lozing<strong>en</strong> in het jaar 2020 moet<strong>en</strong> zijn beëindigd. De betreff<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> word<strong>en</strong> internationaal<br />
aangewez<strong>en</strong> <strong>en</strong> vastgesteld.<br />
Binn<strong>en</strong> de stofspecifieke aanpak wordt onderscheid gemaakt tuss<strong>en</strong> de emissie-aanpak <strong>en</strong> de<br />
waterkwaliteitsaanpak. Met de emissie-aanpak wordt invulling gegev<strong>en</strong> aan de inspanning die moet<br />
word<strong>en</strong> verricht om e<strong>en</strong> bepaalde emissie te verminder<strong>en</strong>. Dit gebeurt in twee stapp<strong>en</strong>: in de eerste<br />
stap wordt op basis van de stand van de techniek de verontreiniging zoveel mogelijk beperkt <strong>en</strong> in de<br />
tweede stap wordt beoordeeld in hoeverre de restemissie het bereik<strong>en</strong> van de oppervlaktewaterkwaliteitsdoelstelling<strong>en</strong><br />
in de weg staat. Als de restlozing niet aanvaardbaar is, dan zull<strong>en</strong><br />
verdergaande maatregel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geëist. Met de waterkwaliteitsaanpak wordt beoordeeld in<br />
hoeverre de lozing de doelstelling<strong>en</strong> voor de kwaliteit van het oppervlaktewaterlichaam in de weg<br />
staat. Als de lozing niet aanvaardbaar is, dan zull<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geëist.<br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 7/13
Voor alle schadelijke stoff<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> de beste beschikbare techniek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegepast. Bij de<br />
beoordeling van de stand der techniek wordt gekek<strong>en</strong> naar vergelijkbare bedrijv<strong>en</strong> of de<br />
(internationale) bedrijfstakk<strong>en</strong>, BREF’s <strong>en</strong> naar de in CIW-verband uitgevoerde (bedrijfstak)studies.<br />
Als derde uitgangspunt van het beleid geldt het principe van “ge<strong>en</strong> achteruitgang”. Dit houdt in dat<br />
binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaald beheersgebied voor ge<strong>en</strong> van de aangewez<strong>en</strong> prioritair (gevaarlijke) stoff<strong>en</strong> of<br />
groep<strong>en</strong> van prioritair (gevaarlijke) stoff<strong>en</strong>, het totaal van de lozing<strong>en</strong> mag to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. Voor de overige<br />
stoff<strong>en</strong> geldt dat de waterkwaliteit niet significant mag verslechter<strong>en</strong>.<br />
Wanneer sprake is van e<strong>en</strong> nieuwe lozing of e<strong>en</strong> uitbreiding van e<strong>en</strong> bestaande lozing dan vindt e<strong>en</strong><br />
beoordeling plaats op basis van het “ge<strong>en</strong> achteruitgangprincipe”.<br />
Het emissiebeleid is verwoord in het Nationaal Waterplan 2009-2015 (NWP). De<br />
beleidsuitgangspunt<strong>en</strong> voor lozing<strong>en</strong> zijn gebaseerd op de vermindering van de verontreiniging <strong>en</strong> op<br />
het principe van ge<strong>en</strong> achteruitgang op grond van de Kaderrichtlijn Water (KRW).<br />
7.2.1 Kaderrichtlijn Water (KRW)<br />
Vanuit de KRW bestaat de verplichting dat wettelijk moet word<strong>en</strong> vastgelegd dat aan water<strong>en</strong> functies<br />
moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegek<strong>en</strong>d. Dit di<strong>en</strong>t te gebeur<strong>en</strong> op nationaal <strong>en</strong> regionaal niveau.<br />
Regionaal betek<strong>en</strong>t dit dat via het waterbeheerplan aan water<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de gebruiksfuncties zijn<br />
toegek<strong>en</strong>d, die specifieke eis<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> aan het beheer of gebruik van het betreff<strong>en</strong>de<br />
oppervlaktewaterlichaam. De functies zijn b<strong>en</strong>oemd in het provinciaal waterplan.<br />
Uitgangspunt van het Waterbeheerplan is dat in beginsel aan de eis<strong>en</strong> van de gebruiksfuncties wordt<br />
voldaan wanneer de basisfuncties veiligheid, voldo<strong>en</strong>de water <strong>en</strong> schoon <strong>en</strong> gezond water op orde<br />
zijn. Voor de functies drinkwater, natuur <strong>en</strong> zwemwater geld<strong>en</strong> aanvull<strong>en</strong>d op de basiskwaliteit<br />
wettelijke eis<strong>en</strong> voor de waterkwaliteit <strong>en</strong>/of het gebruik van betreff<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>, die voortvloei<strong>en</strong> uit<br />
de Europese verplichting<strong>en</strong>.<br />
Aan de slot<strong>en</strong> rond het bedrijf zijn ge<strong>en</strong> specifieke gebruiksfuncties toegek<strong>en</strong>d<br />
De waterkwaliteitsdoelstelling<strong>en</strong> van de KRW zijn geregeld in het Besluit kwaliteitseis<strong>en</strong> monitoring<br />
water 2009 (Bkmw 2009, beter bek<strong>en</strong>d als AMvB Doelstelling<strong>en</strong>) <strong>en</strong> de onderligg<strong>en</strong>de Ministeriële<br />
Regeling monitoring kaderrichtlijn water (MR Monitoring). Het Bkmw <strong>en</strong> de onderligg<strong>en</strong>de MR<br />
Monitoring bevatt<strong>en</strong> norm<strong>en</strong> (in de vorm van milieukwaliteitseis<strong>en</strong>) voor de chemische <strong>en</strong> ecologische<br />
toestand van oppervlaktewater- <strong>en</strong> grondwaterlicham<strong>en</strong>. Ook de doelstelling<strong>en</strong> van de<br />
Grondwaterrichtlijn <strong>en</strong> de Richtlijn prioritaire stoff<strong>en</strong> zijn hier in opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
7.2.2 IPPC-richtlijn <strong>en</strong> BREF<br />
Vanaf oktober 1999 moet<strong>en</strong> nieuwe inrichting<strong>en</strong> <strong>en</strong> belangrijke wijziging<strong>en</strong> aan bestaande inrichting<strong>en</strong><br />
voldo<strong>en</strong> aan de Europese IPPC-richtlijn (Integrated Pollution Prev<strong>en</strong>tion and Control). Voor bestaande<br />
inrichting<strong>en</strong> is deze datum gesteld op 31 oktober 2007. De IPPC-richtlijn bepaalt onder andere dat<br />
vergunning<strong>en</strong> voor de industriële inrichting<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> waarborg<strong>en</strong> dat door die inrichting<strong>en</strong> alle<br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 8/13
pass<strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tieve maatregel<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> verontreiniging<strong>en</strong> word<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong>, vooral door toepassing<br />
van de Beste Beschikbare Techniek<strong>en</strong> (BBT).<br />
7.2.3 Algem<strong>en</strong>e Beoordelingsmethodiek voor stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> preparat<strong>en</strong> (ABM)<br />
Voor e<strong>en</strong> goede uitvoering van het emissiebeleid water is het noodzakelijk om inzicht te hebb<strong>en</strong> in de<br />
mate waarin de te loz<strong>en</strong> grond- <strong>en</strong> hulpstoff<strong>en</strong>, tuss<strong>en</strong>- <strong>en</strong> eindproduct<strong>en</strong> e<strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tieel gevaar<br />
vorm<strong>en</strong> voor het aquatisch milieu. In mei 2000 is hiervoor door de Commissie Integraal Waterbeheer<br />
(CIW) de Algem<strong>en</strong>e Beoordelingsmethodiek voor stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> preparat<strong>en</strong> (hierna ABM) vastgesteld.<br />
De ABM hanteert de parameters <strong>en</strong> criteria uit de geld<strong>en</strong>de Europese stoff<strong>en</strong>- <strong>en</strong> preparat<strong>en</strong><br />
regelgeving die word<strong>en</strong> geïmplem<strong>en</strong>teerd in de Wet Milieugevaarlijke stoff<strong>en</strong>. De ABM deelt voor alle<br />
bedrijfstakk<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> transparante <strong>en</strong> e<strong>en</strong>duidige wijze de te loz<strong>en</strong> stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> preparat<strong>en</strong> (hierna stof<br />
te noem<strong>en</strong>) in op grond van de eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>. Daarbij geeft de methodiek aan in welke mate<br />
emissiebeperk<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> bepaalde stof, gezi<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, w<strong>en</strong>selijk zijn.<br />
Uit de ABM volgt e<strong>en</strong> aanduiding van de waterbezwaarlijkheid <strong>en</strong> e<strong>en</strong> suggestie voor de<br />
saneringsinspanning. De ABM is e<strong>en</strong> hulpmiddel bij het vaststell<strong>en</strong> van de gew<strong>en</strong>ste<br />
saneringsinspanning <strong>en</strong> gaat niet in op het wel of niet gebruik<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> stof, of het beoordel<strong>en</strong><br />
van de restlozing.<br />
7.2.4 Activiteit<strong>en</strong>besluit<br />
Op 1 januari 2008 is het Besluit algem<strong>en</strong>e regels voor inrichting<strong>en</strong> milieubeheer (ofwel: het<br />
Activiteit<strong>en</strong>besluit) in werking getred<strong>en</strong>. Het Activiteit<strong>en</strong>besluit is op zowel de Wm als de Wtw<br />
gebaseerd. In de nieuwe systematiek geldt dat alle inrichting<strong>en</strong> onder de algem<strong>en</strong>e regels van het<br />
Activiteit<strong>en</strong>besluit vall<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij sprake is van e<strong>en</strong> gpbv-installatie (beter bek<strong>en</strong>d als de IPPC-bedrijv<strong>en</strong>)<br />
g<strong>en</strong>oemd in artikel 8.1 van de Wm. Via bijlage 1 van het Besluit omgevingsrecht word<strong>en</strong> de activiteit<strong>en</strong><br />
g<strong>en</strong>oemd die vergunningplichtig zijn. Het uitgangspunt is dat alle inrichting<strong>en</strong> onder de algem<strong>en</strong>e<br />
regels vall<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat de vergunningplicht de uitzondering vormt.<br />
7.2.5 Lozing op riolering versus oppervlaktewater<br />
Het beleid is erop gericht om alle ongezuiverde of onvoldo<strong>en</strong>de gezuiverde lozing<strong>en</strong> op<br />
oppervlaktewater, te beëindig<strong>en</strong> door het afvalwater via de geme<strong>en</strong>telijke riolering naar e<strong>en</strong><br />
rioolwaterzuiveringsinrichting (rwzi) af te voer<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> goed gedim<strong>en</strong>sioneerde <strong>en</strong> oordeelkundig<br />
bedrev<strong>en</strong> zuiveringsinstallatie in beheer bij het bedrijf kan voor de behandeling van afvalwater ook als<br />
doelmatig word<strong>en</strong> beschouwd. Nieuwe ongezuiverde lozing<strong>en</strong> op oppervlaktewater word<strong>en</strong> in beginsel<br />
niet toegestaan.<br />
7.2.6 Bezi<strong>en</strong> van de vergunning<br />
Er is e<strong>en</strong> wettelijke verplichting tot het periodiek bezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> actualiser<strong>en</strong> van de vergunning<strong>en</strong> op<br />
actualiteit <strong>en</strong> adequaatheid. Hierbij is tev<strong>en</strong>s van belang of de inrichting in werking is conform de<br />
viger<strong>en</strong>de vergunning <strong>en</strong> de onderligg<strong>en</strong>de aanvraag. De verplichting tot het periodiek bezi<strong>en</strong> is<br />
geleg<strong>en</strong> in artikel 2.30 van Wet algem<strong>en</strong>e bepaling<strong>en</strong> omgevingsrecht.<br />
Concreet betek<strong>en</strong>t dit dat de vergunning regelmatig moet zijn bezi<strong>en</strong> of deze nog toereik<strong>en</strong>d is met het<br />
oog op de bescherming van de waterkwaliteit. Hierbij speelt tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> rol in hoeverre de meest<br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 9/13
ec<strong>en</strong>te beleidsontwikkeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitvoeringsrichtlijn<strong>en</strong> in de vergunningverl<strong>en</strong>ing zijn betrokk<strong>en</strong>, zoals<br />
het waterbeheersplan <strong>en</strong> de stand der techniek.<br />
7.3 Beoordeling van de aanvraag voor het br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van afvalwater in e<strong>en</strong><br />
oppervlaktewaterlichaam<br />
7.3.1 Korte beoordeling lozing<br />
De lozing van de verschill<strong>en</strong>de deelstrom<strong>en</strong> is getoetst aan de algem<strong>en</strong>e beleidsuitgangspunt<strong>en</strong> zoals<br />
verwoord in de paragraf<strong>en</strong> 7.1 <strong>en</strong> 7.2 van de overweging<strong>en</strong>. Bij toetsing van e<strong>en</strong> vergunningaanvraag<br />
wordt beoordeeld of het br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van stoff<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> oppervlaktewaterlichaam de vervulling van de aan<br />
het oppervlaktewaterlichaam toegek<strong>en</strong>de functie nadelig beïnvloedt.<br />
Uit deze toetsing is geblek<strong>en</strong> dat de maatregel<strong>en</strong> om de lozing te beperk<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong> aan de stand der<br />
techniek. De lozing<strong>en</strong>/activiteit<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> dan ook niet leid<strong>en</strong> tot onaanvaardbare verontreiniging van<br />
het oppervlaktewater mits Loonbedrijf Entjes b.v. zich houdt aan:<br />
Op de in de aanvraag aangegev<strong>en</strong> wijze van lozing.<br />
De aan deze vergunning verbond<strong>en</strong> voorschrift<strong>en</strong>.<br />
7.3.2 Toetsing aan IPPC <strong>en</strong> de Beste Beschikbare Techniek<strong>en</strong><br />
Loonbedrijf Entjes b.v. is e<strong>en</strong> bedrijf dat niet onder de werkingssfeer valt van de IPPC-richtlijn. Voor<br />
toetsing van de verschill<strong>en</strong>de process<strong>en</strong>, zoals bij Entjes wordt toegepast, aan de Beste Beschikbare<br />
Techniek<strong>en</strong> is gebruik gemaakt van de volg<strong>en</strong>de rapport<strong>en</strong>:<br />
Cuwvo afvalwaterproblematiek van landbouwloonbedrijv<strong>en</strong>;<br />
Cuwvo afvalwaterproblematiek van auto- <strong>en</strong> aanverwante bedrijv<strong>en</strong>.<br />
7.3.3 Toetsing aan het Activiteit<strong>en</strong>besluit<br />
De inrichting valt onder de categorie landbouwinrichting<strong>en</strong> van bijlage I onderdeel B <strong>en</strong> onderdeel C<br />
van het Besluit omgevingsrecht (BOR). De inrichting is daarmee e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>aamde type C inrichting <strong>en</strong><br />
blijft vergunningplichtig . Op type C inrichting<strong>en</strong> is het Activiteit<strong>en</strong>besluit deels wel van toepassing. Dit<br />
betek<strong>en</strong>d dat bepaals voorschrift uit het Activiteit<strong>en</strong>besluit <strong>en</strong> de bijbehor<strong>en</strong>de Ministeriële regeling<br />
rechtstreeks van toepassing zijn. De voorschrift die in deze vergunning zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn die<br />
voorschrift<strong>en</strong> die niet zijn geregeld in het Activiteit<strong>en</strong>besluit <strong>en</strong> Ministeriële regeling.<br />
Voor de nu gevraagde inrichting houdt dit in dat - voor zover betrekking op de g<strong>en</strong>oemde<br />
(deel)activiteit<strong>en</strong> - moet word<strong>en</strong> voldaan aan de volg<strong>en</strong>de artikel uit het Activiteit<strong>en</strong>besluit <strong>en</strong> de<br />
bijbehor<strong>en</strong>de ministeriële regeling:<br />
Paragraaf 3.1.3. van het Besluit (loz<strong>en</strong> van hemelwater, dat niet afkomstig is van e<strong>en</strong><br />
bodembescherm<strong>en</strong>de voorzi<strong>en</strong>ing).<br />
Paragraaf 3.1.4. van het Besluit (behandel<strong>en</strong> van huishoudelijk afvalwater op locatie).<br />
De aanvraag om vergunning geldt als de op grond van het Activiteit<strong>en</strong>besluit b<strong>en</strong>odigde melding voor<br />
deze activiteit.<br />
7.3.4 Beoordeling lozing afvalwater afkomstig van de vloeistofdichte vloer van de<br />
spoelplaats<br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 10/13
Het afvalwater kan verontreinigd zijn met olie <strong>en</strong> zandfracties <strong>en</strong> wordt via e<strong>en</strong> slib-, <strong>en</strong> olieafscheider<br />
<strong>en</strong> controlevoorzi<strong>en</strong>ing geloosd op oppervlaktewater. Naar schatting zal per jaar circa 144 m 3<br />
afvalwater word<strong>en</strong> geloosd.<br />
Voor deze lozing op het oppervlaktewaterlichaam is de emissieaanpak van toepassing <strong>en</strong> dat houdt in<br />
dat onafhankelijk van de te bereik<strong>en</strong> waterkwaliteitsdoelstelling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> inspanning moet word<strong>en</strong><br />
geleverd om de verontreiniging aan de bron te beperk<strong>en</strong>. Voor de lozing van het afvalwater afkomstig<br />
van de vloeistofdichte spoelplaats, geldt dat voor de grijze lijststoff<strong>en</strong>, te wet<strong>en</strong> minerale olie, de<br />
emissieaanpak bestaat uit e<strong>en</strong> saneringsinspanning volg<strong>en</strong>s de best uitvoerbare techniek(BUT).<br />
E<strong>en</strong> slib-, <strong>en</strong> olieafscheider ev<strong>en</strong>tueel met e<strong>en</strong> coalesc<strong>en</strong>tiefilter wordt voor landbouwmechanisatie<br />
bedrijv<strong>en</strong> landelijk beschouwd als de BBT t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het verwijder<strong>en</strong> van de olie <strong>en</strong> onopgeloste<br />
bestanddel<strong>en</strong>. Met deze zog<strong>en</strong>aamde klasse 1 afscheider met hoog r<strong>en</strong>dem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />
coalesc<strong>en</strong>tiefilter zijn oli<strong>en</strong>orm<strong>en</strong> haalbaar kleiner dan 5 mg/l.<br />
Het gehalte aan verontreinig<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> in het afvalwater wordt tev<strong>en</strong>s bepaald door o.a. de mate<br />
van verontreiniging van de machine, de wijze van reinig<strong>en</strong> <strong>en</strong> de voor de reiniging gebruikte<br />
hoeveelheid water. Hierbij kan in zijn algeme<strong>en</strong>heid word<strong>en</strong> opgemerkt, dat het gebruik van<br />
reinigingsmiddel<strong>en</strong> bij het reinig<strong>en</strong> van de machines de werking van e<strong>en</strong> olieafscheider kan<br />
verminder<strong>en</strong> door de emulger<strong>en</strong>de werking van reinigingsmiddel<strong>en</strong> op minerale olie.<br />
Bij het wass<strong>en</strong> wordt vooralsnog ge<strong>en</strong> gebruik gemaakt van e<strong>en</strong> reinigingsmiddel. Indi<strong>en</strong> het bedrijf<br />
alsnog reinigingsmiddel<strong>en</strong> gaat toepass<strong>en</strong> dan di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> voldaan aan eis<strong>en</strong> zoals vermeld in<br />
voorschrift 5.<br />
Ter controle van de goede werking van de zuiveringsvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> alsmede e<strong>en</strong> goed beheer <strong>en</strong><br />
onderhoud van deze voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> maximale lozingseis voor minerale olie van 20 mg/l <strong>en</strong> voor<br />
onopgeloste bestanddel<strong>en</strong> van 50 mg/l opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de vergunning. Na zuivering <strong>en</strong> bezinking in de<br />
afscheider di<strong>en</strong>t het afvalwater tev<strong>en</strong>s te voldo<strong>en</strong> aan de landelijke gestelde norm voor zuurgraad<br />
(pH). De hierbov<strong>en</strong> vermelde lozingseis<strong>en</strong> word<strong>en</strong> landelijk gehanteerd bij lozing<strong>en</strong> op<br />
oppervlaktewaterlicham<strong>en</strong> voor vergelijkbare bedrijv<strong>en</strong>.<br />
Directe lozing op e<strong>en</strong> oppervlaktewaterlichaam van afvalwaterstrom<strong>en</strong> met meststoff<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
ontsmettingsmiddel<strong>en</strong> beïnvloedt de kwaliteit <strong>en</strong> de functie van het oppervlaktewater nadelig. Zij<br />
kunn<strong>en</strong> derhalve niet word<strong>en</strong> toegestaan.<br />
7.3.5 Verontreinigd hemelwater afkomstig van de vloeistofdichte vloer van de<br />
tankplaats<br />
Het afvalwater kan verontreinigd zijn met olie <strong>en</strong> wordt via e<strong>en</strong> olieafscheider <strong>en</strong> controlevoorzi<strong>en</strong>ing<br />
geloosd op oppervlaktewater. Naar schatting zal per jaar circa 96 m 3 afvalwater word<strong>en</strong> geloosd.<br />
Voor deze lozing op oppervlaktewater is de emissieaanpak van toepassing <strong>en</strong> dat houdt in dat<br />
onafhankelijk van de te bereik<strong>en</strong> waterkwaliteitsdoelstelling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> inspanning moet word<strong>en</strong> geleverd<br />
om de verontreiniging aan de bron te beperk<strong>en</strong>. Voor de lozing van het afvalwater afkomstig van de<br />
vloeistofdichte spoelplaats, geldt dat voor de grijze lijststoff<strong>en</strong>, te wet<strong>en</strong> minerale olie, de<br />
emissieaanpak bestaat uit e<strong>en</strong> saneringsinspanning volg<strong>en</strong>s de best uitvoerbare techniek(BUT).<br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 11/13
E<strong>en</strong> olieafscheider met e<strong>en</strong> coalesc<strong>en</strong>tiefilter wordt voor landbouwmechanisatie bedrijv<strong>en</strong> landelijk<br />
beschouwd als de BUT t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het verwijder<strong>en</strong> van de olie. Met deze zog<strong>en</strong>aamde klasse 1<br />
afscheider met hoog r<strong>en</strong>dem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> van bijvoorbeeld e<strong>en</strong> coalesc<strong>en</strong>tiefilter zijn oli<strong>en</strong>orm<strong>en</strong><br />
haalbaar kleiner dan 5 mg/l.<br />
Ter controle van de goede werking van de zuiveringsvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> alsmede e<strong>en</strong> goed beheer <strong>en</strong><br />
onderhoud van deze voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> maximale lozingseis voor olie van 20 mg/l opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Na<br />
zuivering <strong>en</strong> bezinking in de afscheider di<strong>en</strong>t het afvalwater tev<strong>en</strong>s te voldo<strong>en</strong> aan de landelijke<br />
gestelde norm voor zuurgraad (pH). De hierbov<strong>en</strong> vermelde lozingseis<strong>en</strong> word<strong>en</strong> landelijk gehanteerd<br />
bij lozing<strong>en</strong> op oppervlaktewaterlicham<strong>en</strong> voor vergelijkbare bedrijv<strong>en</strong>.<br />
Het te loz<strong>en</strong> afvalwater moet op e<strong>en</strong> doelmatige wijze kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bemonsterd.<br />
7.3.6 Slotoverweging<br />
Gezi<strong>en</strong> het belang van het bedrijf om afvalwater te kunn<strong>en</strong> loz<strong>en</strong> <strong>en</strong> gelet op de te verwacht<strong>en</strong> aard<br />
<strong>en</strong> omvang van het te loz<strong>en</strong> afvalwater in relatie tot die van het ontvang<strong>en</strong>de oppervlaktewaterlichaam<br />
word<strong>en</strong> deze lozing<strong>en</strong> onder voorschrift<strong>en</strong> aanvaardbaar geacht <strong>en</strong> bestaan er ge<strong>en</strong> overweg<strong>en</strong>de<br />
bezwar<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het verl<strong>en</strong><strong>en</strong> van de gevraagde vergunning.<br />
8 Procedure<br />
8.1 Algeme<strong>en</strong><br />
De aanvraag is op 25 juni 2012 bij waterschap <strong>Hunze</strong> <strong>en</strong> Aa’s ingedi<strong>en</strong>d.<br />
De aanvraag heeft betrekking op het loz<strong>en</strong> van stoff<strong>en</strong> op oppervlaktewater, als bedoeld in hoofdstuk<br />
6 van de Waterwet.<br />
De aanvraag met bijbehor<strong>en</strong>de stukk<strong>en</strong> <strong>en</strong> de ontwerpbeschikking hebb<strong>en</strong>, zoals bepaald in de Awb,<br />
van 6 september 2012 tot <strong>en</strong> met 18 oktober 2012 op de volg<strong>en</strong>de plaats<strong>en</strong> ter inzage geleg<strong>en</strong>:<br />
<br />
<br />
Waterschapshuis van het waterschap <strong>Hunze</strong> <strong>en</strong> Aa’s, Aquapark 5 in Ve<strong>en</strong>dam<br />
Geme<strong>en</strong>tehuis van de geme<strong>en</strong>te Slochter<strong>en</strong>, Hoofdweg 10a te Slochter<strong>en</strong>.<br />
Binn<strong>en</strong> de termijn van terinzagelegging zijn ge<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de ontwerpbeschikking<br />
ingebracht.<br />
De vergunningverl<strong>en</strong>ingsprocedure op grond van de Waterwet heeft conform het gestelde in de Wet<br />
milieubeheer, de Wet algem<strong>en</strong>e bepaling<strong>en</strong> omgevingsrecht <strong>en</strong> de Algem<strong>en</strong>e wet bestuursrecht<br />
plaatsgevond<strong>en</strong>.<br />
De resultat<strong>en</strong> van de handhavingstoets zijn verwerkt in de beschikking.<br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 12/13
Verz<strong>en</strong>ding<br />
E<strong>en</strong> exemplaar van de <strong>Watervergunning</strong> wordt toegezond<strong>en</strong> aan:<br />
Loonbedrijf Entjes b.v., Schaaphok 9, 9621 TN Slochter<strong>en</strong><br />
Burgemeester <strong>en</strong> wethouders van de geme<strong>en</strong>te Slochter<strong>en</strong>, Postbus 13, 9620 AA Slochter<strong>en</strong><br />
<strong>Watervergunning</strong> Entjes HAS2012_2411 13/13
Bijlage 1<br />
Behor<strong>en</strong>de bij de vergunning van het dagelijks bestuur van waterschap <strong>Hunze</strong> <strong>en</strong> <strong>Aa's</strong><br />
Begripsbepaling<strong>en</strong>:<br />
In deze vergunning wordt verstaan onder:<br />
Afvalwater: water dat verontreinigd is met afvalstoff<strong>en</strong>, verontreinig<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of schadelijke<br />
stoff<strong>en</strong>.<br />
Lozingspunt: e<strong>en</strong> punt van waaruit afvalwater op het oppervlaktewaterlichaam wordt geloosd. Het<br />
is tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> eindcontrolemogelijkheid op oppervlaktewater.<br />
Vergunninghouder: deg<strong>en</strong>e die kracht<strong>en</strong>s deze vergunning handeling<strong>en</strong> verricht in het<br />
watersysteem <strong>en</strong> in staat is naleving van het gestelde in deze vergunning te borg<strong>en</strong>; (artikel 6,<br />
Waterwet juncto artikel 8.20 Wm).<br />
Dagelijks bestuur: bevoegd gezag op grond van de Waterwet, Waterschap <strong>Hunze</strong> <strong>en</strong> <strong>Aa's</strong>,<br />
postbus 195, 9640 AD Ve<strong>en</strong>dam.<br />
Afvalwater: water dat verontreinigd is met afvalstoff<strong>en</strong>, verontreinig<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of schadelijke<br />
stoff<strong>en</strong>.<br />
Het werk: e<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>ing die is aangelegd of wordt gebruikt voor de inzameling <strong>en</strong>/of de lozing<br />
van afvalwater.<br />
Lozingspunt: e<strong>en</strong> punt van waaruit afvalwater op het geme<strong>en</strong>teriool of op het oppervlaktewater<br />
wordt geloosd. Het is tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> eindcontrolemogelijkheid op het geme<strong>en</strong>teriool of op<br />
oppervlaktewater.<br />
Zuiveringstechnische voorzi<strong>en</strong>ing: e<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>ing of installatie waarin afvalwater wordt gereinigd;<br />
Steekmonster: e<strong>en</strong> willekeurig g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> monster.<br />
NEN-voorschrift<strong>en</strong>: voorschrift<strong>en</strong> opgesteld door het Nederland Normalisatie Instituut (NNI);<br />
ISO: International Standard Organisation.
Bijlage 2<br />
behor<strong>en</strong>de bij de vergunning van het dagelijks bestuur van het waterschap <strong>Hunze</strong> <strong>en</strong><br />
<strong>Aa's</strong><br />
Voorschrift<strong>en</strong> met betrekking tot bemonstering <strong>en</strong> analyse:<br />
1. De in deze vergunning g<strong>en</strong>oemde stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of parameters di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong> bepaald<br />
conform de Nederlandse Normvoorschrift<strong>en</strong> van het Nederlands Normalisatie Instituut (NEN).<br />
Uitgangspunt is dat voor elk van de g<strong>en</strong>oemde stoff<strong>en</strong> wordt gewerkt conform de in de<br />
aanvraag vermelde method<strong>en</strong> danwel conform de laatst versch<strong>en</strong><strong>en</strong> NEN-uitgave.<br />
2. Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> analyse wordt uitgevoerd in afwijking van de in lid 1 g<strong>en</strong>oemde voorschrift<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>t<br />
hiervoor e<strong>en</strong> methode te word<strong>en</strong> toegepast met vergelijkbare of betere prestatiek<strong>en</strong>merk<strong>en</strong><br />
dan de betreff<strong>en</strong>de NEN-methode.<br />
3. E<strong>en</strong> wijziging in e<strong>en</strong> normblad of e<strong>en</strong> nieuw voorschrift word<strong>en</strong> automatisch van kracht binn<strong>en</strong><br />
6 wek<strong>en</strong> nadat deze door het NEN zijn vastgesteld.<br />
4. T<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de analyse geldt dat in verband met het gestelde in lid 1, de analysemethode<br />
zodanig di<strong>en</strong>t te zijn, dat de rapportagegr<strong>en</strong>s van de analysemethode lager is dan de<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> lozingsnorm.
Bijlage 3<br />
behor<strong>en</strong>de bij de vergunning van het dagelijks bestuur van waterschap <strong>Hunze</strong> <strong>en</strong> <strong>Aa's</strong><br />
B<strong>en</strong>odigde gegev<strong>en</strong>s voor de ABM-beoordeling<br />
De hieronder te vermeld<strong>en</strong> stofgegev<strong>en</strong>s di<strong>en</strong><strong>en</strong> door vergunninghouder te word<strong>en</strong> verstrekt<br />
aan het waterschap:<br />
(Het betreft informatie die door de leveranciers/handelar<strong>en</strong> verstrekt di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> aan de<br />
gebruikers/vergunninghouders).<br />
1. E<strong>en</strong> volledige data-set voor de beoordeling van stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> preparat<strong>en</strong> omvat antwoord<strong>en</strong><br />
op onderstaande vrag<strong>en</strong> plus het resultaat van de beoordeling.<br />
Stoff<strong>en</strong><br />
Is de stof carcinoge<strong>en</strong> (R-45), voor zover bek<strong>en</strong>d?<br />
Is de stof mutage<strong>en</strong> (R-46), voor zover bek<strong>en</strong>d?<br />
Wat is de acute toxiciteit voor waterorganism<strong>en</strong> (LC50), bij voorkeur voor vier trofische niveaus,<br />
maar in elk geval voor kreeftachtig<strong>en</strong> of viss<strong>en</strong>?<br />
Hoe is de biologische afbreekbaarheid?<br />
Wat is log Pow? (de logaritme van de verdelingscoëffici<strong>en</strong>t van de stof over de fas<strong>en</strong> n-octanol<br />
<strong>en</strong> water)<br />
Wat is de Bioconc<strong>en</strong>tratiefactor (BCF)? (dit is facultatief)<br />
Hoe is de oplosbaarheid in water als acute toxiciteit voor waterorganism<strong>en</strong> niet te bepal<strong>en</strong> is?<br />
In welke omvang per jaar <strong>en</strong> in welke conc<strong>en</strong>tratie wordt het toegepast?<br />
Preparat<strong>en</strong><br />
Voor preparat<strong>en</strong> moet in beginsel de uitkomst van de ABM word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> (Aanduiding<br />
waterbezwaarlijkheid <strong>en</strong> Saneringsinspanning) <strong>en</strong> de exacte sam<strong>en</strong>stelling van het preparaat <strong>en</strong> de<br />
stofgegev<strong>en</strong>s per compon<strong>en</strong>t. Daarnaast di<strong>en</strong>t de omvang van het gebruik per jaar <strong>en</strong> de conc<strong>en</strong>tratie,<br />
waarin het wordt toegepast, word<strong>en</strong> verstrekt.<br />
2. Als e<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> basis-set informatie over stoff<strong>en</strong> of de sam<strong>en</strong>stelling van e<strong>en</strong><br />
preparaat wil verstrekk<strong>en</strong>, moet in ieder geval de beoordeling van de stof of het preparaat<br />
conform de ABM word<strong>en</strong> uitgevoerd.<br />
Stoff<strong>en</strong><br />
Indi<strong>en</strong> de produc<strong>en</strong>t/leverancier de beoordeling van de stof uitvoert <strong>en</strong> alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> basis-set gegev<strong>en</strong>s<br />
verstrekt, dan kan in principe word<strong>en</strong> volstaan met:<br />
De aanduiding waterbezwaarlijkheid.<br />
De plaats waar het stofdossier voor het bevoegd gezag /controler<strong>en</strong>de instantie ter inzage ligt.<br />
De omvang van het gebruik per jaar <strong>en</strong> de conc<strong>en</strong>tratie, waarin het wordt toegepast.<br />
Het bevoegd gezag zal dan echter bij de immissietoets (de beoordeling van de restlozing na<br />
toepass<strong>en</strong> van BBT) e<strong>en</strong> worst-case b<strong>en</strong>adering hanter<strong>en</strong>; het zal uitgaan van de meest bezwaarlijke<br />
eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> die tot deze aanduiding hebb<strong>en</strong> geleid. Er wordt dan verondersteld dat de stof e<strong>en</strong><br />
acute toxiciteit voor waterorganism<strong>en</strong> heeft van < 1 mg/l <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> moeilijk afbreekbaar is.
Mocht dit leid<strong>en</strong> tot aanvull<strong>en</strong>de saneringsmaatregel<strong>en</strong> bij de gebruiker, dan kan de produc<strong>en</strong>t door<br />
het verstrekk<strong>en</strong> van exactere gegev<strong>en</strong>s over de eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> van de stof ervoor zorg<strong>en</strong> dat de<br />
immissietoets nauwkeuriger wordt uitgevoerd.<br />
Preparat<strong>en</strong><br />
Voor preparat<strong>en</strong> moet in beginsel de volg<strong>en</strong>de basis-set aan de gebruikers word<strong>en</strong> verstrekt:<br />
Het resultaat van de beoordeling van het preparaat volg<strong>en</strong>s de ABM.<br />
De compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> met de aanduiding waterbezwaarlijkheid: zwarte-lijststof, kan erfelijke<br />
schade veroorzak<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of kan kanker veroorzak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de globale hoeveelheid van die<br />
compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het preparaat.<br />
De compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> met saneringsinspanning A, <strong>en</strong> de globale hoeveelheid van die compon<strong>en</strong>t<br />
in het preparaat.<br />
De plaats waar het productdossier voor het bevoegd gezag /de controler<strong>en</strong>de instantie ter<br />
inzage ligt.<br />
De omvang van het gebruik per jaar <strong>en</strong> de conc<strong>en</strong>tratie, waarin het wordt toegepast.<br />
De exacte sam<strong>en</strong>stelling van het preparaat blijft alle<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d bij de produc<strong>en</strong>t of leverancier.<br />
Het bevoegd gezag zal dan bij de immissietoets van het preparaat uitgaan van de meest bezwaarlijke<br />
eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> die tot deze aanduiding hebb<strong>en</strong> geleid. Ook hier kan de produc<strong>en</strong>t door het<br />
verstrekk<strong>en</strong> van exactere gegev<strong>en</strong>s over de eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> van de stof ervoor zorg<strong>en</strong> dat de<br />
immissietoets nauwkeuriger wordt uitgevoerd.<br />
N.B.: De in deze bijlage g<strong>en</strong>oemde ecotoxicologische parameters di<strong>en</strong><strong>en</strong> te zijn bepaald zoals<br />
vermeld in bijlage 6 van het CIW-rapport getiteld: “Het beoordel<strong>en</strong> van stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> preparat<strong>en</strong> voor de<br />
uitvoering van het emissiebeleid.
Bijlage 4,<br />
behor<strong>en</strong>de bij de vergunning van het dagelijks bestuur van Waterschap <strong>Hunze</strong> <strong>en</strong> <strong>Aa's</strong><br />
Overzicht specifieke lozingsvoorschrift<strong>en</strong><br />
Soort afvalwaterstrom<strong>en</strong><br />
afvalwaterstroom<br />
A01 – spoelwater spoelplaats<br />
A02 – hemelwater tankplaats<br />
Lozing op:<br />
oppervlaktewater<br />
oppervlaktewater<br />
Lozingseis<strong>en</strong><br />
afvalwaterstroom parameter e<strong>en</strong>heid lozingseis in <strong>en</strong>ig steekmonster<br />
A01 <strong>en</strong> A02 Minerale olie mg/l 20<br />
A01 onopgeloste bestanddel<strong>en</strong> mg/l 50<br />
A01 <strong>en</strong> A02 zuurgraad (pH) 6,5-9