20.11.2014 Views

Service- handleiding7.8 MB - Viessmann

Service- handleiding7.8 MB - Viessmann

Service- handleiding7.8 MB - Viessmann

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Eisen aan de waterkwaliteit (vervolg)<br />

5683 566 NL<br />

■ Bij installaties van > 50 kW moet voor<br />

het vastleggen van de hoeveelheid<br />

vulwater en toegevoegd water een<br />

watermeter worden ingebouwd. De<br />

ingevulde waterhoeveelheden en de<br />

waterhardheid moeten in de onderhoud-controlelijsten<br />

van de CV-ketel<br />

worden ingevuld.<br />

■ Bij installaties met een specifiek installatievolume<br />

hoger dan 20 Liter/kW vermogen<br />

(bij installaties met meerdere<br />

ketels moet daarbij het vermogen van<br />

de kleinste ketel ingezet worden) moeten<br />

de eisen van de volgend hogere<br />

groep van het totale vermogen (volgens<br />

tabel) toegepast worden. Bij ernstige<br />

overschrijdingen (> 50 Liter/kW)<br />

moet bij som der aardalkaliën<br />

≤ 0,02 mol/m 3 worden onthard.<br />

Bedrijfsinstructies:<br />

■ Bij uitbreidings- en reparatiewerkzaamheden<br />

moeten alleen de absoluut<br />

noodzakelijke netdelen afgetapt<br />

worden.<br />

■ Filters, vuilvangers of andere vuil- of<br />

slibinrichtingen in het CV-watercircuit<br />

moeten na de eerste of een herhaalde<br />

installatie vaker, later naar behoefte<br />

afhankelijk van de waterbehandeling<br />

(bijvoorbeeld hardheid), worden<br />

gecontroleerd, gereinigd en gebruikt.<br />

■ Als de CV-installatie met volledig<br />

onthard water wordt gevuld, zijn bij<br />

ingebruikname geen overige maatregelen<br />

nodig.<br />

Als de CV-installatie niet met volledig<br />

onthard water, maar met water volgens<br />

de eisen in bovenstaande tabel<br />

wordt gevuld, moet bij inbedrijfstelling<br />

bovendien met het volgende<br />

rekening worden gehouden:<br />

■ de inbedrijfstelling van een installatie<br />

moet trapsgewijs, beginnend met het<br />

laagste vermogen van de ketel, bij een<br />

hoog CV-waterdebiet plaatsvinden.<br />

Daarmee wordt plaatselijke concentratie<br />

van kalkafzetting op het stookoppervlak<br />

van de CV-ketel voorkomen.<br />

■ Bij installaties met meerdere ketels<br />

moeten alle ketels gelijktijdig in bedrijf<br />

worden gesteld, zodat de totale kalkhoeveelheid<br />

niet op het warmteoverdrachtoppervlak<br />

van slechts één ketel<br />

komt.<br />

■ Als aan de waterzijde maatregelen<br />

nodig zijn, moet al bij de eerste vulling<br />

van de CV-installatie de inbedrijfstelling<br />

met behandeld water plaatsvinden.<br />

Dat geldt ook voor elke nieuwe<br />

vulling bijvoorbeeld na reparaties of<br />

uitbreiding van de installatie en voor al<br />

het toegevoegde water.<br />

Bij het respecteren van deze aanwijzingen<br />

wordt de vorming van kalkafzettingen<br />

op het stookoppervlak geminimaliseerd.<br />

Als door het niet-respecteren van de<br />

richtlijn VDI 2035 schadelijke kalkafzettingen<br />

zijn ontstaan, is de levensduur<br />

van de ingebouwde verwarmingsapparaten<br />

meestal reeds beperkt. Het verwijderen<br />

van de kalkafzettingen kan een<br />

optie zijn voor het herstellen van de<br />

deugdelijke werking.<br />

Deze maatregel moet door een installatiebedrijf<br />

worden uitgevoerd. De CVinstallatie<br />

moet voorafgaand aan het<br />

opnieuw in bedrijf stellen op schade worden<br />

onderzocht. Om het opnieuw vormen<br />

van overmatig kalksteen te vermijden,<br />

moeten de foutieve bedrijfsparameters<br />

absoluut worden gecorrigeerd.<br />

79

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!