STAND VAN DE DRUGSPROBLEMATIEK IN EUROPA - EMCDDA
STAND VAN DE DRUGSPROBLEMATIEK IN EUROPA - EMCDDA
STAND VAN DE DRUGSPROBLEMATIEK IN EUROPA - EMCDDA
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Jaarverslag 2008: Stand van dedrugsproblematiek inEuropa<br />
nieuwe gevallen per jaar). Het <strong>EMCDDA</strong> heeft recentelijk, in<br />
samenwerking met een groep van nationale deskundigen,<br />
nieuwe richtsnoeren voor het schatten van deincidentie<br />
ontwikkeld om verder werk op dit gebied testimuleren (Scalia<br />
Tomba etal., 2008).<br />
Opioïdengebruikers in behandeling<br />
Opioïden, vooral heroïne, blijven in de meeste<br />
rapporterende landen debelangrijkste drugs waarvoor<br />
behandeling wordt aangevraagd. Van de387 000<br />
behandelaanvragen waarvan in2006 melding<br />
werd gemaakt (er zijn gegevens beschikbaar van 24<br />
landen), was heroïne in 47 %van de gevallen waarbij<br />
de primaire drug bekend was debelangrijkste drug.<br />
In de meeste landen is tussen de50en80% van alle<br />
behandelaanvragen gerelateerd aan opioïdengebruik;<br />
in de overige landen schommelt dat cijfer tussen de<br />
15 en 40 %( 109 ). Opioïden zijn niet alleen demeest<br />
gerapporteerde primaire drug onder de personen die in<br />
behandeling gaan, maar zijn dat in nog sterkere mate<br />
onder degenen die aleen behandeling volgen. Uit een<br />
recent project, waarbij negen landen waren betrokken<br />
en dat gericht was opalle cliënten inbehandeling, kwam<br />
naar voren dat primaire opioïdengebruikers 59% van de<br />
cliënten uitmaakten, maar slechts 40% van decliënten die<br />
voor het eerst van hun leven inbehandeling gingen ( 110 ).<br />
De meeste drugscliënten die zich aanmelden voor een<br />
extramurale behandeling van primair opioïdengebruik<br />
gebruiken ook andere drugs, waaronder cocaïne<br />
(25 %), andere opioïden (23 %) en cannabis (18%).<br />
Daarnaast gebruikt 13% van decliënten die een<br />
extramurale behandeling voor het gebruik van andere<br />
drugs volgen opioïden als secundaire drug; voor de<br />
cliënten die een intramurale behandeling volgen ligt dit<br />
cijfer op 11 %( 111 ).<br />
Enkele landen rapporteren een significant percentage<br />
behandelaanvragen dat gerelateerd isaan andere<br />
opioïden dan heroïne. Misbruik van buprenorfine wordt<br />
gerapporteerd als debelangrijkste reden om in behandeling<br />
te gaan bij 40% van alle cliënten inFinland en bij 8%van<br />
alle cliënten inFrankrijk. InLetland en Zweden maakt tussen<br />
de 5en8%van de drugscliënten melding van primair<br />
gebruik van andere opioïden dan heroïne of methadon:<br />
daarbij gaat het voornamelijk om buprenorfine, pijnstillers<br />
en andere opioïden ( 112 ). Verscheidene landen melden een<br />
toename van het aandeel polydrugsgebruikers onder hun<br />
heroïnecliënten en een stijging van het aantal cliënten dat<br />
andere opioïden dan heroïne gebruikt.<br />
Het absolute aantal inhet kader van de Treatment<br />
Demand Indicator (indicator voor de vraag naar<br />
behandeling) gerapporteerde aanvragen voor<br />
heroïnebehandelingen steeg tussen 2002 en2006 met<br />
ongeveer 30 000 gevallen, van 108 100 tot 138 500.<br />
Onder decliënten die voor het eerst van hun leven in<br />
behandeling gingen was een toename van het aantal<br />
primaire heroïnegebruikers tezien, van ongeveer 33 000<br />
in 2002 naar meer dan 41000 in 2006. Factoren<br />
die deze trend zouden kunnen verklaren zijn onder<br />
andere een toename van het aantal problematische<br />
heroïnegebruikers, een groter aanbod van behandelingen<br />
en een verbeterde verslaglegging.<br />
Injecterend drugsgebruik<br />
Prevalentie van injecterend drugsgebruik<br />
Injecterende drugsgebruikers behoren tot de<br />
drugsgebruikers die het hoogste risico lopen dat hun<br />
drugsgebruik leidt tot gezondheidsproblemen, zoals<br />
door bloed overgedragen infectieziekten (hiv/aids,<br />
hepatitis endergelijke), of dat ze komen te overlijden<br />
als gevolg van hun drugsgebruik. Niet meer dan elf<br />
landen konden recente schattingen van het injecterend<br />
drugsgebruik overleggen, ondanks het belang daarvan<br />
voor de volksgezondheid (figuur 8). Het verbeteren van<br />
de beschikbare informatie over deze speciale populatie is<br />
daarom een belangrijke uitdaging voor deontwikkeling<br />
van gezondheidvolgsystemen in Europa.<br />
De beschikbare schattingen van deprevalentie van<br />
injecterend drugsgebruik duiden op grote verschillen<br />
tussen delanden. In de meeste landen lopen de<br />
schattingen uiteen van één tot vijf gevallen per 1000<br />
personen in de leeftijdsgroep van 15tot 64 jaar, terwijl<br />
Estland een uitzonderlijk hoog niveau van vijftien gevallen<br />
per 1000 personen meldt.<br />
Het gebrek aan gegevens maakt het moeilijk om<br />
conclusies te trekken over trends indeprevalentie van<br />
injecterend drugsgebruik, maar debeschikbare gegevens<br />
wijzen op een daling inNoorwegen (2001-2005) eneen<br />
stabiele situatie in Tsjechië, Griekenland, Cyprus enhet<br />
Verenigd Koninkrijk ( 113 ).<br />
Injecterend drugsgebruik onder opioïdengebruikers<br />
die inbehandeling gaan<br />
Van alle opioïdengebruikers die in 2006 aan een<br />
extramurale behandeling begonnen, zei 43 %dedrug te<br />
injecteren. Veranderingen in de verhouding injecterende<br />
78<br />
( 109 ) Zie tabel TDI-5 in het Statistical Bulletin 2007.<br />
( 110 ) Zie tabel TDI-39 inhet Statistical Bulletin 2008.<br />
( 111 ) Zie de tabellen TDI-22 en TDI-23 in het Statistical Bulletin 2008.<br />
( 112 ) Zie tabel TDI-113 in het Statistical Bulletin 2008.<br />
( 113 ) Zie tabel PDU-6 deel (iii) inhet Statistical Bulletin 2008.