Betrouwbaarheidsintervallen en het testen van hypothesen

Betrouwbaarheidsintervallen en het testen van hypothesen Betrouwbaarheidsintervallen en het testen van hypothesen

t3vlaanderen.be
from t3vlaanderen.be More from this publisher
15.11.2014 Views

2) Elke toevalsvariabele X (ook stochastische veranderlijke of stochast genoemd) wordt gekenmerkt door de volgende getallen: • E ( X ) , ook genoteerd met µ , d.i. de verwachtingswaarde of het gemiddelde van X . 2 ( ) • Var ( X ) E ( X µ ) = − , ook genoteerd met 2 σ , d.i. de variantie van X . • i.p.v. de variantie vermeldt men vaak σ = Var( X ), d.i. de standaardafwijking van X. 2 De notatie µ voor E ( X ) en σ voor ( ) is uit een populatie, dan is E ( X ) het populatiegemiddelde µ en ( ) populatievariantie Var X is verantwoord: als X een lukrake trekking Var X de 2 σ . We spreken dan kort over de populatie met variabele X. Voor een normaal verdeelde populatie geeft de dichtheidskromme nu ook de kansverdeling aan van de toevalsvariabele X, met deze verdeling wordt het toevalsmechanisme aangestuurd. In deze context is P ( a< X < b) nu de kans dat de variabele X , lukraak gekozen uit de populatie, een waarde aanneemt tussen a en b. Na een lukrake keuze uit de populatie verkrijgen we een concreet getal x, d.i. een waarde die de variabele X door het toevalsmechanisme heeft aangenomen. Indien we vaak een lukrake trekking doen uit een normaal verdeelde populatie (en het verkregen getal telkens terugplaatsen in de populatie), dan zal het dichtheidshistogram van deze lukraak verkregen data op de lange duur de vorm van de normale dichtheidsfunctie aannemen (als we een kleine klassenbreedte kiezen). Via simulatie kan men op die manier de kansverdeling laten ontstaan van een toevalsvariabele. Je kan het ook als volgt bekijken: met simulatie van trekkingen uit een populatie A produceer je op de lange duur een nieuwe populatie B met dezelfde verdeling (en dus 2 dezelfde µ en σ ) als populatie A. 3) Als de toevalsvariabele X normaal verdeeld is met gemiddelde µ en standaardafwijking σ , dan noteren we dit als volgt: X N ( µ , σ ) ∼ . X − µ = ∼ (Z is standaard normaal verdeeld). σ Door deze transformatie wordt een concrete waarde x van X getransformeerd in de waarde x − µ z = van Z . We noemen het getal z de standaardscore of z-score van x. σ 4) Als X ∼ N ( µ , σ ) dan is Z N( 0,1) 3

Uit de formule x = µ + z ⋅ σ leren we dat de z-score aangeeft hoeveel standaardafwijkingen σ de waarde x verwijderd is van het gemiddelde µ . Een z-score tussen -1 en 1 is "normaal" en een z-score met een absolute waarde groter dan 2 is zelden (zie ook volgende figuur). De z-scores worden o.a. gebruikt om data van verschillende normale verdelingen te vergelijken. • • µ − 3σ − 3 µ − 2σ µ − σ µ µ + σ µ + 2 σ µ + 3σ − 2 − 1 0 1 2 3 x z 5) Gegeven een populatie met variabele X , met gemiddelde µ en standaardafwijking σ . Beschouw een steekproef X1, X2, X3, … Xn uit de populatie (dit zijn onafhankelijke toevalsvariabelen met dezelfde verdeling als X ), dan heeft het steekproefgemiddelde X1+ X2 + … + Xn σ X = ook gemiddelde µ maar standaardafwijking . n n a) Als X normaal verdeeld is, dan is ook X normaal verdeeld: X1+ X2 + … + X ∼ dan is X n ⎛ σ ⎞ = N µ , n ⎜ ⎟. ⎝ n ⎠ Als X N ( µ , σ ) b) Als de populatie (met eindige variantie) niet normaal verdeeld is dan geldt toch bij σ benadering dat X normaal verdeeld is met gemiddelde µ en standaardafwijking n als n voldoende groot is (centrale limietstelling). 4

Uit de formule x = µ + z ⋅ σ ler<strong>en</strong> we dat de z-score aangeeft hoeveel standaardafwijking<strong>en</strong><br />

σ de waarde x verwijderd is <strong>van</strong> <strong>het</strong> gemiddelde µ .<br />

E<strong>en</strong> z-score tuss<strong>en</strong> -1 <strong>en</strong> 1 is "normaal" <strong>en</strong> e<strong>en</strong> z-score met e<strong>en</strong> absolute waarde groter dan<br />

2 is zeld<strong>en</strong> (zie ook volg<strong>en</strong>de figuur). De z-scores word<strong>en</strong> o.a. gebruikt om data <strong>van</strong><br />

verschill<strong>en</strong>de normale verdeling<strong>en</strong> te vergelijk<strong>en</strong>.<br />

•<br />

•<br />

µ − 3σ<br />

− 3<br />

µ − 2σ<br />

µ − σ µ µ + σ µ + 2 σ µ + 3σ<br />

− 2<br />

− 1<br />

0 1 2 3<br />

x<br />

z<br />

5) Gegev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> populatie met variabele X , met gemiddelde µ <strong>en</strong> standaardafwijking σ .<br />

Beschouw e<strong>en</strong> steekproef X1, X2, X3, … Xn<br />

uit de populatie (dit zijn onafhankelijke<br />

toevalsvariabel<strong>en</strong> met dezelfde verdeling als X ), dan heeft <strong>het</strong> steekproefgemiddelde<br />

X1+ X2 + … + Xn<br />

σ<br />

X =<br />

ook gemiddelde µ maar standaardafwijking .<br />

n<br />

n<br />

a) Als X normaal verdeeld is, dan is ook X normaal verdeeld:<br />

X1+ X2 + … + X<br />

∼ dan is X<br />

n ⎛ σ ⎞<br />

= N µ ,<br />

n<br />

⎜ ⎟.<br />

⎝ n ⎠<br />

Als X N ( µ , σ )<br />

b) Als de populatie (met eindige variantie) niet normaal verdeeld is dan geldt toch bij<br />

σ<br />

b<strong>en</strong>adering dat X normaal verdeeld is met gemiddelde µ <strong>en</strong> standaardafwijking<br />

n<br />

als n voldo<strong>en</strong>de groot is (c<strong>en</strong>trale limietstelling).<br />

4

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!