Betrouwbaarheidsintervallen en het testen van hypothesen
Betrouwbaarheidsintervallen en het testen van hypothesen
Betrouwbaarheidsintervallen en het testen van hypothesen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
VIII Werd de nulhypothese terecht verworp<strong>en</strong>? (Optie 2)<br />
Het onderscheidingsvermog<strong>en</strong> 1− β <strong>van</strong> e<strong>en</strong> test (Engels: power ) geeft aan hoe goed de test<br />
in staat is om de nulhypothese terecht te verwerp<strong>en</strong> (de alternatieve hypothese is inderdaad<br />
waar). Bespreek, met de resultat<strong>en</strong> <strong>van</strong> voorgaande paragraaf, de invloed <strong>van</strong> de<br />
steekproefgrootte op <strong>het</strong> onderscheidingsvermog<strong>en</strong>.<br />
H<br />
0<br />
is waar<br />
H<br />
0<br />
is niet waar<br />
je verwerpt H<br />
0<br />
je verwerpt H<br />
0<br />
niet<br />
Type I fout<br />
juiste beslissing<br />
kans α =<br />
kans 1− α =<br />
significanti<strong>en</strong>iveau<br />
juiste beslissing<br />
kans 1− β =<br />
onderscheidingsvermog<strong>en</strong><br />
betrouwbaarheidsniveau<br />
Type II fout<br />
Kans β<br />
Veronderstel nu dat H<br />
0<br />
niet waar is, maar dat slechts 70% <strong>van</strong> de slobe<strong>en</strong>d<strong>en</strong>populatie <strong>het</strong><br />
gro<strong>en</strong>e brood verkiez<strong>en</strong>. Bepaal opnieuw de kans β op e<strong>en</strong> type II fout <strong>en</strong> <strong>het</strong><br />
onderscheidingsvermog<strong>en</strong> 1− β ? Vergelijk dit met de situatie p = 0.8<br />
Stud<strong>en</strong>t n β (met α ≃ 5% <strong>en</strong> p = 0.7 )<br />
A 10<br />
B 20<br />
C 40<br />
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
We hebb<strong>en</strong> de basisbegripp<strong>en</strong> <strong>van</strong> hypothesetest<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong>. Herlees nu de ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de<br />
stapp<strong>en</strong> (a) tot (f) in paragraaf V. Herinner je dat je vóór stap (d) e<strong>en</strong> significanti<strong>en</strong>iveau α<br />
moet vastlegg<strong>en</strong> waarmee je zal werk<strong>en</strong>. Herbekijk de nieuwe woord<strong>en</strong> (vetjes gedrukt) die<br />
werd<strong>en</strong> ingevoerd, begrijp je hun betek<strong>en</strong>is? De stapp<strong>en</strong> (a) tot (f), sam<strong>en</strong> met de<br />
vooropgestelde α , zull<strong>en</strong> nuttig zijn in andere situaties waarbij je e<strong>en</strong> antwoord moet zoek<strong>en</strong><br />
op e<strong>en</strong> onderzoeksvraag m.b.v. <strong>het</strong> uitvoer<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> hypothesetest.<br />
28