Docentenmateriaal en didactische tips bij De opmaat ... - NT2.nl

Docentenmateriaal en didactische tips bij De opmaat ... - NT2.nl Docentenmateriaal en didactische tips bij De opmaat ... - NT2.nl

13.11.2014 Views

Docentenmateriaal en didactische tips bij De opmaat Algemene didactische tips Luistervaardigheid 1. Laat cursisten eerst de vragen lezen en dan (minimaal 2 keer) naar de tekst luisteren. 2. Bespreek de antwoorden op de vragen. 3. Geef de cursisten de gatentekst. Laat ze nog een keer luisteren terwijl ze de gatentekst compleet maken. Pauzeer het fragment regelmatig. 4. Geef de cursisten het transcript van het fragment en bespreek vragen. Deze werkwijze kan de docent klassikaal toepassen, maar cursisten kunnen op deze manier ook zelfstandig met het luistermateriaal werken. Vocabulaire Raad cursisten aan een woordschrift aan te leggen. In dat woordschrift kunnen ze nieuwe woorden noteren. Bij het woord moeten ze zoveel mogelijk informatie verzamelen: lidwoord, meervoudsvorm, werkwoordsvormen, voorbeeldzin, synoniemen en eventueel een vertaling in hun eigen taal. Aan het begin van elk thema staat een foto. Laat cursisten deze foto beschrijven. Op deze manier wordt het vocabulaire dat bij het thema past, geactiveerd. In de les kan het vocabulaire herhaald woorden aan de hand van spelletjes. Het spel Ik ga op reis en ik neem mee … kan op verschillende manieren gebruikt worden. Bijvoorbeeld bij thema 3: Ik ga naar de supermarkt en ik koop … Cursist 1: Ik ga naar de supermarkt en ik koop melk. Cursist 2: Ik ga naar de supermarkt en ik koop melk en suiker. Cursiste 3: Ik ga naar de supermarkt en ik koop melk, suiker en tomatensoep. enz.. Een andere variant bij thema 6 is: In mijn woonkamer staat … Op de website vindt u ook herhalingsoefeningen vocabulaire per twee thema’s, dus aansluitend bij thema 1-2, 3-4, 5-6, 7-8 en 9-10. Deze staan onder de link ‘voor de cursist’, zodat ze ook voor zelfstudie bruikbaar zijn. Spreken Laat cursisten elke les op een andere plaats gaan zitten. Op deze manier hebben ze steeds een andere gesprekspartner. Als cursisten de spreekoefeningen als zelfstudie willen doen, kunt u ze adviseren dit samen met een Nederlandse gesprekspartner te doen. Liedjes Veel cursisten vinden het leuk om naar Nederlandstalige liedjes te luisteren. Liedjes blijven vaak in je hoofd hangen en dat is handig bij het leren van een taal. Cursisten onthouden vocabulaire sneller maar kunnen ook bepaalde grammaticale structuren makkelijker onthouden. In thema 4 komen bijvoorbeeld de voegwoorden aan bod en in het liedje Per spoor staan er een aantal. U kunt de cursisten hierop wijzen en demonstreren hoe ze een liedje kunnen analyseren (woordvolgorde, werkwoordstijden, vaste woordcombinaties). Grammatica Als cursisten behoefte hebben aan extra grammatica-oefeningen kunt u ze verwijzen naar de Grammatica (achter in het boek). In de Grammatica staan alle grammaticale onderwerpen uit de methode nog een keer op een rij met aanvullende oefeningen. Lezen Stimuleer cursisten om te lezen. Het verbeteren van de leesvaardigheid is vooral een kwestie van doen en kilometers maken. Na thema 4 kunnen cursisten met behulp van de NT2-nieuwslezer hun leesvaardigheid verbeteren en hun woordenschat vergroten. Kijk voor meer info op: http://www.nt2.nl/deelvaardigheden/nt2_nieuwslezer

<strong>Doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>materiaal</strong> <strong>en</strong> <strong>didactische</strong> <strong>tips</strong> <strong>bij</strong> <strong>De</strong> <strong>opmaat</strong><br />

Algem<strong>en</strong>e <strong>didactische</strong> <strong>tips</strong><br />

Luistervaardigheid<br />

1. Laat cursist<strong>en</strong> eerst de vrag<strong>en</strong> lez<strong>en</strong> <strong>en</strong> dan (minimaal 2 keer) naar de tekst<br />

luister<strong>en</strong>.<br />

2. Bespreek de antwoord<strong>en</strong> op de vrag<strong>en</strong>.<br />

3. Geef de cursist<strong>en</strong> de gat<strong>en</strong>tekst. Laat ze nog e<strong>en</strong> keer luister<strong>en</strong> terwijl ze de<br />

gat<strong>en</strong>tekst compleet mak<strong>en</strong>. Pauzeer het fragm<strong>en</strong>t regelmatig.<br />

4. Geef de cursist<strong>en</strong> het transcript van het fragm<strong>en</strong>t <strong>en</strong> bespreek vrag<strong>en</strong>.<br />

<strong>De</strong>ze werkwijze kan de doc<strong>en</strong>t klassikaal toepass<strong>en</strong>, maar cursist<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> op deze<br />

manier ook zelfstandig met het luistermateriaal werk<strong>en</strong>.<br />

Vocabulaire<br />

Raad cursist<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> woordschrift aan te legg<strong>en</strong>. In dat woordschrift kunn<strong>en</strong> ze nieuwe<br />

woord<strong>en</strong> noter<strong>en</strong>. Bij het woord moet<strong>en</strong> ze zoveel mogelijk informatie verzamel<strong>en</strong>:<br />

lidwoord, meervoudsvorm, werkwoordsvorm<strong>en</strong>, voorbeeldzin, synoniem<strong>en</strong> <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel<br />

e<strong>en</strong> vertaling in hun eig<strong>en</strong> taal.<br />

Aan het begin van elk thema staat e<strong>en</strong> foto. Laat cursist<strong>en</strong> deze foto beschrijv<strong>en</strong>. Op<br />

deze manier wordt het vocabulaire dat <strong>bij</strong> het thema past, geactiveerd.<br />

In de les kan het vocabulaire herhaald woord<strong>en</strong> aan de hand van spelletjes. Het spel Ik<br />

ga op reis <strong>en</strong> ik neem mee … kan op verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> gebruikt word<strong>en</strong>.<br />

Bijvoorbeeld <strong>bij</strong> thema 3: Ik ga naar de supermarkt <strong>en</strong> ik koop … Cursist 1: Ik ga naar de<br />

supermarkt <strong>en</strong> ik koop melk. Cursist 2: Ik ga naar de supermarkt <strong>en</strong> ik koop melk <strong>en</strong><br />

suiker. Cursiste 3: Ik ga naar de supermarkt <strong>en</strong> ik koop melk, suiker <strong>en</strong> tomat<strong>en</strong>soep.<br />

<strong>en</strong>z.. E<strong>en</strong> andere variant <strong>bij</strong> thema 6 is: In mijn woonkamer staat …<br />

Op de website vindt u ook herhalingsoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> vocabulaire per twee thema’s, dus<br />

aansluit<strong>en</strong>d <strong>bij</strong> thema 1-2, 3-4, 5-6, 7-8 <strong>en</strong> 9-10. <strong>De</strong>ze staan onder de link ‘voor de<br />

cursist’, zodat ze ook voor zelfstudie bruikbaar zijn.<br />

Sprek<strong>en</strong><br />

Laat cursist<strong>en</strong> elke les op e<strong>en</strong> andere plaats gaan zitt<strong>en</strong>. Op deze manier hebb<strong>en</strong> ze<br />

steeds e<strong>en</strong> andere gesprekspartner. Als cursist<strong>en</strong> de spreekoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> als zelfstudie<br />

will<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, kunt u ze adviser<strong>en</strong> dit sam<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> Nederlandse gesprekspartner te<br />

do<strong>en</strong>.<br />

Liedjes<br />

Veel cursist<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> het leuk om naar Nederlandstalige liedjes te luister<strong>en</strong>. Liedjes<br />

blijv<strong>en</strong> vaak in je hoofd hang<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat is handig <strong>bij</strong> het ler<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> taal. Cursist<strong>en</strong><br />

onthoud<strong>en</strong> vocabulaire sneller maar kunn<strong>en</strong> ook bepaalde grammaticale structur<strong>en</strong><br />

makkelijker onthoud<strong>en</strong>. In thema 4 kom<strong>en</strong> <strong>bij</strong>voorbeeld de voegwoord<strong>en</strong> aan bod <strong>en</strong> in<br />

het liedje Per spoor staan er e<strong>en</strong> aantal. U kunt de cursist<strong>en</strong> hierop wijz<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

demonstrer<strong>en</strong> hoe ze e<strong>en</strong> liedje kunn<strong>en</strong> analyser<strong>en</strong> (woordvolgorde, werkwoordstijd<strong>en</strong>,<br />

vaste woordcombinaties).<br />

Grammatica<br />

Als cursist<strong>en</strong> behoefte hebb<strong>en</strong> aan extra grammatica-oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> kunt u ze verwijz<strong>en</strong><br />

naar de Grammatica (achter in het boek). In de Grammatica staan alle grammaticale<br />

onderwerp<strong>en</strong> uit de methode nog e<strong>en</strong> keer op e<strong>en</strong> rij met aanvull<strong>en</strong>de oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.<br />

Lez<strong>en</strong><br />

Stimuleer cursist<strong>en</strong> om te lez<strong>en</strong>. Het verbeter<strong>en</strong> van de leesvaardigheid is vooral e<strong>en</strong><br />

kwestie van do<strong>en</strong> <strong>en</strong> kilometers mak<strong>en</strong>.<br />

Na thema 4 kunn<strong>en</strong> cursist<strong>en</strong> met behulp van de NT2-nieuwslezer hun leesvaardigheid<br />

verbeter<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun woord<strong>en</strong>schat vergrot<strong>en</strong>. Kijk voor meer info op:<br />

http://www.nt2.nl/deelvaardighed<strong>en</strong>/nt2_nieuwslezer


Thema 1<br />

K<strong>en</strong>nismak<strong>en</strong> <strong>en</strong> afsprek<strong>en</strong><br />

Oef<strong>en</strong>ing 1<br />

Leg cursist<strong>en</strong> het doel van het woordweb uit: het activer<strong>en</strong> van de voork<strong>en</strong>nis.<br />

Het is van belang dat <strong>bij</strong> e<strong>en</strong> woordweb verschill<strong>en</strong>de woordsoort<strong>en</strong> aan bod kom<strong>en</strong>:<br />

zelfstandig naamwoord<strong>en</strong>, werkwoord<strong>en</strong>, <strong>bij</strong>voeglijk naamwoord<strong>en</strong> <strong>en</strong>z. D<strong>en</strong>k ook aan<br />

synoniem<strong>en</strong> <strong>en</strong> antoniem<strong>en</strong>.<br />

In de tekst<strong>en</strong> over Mila <strong>en</strong> Willem staan soms moeilijkere woord<strong>en</strong>. We hebb<strong>en</strong> ervoor<br />

gekoz<strong>en</strong> de tekst<strong>en</strong> zo realistisch mogelijk te mak<strong>en</strong>. Het is niet de bedoeling om deze<br />

tekst<strong>en</strong> helemaal uit te pluiz<strong>en</strong>. Cursist<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> dat ze (de strekking van) tekst<strong>en</strong><br />

ook kunn<strong>en</strong> begrijp<strong>en</strong> als ze niet direct alle woord<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Na thema 4 kunt u<br />

cursist<strong>en</strong> weer op deze tekst<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze zull<strong>en</strong> dan merk<strong>en</strong> dat ze de tekst<strong>en</strong> dan<br />

gemakkelijk kunn<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>.<br />

Oef<strong>en</strong>ing 7<br />

Scoreblad<strong>en</strong> spelleider Bingo. <strong>De</strong> spelleider omcirkelt voor zichzelf e<strong>en</strong> selectie van<br />

nummers of letters <strong>en</strong> leest deze in willekeurige volgorde voor aan de cursist<strong>en</strong>.<br />

1 2 3 4 5<br />

6 7 8 9 10<br />

11 12 13 14 15<br />

16 17 18 19 20<br />

1 11 21 31 41<br />

2 12 22 32 42<br />

3 13 23 33 43<br />

4 14 24 34 44<br />

5 15 25 35 45<br />

6 16 26 36 46<br />

7 17 27 37 47<br />

8 18 28 38 48<br />

9 19 29 39 49<br />

10 20 30 40 50<br />

A B C B E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z<br />

Oef<strong>en</strong>ing 10<br />

U kunt klassikaal eerst nog meer voorbeeldvrag<strong>en</strong> formuler<strong>en</strong>.<br />

Oef<strong>en</strong>ing 18<br />

Doe hetzelfde in uw eig<strong>en</strong> leslokaal. Laat cursist<strong>en</strong> de voorwerp<strong>en</strong> aanwijz<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of<br />

b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong>.


Thema 2<br />

Feest<strong>en</strong><br />

Oef<strong>en</strong>ing 1<br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> feest.<br />

Kom<strong>en</strong> jullie ook? trouw<strong>en</strong> de baby feest vier<strong>en</strong><br />

Gefeliciteerd! et<strong>en</strong> drink<strong>en</strong> leuk<br />

de verjaardag de uitnodiging lekker jarig zijn<br />

gezellig dans<strong>en</strong> de muziek het cadeautje<br />

dans<strong>en</strong> de taart de wijn het biertje/ pilsje<br />

Grammatica bezittelijk voornaamwoord<br />

Wijs cursist<strong>en</strong> op de uitspraak van m’n, z’n, d’r in spreektaal.<br />

Oef<strong>en</strong>ing 15<br />

Laat (snelle) cursist<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel zelf nog andere zinn<strong>en</strong> bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> die beginn<strong>en</strong> met de<br />

woord<strong>en</strong> uit de eerste kolom.<br />

Oef<strong>en</strong>ing 26<br />

Laat cursist<strong>en</strong> in de klas zi<strong>en</strong> (met de beamer) hoe ze de website vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> welke info ze<br />

er vind<strong>en</strong>.<br />

Oef<strong>en</strong>ing 27<br />

Besteed aandacht aan de adressering <strong>en</strong> de aanhef / afsluiting <strong>bij</strong> het schrijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

kaartje.


Thema 3<br />

Boodschapp<strong>en</strong> do<strong>en</strong> <strong>en</strong> winkel<strong>en</strong><br />

Oef<strong>en</strong>ing 1<br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> boodschapp<strong>en</strong>.<br />

de aanbieding de slager kop<strong>en</strong><br />

de bakker de supermarkt de shampoo<br />

de gro<strong>en</strong>teboer de sla ons - pond -kilo<br />

duur / goedkoop het gehakt betal<strong>en</strong><br />

betal<strong>en</strong> het brood lekker / vies<br />

het fruit<br />

de gro<strong>en</strong>te<br />

Oef<strong>en</strong>ing 10<br />

U kunt voorafgaand aan oef<strong>en</strong>ing 10 nog e<strong>en</strong> woordweb mak<strong>en</strong> <strong>bij</strong> het woord winkel<strong>en</strong>.<br />

de kledingwinkel de scho<strong>en</strong> groot / klein de maat<br />

pass<strong>en</strong> de rok de trui blauw<br />

pinn<strong>en</strong> ruil<strong>en</strong> het vest de broek<br />

Oef<strong>en</strong>ing 16<br />

Geef eerst zelf e<strong>en</strong> voorbeeld door uw eig<strong>en</strong> kleiding te beschrijv<strong>en</strong>.<br />

Oef<strong>en</strong>ing 21<br />

U kunt ook folders van supermarkt<strong>en</strong> me<strong>en</strong>em<strong>en</strong> (of mee lat<strong>en</strong> nem<strong>en</strong>) naar de les.


Thema 4 Vervoer<br />

Oef<strong>en</strong>ing 1<br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> vervoer.<br />

de auto het station langzaam - snel<br />

de trein de bus met de tram gaan<br />

de taxi de fiets de tram nem<strong>en</strong><br />

rijd<strong>en</strong> te voet de file<br />

het vervoersbewijs het kaartje het fietspad<br />

Oef<strong>en</strong>ing 8<br />

U kunt cursist<strong>en</strong> op de volg<strong>en</strong>de aspect<strong>en</strong> uit de tekst wijz<strong>en</strong>:<br />

- voegwoord<strong>en</strong> (welke ziet u in de tekst? welke woordvolgorde ziet u na het voegwoord?<br />

waarom?)<br />

- negatie (welke negaties ziet u? leg de positie van niet of ge<strong>en</strong> in de zin uit)<br />

Oef<strong>en</strong>ing 9<br />

<strong>De</strong>monstreer in de klas de website van de NS (m.b.v. e<strong>en</strong> beamer) aan de hand van e<strong>en</strong><br />

andere situatie (<strong>bij</strong>voorbeeld as. zaterdag met de trein naar <strong>De</strong>v<strong>en</strong>ter).<br />

Oef<strong>en</strong>ing 13<br />

Extra spreekopdracht: Laat cursist<strong>en</strong> elkaar in drietall<strong>en</strong> vertell<strong>en</strong> wat ze afgelop<strong>en</strong><br />

week<strong>en</strong>d hebb<strong>en</strong> gedaan.<br />

Oef<strong>en</strong>ing 17<br />

Hieronder de twee tekst<strong>en</strong> voor de cursist<strong>en</strong>. U kunt ze ev<strong>en</strong>tueel in e<strong>en</strong> apart docum<strong>en</strong>t<br />

zett<strong>en</strong> <strong>en</strong> print<strong>en</strong>. <strong>De</strong> cursist<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> in tweetall<strong>en</strong> <strong>en</strong> elke cursist krijgt één van de<br />

twee tekst<strong>en</strong>.<br />

Wielertaxi<br />

Wielertaxi’s vindt u in Amsterdam. Met e<strong>en</strong> fietstaxi ziet u in e<strong>en</strong> rustig tempo de<br />

bezi<strong>en</strong>swaardighed<strong>en</strong> van Amsterdam. <strong>De</strong> taxi's zijn gewone fiets<strong>en</strong>. Ze kunn<strong>en</strong> dus<br />

overal kom<strong>en</strong>. U rijdt veilig <strong>en</strong> comfortabel. Er is plaats voor twee person<strong>en</strong>. <strong>De</strong><br />

gemiddelde snelheid van deze fietstaxi ligt op ongeveer 12 km per uur.<br />

U vindt de wielertaxi’s in het c<strong>en</strong>trum van Amsterdam. <strong>De</strong> prijs moet u altijd van tevor<strong>en</strong><br />

afsprek<strong>en</strong>.<br />

http://www.wielertaxi.nl/<br />

Tuktukk<strong>en</strong> in Utrecht<br />

Easy Tuk zorgt voor snel <strong>en</strong> goedkoop vervoer in het c<strong>en</strong>trum van Utrecht. Het bedrijf<br />

heeft vijf Tuk Tuks. Zev<strong>en</strong> dag<strong>en</strong> per week zijn ze twaalf uur per dag actief in de stad. <strong>De</strong><br />

instapprijz<strong>en</strong> zijn laag: vanaf 3,50 euro. Als je met e<strong>en</strong> Tuk Tuk wilt rijd<strong>en</strong>, kun je ze<br />

vind<strong>en</strong> in het c<strong>en</strong>trum op de Neude, <strong>bij</strong> het Janskerkhof, <strong>bij</strong> het Ledig Erf <strong>en</strong> <strong>bij</strong> het<br />

c<strong>en</strong>traal station. Je kan ook 0900-easytuk bell<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> van de Tuks komt je dan ophal<strong>en</strong>.<br />

Het slechte weer in Nederland is ge<strong>en</strong> probleem, de karretjes zijn helemaal water- <strong>en</strong><br />

winddicht.<br />

bron: NL30 nr.17 jaargang 3 (wo 10 sep-di 23 sep 2008)


Thema 5<br />

Vrije tijd<br />

Oef<strong>en</strong>ing 1<br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> vrije tijd.<br />

het theater sport<strong>en</strong> de bioscoop<br />

het restaurant de muziek dans<strong>en</strong><br />

uitgaan creatief zing<strong>en</strong><br />

de hobby sportief actief<br />

lui voetball<strong>en</strong> t<strong>en</strong>niss<strong>en</strong><br />

Oef<strong>en</strong>ing 12<br />

Print de volg<strong>en</strong>de informatie voor de twee cursist<strong>en</strong>; elke cursist krijgt zijn eig<strong>en</strong><br />

weekrooster.<br />

cursist A<br />

U wilt kom<strong>en</strong>de week met uw vri<strong>en</strong>d(in) gaan t<strong>en</strong>niss<strong>en</strong>: maak e<strong>en</strong> afspraak. Hieronder<br />

uw weekrooster. Wanneer kunt u sam<strong>en</strong> gaan t<strong>en</strong>niss<strong>en</strong>?<br />

Maandag<br />

Donderdag<br />

9.00-17.00 werk<br />

9.00-17.00 werk<br />

Dinsdag<br />

Vrijdag<br />

9.00-17.00 werk<br />

9.00-12.00 werk<br />

Wo<strong>en</strong>sdag<br />

Zaterdag<br />

vrij<br />

met Albert e<strong>en</strong> dagje naar Haarlem<br />

13.00 tandarts<br />

Zondag<br />

10.00-11.00 zwemm<strong>en</strong><br />

cursist B<br />

U wilt kom<strong>en</strong>de week met uw vri<strong>en</strong>d(in) gaan t<strong>en</strong>niss<strong>en</strong>: maak e<strong>en</strong> afspraak. Hieronder<br />

uw weekrooster. Wanneer kunt u sam<strong>en</strong> gaan t<strong>en</strong>niss<strong>en</strong>?<br />

Maandag<br />

9.00-13.00 college<br />

Dinsdag<br />

vrij<br />

14.00 squash<strong>en</strong> met Jaap<br />

Wo<strong>en</strong>sdag<br />

8.00-16.00 werk<strong>en</strong> in de supermarkt<br />

Donderdag<br />

11.00-13.00 college<br />

Vrijdag<br />

10.00-12.00 college<br />

16.00-22.00 werk<strong>en</strong> in de supermarkt<br />

Zaterdag<br />

20.00 naar de bioscoop met Ellis<br />

Zondag<br />

15.15 – 17.00 voetbalwedstrijd Ajax-PSV


Oef<strong>en</strong>ing 13<br />

U kunt cursist<strong>en</strong> op het volg<strong>en</strong>de aspect uit de tekst wijz<strong>en</strong>:<br />

- <strong>bij</strong>voeglijke naamwoord<strong>en</strong> (welke staan er in de tekst? waarom hebb<strong>en</strong> ze deze vorm?)<br />

Oef<strong>en</strong>ing 21<br />

Aan het eind kunn<strong>en</strong> de drietall<strong>en</strong> hun afspraak pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> aan de groep. Wat gaan ze<br />

do<strong>en</strong> <strong>en</strong> waarom?<br />

Oef<strong>en</strong>ing 25<br />

Print de volg<strong>en</strong>de informatie voor de drie cursist<strong>en</strong>; elke cursist krijgt e<strong>en</strong> andere<br />

hotelbeschrijving.<br />

Hotel C<strong>en</strong>tral<br />

2 sterr<strong>en</strong><br />

jonger<strong>en</strong>hotel (uit 1977)<br />

78 kamers<br />

2-persoonskamer met douche <strong>en</strong> wc<br />

in het c<strong>en</strong>trum van Barcelona, vlak<strong>bij</strong> winkels <strong>en</strong> discothek<strong>en</strong><br />

incl. ont<strong>bij</strong>t (8.00 – 11.00 uur)<br />

€ 110,00 per kamer per nacht<br />

Hotel Europa<br />

3 sterr<strong>en</strong><br />

modern familiehotel (uit 2001)<br />

33 kamers<br />

2-persoonskamer met bad <strong>en</strong> wc, balkon<br />

20 minut<strong>en</strong> met de metro naar het c<strong>en</strong>trum van Barcelona<br />

incl. ont<strong>bij</strong>tbuffet (7.00 – 9.00 uur)<br />

€ 95,00 per kamer per nacht<br />

P<strong>en</strong>sion Maria<br />

1 ster<br />

bed and breakfast<br />

3 kamers<br />

2-persoonskamers met douche <strong>en</strong> wc op de gang<br />

10 minut<strong>en</strong> met metro naar het c<strong>en</strong>trum van Barcelona<br />

incl. ont<strong>bij</strong>t om 9.00 uur<br />

€ 85,00 per kamer per nacht


Thema 6<br />

Won<strong>en</strong><br />

Oef<strong>en</strong>ing 1<br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> Won<strong>en</strong>.<br />

het huis het appartem<strong>en</strong>t de flat<br />

hur<strong>en</strong> / kop<strong>en</strong> de huur de hypotheek<br />

groot / klein duur / goedkoop modern<br />

de woonkamer de keuk<strong>en</strong> de makelaar<br />

de tuin het balkon druk / rustig<br />

de buurt de bur<strong>en</strong> kluss<strong>en</strong><br />

Grammatica: er= plaats<br />

Besteed aandacht aan de uitspraak van er.<br />

Oef<strong>en</strong>ing 18<br />

U kunt op het bord de volg<strong>en</strong>de <strong>bij</strong>voeglijk naamwoord<strong>en</strong> schrijv<strong>en</strong>:<br />

groot – klein – veel – weinig – ver – dicht<strong>bij</strong> – druk – rustig – duur – goedkoop<br />

Vraag de cursist<strong>en</strong> deze woord<strong>en</strong> te gebruik<strong>en</strong> <strong>bij</strong> het vergelijk<strong>en</strong>.<br />

Print de volg<strong>en</strong>de informatie voor de drie cursist<strong>en</strong>; elke cursist krijgt e<strong>en</strong> andere<br />

woningbeschrijving.<br />

Woning 1: rijtjeshuis<br />

kleine voor- <strong>en</strong> achtertuin<br />

e<strong>en</strong> verdieping + plat dak<br />

woonkamer 25 m2<br />

3 slaapkamers<br />

badkamer met douche <strong>en</strong> wc<br />

rustige straat (woonerf met spel<strong>en</strong>de kinder<strong>en</strong>)<br />

3 km van c<strong>en</strong>trum<br />

vraagprijs: € 178.000<br />

Woning 2: twee-onder-e<strong>en</strong>-kapwoning<br />

ge<strong>en</strong> voortuin, wel redelijke zij- <strong>en</strong> achtertuin<br />

twee verdieping<strong>en</strong> + schuin dak<br />

woonkamer 30 m2<br />

2 slaapkamer + 1 zolderkamer<br />

badkamer met bad <strong>en</strong> wc<br />

drukke straat (met veel verkeer <strong>en</strong> winkels)<br />

vlak<strong>bij</strong> c<strong>en</strong>trum<br />

vraagprijs: € 325.000<br />

Woning 3: vrijstaand huis<br />

grote tuin rondom<br />

e<strong>en</strong> verdieping + schuin dak<br />

garage<br />

woonkamer 40 m2<br />

4 slaapkamer + zolderkamer<br />

Badkamer met bad, douche <strong>en</strong> wc<br />

rustige straat (doodlop<strong>en</strong>de weg)<br />

7 km van c<strong>en</strong>trum<br />

vraagprijs: € 689.000


Thema 7<br />

Gezondheid<br />

Oef<strong>en</strong>ing 1<br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> Gezondheid.<br />

de dokter de huisarts de tandarts het ziek<strong>en</strong>huis<br />

het fruit de gro<strong>en</strong>te de ziektekost<strong>en</strong>verzekering<br />

gezond / ongezond sportief actief<br />

ziek zijn beterschap beweg<strong>en</strong> het lichaam<br />

de griep de koorts verkoud<strong>en</strong> hoofdpijn<br />

Grammatica: manier<strong>en</strong> van instructie gev<strong>en</strong><br />

Leg cursist<strong>en</strong> uit dat Nederlanders elkaar vaak indirect e<strong>en</strong> opdracht / instructie gev<strong>en</strong>.<br />

We do<strong>en</strong> dit vaak in de vorm van e<strong>en</strong> vraag.<br />

Laat cursist<strong>en</strong> ook hor<strong>en</strong> dat de intonatie die u <strong>bij</strong> de gebied<strong>en</strong>de wijs gebruikt, voor e<strong>en</strong><br />

belangrijk deel de boodschap bepaalt. <strong>De</strong> intonatie geeft aan of het e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>delijk<br />

verzoek is of e<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong>d bevel.<br />

Oef<strong>en</strong>ing 14<br />

Print de volg<strong>en</strong>de informatie voor de twee cursist<strong>en</strong>; elke cursist krijgt e<strong>en</strong> rol.<br />

A U b<strong>en</strong>t ziek. E<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d(in) komt op bezoek.<br />

- u hebt griep<br />

- u ligt nu twee dag<strong>en</strong> in bed<br />

- de dokter zegt: griep <strong>en</strong> verkoud<strong>en</strong>, hoestdrank, paracetamol <strong>en</strong> rust<br />

- u hebt boodschapp<strong>en</strong> nodig: thee, sinaasappels, brood, soep<br />

B e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d(in) van u is ziek. U gaat <strong>bij</strong> hem/haar op bezoek.<br />

- informeer hoe het met hem/haar gaat<br />

- informeer naar de reactie van de dokter: wat heeft hij gezegd? Wat is zijn advies?<br />

- vraag of u kunt help<strong>en</strong>: et<strong>en</strong>? drink<strong>en</strong>? Boodschapp<strong>en</strong> do<strong>en</strong>?


Thema 8<br />

Uiterlijk <strong>en</strong> karakter<br />

Oef<strong>en</strong>ing 1<br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> innerlijk.<br />

het karakter de (karakter)eig<strong>en</strong>schap sociaal verleg<strong>en</strong><br />

eerlijk perfectionistisch de ruzie ruzie mak<strong>en</strong><br />

de liefde<br />

houd<strong>en</strong> van<br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> uiterlijk.<br />

groot / klein mooi / lelijk het haar het gezicht<br />

lijk<strong>en</strong> op slank/ dik het postuur<br />

Oef<strong>en</strong>ing 14<br />

In plaats van deze luisteroef<strong>en</strong>ing kunt u cursist<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> fragm<strong>en</strong>t lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> uit één<br />

van de volg<strong>en</strong>de programma’s: Boer zoekt vrouw, <strong>De</strong> Italiaanse droom, <strong>De</strong> Spaanse<br />

droom of Hello Goodbye. In de eerste aflevering van de eerste drie programma’s stell<strong>en</strong><br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zich voor. U kunt cursist<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de person<strong>en</strong> te beschrijv<strong>en</strong>.<br />

U kunt deze programma’s vind<strong>en</strong> via http://www.uitz<strong>en</strong>dinggemist.nl/<br />

Oef<strong>en</strong>ing 15<br />

U kunt cursist<strong>en</strong> op het volg<strong>en</strong>de aspect uit de tekst wijz<strong>en</strong>:<br />

- wederker<strong>en</strong>de werkwoord<strong>en</strong> (welke staan er in de tekst? welke woordvolgorde hebb<strong>en</strong><br />

de zinn<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> wederker<strong>en</strong>de werkwoord?)<br />

Oef<strong>en</strong>ing 17<br />

Herhaal ev<strong>en</strong>tueel de woord<strong>en</strong>schat rond het woord kleding a.d.h.v. oef<strong>en</strong>ing 3 <strong>en</strong> 16 van<br />

thema 3.<br />

Grammatica: er + onbepaald onderwerp<br />

Besteed aandacht aan de uitspraak van er.


Thema 9<br />

Opleiding <strong>en</strong> werk<br />

Oef<strong>en</strong>ing 1<br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> Opleiding.<br />

de school de universiteit het diploma slag<strong>en</strong> / zakk<strong>en</strong><br />

de doc<strong>en</strong>t de stud<strong>en</strong>t de studie studer<strong>en</strong><br />

ler<strong>en</strong> interessant saai leuk<br />

moeilijk / makkelijk de cursus zich inschrijv<strong>en</strong><br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> Werk.<br />

de collega de carrière het salaris de sollicitatie<br />

solliciter<strong>en</strong> werk zoek<strong>en</strong> de advert<strong>en</strong>tie druk<br />

fulltime / part-time<br />

Oef<strong>en</strong>ing 6<br />

Print de volg<strong>en</strong>de informatie voor de twee cursist<strong>en</strong>; elke cursist krijgt e<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>da.<br />

Ag<strong>en</strong>da A (klant)<br />

Maandag<br />

9.00-17.00 werk<strong>en</strong><br />

19.00-21.00 Nederlandse les<br />

Dinsdag<br />

9.00-17.00 werk<strong>en</strong><br />

20.00-21.30 hockeytraining<br />

Wo<strong>en</strong>sdag<br />

Vrij<br />

18.00 Rob <strong>en</strong> Irma kom<strong>en</strong> et<strong>en</strong><br />

Donderdag<br />

9.00-17.00 werk<strong>en</strong><br />

Vrijdag<br />

9.00-13.00 werk<strong>en</strong><br />

20.30 met Claire naar de film<br />

Zaterdag<br />

11.00-12.30 hockeywedstrijd<br />

Zondag<br />

15.00 verjaardagsfeest Jero<strong>en</strong>


Ag<strong>en</strong>da B (medewerker secretariaat stud<strong>en</strong>taanhuis.nl)<br />

Maandag<br />

Donderdag<br />

9.00 fam. Ber<strong>en</strong>ds<br />

10.30 fam. Ve<strong>en</strong>huize<br />

12.00 fam. Zwarts<br />

13.00<br />

14.30<br />

16.00 fam. Klaver<br />

17.30<br />

19.00 fam. Ar<strong>en</strong>ds<br />

9.00 fam. <strong>De</strong> Vries<br />

10.30 fam. Gerarts<br />

12.00<br />

13.00<br />

14.30<br />

16.00 fam. Van Gale<br />

17.30 fam. Braks<br />

19.00 fam. Co<strong>en</strong>s<br />

Dinsdag<br />

9.00<br />

10.30 fam. Claass<strong>en</strong>s<br />

12.00<br />

13.00 fam. Goes<strong>en</strong><br />

14.30 fam. Van der Hove<br />

16.00<br />

17.30 fam. <strong>De</strong> Klerk<br />

19.00<br />

Vrijdag<br />

9.00 fam. Van der Linde<br />

10.30 fam. Kops<br />

12.00<br />

13.00<br />

14.30 fam. Van der Heyd<strong>en</strong><br />

16.00<br />

17.30<br />

19.00 fam. Mert<strong>en</strong>s<br />

Wo<strong>en</strong>sdag<br />

9.00<br />

Zaterdag<br />

X<br />

10.30 fam. <strong>De</strong> Boer<br />

12.00<br />

13.00 fam. Dirks<br />

14.30<br />

16.00 fam. Doekse<br />

17.30<br />

Zondag<br />

X


Oef<strong>en</strong>ing 9<br />

Wijs cursist<strong>en</strong> erop dat ze op de werkwoordstijd<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> lett<strong>en</strong>. Ze prat<strong>en</strong> over het<br />

verled<strong>en</strong> <strong>en</strong> moet<strong>en</strong> de voltooid teg<strong>en</strong>woordige tijd of de onvoltooid verled<strong>en</strong> tijd<br />

gebruik<strong>en</strong>.<br />

Oef<strong>en</strong>ing 11<br />

Print de volg<strong>en</strong>de tekst<strong>en</strong> voor de twee cursist<strong>en</strong>; elke cursist krijgt e<strong>en</strong> tekst.<br />

A<br />

Meike van der Wiel (19 jaar) is eerstejaars Sociale Wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>. Ze heeft twee<br />

hoorcolleges <strong>en</strong> drie werkcolleges per week. Ze vindt de studie niet moeilijk. Ze moet wel<br />

ti<strong>en</strong> keer meer do<strong>en</strong> dan op de middelbare school. Niet alle colleges zijn leuk. Soms zijn<br />

doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> onduidelijk <strong>en</strong> de colleges saai.<br />

Meike woont in e<strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>huis met zev<strong>en</strong> huisg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>. Dat vindt ze erg gezellig. Ze<br />

et<strong>en</strong> ’s avonds vaak sam<strong>en</strong> <strong>en</strong> kok<strong>en</strong> dan om de beurt. Ze gaat regelmatig met vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

uit. ’s Ocht<strong>en</strong>ds is dan wel moe.<br />

B<br />

Ronald Post (18 jaar) is eerstejaars kunstgeschied<strong>en</strong>is. Er zijn maar weinig mannelijke<br />

stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> kunstgeschied<strong>en</strong>is. Ronald vindt dat niet erg. Zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>kring bestaat al<br />

sinds de middelbare school voor e<strong>en</strong> groot deel uit meisjes. Hij is het gew<strong>en</strong>d. Ronald<br />

heeft maar drie keer per week colleges. Verder moet hij veel boek<strong>en</strong> lez<strong>en</strong> <strong>en</strong> papers<br />

schrijv<strong>en</strong>.<br />

Ronald woont nog <strong>bij</strong> zijn ouders. Op kamers won<strong>en</strong> vindt hij te duur. Met de trein gaat<br />

hij naar de universiteit. In de trein studeert hij meestal. Hij vindt het wel jammer dat hij<br />

niet vaak met studieg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> uit kan gaan.


Thema 10<br />

Verled<strong>en</strong>, hed<strong>en</strong>, toekomst<br />

Oef<strong>en</strong>ing 1<br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> verled<strong>en</strong>:<br />

to<strong>en</strong> twee jaar geled<strong>en</strong> vroeger vorige week<br />

gister<strong>en</strong> het kind rustig / druk<br />

spel<strong>en</strong> naar school gaan de vri<strong>en</strong>djes / vri<strong>en</strong>dinnetjes<br />

buit<strong>en</strong> / binn<strong>en</strong><br />

leuk / vervel<strong>en</strong>d<br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> hed<strong>en</strong>:<br />

nu vandaag Nederland Nederlands ler<strong>en</strong><br />

werk<strong>en</strong> / studer<strong>en</strong><br />

tevred<strong>en</strong> / ontevred<strong>en</strong><br />

Voorbeeld van woord<strong>en</strong> voor het woordweb <strong>bij</strong> toekomst:<br />

morg<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de week over drie maand<strong>en</strong><br />

het plan de droom gelukkig zijn<br />

de w<strong>en</strong>s reiz<strong>en</strong> werk<strong>en</strong><br />

het doel Zull<strong>en</strong> we naar de bioscoop gaan?<br />

Oef<strong>en</strong>ing 14<br />

Print de volg<strong>en</strong>de informatie voor vijf cursist<strong>en</strong>; elke cursist krijgt de beschrijving van<br />

e<strong>en</strong> ander Wadd<strong>en</strong>eiland.<br />

Ameland<br />

locatie: 4 e eiland van west naar oost<br />

boot: 45 minut<strong>en</strong><br />

strand: 27 km<br />

bos: 210 ha<br />

fietspad: 100 km<br />

dorp<strong>en</strong>: 4<br />

bewoners: 3.200<br />

musea: 4<br />

Schiermonnikoog<br />

locatie: 5 e eiland van west naar oost<br />

boot: 45 minut<strong>en</strong><br />

strand: 18 km<br />

bos: 150 ha<br />

fietspad: 30 km<br />

dorp<strong>en</strong>: 1<br />

bewoners: 1.000<br />

musea: 2


Terschelling<br />

locatie: 3 e eiland van west naar oost<br />

boot: 45 of 90 minut<strong>en</strong><br />

strand: 30 km<br />

bos: 400 ha<br />

fietspad: 70 km<br />

dorp<strong>en</strong>: 4<br />

bewoners: 5.000<br />

musea: 4<br />

Texel<br />

locatie: 1 e eiland van west naar oost<br />

boot: 20 minut<strong>en</strong><br />

strand: 30 km<br />

bos: 620 ha<br />

fietspad: 135 km<br />

dorp<strong>en</strong>: 7<br />

bewoners: 13.000<br />

musea: 6<br />

Vlieland<br />

locatie: 2 e eiland van west naar oost<br />

boot: 45 of 90 minut<strong>en</strong><br />

strand: 12 km<br />

bos: 300 ha<br />

fietspad: 26 km<br />

dorp<strong>en</strong>: 1<br />

bewoners: 1.150<br />

musea: 1<br />

Uit: Op vakantie met je gezin 2009 (jonge gezinn<strong>en</strong>)<br />

Oef<strong>en</strong>ing 15<br />

U kunt de volg<strong>en</strong>de <strong>bij</strong>voeglijk naamwoord<strong>en</strong> op het bord schrijv<strong>en</strong>:<br />

lang – kort – groot – klein – veel – weinig - goed<br />

Cursist<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> deze <strong>bij</strong>voeglijk naamwoord<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> <strong>bij</strong> het vergelijk<strong>en</strong> van de<br />

eiland<strong>en</strong>.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!