Uitgave 3 / 2013 Editor: dr. M.D. Njoo - Huidarts.com
Uitgave 3 / 2013 Editor: dr. M.D. Njoo - Huidarts.com
Uitgave 3 / 2013 Editor: dr. M.D. Njoo - Huidarts.com
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Dermatologie - <strong>Uitgave</strong> 3 / <strong>2013</strong> Kompakt<br />
7<br />
Cross-sectional studie onder psoriasis patiënten<br />
Atopie beschermt tegen psoriatische artritis maar niet tegen psoriasis<br />
Prevalentie van atopische aandoeningen<br />
is gereduceerd bij patiënten met verschillende<br />
auto-inflammatoire aandoeningen,<br />
maar voorzover de auteurs weten, is deze<br />
associatie niet bestudeerd bij psoriasis<br />
vulgaris en psoriatische artritis (PSA). In<br />
dit onderzoek werd de prevalentie van<br />
hooikoorts, astma en sensitisitatie voor<br />
gewone aero-allergenen vergeleken tussen<br />
patiënten met psoriasis vulgaris, patiënten<br />
met PSA en controlepersonen; de<br />
auteurs onderzochten ook of atopie de<br />
artritis activiteit en scores voor de ernst<br />
van de aandoening bij patiënten met PSA<br />
beïnvloedt. Hiertoe werden in een crosssectie<br />
cohortstudie de verschillen tussen<br />
door de patiënt gerapporteerde prevalentie<br />
tijdens het leven van atopische aandoeningen<br />
en serum IgE gericht tegen gewone<br />
aero-allergenen vergeleken. Het effect<br />
van atopie op de ernst van de artritis werd<br />
vastgesteld op basis van de 28-joint Disease<br />
Activity Score and Health Assessment<br />
Questionnaire. Logistische regressiemodellen<br />
werden toegepast voor de<br />
berekening van ruwe en aangepaste odds<br />
ratios met 95% betrouwbaarheidsinterval<br />
(BI) voor de aanwezigheid van atopie.<br />
In totaal werden 168 patiënten met PSA,<br />
133 patiënten met psoriasis vulgaris en<br />
147 controlepersonen onderzocht. De levensprevalentie<br />
van hooikoorts verschilde<br />
niet tussen de groepen. Patiënten met<br />
PSA hadden minder kans op astma dan<br />
controlepersonen (aangepaste odds ratio<br />
0,20; 95% BI 0,04-0,92) en minder kans op<br />
sensitisatie (aangepaste odds ratio 0,50;<br />
95% BI 0,25-0,99). De score voor pijn en de<br />
globale score voor patiënten op de visueel-analoge<br />
schaal van de Health Questionnaire<br />
werden significant gereduceerd<br />
door sensitisatie voor gewone aero-allergenen<br />
(bèta-coëfficiënten –0,54; 95% BI<br />
–0.84 - –0,25 respectievelijk –18,4; 95% BI<br />
–28,5 - –8.25). Beperkingen van dit onderzoek<br />
zijn het cross-sectie karakter en het<br />
kleine aantal onderzochte personen.<br />
De conclusie is dat atopie bescherming<br />
biedt tegen de ontwikkeling van PSA en<br />
de ernst van de aandoening kan verminderen.<br />
Auteur: Hajdarbegovic E, Nijsten T, Westgeest<br />
A, Habraken F, Hollestein L, Thio B.<br />
A<strong>dr</strong>es: Department of Dermatology and Venerology,<br />
Erasmus Medical Center, Rotterdam,<br />
Nederland<br />
e.hajdarbegovic@erasmusmc.nl<br />
Studie: Decreased prevalence of atopic features<br />
in patients with psoriatic arthritis, but<br />
not in psoriasis vulgaris<br />
Bron: J Am Acad Dermatol. <strong>2013</strong><br />
Feb;68(2):270-7<br />
doi: 10.1016/j.jaad.2012.07.018. Epub 2012<br />
Aug 22<br />
Website: www.jaad.org<br />
Resultaten cosmetovigilantie onderzoek in Nederland<br />
Isothiazolinone, hét allergeen van het jaar<br />
Cosmetische producten <strong>dr</strong>agen aanzienlijk<br />
bij tot de incidentie van contactdermatitis.<br />
In antwoord op een resolutie van de Raad<br />
van Europa, heeft het RIVM een pilotproject<br />
opgezet in Nederland om ongewenste<br />
bijwerkingen van cosmetische producten<br />
te rapporteren. Daartoe werd een overzicht<br />
van deze ongewenste effecten samengesteld<br />
en de in deze producten verwerkte<br />
ingrediënten onderzocht. De<br />
verkregen informatie kan bij<strong>dr</strong>agen tot het<br />
antwoord op de vraag of EU wetgeving<br />
aangaande cosmetica voldoende bescherming<br />
biedt. Hiertoe werd een vragenformulier<br />
over ongewenste effecten van cosmetica<br />
toegestuurd aan huisartsen,<br />
dermatologen en consumenten in Nederland.<br />
Dermatologen voerden ook plaktesten<br />
uit; waar nodig werden testen uitgevoerd<br />
op specifieke batch ingrediënten<br />
van het geassocieerde cosmetische product.<br />
Ook werden een website en een publieke<br />
bewustwordingscampagne opgezet<br />
om consumenten op te wekken om ongewenste<br />
effecten te rapporteren.<br />
Tussen juli 2009 en mei 2011 ontving het<br />
RIVM > 1600 rapporten. Ernstige ongewenste<br />
effecten werden geclaimd in 1-4%<br />
van de gevallen. De meest frequent genoemde<br />
cosmetische producten waren<br />
make-up producten en moisturizers, en de<br />
meest frequent geïdentificeerde allergenen<br />
waren isothiazolinonen en geur ingrediënten.<br />
Drie patiënten reageerden positief<br />
op co-polymeren/kruis-polymeren.<br />
Verder onderzoek wordt aanbevolen van<br />
de prevalentie van isothiazolinone geïnduceerde<br />
allergische contactdermatitis en<br />
de allergene potentie van co-polymeren/<br />
kruis-polymeren.<br />
Auteur: Salverda JG, Bragt PJ, de Wit-Bos L,<br />
Rustemeyer T, Coenraads PJ, Tupker RA,<br />
Kunkeler LC, Laheij-de Boer AM,<br />
Stenveld HJ, van Ginkel CJ, Kooi<br />
MW,Bourgeois FC, van Gorcum TF,<br />
van Engelen JG, van Dijk R, de Graaf J,<br />
Donker GA, de Heer C, Bruynzeel D.<br />
A<strong>dr</strong>es: Centre for Substances and Integrated<br />
Risk Assessment (SIR), National Institute for<br />
Public Health and the Environment (RIVM),<br />
3720 BA Bilthoven, Nederland<br />
Studie: Results of a cosmetovigilance survey<br />
in The Netherlands<br />
Bron: Contact Dermatitis. <strong>2013</strong><br />
Mar;68(3):139-148<br />
doi: 10.1111/cod.12005<br />
Website: onlinelibrary.wiley.<strong>com</strong>