download - Samenlevingsopbouw Brussel
download - Samenlevingsopbouw Brussel
download - Samenlevingsopbouw Brussel
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
December 2002 Nr 76<br />
Inkomensniveau, tewerkstelling en opleiding.<br />
Voor een socio-economische analyse van het opbouwwerkgebied<br />
moeten we ons voor het merendeel<br />
baseren op het cijfermateriaal van 1991. Enkel<br />
de gegevens over het gemiddelde inkomen en<br />
enkele werkloosheidscijfers zijn van een meer<br />
recentere datum (respectievelijk 1997 en 1998). In<br />
1997 bedroeg het gemiddelde inkomen per inwoner<br />
42,8% (niet eens de helft!) van het <strong>Brussel</strong>se<br />
gemiddelde. De laagste waarde treft men aan in de<br />
statistische sector Sint-Jozef (34,4%), tevens de op<br />
drie na laagste waarde in het <strong>Brussel</strong>s Gewest.<br />
Buurtwerk Molenbeek-centrum is gevestigd in deze<br />
sector! Herinneren we er even aan dat net in deze<br />
sector het aandeel huishoudens met meer dan vijf<br />
personen spectaculair hoog ligt (18,4%). Ook de<br />
evolutie van het gemiddeld inkomen tussen 1993<br />
en 1997 (stijging van 54.000 Bef.) toont aan dat in<br />
de verschillende sectoren van het opbouwwerkgebied<br />
het inkomen minder gestegen is dan het<br />
<strong>Brussel</strong>s gemiddelde (tussen 0 en 54.000 Bef.).<br />
In 1998 stelde de BGDA (<strong>Brussel</strong>se Gewestelijke<br />
Dienst voor Arbeidsbemiddeling) een werkloosheidsgraad<br />
vast van 28,5% (werkzoekenden ten<br />
aanzien van de actieve bevolking). Het <strong>Brussel</strong>se<br />
gemiddelde was 14,7%. Dit is een toename en<br />
verdere dualisering vergeleken bij 1991 (werkloosheidsgraad<br />
25,7% tegenover 15,1% in het <strong>Brussel</strong>s<br />
Gewest). De jeugdwerkloosheid (< 25 jaar) in 1998<br />
bedroeg 25,4%, tegenover 18,7% in het <strong>Brussel</strong>s<br />
Gewest. Van alle werklozen waren er 65,6% langdurig<br />
werkloos (langer dan 1 jaar werkloos), tegenover<br />
61,8% in het <strong>Brussel</strong>s Gewest. Opnieuw<br />
constateren we opvallende afwijkingen binnen de<br />
statistische sector Sint-Jozef. Jongeren onder de 25<br />
jaar maken er 30,2% uit van de werklozen. Langdurige<br />
werklozen treft men dan eerder aan in de<br />
statistische sector Centrum (69,3 %).<br />
Waren in 1991 nog kenmerkend: het uitgesproken<br />
arbeiderskarakter (57,3% tegenover 23,9% in het<br />
<strong>Brussel</strong>s Gewest) en de lage scholingsgraad (50%<br />
beschikt over een diploma tegenover 73,3% in het<br />
<strong>Brussel</strong>s Gewest).<br />
Afgaande op al deze gegevens mogen we veronderstellen<br />
dat Molenbeek-centrum sinds 1991 niet<br />
bepaald rijker is geworden. Integendeel, de socioeconomische<br />
situatie is er nog verder uitgehold. De<br />
werkloosheidscijfers tonen een verdere achteruitgang<br />
aan en een groeiende dualisering binnen het<br />
<strong>Brussel</strong>s Gewest. Het zeer lage inkomen typeert de<br />
precaire levensomstandigheden in de buurt. Vooral<br />
de statistische sector Sint-Jozef springt hier in het<br />
oog en kan beschouwd worden als de meest achtergestelde<br />
buurt binnen het opbouwwerkgebied.<br />
Huisvesting<br />
Wat de huisvestingssituatie betreft, zijn we opnieuw<br />
grotendeels aangewezen op de gegevens<br />
verzameld tijdens de volkstelling van 1991, behalve<br />
wat de evolutie van het aantal woningen betreft<br />
(aantal huishoudens = aantal woningen). Tussen<br />
1991 en 2000 daalde het aantal woningen / huishoudens<br />
met 7,7 %, terwijl de bevolking slechts<br />
met 0,8% achteruitging. Deze daling tekende zich<br />
vooral af in de statistische sectoren St.-Jozef<br />
(-51,1%) en Centrum (-12,1%), terwijl de periferie<br />
aan woningen / huishoudens won (Lavallee +20%<br />
en Kanaal-Zuid +4,6%).<br />
In de gehele buurt werden door de overheid verschillende<br />
inspanningen geleverd om vooral het<br />
aantal sociale (en gelijkgestelde) woningen te<br />
verhogen. De meer dan gewone toename van<br />
woningen in de statistische sector Lavallee bijvoorbeeld<br />
houdt vooral verband met de realisatie van<br />
een complex sociale woningen in het bouwblok:<br />
Koor-Hoopstraat Verder werden er binnen het<br />
wijkcontract Sint-Jan-Baptist-Voorplein, 33 appartementen<br />
gerealiseerd. Op de metrozone zorgde het<br />
project Rive-Gauche (Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij<br />
<strong>Brussel</strong> - GOMB) voor een toename<br />
van 71 appartementen; het betreft koopwoningen<br />
voor gezinnen met een „gemiddeld inkomen". Het<br />
nieuwbouwproject van het Woningfonds in de Sint-<br />
Jozefstraat (gestart in december 2000,voltooiing<br />
voorzien in 2003) voorziet in 26 sociale woningen<br />
(appartementen).<br />
Een daling van het aantal woningen / huishoudens<br />
en een bijna status quo van de bevolking, wijst erop<br />
dat de grootte van de huishoudens toeneemt. We<br />
konden reeds in de demografische analyse vaststellen<br />
dat het aantal huishoudens met meer dan<br />
vijf personen in het opbouwwerkgebied enorm<br />
hoog is. Vanuit de huurpermanentie stellen we<br />
echter vast dat er in Molenbeek-centrum nauwelijks<br />
appartementen of huizen met drie of meer kamers<br />
worden verhuurd. In 1991 waren er slechts 20%<br />
78 Opbouwwerk <strong>Brussel</strong>