download - Samenlevingsopbouw Brussel
download - Samenlevingsopbouw Brussel
download - Samenlevingsopbouw Brussel
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Nr 76 December 2002<br />
concentreren. Daarbij blijft opvallen hoe <strong>Brussel</strong><br />
andere grote centra als Antwerpen en Gent naar de<br />
omvang van armoede ver achter zich laat. Dit<br />
kunnen we illustreren aan de hand van de zgn. 10<br />
SIF-indicatoren die, samengenomen, een beeld<br />
geven van de maatschappelijke achterstelling in<br />
haar verschillende dimensies.<br />
De kansarmoedecijfers volgens het decreet op het<br />
Sociale Impulsfonds worden regelmatig geactualiseerd<br />
in de Stativariarapporten. Deze rapporten<br />
bevatten jammer genoeg geen gegevens voor<br />
<strong>Brussel</strong>. In feite is er geen instantie die deze<br />
gegevens voor <strong>Brussel</strong> op een vergelijkbaar niveau<br />
verzamelt. Door bronnen en instanties te raadplegen,<br />
zijn we er in geslaagd zelf een betrekkelijk<br />
compleet beeld voor <strong>Brussel</strong> op te hangen behalve<br />
voor de indicatoren kinderen geboren in kansarme<br />
gezinnen (cijfer slaat enkel op Vlaamse gezinnen<br />
uit de registratie van Kind en Gezin) en kinderen in<br />
de Bijzondere Jeugdbijstand (waar de administratie<br />
van de Vlaamse Gemeenschap uiteindelijk geen<br />
gegevens verstrekte).<br />
Deze weinig benijdenswaardige koppositie van<br />
<strong>Brussel</strong> vertaalt zich ondermeer in het gemiddeld<br />
inkomen van de <strong>Brussel</strong>aar dat achterblijft tegenover<br />
dat in Vlaanderen en zelfs in Wallonië terwijl<br />
<strong>Brussel</strong> in termen van Bruto Regionaal product de<br />
derde rijkste regio is in de Europese Unie (2). De<br />
gewestregering spreekt in haar inleiding op het ontwerp<br />
gewestelijk ontwikkelingsplan van een uitholling<br />
van het gemiddeld inkomen (met 91.3% onder<br />
het Belgisch gemiddelde) terwijl <strong>Brussel</strong> de 4de<br />
Europese regio is in termen van BBP (3). Er glipt<br />
dus heel wat welvaart uit <strong>Brussel</strong> weg.<br />
Enkel de zone aan weerszijde van het kanaal uitdijnend<br />
over Laken en de Brabantwijk in het<br />
noorden en over Kuregem in het zuiden vormt een<br />
aaneengesloten sikkel van kansarmoedewijken. Het<br />
feit dat zich hier 43 statistische sectoren of wijken<br />
bevinden die scoren op de 7 kansarmoede indicatoren<br />
van de Kesteloot-atlas terwijl in Vlaanderen<br />
maar 10 wijken van dit kaliber aanwijsbaar zijn,<br />
wijst én op de concentratie en op de „voorsprong”<br />
die <strong>Brussel</strong> daaromtrent etaleert. De gesignaleerde<br />
erosie kunnen we beschouwen als een trendbreuk<br />
in de richting van een opwaardering van de<br />
„uitgeholde” binnenstad, rond het midden van de<br />
jaren '80 van de vorige eeuw op gang gekomen en<br />
zich nu, niet in het minst onder invloed van stadsvernieuwingsprogramma's,<br />
versneld doorzettend.<br />
Bekend voorbeeld is de gedaante-verandering die<br />
de Bijstandswijk op 10 jaar tijd heeft ondergaan.<br />
De herwaardering op en rond de Dansaertstraat<br />
schuift verder op naar het kanaal doordat onder<br />
andere verouderde industriële infrastructuur in<br />
versneld tempo verbouwd wordt tot loften voor een<br />
middenklassenpubliek. Omgekeerd voedt deze<br />
trend een vorm van „stadsvlucht” van minder<br />
begoeden in de richting van goedkopere wijken<br />
binnen <strong>Brussel</strong> en regio's er buiten, onder andere<br />
de vroegere Waalse steenkoolbekkens. Dit brengt<br />
ons bij de andere kant van de medaille. Naast<br />
Vergelijkende kaart: onderzoeken KBS en Kesteloot<br />
De territoriale concentratie van kansarmoede in de<br />
centrale delen van de stad en de scherpe tegenstelling<br />
tussen rijke en arme wijken blijft een derde<br />
constante waarmee het opbouwwerk in <strong>Brussel</strong><br />
geconfronteerd wordt. Wie de kansarmoede-atlas<br />
van de Koning Boudewijnstichting uit 1984<br />
vergelijkt met de „Kesteloot”-atlas uit 1998 zal<br />
merken dat territoriale concentratie van achterstelling<br />
nog steeds zaak is van de binnenstad en de<br />
negentiende-eeuwse gordel daar omheen (4). Met<br />
andere woorden, beide kaarten overlappen mekaar<br />
inzake kansarmoede. Alleen, in de Kesteloot atlas<br />
is het compacte KBS-armoede gebied aan haar<br />
grenzen aangevreten, geërodeerd als het ware, versplinterd<br />
in kansarme en „welstellende” stadsdelen.<br />
Opbouwwerk <strong>Brussel</strong> 9