Palm Invest B.V. verslag nummer 12 - Van Diepen Van der Kroef

FAILLISSEMENTSVERSLAG
van de curator in het faillissement van PALM INVEST B.V.
(en Stichting Garantiegelden Palm Invest)
Nummer verslag : 12
Datum : 22 mei 2013
Mededeling: de openbare faillissementsverslagen in het faillissement van Palm Invest B.V.
worden gepubliceerd op de website www.vandiepen.com.
Gegevens onderneming : De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Palm Invest B.V., ingeschreven bij de Kamer van
Koophandel onder nummer 33196052.
Insolventienummer : F.13/09/896
Datum uitspraak : 17 november 2009
Curator : Mr. E.W. Baart
Rechter-commissaris : Mr. N.A.J. Purcell
Verslagperiode : 22 november 2012 tot en met 22 mei 2013
Inleiding
Dit is het twaalfde faillissementsverslag van de curator van Palm Invest B.V. en Stichting
Garantiegelden Palm Invest. In deze verslagperiode heeft de curator met zijn medewerkers een
aantal kwesties onderzocht, waarbij een inschatting wordt gemaakt of de curator procedures
aanhangig kan maken met een redelijke kans op succes. Verder heeft de curator zich bezig
gehouden met de afwikkeling van de verkoop van vastgoed in Beausoleil en de kwestie van de
bankrekening(en) in Dubai.
De kwesties die in dit verslag aan de orde komen zijn onderwerp van nader onderzoek. Dit
onderzoek kan tot gevolg hebben dat informatie die in dit verslag is opgenomen in latere verslagen
dient te worden aangepast. De curator kan omtrent de volledigheid en de juistheid van de in dit
verslag opgenomen informatie vooralsnog geen uitspraak doen.

Aan de inhoud van dit faillissementsverslag kunnen geen rechten worden ontleend. Niets in dit
verslag kan worden opgevat als een erkenning van aansprakelijkheid of als afstand van enig recht.
Inhoudsopgave
0. Algemene informatie voor crediteuren en obligatiehouders van Palm Invest B.V.
1. Inventarisatie
2. Personeel
3. Activa
4. Debiteuren
5. Bank/Zekerheden
6. Doorstart/Voorzetten
7. Rechtmatigheid
8. Crediteuren
9. Procedures
10. Overig
0. Algemene informatie voor crediteuren en obligatiehouders van Palm Invest B.V.
Algemeen
0.1 In dit faillissement zal geen tussentijdse uitkering meer plaatsvinden. De stand van zaken is
zodanig dat de eerstvolgende uitkering ook een einduitkering zal zijn. De curator is nog in
afwachting van één vonnis in een procedure bij de rechtbank Breda en de uitkomst van een
onderhandeling dan wel een mogelijke procedure in Dubai tegen Emirates Bank. De
liquidatie van de in beslag genomen zaken/vermogensrechten is in overwegende mate
afgewikkeld.
2

1. Inventarisatie
1.1
t/m
1.9 Verwezen wordt naar de eerdere verslagen.
1.10 Verwezen wordt naar de eerdere verslagen.
Te onderzoeken betalingen
1.11
t/m
1.23 Verwezen wordt naar eerdere verslagen.
Onderzoek Dubai
1.24 De curator heeft in overleg met de Rechter-commissaris en het bestuur van de Stichting
Gedupeerden Palm Invest toch besloten om Emirates Bank in Dubai via een lokale advocaat
te benaderen. Deze advocaat zal trachten het overleg tussen de curator en Emirates Bank
vlot te trekken en zodoende het saldo op de bankrekeningen van P.I.D. Ltd. in Dubai aan de
boedel van Palm Invest B.V. toe te voegen. Inmiddels is door de lokale advocaat contact
gelegd met Emirates Bank. Een inhoudelijke reactie heeft de advocaat nog niet ontvangen.
AA Properties
1.25 Verwezen wordt naar het negende verslag.
Emirates Bank
1.26 Zie onder punt 1.24
2. Personeel
De werkzaamheden aangaande dit onderwerp zijn afgerond.
3. Activa
Roerende zaken
3.1 Verwezen wordt naar het tiende verslag.
3

Onroerende zaken in andere vennootschappen
3.2 Verwezen wordt naar het negende verslag.
3.3 Verwezen wordt naar het zevende verslag.
Onroerende zaken in Frankrijk
3.4 Het appartement in Frankrijk is verkocht. De opbrengst bedraagt EUR 378.156,58. In
mindering op de opbrengst strekken de kosten die nog moeten worden voldaan.
Het betreffen VvE-bijdragen vanaf 2007, belastingvorderingen op de vennootschap die het
appartement in eigendom had, notariskosten, makelaarscourtage en eventuele belasting op
meerwaarde. De netto-opbrengst wordt aan de boedel uitbetaald.
Andere activa
3.5 Ten aanzien van de procedure tegen een familielid van één van de bestuurders heeft de
Rechtbank Breda een tussenvonnis gewezen waarin de wederpartij in staat wordt gesteld om
te bewijzen dat kwijtschelding van de schuld aan P.I.D. Ltd. heeft plaatsgevonden. De
curator procedeert op basis van een volmacht van P.I.D. Ltd. De rechtbank heeft de formele
verweren van de wederpartij ter zake van bevoegdheid en volmacht afgewezen.
3.6 De boedel heeft bij aanvang van het faillissement een afspraak gemaakt met de
Belastingdienst over het terugvorderen van BTW over gedurende de boedelperiode betaalde
kosten. De Belastingdienst stelt nu dat deze afspraken niet gemaakt zijn, althans dat aan de
inhoud van de gemaakte afspraken een andere betekenis moet worden gegeven. De curator
zal bezwaar instellen tegen het besluit van de Belastingdienst.
4. Debiteuren
Rekening-courantvorderingen
4.1 Verwezen wordt naar het negende verslag.
5. Bank / Zekerheden
ABN AMRO Bank N.V.
5.1 Verwezen wordt naar het negende verslag.
4

Emirates Bank Dubai
5.2 Zie punt 1.26 van dit verslag.
Leasecontracten
5.3 Verwezen wordt naar het openingsverslag.
Banken in Monaco
5.4 Deze kwestie is afgewikkeld.
6. Doorstart / voortzetten onderneming
6.1 Verwezen wordt naar het openingsverslag.
7. Rechtmatigheid
7.1
t/m
7.7 Dit onderwerp wordt verder onder punt 9 (Procedures) van dit verslag behandeld.
8. Crediteuren
Algemeen
8.1 Verwezen wordt naar het negende verslag.
Handelscrediteuren
8.2 Verwezen wordt naar het vijfde verslag en punt 8.3 van onderhavig verslag.
Obligatiehouders
8.3 Verwezen wordt naar het elfde verslag.
Preferente crediteuren
8.4 Er is geen sprake meer van preferente schuldeisers.
9. Procedures
ABN
9.1 De curator heeft de inhoud van het vonnis tegen de ABN AMRO Bank N.V. besproken met de
Rechter-commissaris en het bestuur van de Stichting Gedupeerden Palm Invest.
5

Gezien de inhoud van het vonnis (LJN: BY2758) en de door de bank opgeworpen verweren,
heeft de curator in overleg met voornoemde stichting afgesproken dat zij namens de
obligatie-houders een nieuw kort geding aanhangig zal maken en zelfstandig trachten de
gevraagde informatie met betrekking tot het complianceonderzoek boven water te krijgen.
Ten tijde van indiening van onderhavig verslag ontving de curator de informatie dat
beleggers in een vergelijkbaar faillissement de ABN AMRO Bank N.V. ook aansprakelijk
hebben gesteld wegens het schenden van de zorgplicht.
Lening
9.2 De procedure bij de Rechtbank Den Bosch inzake de terugbetaling van een aan een
familielid verstrekte lening loopt thans en hieromtrent wordt verwezen naar punt 3.5 van
dit verslag.
Op het moment van indiening ontving de curator een aanzegging van Rabobank, inhoudende
dat de onroerende zaak waarop de curator conservatoir beslag heeft gelegd executoriaal zal
worden geveild. Dit heeft geen gevolg voor de lopende procedure, echter mogelijk wel voor
de verhaalspositie van de boedel. Dit zal na veiling aan het einde van juni 2013 duidelijk
worden.
Strafprocedure
9.3 In het hoger beroep van de strafprocedure zijn de feitelijke bestuurders veroordeeld tot een
onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vijf jaar vanwege oplichting, valsheid in geschrift en
witwassen. Het Gerechtshof Amsterdam heeft hieromtrent op 16 april 2013 uitspraak
gedaan (LJN: BZ7878).
Het hof heeft bewezen geacht: oplichting dan wel verduistering, valsheid in geschrift,
witwassen en opzettelijke overtreding van de Wet toezicht effecten verkeer 1995 door het
verkopen van obligaties beneden de vrijstellingsgrens van EUR 50.000,00. De feitelijke
leidinggevenden waren bij deze activiteiten betrokken tussen eind 2005 en begin 2008.
Daarbij is eerst door obligatiehouders ongeveer 1,8 miljoen euro geïnvesteerd in PR Invest
B.V. (beleggingen in onroerend goed in het buitenland en deelnemingen) en daarna
ongeveer 30 miljoen euro in Palm Invest B.V. (beleggingen in onroerend goed in Dubai).
Oplichting en valsheid in geschrift
Brochures moesten de obligatiehouders overhalen te investeren in vastgoed op de Palm
Eilanden. De rente (9% per jaar) werd weliswaar iedere maand tijdig voldaan, echter -
anders dan werd voorgewend - waren er geen garanties die de inleggers schadeloos zouden
moeten stellen als het mis zou gaan.
6

Onjuiste handtekeningen werden onder obligatieover-eenkomsten geplaatst en het
ingelegde kapitaal verdween naar buitenlandse rekeningen in Monaco en Dubai, buiten
bereik van de obligatiehouders Van daadwerkelijke investeringen in onroerend goed op de
Palm Eilanden ten behoeve van Palm Invest B.V. is volgens het hof niet gebleken. Anders
dan de rechtbank, rekent het hof de beperkte aankopen via Palm Invest Dubai - voor 100%
eigendom van de verdachten - niet toe aan Palm Invest B.V. Het hof komt dan ook tot de
conclusie dat de obligatiehouders zijn opgelicht met valse beloften over zekerheden en over
investeringen in onroerend goed in Dubai en dat ook de obligatieovereenkomsten op die
punten valselijk zijn opgemaakt. Ten aanzien van PR Invest B.V. werden ook obligaties
onder de vrijstellingsgrens van EUR 50.000,00 aangeboden. Dit was overigens ook het geval
bij Palm Invest, zo is de curator uit onderzoek gebleken.
Witwassen
Het hof komt in het arrest tot de conclusie dat het ingelegde geld van de obligatiehouders is
witgewassen door de gelden van de bankrekeningen van PR Invest B.V. en Palm Invest B.V.
door te storten naar rekeningen in Dubai, of andere bankrekeningen van offshore bedrijven,
waarover slechts de feitelijke leidinggevers toegang hadden.
Ook het geld dat de verdachten aan bedrijfskosten hebben uitgegeven beschouwt het hof
als witgewassen, nu PR Invest B.V. en Palm Invest B.V. slechts als oplichtingsvehikels
kunnen worden beschouwd en niet als serieuze beleggingsondernemingen.
Straf in hoger beroep hoger dan in eerste aanleg
Anders dan de rechtbank is het hof van oordeel geweest dat het van meet af aan het opzet
van de verdachten was om door middel van oplichting aan geld te komen. Het hof is van
oordeel dat de ernst van de feiten een zwaardere straf vereist dan in eerste aanleg is
opgelegd (drie jaar en zes maanden). Het hof is – na een eis van het Openbaar Ministerie
van zes jaar gevangenisstraf voor beide verdachten – gekomen tot vijf jaar
onvoorwaardelijke gevangenisstraf met aftrek van voorarrest, waarvan de beide feitelijke
leidinggevers in 2008 reeds negen maanden hebben ondergaan. Het hof heeft daarnaast een
aantal vorderingen van benadeelde partijen tot een totale hoogte van EUR 360.000,00 met
daarbij de schadevergoedingsmaatregel opgelegd. Als de verdachten dit bedrag niet betalen
wacht hen, los van de hen opgelegde gevangenisstraf, een jaar lang vervangende hechtenis.
Het hof heeft ook de schorsing van de voorlopige hechtenis opgeheven zodat verdachten
theoretisch direct de gevangenisstraf zullen moeten ondergaan. Het is de curator niet
bekend of de genoemde straf al ten uitvoer wordt gelegd. Het ligt voor de hand dat de
verdachten de schadevergoedingen niet kunnen voldoen en de gevangenisstraf daardoor
langer wordt.
7

10. Overig
Termijn afwikkeling
10.1 De afwikkelingstermijn van dit faillissement wordt geschat op nog een jaar, afhankelijk van
de uitkomst van de procedure tegen een familielid van één van de feitelijke bestuurders, de
eventuele procedure in Dubai en de bezwaarprocedure inzake de BTW-teruggave.
Informatievoorziening
10.2 Obligatiehouders en handelscrediteuren van Palm Invest B.V. zullen via de openbare
verslagen worden geïnformeerd.
Claim PR Invest B.V.
10.3 Verwezen wordt naar eerdere verslagen.
Plan van aanpak
10.4 Er zal worden voortgegaan met de procedures. De curator ziet - nu het eind van dit
faillissement in zicht is - geen aanleiding om een derde tussentijdse uitdeling te doen. De
volgende betaling aan de concurrente crediteuren zal tevens een einduitdeling zijn. De
curator streeft er naar het faillissement van Palm Invest B.V. zo snel mogelijk af te
wikkelen.
Werkzaamheden en tijdsbesteding
10.5 De curator heeft medewerkers van Van Diepen Van der Kroef ingeschakeld voor juridisch
advies en feitenonderzoek ter beoordeling van de kans van slagen van een aantal mogelijke
claims op financiële instellingen en leveranciers en het voeren van procedures.
In de verslagperiode zijn door Van Diepen Van der Kroef Advocaten 151,05 uren aan het
faillissement besteed.
Saldo faillissementsrekening
10.6 Het saldo van de faillissements- en depositorekening is op 22 mei 2013 EUR 504.958,07.
8

Indiening volgend verslag
10.7 De openbare verslagen van de curator worden halfjaarlijks bij de Rechtbank Amsterdam
ingediend en door de curator beschikbaar gesteld. Daarmee komt het volgende (dertiende)
verslag omstreeks 22 november 2013 beschikbaar.
Amsterdam, 22 mei 2013
E.W. Baart
(curator)
9