NVIC Jaaroverzicht 2011 - UMC Utrecht
NVIC Jaaroverzicht 2011 - UMC Utrecht
NVIC Jaaroverzicht 2011 - UMC Utrecht
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Vreemde geur in een jeugdgevangenis<br />
Op 1 oktober <strong>2011</strong>, rond 23:00 uur, wordt het <strong>NVIC</strong> gebeld door een Adviseur Gevaarlijke Stoffen<br />
(AGS) van de brandweer. De AGS vertelt dat er in een jeugdgevangenis sinds het eind van de<br />
middag een vreemde geur wordt geroken. Er is daarbij geen rookontwikkeling zichtbaar. Twee<br />
gedetineerden en een personeelslid zijn in de loop van de avond overgebracht naar een ziekenhuis in<br />
de regio. Deze personen zouden last hebben van een te snelle<br />
hartslag. Het is de AGS niet bekend of deze personen nog<br />
andere klachten hebben. Metingen in het bloed wijzen in ieder<br />
geval niet op een koolmonoxidevergiftiging. Ondertussen<br />
hangt er nog steeds een vreemde lucht in de gevangenis. De<br />
AGS komt met enkele mogelijke verklaringen voor deze<br />
vreemde lucht. Zo zijn die dag de rookmelders getest met<br />
behulp van stukjes hout en spiritus, waarbij de stukjes hout<br />
zijn aangestoken. De AGS wil daarom van het <strong>NVIC</strong> weten of<br />
inademing van rook hartritmestoornissen kan geven.<br />
De informatiespecialist van het <strong>NVIC</strong> informeert dat inademing van rook kan leiden tot<br />
zuurstoftekort. Bij ernstig zuurstoftekort kunnen inderdaad hartritmestoornissen ontstaan, maar er<br />
zouden dan ook andere klachten moeten optreden die wijzen op zuurstoftekort. Omdat er verder geen<br />
rookontwikkeling in de instelling zichtbaar is geweest, is blootstelling aan rook als verklaring voor<br />
de klachten onwaarschijnlijk.<br />
De informatiespecialist van het <strong>NVIC</strong> overlegt met zijn dienstdoende achterwacht. Deze neemt<br />
meerdere malen contact op met de AGS en de Gezondheidskundig Adviseur Gevaarlijke Stoffen<br />
(GAGS) voor nader overleg over het incident. Uit deze gesprekken blijkt dat er niet alleen patiënten<br />
naar het eerder genoemde ziekenhuis zijn vervoerd, maar ook naar een ander ziekenhuis in de regio.<br />
Ook deze patiënten zouden last hebben van een te snelle hartslag. Er is echter ook een patiënt die last<br />
heeft van een te trage hartslag.<br />
De AGS en de GAGS willen graag weten of het <strong>NVIC</strong> aan de hand van de symptomen van de<br />
patiënten kan aangeven aan welke stoffen zij zijn blootgesteld. Afgezien van de veranderingen in<br />
hartslag, toont het klinisch beeld van de patiënten echter geen bijzonderheden. Op grond van de<br />
beschikbare informatie kan geen specifieke stof worden aangewezen en een toxische stof als<br />
veroorzaker van de klachten lijkt dan ook minder waarschijnlijk.<br />
Later in de nacht worden alle patiënten uit het ziekenhuis ontslagen. Ze hebben geen andere<br />
symptomen ontwikkeld. In overleg met het <strong>NVIC</strong> wordt besloten om de instelling 's nachts goed te<br />
ventileren. Er wordt afgesproken dat als er de volgende ochtend nog steeds een vreemde geur<br />
geroken wordt, er contact zal worden opgenomen met de MOD van het RIVM. De MOD kan dan<br />
metingen verrichten om vast te stellen of er een specifieke stof in het geding is. Uiteindelijk zijn er<br />
geen metingen meer verricht.<br />
Acute vergiftigingen bij mens en dier – <strong>Jaaroverzicht</strong> <strong>2011</strong> 25