Beleidsregels 2009 - Svb
Beleidsregels 2009 - Svb
Beleidsregels 2009 - Svb
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
SVB <strong>Beleidsregels</strong><br />
| Deel II Internationaal<br />
26<br />
alleen weer beïnvloeden in geval van structurele wijzigingen. Onder ‘structurele<br />
wijzigingen’ dient zowel te worden verstaan een wijziging in de wijze van vaststelling of<br />
in de regels voor de berekening van de uitkering als bedoeld in artikel 51, tweede lid, als<br />
een rechtens relevante wijziging in de persoonlijke omstandigheden van de gerechtigde.<br />
De SVB verstaat onder een wijziging van de persoonlijke omstandigheden evenzeer een<br />
wijziging in het inkomen van een AOW- of Anw-gerechtigde, voor zover deze<br />
wijziging niet louter wordt veroorzaakt door omstandigheden zoals genoemd in artikel<br />
51, eerste lid.<br />
Slechts als een uitkering wordt herberekend naar aanleiding van een wijziging in<br />
structurele omstandigheden, wordt bij de herberekening rekening gehouden met<br />
inmiddels ontstane koersverschillen.<br />
Jurisprudentie<br />
HvJ EG 21 maart 1990, zaak C-199/88 (Cabras), Jur. 1990, I-1023 RSV 1990/370<br />
HvJ EG 20 maart 1991, zaak C-93/90 (Cassamali), Jur. 1991, I-1401<br />
HvJ EG 18 februari 1993, C-193/92 (Bogana), Jur. 1993, I-770, RSV 1993/229<br />
SB2154<br />
Bijzonderheden voor de toepassing van de AOW<br />
bijlage VI, onderdeel R, onder 2, a tot en met e en h Vo. 1408/71<br />
Bijlage VI, onderdeel R, onder 2 kent twee voorzieningen. De eerste voorziening is<br />
bestemd voor personen die niet voldoen aan de nationaliteits- en woonvoorwaarden<br />
voor de overgangsvoordelen zoals vervat in de artikelen 55 en 56 AOW en in de op<br />
artikel 57 AOW gebaseerde besluiten inzake gelijkstelling van wonen en van<br />
nationaliteit. Deze personen komen in aanmerking voor dergelijke voordelen, naar rato<br />
van de tijdvakken gedurende welke zij vóór 1957 in Nederland hebben gewoond of<br />
arbeid hebben verricht in Nederland in dienst van een in Nederland gevestigde<br />
werkgever. De tweede voorziening is bedoeld voor de gehuwde partner van een AOWverzekerde.<br />
Deze partner heeft recht op zogenaamde ‘huwelijkse tijdvakken’ over<br />
periodes waarin de AOW-gerechtigde in Nederland verzekerd is geweest en over<br />
periodes gelegen vóór 1957 die uit hoofde van bijlage VI in aanmerking worden<br />
genomen. De regeling van huwelijkse tijdvakken is met ingang van 2 augustus 1989<br />
omgezet in een mogelijkheid tot vrijwillige verzekering voor de huwelijkspartner van<br />
een AOW-verzekerde.<br />
Volgens vaste rechtspraak van het HvJ EG kunnen tijdvakken gelegen voor 2 augustus<br />
1989, die op grond van bijlage VI in aanmerking worden genomen voor de berekening<br />
van het AOW-pensioen, niet gelijkgesteld worden met eigenlijke, verplichte of<br />
vrijwillige verzekeringstijdvakken ingevolge de AOW. Aldus kunnen tijdvakken vervuld<br />
op grond van de bijlage na 1 januari 1957 niet meetellen als tijdvakken voor het<br />
verkrijgen van overgangsvoordelen zoals die zijn geregeld in de artikelen 55, 56 en 57<br />
AOW en het Besluit inzake de gelijkstelling van wonen buiten het Rijk met wonen<br />
binnen het Rijk. Eveneens kunnen dergelijke tijdvakken niet meetellen voor de termijn<br />
van één jaar waarbinnen een verzoek om vrijwillige verzekering ingevolge artikel 45 van<br />
de AOW moet worden ingediend.<br />
Het begrip ‘wonen’ zoals dat in bijlage VI wordt gehanteerd, wordt door de SVB op<br />
dezelfde wijze geïnterpreteerd als het woonbegrip zoals dat voorkomt in artikel 3 van de<br />
AOW. Zie hierover Deel I, Ingezeten/wonen, SB1022.